Inleiding Binnenkort gaat u met uw groep naar de voorstelling “Het Mysterie van Villa Fantoom”, gespeeld door Ila van der Pouw, theater met poppen. De poppen zijn gemaakt door beeldend kunstenares Gerda Schimmel, het decor door ontwerpster Kathelijne Monnens, de tekst is geschreven door Rob Bloemkolk en de regie was in handen van poppenspeler Neville Tranter. “Het Mysterie van Villa Fantoom” is een humoristische griezelvoorstelling over de zoektocht naar de werkelijke waarde van bezit en vriendschap. Gravin Amélie is de nieuwe erfgenaam van Villa Fantoom waar volgens een oude familielegende een schat verborgen zou zijn. Amélie gaat aanvankelijk fanatiek op zoek naar deze schat om er achter te komen dat de werkelijke schat die in Villa Fantoom verborgen ligt van een heel andere orde is. Hoofdpersoon gravin Amélie ontmoet tijdens de voorstelling de spoken die Villa Fantoom bevolken: een geest die het vuur in de haard gaande houdt, een wolf die tot zijn grote verdriet maar geen weerwolf kan worden, de geest van de huishoudster en tenslotte de bewaarders van de schat van villa Fantoom: een oude piraat en zijn scheepsjongen Barrel. In dit lesmateriaal vindt u informatie over Ila van der Pouw en over de voorstelling. Bovendien bevat dit materiaal een aantal spelopdrachten die u kunt uitvoeren in uw groep. 1 Over Ila van der Pouw Ila van der Pouw maakt sinds 1987 jeugdtheater. Van 1987 tot 1997 maakte zij vier producties in eigen beheer. In het seizoen 1998/1999 ging Ila een duurzame samenwerking aan met beeldend kunstenares Gerda Schimmel en lichtontwerper Toss Levy. Deze samenwerking resulteerde in de voorstelling “Leda de Zwaan” die in 2000 onderscheiden werd met het “Jantje”, een prijs van een Haagse kinderjury onder auspiciën van het Koorenhuis, centrum voor Kunst en Cultuur. In januari 2000 werd grotendeels in eigen beheer de jeugdvoorstelling “Hallo Pap” geproduceerd. Schrijver en regisseur Rob Bloemkolk die eerder samenwerkte met poppenspelers Fred Delfgaauw en John de Winter, werd aangetrokken om het gezelschap te versterken. In 2001 kenden zowel het Amsterdams Fonds voor de Kunst en de provincie Noord Holland Ila van der Pouw subsidie toe voor het realiseren van de voorstelling DiDi. Begin 2004 kenden het Fonds voor de Podiumkunsten en de provincie Noord Holland, Ila opnieuw subsidie toe om “De Duizend en Laatste Nacht” te produceren. Het gezelschap is dan inmiddels uitgebreid met regisseur/poppenspeler Neville Tranter en decorontwerpsters Lory Caldarella en Kathelijne Monnens die o.a. het decor voor Pluk van de Petteflet ontwierp. Ila speelde in 2006 op het Wereld Poppen Theater festival in Praag waar zij genomineerd werd als beste actrice. In het najaar 2006 kwam de voorstelling “Het Mysterie van Villa Fantoom” tot stand met o.a. subsidie van de Provincie Noord Holland. Ila van der Pouw bespeelt naast scholen en buurthuizen, voornamelijk kleine en middelgrote theaterzalen. 2 Vooraf aan de voorstelling Zet de leerlingen in een halve kring. Vertel dat binnenkort een actrice op school (of in het theater) komt die een voorstelling speelt met poppen. De voorstelling speelt zich af in het decor van een oude villa dat een aantal spannende verrassingen verbergt. Lees het volgende stuk voor aan uw groep. Amélie is van adel en een verre achternicht van de oude gravin van villa Fantoom. Wanneer deze krasse bejaarde dame haar sportwagen een Zuid-Frans ravijn in stuurt, erft gravin Amélie de vervallen villa. Sinds mensenheugenis wordt er gefluisterd over een schat die verborgen is in de villa. Francois, de stoffige