www.marx.be • Christian De Duve De lessen van het leven Marxistische Studies nr. 83, 2009. • Welke identiteit voor de 99 %? Bedenkingen bij het boek Identiteit van Paul Verhaeghe Marxistische Studies nr. 101, 2013. “We beleven heus niet de roemloze ondergang van een economisch model. De hebzucht zit niet in de markt, maar in de mens” Marc De Vos van het Itinera Institute (DS 3/10/08) ‘De kern van mijn ideologische bestaan is de overtuiging dat er een denkfout zit in de verlichting, namelijk in het idee dat de mens goed is van nature. De mens is niet goed van nature, dat is de geconsendeerde wijsheid van tweeduizend jaar christendom.’ “De vernistheorie was lange tijd de overheersende biologische opvatting over de aard van de mens. De moraal was een dun vernis dat nauwelijks in staat was onze ware aard te verhullen, die volkomen zelfzuchtig zou zijn. De afgelopen tien jaar is de vernistheorie bezweken onder een overweldigende hoeveelheid bewijs voor aangeboren empathie, altruïsme en samenwerking bij mensen en andere dieren.” (Frans De Waal, 2013) Nieuwe wetenschappelijke ontdekkingen (*) en de gevolgen voor: • het vraagstuk van het ontstaan van de mens • de dualismen: egoïsme versus altruïsme, competitie versus coöperatie en zelfbedrog versus wetenschap • het Darwinisme, Marxisme en sociaaldarwinisme (*) Neurowetenschappen Evolutietheorie Moleculaire genetica – evolutionaire biologie Paleontologie - Antropologie (Dier)Gedragswetenschappen- evolutionaire psychologie Moraalwetenschappen Historisch materialisme Darwinisme & Marxisme Wetenschapsfilosofie & geschiedenis Charles Darwin • Reis met de Beagle (18311835) • De oorsprong der soorten (1852) • De afstamming van de mens en selectie in relatie tot sex (1871) Karl Marx & Friedrich Engels • De toestand van de arbeidersklasse in Engeland (Friedrich Engels, 1943) • Loonarbeid en kapitaal (kritiek op Malthus) (1849) • Het Kapitaal I (1867) • De oorsprong van het gezin, van de particuliere eigendom en van de staat (Friedrich Engels, 1884) niches slaven aardbeving Beschaafde wilden Reuze fossielen Galapogos eilanden. Flora en fauna ~Ecuador (hoewel ander klimaat, veel te jong (vulkanisch) voor endemisch leven) Niche adaptaties: snavel vinken, nek & schildopening schildpadden. Blauwvoetige zeevogels, leguanen, zeehondjes. Geen roofdieren => niet schichtig. Vgl. HS in Amerika’s en uitroeiing grote zoogdieren min 10.000 jr. De Oorsprong der Soorten Darwin, de mieren en de bladluizen Librivox.org Hoofdstuk 7. Deel 1. vanaf 8.00 min. (f) Wetenschappelijke methode - arbeid: 1. Observeren (hier gedrag - interactie) 2. Hypothese –> testbare voorspelling 3. Experimentele toetsing Darwin na de Beagle: “ik ontdekte het plezier van observeren en logisch nadenken…” Dag 1 Inhoud 1. Wat is evolutie? 2. Waarom is evolutie waar? 3. De diepe tijd, het ontstaan en de evolutie van de mens 4. Recente wetenschappelijke ontdekkingen Dag 2 1. Evolutionair ingeslepen mentale sjablonen 1. Empathie 2. Bewustzijn 3. Zelfbedrog en denkfouten versus wetenschap 4. Wat maakt de mens mens? 5. Moraal 2. Hedendaags geluk en motivatie onderzoek ~ social. vs. kapital. Waarden Dag 3 1. Marx, Darwin, sociaaldarwinisme toen en nu 2. Tekstkritiek: F. Engels & oercommunisme, P. Verhaeghen en B. De Wever Inhoud 1. Wat is evolutie? 1. Wat is evolutie? Evolutionaire proces van natuurlijke selectie 1. Variatie (ad random) 2. Selectie door omgeving (bepalend) 3. Reproductie => reproductief succes van genen (voortplantingssucces) Berkenvlinder: wit ~zwart <= 1 genmutatie, patroon <= 1 genumtatie 1. Wat is evolutie? Evolutionaire proces van natuurlijke selectie 1. Variatie (ad random) 2. Selectie door omgeving (bepalend) 3. Reproductie => reproductief succes van genen (voortplantingssucces) Eigenschappen van evolutie 1. Alles dat leeft of geleefd heeft is resultaat van evolutie 2. Gradueel & ‘onderbroken evenwicht’ (sprongsgewijs) 3. Gemeenschappelijke voorouder - boomstructuur 4. Soortenvorming – splitsing 5. Selectie: 1. natuurlijke 2. sexuele 3. kunstmatige