Coördinatie werk-zorg

advertisement
Omgaan met
verontrusting in het
nieuwe landschap
HULPVRAGER
MINDERJARIGE-OUDERS-CONTEXT
BREDE INSTAP
Rechtstreeks
toegankelijke
jeugdhulp
Toegangspoort
Jeugd
hulpregie
Indicatiestelling
Probleem
gebonden
hulp
Gemand.
voorz.
OCJ
MDT
VK
Jeugdhulp
buiten toep.
gebied IJH
MDT
Crisisjeugdhulp
MDT
IRPC
P
A
R
K
E
T
Politie
Bemiddeling
Niet
rechtstreeks
toegankelijke
jeugdhulp
Gerecht.
jeugdhulp
SDJ
Jeugd
rechter
Gemeenschapsinstelling
CAP
Cliëntoverleg
Omgaan met verontrusting:
een gedeelde
verantwoordelijkheid
Verontrustende situaties
Van problematische opvoedingssituatie naar
problematische leefsituatie
Integriteit: psychisch, fysiek, seksueel
Ontwikkelingskansen: affectief, moreel, intellectueel,
sociaal
Gevoel - subjectief en interactionistisch gegeven
Een gedeelde verantwoordelijkheid
Op 3 niveaus:
•
Hulpverleners
•
Organisaties / voorzieningen
•
Gemandateerde voorzieningen
Continuüm
Vrijwillig  aanklampend  gedwongen
Verantwoordelijkheid van hulpverleners
Signalen zien en ermee aan de slag gaan
•
Ifv preventie en ifv actief stappen zetten
De situatie inschatten
•
Signalen inventariseren
•
Objectiveren – objectiveringinstrumenten – teambespreking
•
Aandacht voor risicofactoren en protectieve factoren
Verontrusting bespreken met je cliënt
Gedeelde verantwoordelijkheid van
hulpverleners
Bespreken van verontrusting op team
•
Ifv objectiveren en ondersteuning, ifv afspraken maken
Bespreken van verontrusting met andere hulpverleners
•
Ifv objectivering
•
Ifv zoeken naar gepaste ondersteuning en eventuele
doorverwijzing
•
Ifv afspraken over wie wat doet (cliëntoverleg en
bemiddeling als ondersteuning)
Gedeelde verantwoordelijkheid van
hulpverleners
Eventueel aanmelden bij de Intersectorale Toegangspoort
voor meer ingrijpende hulp
Consult bij Gemandateerde Voorziening
Bij blijvende ongerustheid en geen vrijwilligheid,
aanmelden bij Gemandateerde Voorziening
Bij ernstig/gewichtig en reëel gevaar: gebruik maken van
spreekrecht (Art 458bis van het Strafwetboek) –
aanmelden bij parket
Verantwoordelijkheid van hulpverleners
– de rode draad
Zelf bewaken en verzorgen van continuïteit – aanklampend werken
Continu exploreren om veiligheid in te stellen – de veiligheid van
de minderjarige steeds voorop
Werken vanuit een participatieve en krachtgerichte basishouding,
betrouwbaar voor de cliënt
Eigen mogelijkheden zien en tijdig beroep doen op mogelijkheden
van partners, waaronder Gemandateerde Voorzieningen
Indien mogelijk, schriftelijke neerslag in ‘dossier’
Verantwoordelijkheid van voorzieningen
Een context creëren waarin hulpverleners professioneel kunnen
handelen:
Duidelijke procedures en richtlijnen, intern en extern
geëxpliciteerd
Ondersteunend en empowerend klimaat in de organisatie
•
•
•
•
Met oog voor welbevinden, opvangen van behoeftes, preventie van
problemen, opvang bij moeilijkheden en sociale en professionele
ondersteuning
(Visie)vorming van en met personeel in krachtgericht
werken, krachtgerichte organisatie
Teamwerking, intervisie, supervisie
Informatie over juridisch kader, omgaan met
morele dilemma’s
Verantwoordelijkheid van voorzieningen
Goede partnerschappen:
Expertise , ervaringen en procedures uitwisselen met partners en
binnen netwerken
Informatie uitwisselen: wie doet wat
Engagementen en afspraken maken i.v.m. continuïteit en
hulpcoördinatie
Maatschappelijke noodzaak
“De kwalificatie die na onderzoek door een
gemandateerde voorziening aan een
verontrustende situatie wordt gegeven en
die de noodzaak vastlegt om
jeugdhulpverlening in te schakelen.”
