Vallende sterren

advertisement
Als je een vallende ster ziet, dan mag je
een wens doen. Misschien zeggen mensen
dat omdat ze denken dat vallende sterren
niet zo veel voorkomen. Maar dat valt
eigenlijk best wel mee. Elke avond zijn er
vallende sterren te zien. Sterker nog: ze zijn
er ook overdag! Doordat je 's nachts een
lichtflits ziet met een staart denk je al snel
aan een ster die valt. Toch is een vallende
ster geen ster, maar een meteoor. Sterren
zou je nooit kunnen zien bewegen, omdat
ze daarvoor veel te ver weg staan. Vallende
sterren kunnen alleen voorkomen, maar ook
in een groep. Omdat de aarde draait komen
we om de zoveel tijd een groep
meteoroïden tegen. In januari bijvoorbeeld.
Mensen die veel te wensen hebben,
hebben dan geluk. In totaal zijn er namelijk
zo’n driehonderd vallende sterren te zien.
Ook in augustus kun je jaarlijks veel
vallende sterren zien. Dan zijn het er
Vallende sterren
picozine fleur www.picozone.nl
De aarde is ontstaan door een grote knal.
Voor die knal was er niks, geen ruimte,
geen sterren, geen planeten helemaal niks.
Die knal wordt de oerknal genoemd.
Het ontstaan van de
aarde
Wat zijn sterren?
Kometen
Nevels
Tussen al die ontelbare sterren komen we
ook nevels tegen. Grote wolken van stof en
gas. Soms een overblijfsel van een
ontplofte ster. Na lange tijd van licht geven
kan een ster ontploffen. De ster slingert dan
al zijn materiaal de ruimte in. Zo'n nevel kan
ook een plaats zijn waar een nieuwe ster
geboren wordt. Gas en stofdeeltjes worden
dan samen een bolletje. Het deeltje wordt
steeds groter, waardoor het weer nieuwe
deeltjes aantrekt. Uiteindelijk gaat die
nieuwe ster warmte en licht geven. Zo is
heel lang geleden ook onze zon ontstaan.
Een komeet is een soort vuile ijsbal. Als hij
gewoon door het heelal zweeft, kun je hem
niet zien. Maar soms komt hij in de buurt
van de zon. Door de warmte van de zon
begint de komeet een beetje te verdampen.
Er ontstaat dan een grote wolk van stof en
gas. Dit materiaal wordt door de zon
weggeblazen. Zo ontstaat de staart van de
komeet. Deze staart kan wel miljoenen
kilometers lang worden. En dan is een
komeet wel vanaf de aarde te zien. De
kometen krijgen de naam van hun
ontdekker.
Een ster is een héél grote, gloeiende
gasbol. In het binnenste van de ster is het
enorm heet. Soms wel een paar miljoen
graden! Door deze warmte geeft de ster
licht en warmte.
Onze aarde is één van de negen planeten
die rond de zon draait. Om één keer rond
deze zon te gaan, heeft de aarde één jaar
tijd nodig. De aarde draait ook om zichzelf.
In 24 uur maakt hij één rondje. Op het deel
dat aan de kant van de zon staat, is het
dag. De andere kant van de aarde zit dan in
de schaduw, daar is het nacht.
Onze planeet: de aarde
De zon
De zon is een ster. Net als alle andere
sterren die je 's nachts kunt zien. Alleen
staat de zon heel dichtbij. Daarom zien we
de zon heel groot. Net als de aarde en
negen andere planeten draait de zon om
haar eigen as. In de zon wordt waterstof
omgezet in helium, daarbij ontstaat licht en
warmte. Voorlopig blijft de zon nog branden.
Pas over 5 miljard jaar is de brandstof op.
Diep in de zon is het enorm heet, wel zo'n
15 miljoen graden. Aan het oppervlak is het
een stuk minder heet. Maar toch nog altijd
ongeveer 6000 graden.
Een planeet is een hemellichaam, dat rond
een ster draait en tegelijk om zijn eigen as.
Manen draaien weer om planeten heen.
Planeten en manen geven zelf geen licht,
sterren wel. We kunnen planeten en manen
zien, omdat een ster erop schijnt en ze dat
De sterrenhemel
Van al die miljoenen sterren die aan de
hemel staan, hebben sterrenkundigen
groepjes gemaakt. Zo'n groepje sterren
noemen we een sterrenbeeld. Elk
sterrenbeeld heeft een eigen naam. Een
sterrenbeeld kun je herkennen aan de
vorm. De bekendste is de Grote Beer. Die
heeft de vorm van een steelpan.