Evolutie door natuurlijke selectie: • door aanpassing en reproductie van verworven kenmerken (Lamarckisme) >< • door aangeboren variatie, ‘survival of the fittest’ en reproductie van die aangeboren best aanpassende kenmerken (Darwinisme) Darwinisme Lamarckisme Dialectische nuancering ‘Lamarckiaanse’ evolutie mogelijk 1. Genetische–omgevings co-evolutie (Lewontin) 2. Epigenetica 3. (Cumulatieve) culturele evolutie (‘overrides’ de biologische evolutie in snelheid, in diepte en in uitgebreidheid) 4. Genetisch-culturele co-evolutie (ketonurie, lactase, fysionomie … domesticatie graan & dieren) Dialectische nuancering • Natuurlijke selectie gebeurt t.h.v. het fenotype (niet het genotype) • Het fenotype wordt gevormd door de dimensies van het organisme: morfologie, fysiologiebiochemie, metabolisme (stofwisseling organisme – omgeving) en gedrag • Het fenotype is dialectisch verstrengeld met de omgeving • Zowel fenotype als genotype (nature) hebben een geschiedenis (cummulatief) van dialectische interactie met (veranderende) omgeving (nuture) • >< tegen reductionistisch determinisme ‘selfish gene Dawkins’ ‘sociobiology Wilson’ Evolutietheorie en moleculaire genetica = neodarwinistische syntheses • Ontwikkelingswet: – 1) ad random variatie (mutatie-foutje bij replicatie DNA)+ – 2) selectie /adaptatie + – 3) reproductie • Eerst ‘random’, dan ‘wetmatig’(=natuurlijke selectie). Adaptatie <= unieke combinatie van mutatie (toeval) en selectie (deterministisch, wetmatig). ‘the non-random survival of random variants’ (Dawkins) ‘lessen voor het leven’ (De Duve in MS) • Proximateultimate • Diepere-onderliggende gemeenschappelijke sjablonen ~ gemeenschappelijke voorouders Culturele evolutie vs. biologische evolutie. Culturele evolutie = analoog proces als biologische evolutie: 1) variatie aan ideeën (overdracht/accumulatie uit vorige generaties -creativiteit – sociale interactie/ sociaal constructivisme) 2) selectie (trial and error – basis wetenschappelijke arbeid) 3) reproductie (spreiding – overdracht). Verschil: snelheid↑↑↑- kwantitatieve accumulatie => Tweede informatiesnelweg (Dennett) Culturele evolutie vs. biologische evolutie. Cumulatieve culturele adaptatie aan iedere mogelijke omgeving, door de omgeving actief aan te passen aan de biologisch/genetische mens (warmte, beschutting enz.) Vb. Biologische evolutieboom ~ boom van taalevolutie (cultureel) Unieke van de homo (sapiens). Dit vermogen <= kleine genetisch veranderingen. Mens ~98,5% chimp en ~99,5% Neanderthaler Cultuur-ideeën is meest succesvolle eigenschap in concept van Darwinistische evolutionaire competitie Darwin werd misselijk als hij de staart van de pauw zag => begin van het idee van evolutie door sexuele selectie • ↑ variatie bij iedere generatie • handicapprincipe Kunstmatige selectie = Intelligent design Totale biomassa aarde Natuurlijk wilde Door mens beïnvloed -10.000 jaar < landbouwrevolutie 99,9% 0,1% NU 1% 99% 1. Wat is evolutie? Inhoud 2. Waarom is evolutie waar? 2, Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: verandering en splitsing~missing links 2. Overblijven van rudimentaire organen. Ontstaan en verdwijnen ervan in embryonale ontwikkeling 3. Slecht design vanuit ingenieursstandpunt, verklaarbaar vanuit evolutionair perspectief 4. Biogeografie 5. Bewijs voor evolutie in real time 6. Coherentie en overeenstemmend met resultaten uit alle disciplines: biologie, paleontologie, biochemie, moleculaire genetica … 7. Geen enkel feit dat aantoont dat evolutietheorie fout zou zijn (falsificatieprincipe) Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: ontwikkeling/verandering, splitsing => gemeenschappelijke voorouder. Voorspellend ~ missing links Evolutionaire boomvorming Missing links voorspeld en gevonden Evolutionaire boomvorming Evolutionaire taalboom = culturele evolutie Overgangen te dateren Evolutie micro-organismen: Rhizosoleni plancton - over 2 miljoen jaar - kalkskelet: goede fossilisatie, zakt naar oceaanbodem - boorkolom => zichtbaar worden van evolutionair lijnen en splitsingen