Mijn spreekbeurt: Wat is diabetes? Je merkt dat er iets niet goed is, omdat je bijvoorbeeld: veel moet plassen hele erge dorst hebt Maar ook als je bijvoorbeeld: •opeens veel afvalt •moe bent •wazig ziet •ontstekingen krijgt •jeuk krijgt kan diabetes de oorzaak zijn. Twee soorten diabetes •Type 1: Pech Het lichaam gaat per ongeluk vechten met zichzelf. Na dit grote gevecht zijn de cellen die insuline maken, helemaal kapot gemaakt en heb je diabetes. Hier kun je niks aan doen: Pech… Twee soorten diabetes •Type 2: Oud / “versleten” of te dik Je lijf maakt dan te weinig insuline. Het kan ook zijn dat je lichaam bijna niet reageert op insuline. Dat is vooral bij mensen die (veel) te dik zijn. Dit type diabetes hebben kinderen bijna nooit. Denk-foutjes! Bij kinderen is diabetes zelden: Eigen schuld, dikke bult! - Ze hebben niet teveel suiker gegeten - Ze hebben niet te vet gegeten Waar zit de alvleesklier? mond slokdarm Maag alvleesklier Wat is insuline? Insuline is de sleutel die de deur van een cel opent zodat de suiker naar binnen kan. Alvleesklier Insuline Suiker (glucose) Cel Spuiten Bij diabetes type 1 maak je zelf geen insuline. Daarom moet je de insuline zelf inspuiten. Doe je dit niet, dan voel je je ziek. Spuiten doe je met een insulinepen. Pompen in plaats van spuiten Er zijn ook kinderen die een pompje hebben. Die pomp zit met een slangetje en naaldje vast in hun bil of buik. Met die pomp komt de insuline in het lichaam. De pomp zorgt ervoor je de hele dag door insuline krijgt. Net als dat gewoon bij iedereen gebeurt. Meten Als je diabetes hebt weet je lijf niet hoeveel suiker in je bloed zit. Je moet daarom zelf meten. Dat doe je met een bloedglucosemeter. Je meet door een heel klein prikje (gaatje) te maken in je vinger. Dan laat je een beetje bloed van je vinger opzuigen door een stripje in je meter. Die meet dan de suiker (glucose) in je bloed. Hypo Te weinig suiker in je bloed: oeps, een HYPO! Je zit te “laag” en kan dingen niet meer (goed) doen. Iemand met een hypo wordt bijv. bleek, gaat trillen, zweten, wordt snel boos, krijgt een vreemde lachbui of wordt heel stil. Trillen Wisselend humeur Zweten Wat moet je doen tegen een hypo? Je moet iets eten of drinken MET suiker, zoals: limonade, druivensuiker, sportdrank en daarna bijvoorbeeld een boterham. Daarom eten kinderen met diabetes ook in de klas, omdat ze dan bijna “laag” zitten en snel meer suiker (glucose) nodig hebben. Hyper Teveel suiker in je bloed: HYPER! Je zit dan “hoog”. Je moet dan meestal vaker plassen en hebt veel dorst. Vaak ben je ook heel moe. Vaak plassen! Enorme dorst! Wat moet je doen tegen een hyper Als je teveel suiker in je bloed hebt moet je extra insuline spuiten. Of bijspuiten met de pomp. Dat wordt “bolussen” genoemd. Lastig op school Diabetes hebben is soms lastig, zeker op school, omdat: - Je kunt je slechter concentreren - Je hebt soms meer tijd nodig voor toetsen - Je moet soms tijdens lessen spuiten/meten - Je moet soms tijdens de les eten Belangrijk: eten Je mag alles eten als je diabetes hebt. Ook suiker! Als je de bloedsuiker maar goed houdt (geen hypo en geen hyper). Goed eten is erg belangrijk, maar dat geldt voor iedereen. Je let met diabetes wel beter op WAT je eet: meestal “light” drinken en gezond eten en niet te vet. Belangrijk: bewegen Bewegen is voor iedereen belangrijk, maar extra voor als je diabetes hebt: - Je insuline wordt beter opgenomen - Je wordt minder snel dik - Je spieren werken beter - Je bloedsuikers blijven beter - Je blijft gezond en houdt een goede conditie Diabetes-rap Met dank aan Artsen voor Kinderen School-lespakket Diabetes: Zoet Bloed Bedankt, doei!