Andere sterrenbeelden zijn bijvoorbeeld de
Zwaan, de Stier, Cassiopea en Orion.
Als 's avonds de zon ondergaat, komen de
sterren tevoorschijn. Omdat de zon zoveel
licht geeft, kun je overdag de sterren niet
zien. Alle sterren zijn zonnen, net als de
zon. Sommige zijn kleiner, maar er zijn er
ook die veel groter zijn dan de zon.
Omdat deze heel ver weg staan, zien we
alleen maar lichtstipjes.
Rond de zon draaien meer planeten dan
alleen de aarde. Het zijn mercurius, venus,
aarde, mars, jupiter, saturnus, uranus,
neptunus en pluto. Mercurius doet 88 dagen
over 1 rondje. De aarde 1 jaar, terwijl pluto
er bijna 250 jaar over doet.
Mercurius, venus, de aarde en mars lijken
een beetje op elkaar. De planeten zijn
opgebouwd uit gesteente en metalen. Je
kunt er dus op rondlopen.
Mercurius lijkt een beetje op de maan. Hij is
helemaal bedekt met kraters.
Ons zonnestelsel
Meteorietinslag in
Rusland
Wetenschappers hebben uitgezocht dat
ongeveer 15 miljard jaar geleden de oerknal
plaats vond. Daaruit zijn sterrenstelsels,
planeten, sterren en de aarde ontstaan.
Ons zonnestelsel is ontstaan uit een
gaswolk die ronddraaide. In het midden van
die gaswolk is de zon geboren. Aan de
randen ontstonden planeten. De aarde was
in die tijd nog vloeibaar, langzaam koelde
de aarde af en stolde. Het duurde nog lang
voordat de aarde bewoond werd.
In Rusland is dit jaar een meteoriet
ingeslagen. Dat gebeurde in de plaats
Tsjeljabinsk. Hij suisde door de lucht, spatte
daar uit elkaar en al die stukken kwamen op
de grond. Door die knal zijn ruiten geklapt
en mensen gewond geraakt. Wel 1200
gewonden.
Diezelfde nacht scheerde een andere grote
meteoriet ongeveer 28.000 km langs de
aarde af. Sterrenkundig is dat heel dicht bij,
maar naar menselijke begrippen is dat heel
ver weg.
Meteoor
Een vallende ster is een meteoor. Dit is een
klein stukje gruis dat ongeveer even groot is
als een zandkorrel. Dit stukje gruis beweegt
heel snel door de ruimte. Dat kan met een
snelheid van 55.000 tot en met 200.000
kilometer per uur. Als het gruis nog door de
ruimte snelt, noemen we het een
meteoroïde. Maar als het in de buurt komt
van de Aarde en door de dampkring gaat,
spreken we over een meteoor. Doordat het
stukje gruis zo’n hoge snelheid heeft, slaat
het atomen weg uit de dampkring. Deze zijn
even uit positie, maar nemen snel hun
vertrouwde plek weer in. Samen met de
wrijving van het supersnelle stukje gruis
zorgt dit voor de staart van licht. Omdat de
meeste meteoren erg klein zijn, bereiken ze
bijna nooit de aarde. Maar als dit toch
gebeurt, dan noemen we het restant een
meteoriet. Doordat de stukken stof en gruis
net zoals planeten door de ruimte bewegen,
De maan is het hemellichaam dat het
dichtst bij de aarde staat. De afstand is
ongeveer 380.000 kilometer
De maan
draait om de aarde. In een maand draait de
maan één keer rond de aarde. De maan
geeft zelf geen licht. De maan weerkaatst
het licht van de zon, net als een spiegel.
De maan
Sterrenbeelden
Het heelal
De aarde is een planeet. Rond de aarde
beweegt de maan. Samen draaien zij rond
de zon. De zon is een ster en geeft licht en
warmte. De aarde is niet de enige planeet
die rond de zon draait. Nog acht anderen
planeten doen dat ook. De zon met de
negen andere planeten en al de manen
noemen we het zonnestelsel. De zon is niet
alleen. Hij staat samen met miljarden
andere sterren bij elkaar in een
sterrenstelsel, het Melkwegstelsel. Ons
Melkwegstelsel
is
niet
het
enige
sterrenstelsel. Overal in het heelal vind je
groepjes van sterrenstelsels.
Download