Een gedeelde verantwoordelijkheid: besluit
Werken in en met verontrustende situaties is
een gedeelde verantwoordelijkheid van alle
jeugdhulpverleners
Inschatten of hulp maatschappelijk
noodzakelijk is en desgevallend
opvolgen is de verantwoordelijkheid
van de gemandateerde voorziening
Gemandateerde voorzieningen
 Mandaat van de overheid
 Onderzoeken of hulp noodzakelijk is
 Om ontplooiingskansen van jongere te waarborgen
 Opvolgen en vanuit het mandaat blijven meekijken
 Binnen de buitengerechtelijke jeugdhulp
 Als scharnier op het continuüm vrijwillig-gedwongen
 Buffer voor toegang tot gerecht: prioriteit is poging om vrijwillige hulpverlening
mogelijk te maken
14
Gemandateerde voorzieningen
 2 gemandateerde voorzieningen
 Vertrouwenscentra kindermishandeling
 Ondersteuningscentrum jeugdzorg (OCJ)
 Dezelfde opdrachten
 Ondersteuning van hulpverleners en voorzieningen in hun omgaan met
verontrusting middels consult
 Aanspreekbaar voor aanmeldingen van hulpverleners wanneer de hulpverlener
tegen grenzen aanloopt
 Aanmelden bij parket wanneer de kansen van de jongere niet meer
gegarandeerd kunnen worden binnen buitengerechtelijk kader
15
Gemandateerde voorzieningen
 Bemiddelingscommissie verdwijnt
Dit vraagt van GV:
 Steeds belang van de minderjarige voor ogen
 Maar ouders in hun rol erkennen
 Zeer kwetsbare positie voor cliënten in een waardenbeladen context
DUS
 Transparantie in processen en procedures
 Belang van gedeelde besluitvorming
 Bewustzijn van eigen subjectieve normen en
waarden
 Oplossingsgerichte basishouding
Gemandateerde voorzieningen WIE
Ondersteuningscentrum Jeugdzorg:
Minderjarigen waarvan de ontplooiingskansen/integriteit
bedreigd zijn
Problematische leefsituaties die de jongeren schaden
Vertrouwenscentrum kindermishandeling:
Situaties van kindermishandeling
 Verschillende expertise  zelfde mandaat & regelgevend kader
Procesvoering bij de gemandateerde voorziening
Parket
Geen vrijwilligheid mogelijk
kennisgeving
parket/cliënt
aanmelding
Motivatiedocument:
Wat zijn de
krachten/lasten
Wat heb je zelf al gedaan
Waarom meld je aan
Teambeslissing
Cliënt geïnformeerd
consult
Advies
Handvatten aanreiken
onderzoek
case
management
Uitnodigen cliënt
en aanmelder
Inschatten
maatschappelijke
noodzaak
Teambeslissing
over hulpvoorstel
en
maatschappelijke
noodzaak
Interveniërend
triade
Observerend
Consult vragen bij een gemandateerde voorziening
 Enkel voor professionele hulpverleners
consult
Advies
Handvatten aanreiken
 Op anonieme basis = de consultvrager is gekend maar
geeft de identiteitsgegevens van de cliënt(en) niet
door
 Kan gevraagd worden door iedere individuele
hulpverlener, hoeft niet vanuit een team (i.t.t. een
aanmelding)
 Vooral telefonisch
Inhoud consult
consult
Advies
Handvatten aanreiken
 Analyse van de verontrustende situatie:
->hoe beter de vraag gedocumenteerd is, hoe
gerichter het consult (voorbereiden met het team?)
