Hulp bieden bij flauwvallen Duizeligheid ontstaat wanneer er sprake is van onvoldoende bloedaanvoer naar de hersenen. De hersencellen krijgen daardoor te weinig zuurstof. Er kan een licht zweverig gevoel ontstaan met een neiging tot flauwvallen. Flauwvallen onderscheidt zich van bewusteloosheid (of coma) door de twee volgende kenmerken: het bewustzijn is minder lang aanwezig dan bij bewusteloosheid en de zorgvrager reageert op pijnprikkels. In de meeste gevallen is het effectief de zorgvrager diep voorover te laten zitten of juist de benen hoger dan het hart te leggen in verband met toevoer van bloed naar de hersenen. Bijv. benen tegen een muur, kanteling van een stoel achterover enz. Dit voorkomt dat er niet met een zorgvrager gesjord hoeft te worden. Let er altijd op dat een zorgvrager zich niet kan bezeren. Bijzonderheden Het is belangrijk de zorgvrager te blijven observeren totdat de bewustzijn gedurende een langere periode is teruggekeerd. Probeer tevens altijd de oorzaak te achterhalen om het flauwvallen te voorkomen. Doel - voorkomen van verwondingen, bijv. door vallen - voorkomen van verdere nadelige gevolgen, bijv. verslikken - de zorgvrager op de juiste wijze steun geven en verzorgen Uitvoering Verpleegkundige Indicatie - bleke gelaatskleur (wit wegtrekken) - slapper worden van de spieren - langzame pols - neiging tot verlies van bewustzijn - soms braken - de mededeling:’ik val flauw’ of ‘ik wordt niet goed’ Contra-indicatie - geen Potentiële complicaties - als er niet tijdig ingegrepen wordt kan men zich verwonden, met kans op: ▪ zowel inwendig als uitwendig letsel ▪ uitvalverschijnselen Benodigd materiaal - geen Werkwijze Voorbereiding - wees alert op signalen bij flauwvallen, oorzaken van flauwvallen kunnen zijn: ▪ plotselinge verandering van lichaamshouding, bijv. na langdurige bedrust ▪ ziekte, bloedarmoede, hartafwijkingen, hormonale afwijkingen enz ▪ bijwerkingen van bepaalde medicijnen ▪ hevige emotionele opwinding (vasoconstrictie) Uitvoering - laat de zorgvrager voorover zitten met het hoofd tussen de knieën. Let op krampen: voorkom dat de spastische spierreacties beschadigingen veroorzaken - laat hem vervolgens langzaam omhoog komen. Zonodig de stoel achterover kantelen zonder de zorgvrager te bezeren - druk met de hand zachtjes tegen het achterhoofd van de zorgvrager om de bloedtoevoer naar de hersenen te bevorderen. Schenk hierbij aandacht aan: ▪ terugkeer van de normale huidskleur ▪ fris de huid op (transpiratie op het voorhoofd) - verwijder of knoop knellende kledingstukken los - controleer de (meestal zwakke) pols. Tijdens het bijkomen wordt deze weer sneller en sterker - leg de zorgvrager goed op de zij wanneer hij moet braken, om verstikking te voorkomen - laat de zorgvrager rusten met de benen bijv. op een kussen Nazorg - controleer de zorgvrager regelmatig op voorschrift van de arts, enkele na controles zullen noodzakelijk zijn - was de handen Verslaglegging - vermeld, indien van toepassing, gegevens in het zorgdossier Bron: Vaardigheden basisverpleegkunde tweede herziene druk 2004