in de tijd Evolutie van grote zoogdieren: het paard Bladetende paarden sterven uit ~ aard van de maalkiezen: laagkronig, zonder cement -5M - 15 M 50 Mj ontstaan in Noord-Amerika. Daar 10.000 jr geleden - 35 M uitgestorven uitgeroeid. Terug geïmporteerd door kolonisatie. Grasetende paarden overleefden en evolueerden tot moderne paard ~ aard van de maalkiezen: hoogkronig, gericheld oppervlak, met cement-hard. Ook hardlopers dankzij hoefvorming uit nagel van middenteen. -5M - 15 M - 35 M Evolutie van de walvissen ? Voorspelling: Missing links over 10 Mj Evolutie van de walvissen Missing links over 10 Mj Gevederde dinosaurus Vogels~reptielen Voorspelling: vogels stammen af van dinosaurussen – missing links Gevonden in 1996: Sinosauropteryx • min 125 M – • nog geen vogels in fossielenrecord • 60 cm lang • Kenmerken van dinosaurus in tegenstelling met later ontwikkelende vogelkenmerken Nog tanden Nog aparte vingers Wel veders Nog een zeer lange staart Van vis naar amfibie Voorspelling: doelgerichte ontdekking van de Tiktaalik Reeds fossielen: Kwastvinnig Panderichtys (min 385Mj) – gat 20 Mj – oudste tetrapode aan land Acanthostega (min 365Mj) Nog levende fossiel - kwastvinnen: in 1836 ontdekking fossiel – 1938: ontdekking levende coelacant. Eind jaren ’90 kunnen filmen: Zuid-Afrika-Madagaskar: diepe grotten Tiktaalik In 2004 ontdekt op Noord Canadees eiland waar Devoon laag (280-260Mj) naar boven en rivierdelta. Toen liggend in zuidelijk halfrond en warm klimaat. Doelgericht onderzoek door ploeg van Pensylvenië. 6 zomerseizoenen opgravingen. Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: verandering en splitsing~missing links 2. Overblijven van rudimentaire organen. Verschijnen en verdwijnen in embryonale ontwikkeling Walvis voorpoot/vin Min 50 Mj Min 45 Mj Voorlopers walvis: resten van achterpoten Dolfijnen embryo’s: ontwikkelen pootjes die verdwijnen in embryonale ontwikkeling 24 dagen 48 dagen Premature baby en lanugo beharing Embryonale ontwikkeling voorspelt dat dolfijnen en walvissen afstammen van gewervelde vierpotige landdieren: tetrapoden Onze voorouders waren behaard Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: verandering en splitsing~missing links 2. Overblijven van rudimentaire organen. Verschijnen en verdwijnen ervan in embryonale ontwikkeling 3. Slecht design vanuit ingenieursstandpunt (prostaat, oognetvlies, geboortekanaal mens), maar verklaarbaar vanuit evolutionair perspectief (prostaat evolueert uit cellen v/d pisbuis) Ingenieus slecht ontwerp, evolutionair verklaarbaar Evolutie van het oog Van rudimentair platworm fotogevoelige spot tot vertebraten camera-oog= 1829 stapjes = 400.000 jaar mutaties Eerste rudimentair oogfossiel = min 550 miljoen jaar Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: verandering en splitsing~missing links 2. Overblijven van rudimentaire organen. Verandering ervan in embryonale ontwikkeling 3. Slecht design vanuit ingenieursstandpunt 4. Biogeografie: studie van de geografische verdeling van planten en dieren Galapogos eilanden. Flora en fauna ~Ecuador (hoewel ander klimaat, veel te jong (vulkanisch) voor endemisch leven) Niche adaptaties: snavel vinken, nek & schildopening schildpadden. Blauwvoetige zeevogels, leguanen, zeehondjes. Geen roofdieren => niet schichtig. Vgl. HS in Amerika’s en uitroeiing grote zoogdieren -10Kjr. Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: verandering en splitsing~missing links 2. Overblijven van rudimentaire organen. Verandering ervan in embryonale ontwikkeling 3. Slecht design vanuit ingenieursstandpunt (prostaat, oognetvlies, geboortekanaal mens), maar verklaarbaar vanuit evolutionair perspectief (prostaat evolueert uit cellen v/d pisbuis) 4. Biogeografie 5. Bewijs voor evolutie in real time (honderden hedendaagse voorbeelden, geen enkel tegenvoorbeeld) Natuurlijke selectie in real time bv. Darwinvinken in Galapagos Selectie en soortvorming volgens ecologische niches op de Galaposeilanden (plaats en weer veranderingen) Grote zaden~grote snavel Kleine zaden~kleine snavel => 15 verschillende soorten vinken • Gemeenschappelijke voorouder vanuit continent 2 miljoen jaar geleden • ≠ soorten <= [ ≠ snavel => ≠ zanggeluid => ≠ sexuele selectie ] Hier niet door geografische barrières. • 30 jaar-25 generaties-16.000 vinken ~ evolutie in actie • 2004: een gen en een eiwit en hun verschil in expressie tijdens embryonale ontwikkeling (epigenetica) => ≠ vorm en grootte bek Karl Marx (Het Kapitaal. 