 Formuleren van werkhypothese
 Mogelijkheden en beperkingen tot verdergaande
diagnostiek/hulpverlening
 Mogelijkheden en beperkingen om anderen in te
schakelen
 Kennis, mogelijkheden en
deontologisch/juridisch kader
grenzen
van
het
 Anticiperen
op
eventuele
hindernissen/belemmeringen in de uitvoerbaarheid
van het advies en voorzien van alternatieven indien
nodig
Resultaat consult
1.
Reeds lopende hulp wordt voortgezet of uitgebreid
(binnen de eigen voorziening en/of via inschakeling
van derden)
2.
De consultvrager wordt geadviseerd om:
consult
Advies
Handvatten aanreiken
 het cliëntsysteem door te verwijzen naar andere
hulpverlening
 een melding te doen voor actieve tussenkomst
binnen de reguliere werking van het VK
 een aanmelding te doen bij een gemandateerde
voorziening
 een aangifte te doen bij de procureur
Procesvoering bij de gemandateerde voorziening
Parket
Geen vrijwilligheid mogelijk
kennisgeving parket
onderzoek
aanmelding
Uitnodigen cliënt
en aanmelder
Motivatiedocument:
Wat zijn de
krachten/lasten
Wat heb je zelf al gedaan
Waarom meld je aan
Teambeslissing
Cliënt geïnformeerd
consult
Advies
Handvatten aanreiken
Inschatten
maatschappelijke
noodzaak
Teambeslissing
over hulpvoorstel
en
maatschappelijke
noodzaak
case
management
Interveniërend
triade
Observerend
Aanmelden bij een gemandateerde voorziening
Gemandateerde voorzieningen
aanmelding
Motivatiedocument:
Wat zijn de
krachten/lasten
Wat heb je zelf al gedaan
Waarom meld je aan
Teambeslissing
Cliënt geïnformeerd
Start van proces bij GV na
 aanmelding van een hulpverlener
•
•
Via online-motivatiedocument (ehealth)
Waarin gedeelde verantwoordelijkheid
verwoord wordt
 kennisgeving van parket
•
kennisgeving
parket/cliënt
Eerst gesprek met cliënt om na te
gaan of er voldoende elementen zijn
die nopen tot onderzoek van GV en of
er geen andere hulp is die nog een rol
kan spelen
Verwachtingen t.o.v. de aanmelder
Aanspreekpunt voor gemandateerde
voorziening, bv. voor bijkomende
informatie
Contact houden met cliënt tijdens
onderzoek (kan ondersteund worden
door GV)
Aanwezigheid op triadegesprek
In opvolging van het triadegesprek zelf
bieden van hulp of toeleiden naar hulp
(miv ITP)
Zo mogelijk blijft de GV beroep doen op
de betrokken hulpverleners
De termijn voor een caseonderzoek is
bepaald op 65 werkdagen
Het onderzoek bij de gemandateerde voorziening
Gemandateerde
onderzoekvoorzieningen Bij begin van onderzoek:
Uitnodigen cliënt
en aanmelder
 Alle perspectieven in beeld brengen
(kind/jongere, ouders, context, aanmelder
en andere betrokken hulp, … )
 Screening hulpverleningsgeschiedenis
Inschatten
maatschappelijke
noodzaak
Teambeslissing
over hulpvoorstel
en
maatschappelijke
noodzaak
 Focus op wat werkt, verkennen
draagkrachten vs. lasten en verontrusting
 Schetsen van verloop van verder proces en
maken van afspraken
Het onderzoek bij de gemandateerde voorziening
onderzoek
 Inschatten maatschappelijke noodzaak:
 Analyseren van de informatie, relatie tussen
Uitnodigen cliënt
en aanmelder
Inschatten
maatschappelijke
noodzaak
Teambeslissing
over hulpvoorstel
en
maatschappelijke
noodzaak
• Balans krachten en lasten/zorgen, noodzaak tot
hulp
• Probleemerkenning, probleeminzicht
• Medewerking
 Formuleren verwachtingen
Het onderzoek bij de gemandateerde voorziening
Gemandateerde
onderzoekvoorzieningen
Uitnodigen cliënt
en aanmelder
 Onderzoek resulteert in teambeslissing en
eindigt met formele uitspraak over al dan
niet “maatschappelijke noodzaak tot
hulpverlening”
de
geïndiceerde
hulpverlening
(aangrijpingspunten en verwachtingen)
Inschatten
maatschappelijke
noodzaak
Teambeslissing
over hulpvoorstel
en
maatschappelijke
noodzaak
triade
