Duurzame overheidsopdrachten-fiche Product / dienst Versie Datum Warmtekrachtkoppeling Basis December 2010 Toepassingsgebied Deze criteria zijn ook van toepassing op warmtekrachtkoppelingseenheden, ook bekend als warmtekrachtkoppeling (WKK). WKK wordt gedefinieerd als een machine die wordt gebruikt om tegelijkertijd elektriciteit en warmte te produceren. Het grote voordeel van WKK ten opzichte van gewone elektriciteitscentrales is dat er meer rendement wordt gehaald uit het gebruik van zowel de warmte als de elektriciteit die worden gewonnen uit de verbrande invoerbrandstof. Waar de criteria betrekking hebben op cogeneratie-/WKK-eenheden van uiteenlopende omvang, bijv. klein of micro, gelden de volgende definities: Met micro-WKK-eenheid wordt een warmtekrachtkoppelingseenheid met een maximumvermogen onder 50 kWe (geproduceerd elektriciteitsvermogen) bedoeld. Met kleinschalige warmtekrachtkoppeling worden warmtekrachtkoppelingseenheden met een geïnstalleerd vermogen van minder dan 1 MWe bedoeld. Koelingaspecten worden niet gedekt door deze criteria (zie ook de afzonderlijke criteria in de gids voor luchtconditionering). De criteria worden onderverdeeld in: A. Algemene voorschriften voor alle warmtekrachtkoppelingseenheden, tot 1MWe, met verschillende soorten energiebronnen (benzine, petroleum, biomassa enz.) en technologieën (stoom- en gasturbines, brandstofcellen, verbrandingsmotoren, stirlingmotoren enz.). B. Specifiek voor door benzine of diesel aangedreven warmtekrachtkoppelingseenheden met een elektrisch vermogen van ≤ 30 kWe, kunnen de hieronder beschreven alternatieve criteria worden toegepast. Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) A. Algemene voorschriften voor alle warmtekrachtkoppelingseenheden, tot 1MWe, met verschillende soorten energiebronnen (benzine, petroleum, biomassa enz.) en technologieën (stoom- en gasturbines, brandstofcellen, verbrandingsmotoren, stirlingmotoren enz.) De criteria zijn dezelfde als die voor de Groene Overheidsopdrachten (GPP) van de Europese Commissie en kunnen worden gevonden op: http://ec.europa.eu/environment/gpp. Dit is in lijn met het Federaal Actieplan Duurzame Inkopen 2009-2011, dat een zo groot mogelijke harmonisatie vereist van de criteria op de verschillende machtsniveaus (Europees, federaal en regionaal). Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) B. Alternatieve criteria specifiek voor benzine- of dieselaangedreven warmtekrachtkoppelingseenheden met een elektrisch vermogen ≤ 30 kWe. 1) Voorwerp van opdracht Warmtekrachtkoppelingseenheden die op een sociaal verantwoorde manier worden vervaardigd met behulp van milieuvriendelijke materialen en processen. 1.1. Voorwerp van opdracht in de context van het beleid van de organisatie. “<…..> (naam van de openbare overheid) hecht belang aan de milieuzorg en de sociale aspecten. Dit wordt verklaard in haar <strategisch beleid>, <missie>, <aankoopbeleid>, …” 1.2. Voorbehouden opdrachten? Het gaat hier over een categorie opdrachten die apart worden behandeld in artikel 19 van Richtlijn 2004/18/EG. Dit artikel maakt het de lidstaten mogelijk de deelneming aan een procedure voor de gunning van overheidsopdrachten “voor te behouden”: het betreft opdrachten toevertrouwd aan beschermde werkplaatsen of toegekend in het kader van programma's voor beschermde arbeid voorbehouden aan personen met een handicap die geen beroepsactiviteit in normale omstandigheden kunnen uitoefenen. Paragraaf 2 van artikel 18Bis van de wet van 24 december 1993 heeft reeds een stap in die richting gedaan door, beneden de Europese drempels, een gelijksoortige aanpak mogelijk te maken. In die zin kunnen overheidsopdrachten voorbehouden worden aan beschutte werkplaatsen of sociale inschakelingsondernemingen. In het kader van de wet op overheidsopdrachten en bepaalde opdrachten voor werken, leveringen en diensten van 15 juni 2006 kan in dit verband verwezen worden naar art. 22 en art. 65. (november 2010 is deze wet nog niet van kracht!) 