4° voetnoot in hoofdstuk over ‘Machinerie en grootindustrie’) • “Darwin heeft de aandacht gevestigd op de geschiedenis van de natuurlijke technologie, dat wil zeggen op de vorming van de organen van planten en dieren als productie-instrumenten voor het leven van de planten en dieren. Verdient de geschiedenis van het ontstaan van de productieve organen van de mens in de maatschappij, van de materiële basis van iedere afzonderlijke maatschappijorganisatie niet evenzeer de aandacht? De technologie onthult het actieve handelen van de mens ten opzichte van de natuur, onthult het directe productieproces van zijn leven en daardoor ook zijn maatschappelijke levensomstandigheden en de geestelijke voorstellingen, die hij zich hierbij maakt.” = historisch materialisme: PKPV Grootte cellen Citraat naast glucose Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: verandering en splitsing~missing links 2. Overblijven van rudimentaire organen. Verandering ervan in embryonale ontwikkeling 3. Slecht design vanuit ingenieursstandpunt 4. Biogeografie 5. Bewijs voor evolutie in real time 6. Coherentie en overeenstemmend met resultaten uit alle disciplines: biologie, paleontologie, biochemie, moleculaire genetica … Mitochrondiaal DNA – migratie HS ~fossielen. Moleculaire klok en gemeenschappelijke voorouder • Hond <- wolf • Walvis<- tetrapod – nijlpaard – 45 Mj • Homo – 6 MJ – chimps • Denisova mens ontdekt via DNA Ontdekking nieuwe mensensoort, louter op DNA, zonder fosiele evidentie: Denisova mens (2008) TED Talk Svante Pääbo Moleculaire genetica Moleculaire genetica: chimpansee - mens Verlies van 80 genen: (minder genen, hogere en complexere ontwikkeling>< genetisch reductionisme) -reuk receptoren -immuun reacties -caspase 12 (preventie septicemie) -kératine 1 (verlies van beharing, zwarte huid) -0,4 M ~ kledij - luizen -myosine MH16 (fijnere en mindere kaak en gezichtsspieren=> grotere schedel mogelijk) -5,4M & -2,4M Regio’s van snelle en vele mutaties, in vergelijking met evolutie andere vertebrae -HAR1 -HACNS1 (opponeerbare duim en verfijnde handspieren) -HAR2- HARF1 (toename van de herseninhoud) -3,4M & -2,4M -FOXP2 (hersenontwikkeling, rol in taalsjabloon) -Amylase gen (-0,1 M - vertering starch – landbouwrevolutie) Genetische verschillen gaat om weinig genen die betrekking hebben op de buitenkant: huid, haar, gezicht – maagdarm (lactase) – immuunsysteem: micro evolutionair Organen (hart, lever), binnenkant, tonen geen verschillen. 2008: eerst vingerkootje, dan tand. Nieuwe mensensoort de Denisova Ondekt op basis van DNA analyse 2,5% 5% 0% Waarom is evolutie waar? 1. Fossielen: verandering en splitsing~missing links 2. Overblijven van rudimentaire organen. Verandering ervan in embryonale ontwikkeling 3. Slecht design vanuit ingenieursstandpunt 4. Biogeografie 5. Bewijs voor evolutie in real time 6. Coherentie en comptabiliteit in alle disciplines: biologie, paleontologie, biochemie, moleculaire genetica … 7. Geen enkel feit dat aantoont dat evolutietheorie fout zou zijn (falsificatieprincipe) Waarom is evolutie waar? Geen enkel feit dat aantoont dat evolutietheorie fout zou zijn (falsificatieprincipe) zoals bijvoorbeeld: • fossielen in verkeerde geologische ‘tijds’lagen (geen enkel zoogdier in het Devoon) • geen overeenstemming in ontwikkeling op basis van vorm & fossielen versus DNA & genetica • gebrek aan genetische variatie binnen soorten • adaptatie in ene soort die alleen goed zou zijn voor andere soort. Geen tepels bij de muis waar alleen moljongen aan kunnen zuigen • aanpassingen die niet doorheen een stap voor stap proces gebeuren