de mate van betrokkenheid van de GV in
het verder verloop van het traject
 2 types van opvolging in geval van
“maatschappelijke noodzaak”: observerend
/ interveniërend
 Altijd driehoek: cliënt – hulpaanbod– GV
 Maar andere rol en intensiteit
Maatschappelijke Noodzaak =
Casemanagement
 Inhoud casemanagement
Gemandateerde
case voorzieningen
 opvolging van hulpuitvoering
management
Interveniërend
 Waken over maatschappelijke noodzaak
 Aanspreekbaarheid van GV voor hulpverlener en
cliënt
 Factoren die de mate van aanklampendheid bepalen:
Observerend
 Mate van veiligheid
 Balans draagkracht en –last
 Probleeminzicht, motivatie (veranderbereidheid) en
verandermogelijkheden van cliënt(systeem)
 Relatie met hulpverlener
 Ervaringen/ reacties in het verleden met/op
hulpverlening
Observerend Casemanagement
case
management
Interveniërend
Observerend
Voorwaarden om naar observerend
casemanagement te gaan:
•
Voldoende medewerking bij cliëntsysteem
•
Voldoende waarborgen voor ontplooiingskansen
en veiligheid van het kind
•
Voldoende waarborgen voor vrijwillig aanvaarde
hulp
Verantwoordelijkheid blijft bij hulpaanbieder en
cliënt
Observerend casemanagement
case
management
Interveniërend
 Observerend casemanagement: GV volgt op
afstand op, observeert
 Observatie-overeenkomst:
 Overeenkomst tussen GV, cliënt, aanmelder
/ hulpaanbieder
 de maatschappelijke noodzaak (zorgen en
krachten), de verwachtingen en de
afspraken worden concreet gemaakt.
 Gedeelde verantwoordelijkheid
Observerend
 Informatieplicht
cliënt
bij
jeugdhulpaanbieder
en
Interveniërend Casemanagement
case
management
Interveniërend
Voorwaarden om naar interveniërend
casemanagement te gaan
onvoldoende waarborgen voor ontplooiingskansen
en veiligheid van het kind
onvoldoende medewerking bij cliëntsysteem
onvoldoende waarborgen voor vrijwillig aanvaarde
hulp
Verantwoordelijkheid ligt bij GV
Observerend
GV neemt over en organiseert zelf de
hulpverlening
GV maakt hulpverleningsprogramma op
Interveniërend Casemanagement
Gemandateerde
case voorzieningen
management
 Verantwoordelijkheid ligt bij GV
 GV neemt over en organiseert zelf
de hulpverlening
Interveniërend
 GV maakt
hulpverleningsprogramma op
• de maatschappelijke noodzaak (zorgen
en krachten), de verwachtingen en de
afspraken worden concreet gemaakt.
Observerend
Evaluatie casemanagement

Evaluatie, minstens om de 6 maanden, van
Gemandateerde
case voorzieningen
management


Interveniërend
Observerend

de maatschappelijke noodzaak tot interventie
De lopende hulpverlening
Resultaten evaluatie

De GV blijft opvolgen in dezelfde intensiteit

De GV blijft opvolgen, maar in een andere intensiteit

De GV kan haar interventie afsluiten
• Geen hulp meer nodig
• De cliënt wenst de hulp en er is geen aanklampend
optreden nodig
Doorverwijzing naar parket
Parket
Geen vrijwilligheid mogelijk
onderzoek
case
management
Uitnodigen
cliënt en
aanmelder
Inschatten
maatschappelijk
e noodzaak
Teambeslissing
over
hulpvoorstel en
maatschappelij
ke noodzaak
Interveniëre
nd
triade
Observeren
d
 = MANDAAT van GV
 Op ieder moment in het
traject mogelijk
 Na teambeslissing
 Na afweging van
maatschappelijke
noodzaak tot interventie
 Bij weigering tot
medewerking van cliënt
Doorverwijzing naar parket
Parket
Geen vrijwilligheid mogelijk
onderzoek
case
management
Uitnodigen cliënt
en aanmelder
Inschatten
maatschappelijke
noodzaak
Interveniërend
triade
Observerend
Teambeslissing
over hulpvoorstel
en
maatschappelijke
noodzaak
Intentie tot doorverwijzing wordt
meegedeeld aan cliënt
Recht op kennisgevingsgesprek
met leidinggevende GV
Ultieme kans om nog binnen
vrijwilligheid te blijven
Wat verandert er voor de
hulpverlener met
verontrusting?