butler van het huis, doet deze verhalen af als sprookjes voor simpele zielen, verzonnen door de arme tak van de familie. Of zoals de oude gravin placht te zeggen: de wandelende tak. Amélie is vastbesloten die schat te vinden en daarmee het mysterie van Villa Fantoom te ontrafelen. Ze maakt kennis met de spoken die zich soms al eeuwen tussen de klamme muren en onder de afgebladderde balken van de villa ophouden. Maar ze ontmoet niet alleen spoken. Zo is er ook een vuurgeest en als spoken je de rillingen bezorgen dan laat deze vuurgeest je het zweet uitbreken. Er woont een tragische wolf die bij iedere volle maan hoopt in een echte weerwolf te veranderen. Het wil hem maar niet lukken en zo leert de nieuwe gravin de weer-niet-wolf kennen. Amélie is helemaal niet onder de indruk van spoken of geesten en zeker niet van zielige weer-niet-wolven. Maar er is iets vreemds aan de hand met de bewoners van villa Fantoom. Het is alsof de spoken en geesten de nieuwe gravin op de proef willen stellen, haar willen waarschuwen voor de verborgen rijkdommen. Alsof er een luchtje aan de schat zit. Een gevaarlijk luchtje. Amélie haalt haar neus op voor het geheimzinnige gedoe van haar medebewoners. Tot zij oog in oog komt te staan met het oudste en het meest bloedstollende spook uit Villa Fantoom: de piraat die ooit de schat tijdens een zeeslag buit maakte. Opdracht 1 Doel: De leerlingen voorbereiden op de voorstelling. Opdracht: Laat de leerlingen in de kring praten over spoken. Laat ze zelf een spook verzinnen. Hoe ziet zo’n spook eruit? Waar woont hij of zij? Wat doet hij? Moet je daar bang voor zijn? Of zijn er ook leuke spoken? Geloof je er in of niet? Doe Opdracht 1 Laat de kinderen een spook tekenen. 3 Doe Opdracht 2 Laat de kinderen in tijdschriften op zoek gaan naar foto’s van villa’s, kastelen of huizen waar spoken kunnen wonen. Laat ze eventueel een collage maken. Tip Na afloop van de voorstelling kun je met de kinderen kijken of hun collages overeenkomen met wat ze gezien hebben in de voorstelling en of hun verwachtingen uitgekomen zijn. Opdracht 2 Spelopdracht Het spel begint met één speler. Geef aan in welke situatie deze eerste speler zich bevindt. Bijvoorbeeld: hij wil gaan zwemmen en wacht op zijn vriendje. Vraag aan de leerlingen wie de eerste speler wil zijn. Laat de eerste leerling spelen alsof hij wacht op zijn vriendje. Geef aanwijzingen wat je doet als je staat te wachten. Vraag wie van de leerlingen in het spel mee wil spelen. Laat ze dat aangeven door hun vinger op te steken. Op uw teken mag de tweede speler in het spel mee gaan spelen. Bijvoorbeeld het buurmeisje dat vraagt of ze ook mee mag gaan zwemmen of je kleine broertje die vraagt waar zijn nieuwe vrachtautootje staat. Als de tweede speler duidelijk heeft gemaakt wat zijn rol in het spel is, mag de derde en daarna de vierde en de vijfde tot de zesde (het vriendje dat de afspraak had) er een einde aan verzint. Doel is dat alle kinderen hun eigen rolletje spelen. Bespreek ook met de kinderen: - of er goed naar elkaar geluisterd en gekeken werd; - of er gereageerd werd op de komst van een nieuwe speler; - of duidelijk werd wie de spelers waren en wat ze kwamen doen; - welke verschillende rollen er waren; - en welke rollen hadden er nog meer in kunnen voorkomen. Opdracht 3 Doel: De leerlingen kennis laten maken met twee personages uit de voorstelling Opdracht Bespreek wat een butler en een gravin zijn en hoe zij zich tot elkaar verhouden. Laat een leerling de rol van een gravin spelen en een ander de rol van de butler. Laat ze zelf een klein rollenspelletje spelen. Gebruik een zandloper. 