Geschiedenis Hoofdstuk 6.1 – kennen en kunnen In de eeuw groeide de liefde van Europeanen voor hun eigen volk. Hierdoor kwamen volkeren in verzet tegen bestaande staten en ontstonden nieuwe staten, zoals België, Italië en Duitsland. Frankrijk en Duitsland (ook wel Pruisen genoemd) vochten in 1870-1871 een bloedige oorlog uit. 19e - Je weet welke landen tot de grote mogendheden horen eind 19e eeuw. Na de nederlaag van Napoleon (in 1815) waren er in Europa zes grote mogendheden: Groot-Brittannië, Rusland, Frankrijk, Oostenrijk, Pruisen en het Ottomaanse rijk. - Je kunt uitleggen wat een veelvolkerenstaat is, welke mogendheden hiertoe - behoren en wat de gevolgen voor deze mogendheden waren door het - - - - - - opkomend nationalisme. Een veelvolkerenstaat is een staat met meerdere volkeren. Oostenrijk, Rusland en het Ottomaanse rijk zijn hier voorbeelden van. Zij hadden te kampten door het nationalisme met vele opstanden en brandde het verlangen naar een eigen natiestaat waarin het hele eigen volk verenigd was. - Je kunt uitleggen hoe de Frans-Duitse oorlog begon (oorzaak), het verloop - - van de oorlog en wie er uiteindelijk won. Otto vond Bismarck wilde een nationale eenheid (door het nationalisme dat in 1815 Duitsland (Pruisen) bereikt had), maar dan moest Pruisen wel de leiding hebben. Hij bedacht dat een oorlog met Frankrijk zou helpen om een eenheid te vormen. De Fransen werden namelijk gehaat sinds de Napoleontische bezetting. Uiteindelijk lukte Bismarck (door het uitlokken van de Fransen) het dat Frankrijk de oorlog verklaarde aan Pruisen. De oorlog was een bloedbad. Door de industrialisatie waren wapens veel dodelijker dan vroeger. Ook door de stoomtrein waren legers snel ter plaatse. Uiteindelijk versloeg het Pruisische leger Frankrijk. Napoleon III gaf zich over maar de regering ging door. De Duitse vorsten in het paleis in Versailles het Duitse keizerrijk uitgeroepen. Een schande voor de nationale eer van Frankrijk. - Je kunt uitleggen waarom na de Frans-Duitse oorlog er sprake was van - - - - gewapende vrede. Na de nederlaag van Frankrijk wilden ze wraak op de Duitsers. Er was vrede maar deze kon van het een op het ander moment uitlopen op een nieuwe oorlog. In de zomer van 1914 kwamen alle nationalistische spanningen tot uitbarsting en begon de Eerste Wereldoorlog. - Je weet welke twee personen de grondleggers zijn van het verenigd Duitsland - en op welke plek het Duitse keizerrijk werd uitgeroepen. Kanselier Otto von Bismarck en koning Wilhelm I. In het paleis van Versailles werd het Duitse keizerrijk uitgeroepen. Zie verdere antwoorden bij de vraag over het overwinnen van Duitsland. - Je kunt uitleggen waarom de Belgen zich wilden afscheiden van Nederland. Na de ondergang van Napoleon werd België bij Nederland gevoegd om steviger in de schoenen te staan als Frankrijk weer op oorlogspad was, maar ze voelden zich niet verbonden met Nederland. De adel en burgerij spraken Frans, zelfs in Vlaanderen. Ze zagen Vlaams als een achterlijk boerendialect. Geschiedenis Hoofdstuk 6.2 – kennen en kunnen In de eeuw gingen mensen zich meer en sneller verplaatsen door de verbetering van transportmiddelen. Mensen konden ook sneller informatie uitwisselen en bewaren door de verbetering van communicatiemiddelen. 19e - Je kunt uitleggen wat het verband is tussen de aanleg van spoorlijnen en - - - - industrialisatie. Tijdens de industrialisatie werd o.a. de (stoom)trein uitgevonden. In Nederland steeg na het bereiken van deze uitvinding het aantal kilometer van spoorlijn in Nederland explosief snel. Later werd deze stijgende lijn niet voortgezet want ‘de auto’ kwam op de markt. Toen steeg het aantal kilometer verharde weg juist enorm. De transportrevolutie was begonnen. - Je kunt uitleggen wat de betekenis is van de aanleg van het Suezkanaal. (Stoom)schepen die eerst helemaal om Afrika moesten varen (naar Azië) konden vanaf 1869 via Egypte door het Suezkanaal. Dit was een belangrijke stap in de wereldscheepvaart. - Je kunt uitleggen wat de transportrevolutie is en je kunt uitleggen wat de - - - - communicatierevolutie is. Wat is het verband tussen beide revoluties? De transportrevolutie was een grondige verbetering op vervoermiddelen en er werden zelf nieuwe uitgevonden. Je moet denken aan (stoom)schepen, (stoom)treinen, fietsen, auto’s, de diligence en nog veel meer. De communicatierevolutie was een grondige verbetering van middelen om informatie uit te wisselen. Hierbij moet je denken aan de telegraaf (telegrafie), grammofoon en de schrijfmachine. Een overeenkomst tussen beide revoluties is dat ze beide erg snel over de wereld verspreid waren, er was nu verbinding tussen alle hoeken van de wereld. - Je kunt van de communicatierevolutie een paar nieuwe uitvindingen noemen. Bijvoorbeeld de telegraaf, grammofoon en de schrijfmachine. Zie voor verdere uitleg het antwoord over de trans- en communicatierevolutie. Geschiedenis Hoofdstuk 6.3 – kennen en kunnen Eind eeuw, bereikte het Europese kolonialisme een hoogtepunt toen Europese mogendheden hun macht over grote delen van Azië en Afrika uitbreidden . De Europeanen vonden dat ze het recht hadden om over hun kolonies te heersen. 