 Gedeelde verantwoordelijkheid
 Maar ondersteund door gemandateerde centra
 Consult
 Aanmelding wanneer men vastloopt
 Aanmelding kan zowel bij VK als bij OCJ
 Aanmelding bij gemandateerde centra dient schriftelijk te
gebeuren
 verantwoordelijkheid voor hulpcontinuïteit blijft bij aanmelder tot
besluit onderzoek
36
Gerechtelijke jeugdhulp
Hulpvrager
Versnelde
indicatie en toewijzing: 7 dagen
Extra
ISV
opmake
n 30d
Rechtstreeks
toegankelijke
hulp
info
opvrage
n
Extra info
aanlevere
n
10d
10d
Second
Opinion
5d
Toegangspoort
BREDE INSTAP
Jeugd
hulpregie
Indicatiestellin
g
Problee
m
gebonde
n hulp
Gemand.
voorz.
OCJ
MDT
VK
Jeugdhulp buiten
toep.gebied IJH
Crisisjeugdhulp
JHB of JHV
15d + wachttijd
P
A
R
K
E
T
Niet
rechtstreeks
toegankelijke
jeugdhulp
Gerecht.
jeugdhulp
SDJ
Jeugd
rechter
Gemeens.
instelling
CAP
Politie
Bemiddeling
Cliëntoverleg
Doorverwijzing van de gemandateerde
voorziening naar parket
Gemandateerde voorzieningen
Gemand.
Gerecht.
voorz.
jeugdhulp
P
OCJ
VK
A
R
K
E
T
SDJ
Jeugd
rechter
Als na een gesprek met de minderjarige en zijn
ouders/opvoedings-verantwoordelijken en
volgens beslissing van de gemandateerde
voorziening jeugdhulpverlening
maatschappelijk noodzakelijk is, maar:
1. gepaste jeugdhulpverlening niet wordt
aanvaard en als de minimale veiligheid niet is
gegarandeerd of de ontplooiingskansen in het
gedrang zijn;
2. er weigering is tot meewerken aan het
onderzoek naar maatschappelijke noodzaak
Bevoegdheid jeugdrechtbank
Gemandateerde voorzieningen
Gemand.
Gerecht.
voorz.
jeugdhulp
P
OCJ
VK
A
R
K
E
T
SDJ
Jeugd
rechter
De jeugdrechter neemt kennis van
verontrustende situaties na vordering van het
parket om gerechtelijke maatregelen op te
leggen in voorkomend geval:
 Als het parket aantoont dat cumulatief
volgende voorwaarden zijn vervuld:
 Het verlenen van vrijwillige jeugdhulpverlening is
niet mogelijk;
 Alles is in het werk gesteld om vrijwillige
jeugdhulpverlening te realiseren in de zin dat een
gemandateerde voorziening is ingeschakeld en
heeft doorverwezen naar het parket
= vordering van de jeugdrechter door het parket
na doorverwijzing van de gemandateerde
voorziening
Bevoegdheid jeugdrechtbank
Gemandateerde voorzieningen
Gemand.
Gerecht.
voorz.
jeugdhulp
P
OCJ
VK
A
R
K
E
T
SDJ
Jeugd
rechter
 Als het parket aantoont dat cumulatief de
volgende voorwaarden zijn vervuld
 Een
gerechtelijke
noodzakelijk;
maatregel
is
dringend
 Er zijn voldoende aanwijzingen dat de minderjarige
onmiddellijk beschermd moet worden tegen een
vorm van lichamelijk of geestelijk geweld, letsel of
misbruik, lichamelijke of geestelijke verwaarlozing
of nalatige behandeling, mishandeling of
exploitatie, met inbegrip van seksueel misbruik;
 Het verlenen van vrijwillige jeugdhulpverlening is
niet meteen mogelijk omdat de vereiste instemming
niet werkelijk is verkregen.