4 Als de tijd voorbij is stapt één leerling op. De ander schuift door en neemt de rol van de gravin over. Een volgende leerling probeert nu de butler te spelen. Op deze wijze komen alle leerlingen aan bod om zich te verplaatsen in de rol die de hoofdpersoon uit het stuk speelt. Na de voorstelling Naar aanleiding van de voorstelling houdt u een gesprek met de leerlingen. U kunt dan de volgende vragen stellen: - Waar speelt het verhaal zich af? Waar ging het verhaal over? Hoe eindigt het verhaal? Wie kwamen er voor in het verhaal? - Heeft Amélie de schat gevonden? Hoe zou die daar terecht zijn gekomen? Waarom bleef Amélie toch in Villa Fantoom wonen? Waren alle poppen spoken? Wist Amélie dat? Waarom kunnen spoken niet zonder mensen? En waarom wil Amélie de schat niet meer hebben? 5 Tips voor het voorstellingsbezoek Vooraf Indien het een bezoek buiten uw eigen school is (theater, gemeenschapshuis, andere school) vertelt u iets over die andere locatie. Wat treffen de leerlingen daar aan? Hoe dienen ze zich te gedragen? Vraag wie er wel eens in een theater is geweest. Hoe ziet zo'n zaal eruit? Wat gebeurt er? Vertel ook hoe de reis er naar toe verloopt, waar de garderobe en de toiletten zijn en dat de leerlingen eventueel hun schoenen moeten uittrekken wanneer de voorstelling in een gymzaal gespeeld wordt. Vertel tot slot dat aan het begin van de voorstelling het licht uitgaat en wat de kinderen moeten doen als de voorstelling is afgelopen. Als de voorstelling op uw eigen school plaatsvindt vertel dan, indien dit het geval is, dat er kinderen van andere scholen komen kijken, soms ook op andere tijden en dat elke voorstelling ongestoord moet kunnen verlopen. Indien u met de bus gaat, zorg er dan voor dat er geen al te uitgelaten stemming ontstaat die ook tijdens de voorstelling aanhoudt. Hoe kijk je naar een voorstelling? Kinderen moeten vaak nog vertrouwd raken met het kijken naar een voorstelling. Een voorstelling is "live" en wordt dus gemaakt waar je bij bent. Het gedrag van het publiek is van invloed op de kwaliteit van de voorstelling, in positieve maar ook in negatieve zin. Kinderen zijn allemaal vertrouwd met televisie kijken. Toch is er een groot verschil tussen tv-kijken en het bijwonen van een voorstelling. Kijken naar een voorstelling - wordt gemaakt waar je bij bent je kunt het geluid niet harder of zachter zetten je kunt een voorstelling niet zomaar stop zetten er zijn ook onbekende mensen bij die ook kijken er is licht en geluid bij nodig lopen, praten, eten, schuifelen stoort. Kijken naar televisie - het programma is al af als je er naar kijkt je kunt het geluid niet harder of zachter zetten je kunt de tv uitzetten wanneer je wilt er zijn alleen bekende mensen bij er zijn geen speciale voorzieningen bij je kan lopen, praten en snoepen. Op tv hebben ze daar geen last van. 6 De dag van de voorstelling Zorg dat u circa tien minuten voor aanvang aanwezig bent. Geef de kinderen vooraf op school de gelegenheid naar het toilet te gaan. Laat kinderen die aan het eind van de ochtend of middag een voorstelling bezoeken eerst even een luchtje scheppen en uitrennen zodat ze geconcentreerd kunnen kijken en luisteren. De kinderen kunnen het beste in groepen de zaal binnenkomen. Kleine kinderen eerst. Leerkrachten kunnen het beste verdeeld over de zaal zitten. Na afloop klapt het publiek om de spelers te bedanken. Na het applaus verlaten de leerlingen onder begeleiding en volgens afspraak de zaal. Voor meer informatie over Ila en haar poppen: bezoek de website www.ilavanderpouw.nl 7