19e - Je kunt uitleggen wat The White Man’s Burden is (en het ook herkennen). De last van de blanke man was een beroemd gedicht van de 19 e eeuw. Het ging over de gedachten van westerlingen (blanken) over de wereld. De blanken moesten hun ‘beste zonen uitzenden’ om de ‘kinderlijke volkeren’ beschaving bij te brengen (een last). Waar een blanke kwam, kwam een eind aan wrede oorlogen, hoger, ziekten en ander leed. - Je kunt uitleggen wat modern imperialisme is en het verschil aangeven met - - het handelskapitalisme met handelsposten in de zeventiende eeuw. Eind 19e eeuw gingen de Europeanen wereldrijken stichtten, ze breidden flink uit in grondgebied. Tijdens het modern imperialisme gingen ze, in tegenstelling tot de 17e eeuw (alleen de kust werd veroverd), het hele land/gebied veroveren. Handelsposten waren toen verspreid door het hele land, waar onderling gehandeld werd. - Je kunt aangeven wat er werd besproken op het congres van Berlijn en wat de - gevolgen hiervan waren. Tijdens de conferentie in Berlijn werd Afrika verdeeld, en werden er grenzen getrokken. Gebieden van volkeren en stammen werden gesplist, want de Afrikanen zelf waren niet vertegenwoordigd en met hen werd ook geen rekening gehouden. - Je kunt koloniale bezittingen van Nederland noemen. De Nederlandse kolonies in de 19e eeuw waren: Suriname, de Nederlandse Antillen (Aruba, Bonaire, Curaçao, Saba, Sint-Maarten en Sint-Eustatius) en ‘Nederlands-Indië’. - Je kunt de drie verschillende vormen van macht van Europese landen in Azië - en Afrika noemen. 1. Kolonie; het westerse land had alle macht en het zeggen over het gebied. Ze konden alles doen. 2. Protectoraat; het gebied was in naam onafhankelijk, maar in feite werd het bestuurd door het westerse land. 3. Invloedssferen; het westerse land had veel invloed op de besturing van het land en de handel had vrij spel. - Je kunt uitleggen hoe het kan dat Europese landen gebieden konden - - - - - - - overheersen. Door de industrialisatie waren de Europeanen veel beter bewapend en georganiseerd. Ze vochten met moderne wapens tegen inheemse volkeren die wapens hadden als kapmessen, speren en verouderde geweren. Geschiedenis Hoofdstuk 6.4 – kennen en kunnen In de eeuw groeiden de Verenigde Staten snel en veranderden van een kleinschalige boerensamenleving in een industriële wereldmacht. In Midden- en Zuid-Amerika ontstond een groot aantal onafhankelijke staten. 19e - Je kunt het verband uitleggen tussen de transcontinentale lijn en de trek naar - het westen (het opschuiven van de frontier). Twee spoorbedrijven hadden in 6 jaar een spoorlijn aangelegd tussen Middenen Zuid-Amerika: de transcontinentale lijn. De reis die normaal een half jaar duurde, duurde nu nog maar één week. Reizen werd dus steeds makkelijker. Door een bevolkingsgroei trokken steeds meer blanke Amerikanen naar het westen. De frontier was de grens met de voor blanken onbekende wildernis. Deze schoof door de trek naar het westen steeds meer op. Uiteindelijk is de frontier zelfs verdwenen. - Je kunt uitleggen dat de aanleg van een spoorwegennetwerk leidde tot het - - verdwijnen van de frontier. Door de trek naar het westen ((er was dus een behoefte) denk aan de Gold Rush) werden er steeds meer (spoor)wegen aangelegd. In het voor blanken onbekende westen werd veel meer gereisd en de frontier schoof telkens een stukje op. Uiteindelijk is deze zelf verdwenen. - Je kunt uitleggen wat de gevolgen van de bovenstaande vraag waren voor - -de indianen. Door het opschuiven van de frontier werden die indianen steeds verder teruggedrongen naar het westen. Ze werden uit hun leefgebieden verjaagd en de laatste indianen werden gedwongen om te leven in reservaten. - Je kunt uitleggen welke groepen immigranten naar de Verenigde Staten - - -- - kwamen en wat de gevolgen waren (o.a. metropolen). De ‘Amerikaanse’ bevolking was in de 19e eeuw enorm gegroeid. Het overgrote deel waren immigranten uit Europa, want daar heerste grote armoede. In de VS groeiden de steden uit tot multiculturele metropolen. Er kwamen in zo’n stad sloppenwijken (voor de immigranten die niet rijk werden), villawijken, zakencentra met indrukwekkende wolkenkrabbers.