=procedure hoogdringendheid
Sociale diensten voor gerechtelijke jeugdhulp
 opdrachten





Navorsingsopdrachten
Opdrachten van sociale aard
Opmaak van een hulpverleningsprogramma
Bewaking van gerechtelijke maatregelen
Onderzoeken van mogelijkheid van vrijwillige hulpverlening bij
hoogdringende maatregelen
 Vanuit oplossingsgericht werken
42
Wijziging procedure hoogdringendheid
Gemandateerde voorzieningen
Gemand.
Gerecht.
voorz.
jeugdhulp
P
OCJ
VK
A
R
K
E
T
SDJ
Jeugd
rechter
Maatregelenpakket uitgebreid naar ambulante en
mobiele werkvormen. Vroeger enkel
plaatsingsmaatregelen.
 Sociale dienst gerechtelijke jeugdbijstand
onderzoekt de mogelijkheid tot vrijwilligheid.
Is deze gevonden (vb. GGZ) en gaat cliënt
akkoord, dan wordt dit aan de jeugdrechter
gemeld en wordt de gerechtelijke procedure
stop gezet
 In geval GGZ tijdens verloop verontrust is, kan
zij aanmelden bij een gemandateerde
voorziening
Samenwerking jeugdrechtbank toegangspoort
Jeugdrechtbank: dient ISV in bij team jeugdhulpregie
Jeugd
hulpregie
Gerecht.
jeugdhulp
SDJ
Jeugd
rechter
Team JHR behandelt deze aanvragen zoals een ISV
van het team indicatiestelling
Bij vraag naar module handicap of PVF: team JHR
behandelt deze aanvragen zelfstandig, zonder
tussenkomst IRPC
Aanvraag indien jeugdrechter gevat is door
procedure hoogdringendheid
• de aanvraag kan telefonisch gebeuren door
jeugdrechtbank bij het team JHR
• de hulpvraag komt meteen terecht in de fase
‘prioritair toe te wijzen hulpvragen’ – de
jeugdhulpregisseur heeft dus een
toewijzingsmandaat
Afkortingen
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
A-document: aanmelddocument bij de intersectorale
toegangspoort
AWW: algemeen welzijnswerk
CAP: centraal informatie- en aanmeldpunt
CGG: centrum geestelijke gezondheidszorg
CLB: centrum voor leerlingenbegeleiding
CO: cliëntoverleg
COS: centrum voor ontwikkelingsstoornissen
EMK: experimenteel modulair kader
FID: frequentie intensiteit duur
GV: gemandateerde voorziening
IJH: integrale jeugdhulp
IPH: intersectorale prioritaire hulpvragen
IRPC: intersectorale regionale prioriteitencommissie
IS: indicatiestelling
ISV: indicatiestellingsverslag
ITP: intersectorale toegangspoort
JHB: jeugdhulpbeslissing
JHR: jeugdhulpregie
IMB: individuele materiële bijstand
JRB: jeugdrechtbank
MN: maatschappelijke noodzaak
MDD: multidisciplinaire dossier
MDT: multidisciplinair team
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
•
MFC: multifunctioneel centrum
NRTJ: niet rechtstreeks toegankelijke
jeugdhulp
OBC: observatie en behandelingscentrum
OCJ: ondersteuningscentrum jeugdzorg
OOOC: onthaal, oriëntatie en
observatiecentrum
PAB: persoonlijk assistentie budget
PVF: persoonsvolgende financiering
RTJ: rechtstreeks toegankelijke jeugdhulp
SDJ: sociale dienst gerechtelijke jeugdbijstand
TM: typemodule
VAPH: Vlaams agentschap voor personen
met een handicap
VIST: versnelde indicatiestelling en toewijzing
VK: vertrouwenscentrum kindermishandeling
Download