1.3. Sociale aspecten: Inkopers kunnen rekening houden met sociale aspecten bij hun aankopen. Voor gedetailleerde informatie zie: http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be/en/node/68 2) Uitsluitingscriteria De niet-naleving van de milieu- en sociale wetgeving, die het voorwerp is geweest van een definitief vonnis of een beslissing met een gelijkwaardig effect, kan beFinancietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) schouwd worden als een overtreding met betrekking tot het professionele gedrag van de betrokken economische operator, of een ernstig vergrijp dat het mogelijk maakt de betrokken partij uit te sluiten van de mededinging voor het contract. Ref.: Art. 53 en 54 van Richtlijn 2004/17/EG en Art. 45 van Richtlijn 2004/18/EG 3) Technische capaciteit / 4) Marktinformatie / Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) 5) Technische specificaties Voor deze productgroep is er momenteel (december 2011), slechts één eco-label beschikbaar, dat de basis vormt voor het opstellen van de milieucriteria. Hieronder staat een lijst met criteria afkomstig uit het lastenboek van dit eco-label. Inkopers kunnen deze criteria verwerken in de technische specificaties van hun eigen aanbestedingsstukken. Als alternatief kunnen de criteria een meer optioneel karakter krijgen door deze als gunningscriteria op te nemen in het bestek, dit afhankelijk van de gekozen procedure. Aanvullend heeft de PODDO een lijst opgesteld (zie onder) met sleutel- en andere criteria. De eerste groep wordt zonder meer aanbevolen bij het bestellen van groene en duurzame producten in het geval van overheidsopdrachten. SLEUTELCRITERIA: a) Algemene eisen (Blaue Engel) - Er dient een verklaring van conformiteit te worden afgeleverd. Ook moet er toestemming worden verleend voor het gebruik van het EG-label. b) Uitstoot van gas en stof (Blaue Engel) - Vereisten met betrekking tot de uitstoot van gas en stof: o De fabrikant dient een verklaring van conformiteit inzake de uitstoot van gas en stof te leveren. o De hieronder weergegeven uitstootgrenzen – met betrekking tot afvoergas onder standaardomstandigheden (0°C, 1013 mbar), met een volumetrische zuurstofinhoud van 5% voor motoraangedreven systemen en 0% voor andere eenheden – moeten binnen het gehele afstelbereik in acht worden genomen. De meeteenheid mg/Nm³ moet worden begrepen als mg vervuilende stof per standaard kubieke meter uitlaatgas. Uitstoten NOx (mg/Nm³) Gasgestookte eenheid ≤250 Dieselgestookte eenheid ≤2500 CO (mg/Nm³) ≤300 ≤300 Stof (mg/Nm³) _ ≤150 o De proeven dienen te worden uitgevoerd volgens de in bijlage 1 gegeven meetmethode. c) Totale en elektrische efficiënties bij volledige belasting (Blaue Engel) - De totale en elektrische efficiënties bij volledige belasting (definitie in DIN 6280 Part 14), mogen niet onder de volgende waarden komen: Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) Rendement Gasgestookte eenheid ≥89 Dieselgestookte eenheid ≥85 Totaal rendement (%) Elektrisch rendement met vaste stroombronnen (%) Elektrische efficiëntie met modulatie van de elektrische voeding (%) d) Totale en elektrische efficiënties bij gedeeltelijke belasting (Blaue Engel) - Bij warmtekrachtkoppelingsmodules die bij gedeeltelijke belasting kunnen worden bediend, mag de totale en elektrische efficiëntie bij het minimum of bij een belasting van 50 % niet minder zijn dan de volgende waarden: Rendement bij gedeeltelijke belasting Totaal rendement (%) Elektrisch rendement (%) Gasgestookte eenheid Dieselgestookte eenheid Maximaal 2% lager dan bij volledige belasting Maximaal 3% lager dan bij volledige belasting De proeven dienen te worden uitgevoerd volgens de in bijlage 1 gegeven meetmethode. ANDERE CRITERIA: Bewijs: Dat aan alle voornoemde criteria wordt voldaan kan worden bewezen met het volgende label: Blaue Engel Wanneer de inschrijver dit label kan voorleggen, is verder bewijs niet nodig. Elk geschikt bewijs dat afkomstig is van een erkend organisme kan eveneens worden gebruikt. Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) 6) Gunningscriteria: Criteria --- Bijvoorbeeld --1 Prijs Gewicht bijv. 60% Berekening (bijv.): Laagst opgegeven prijs/ opgegeven prijs x 0,60 2 Milieucriteria bijv. 35% (De aanbestedende overheid verduidelijkt verder de gewichten die gegeven zullen worden aan de onder deze tabel vermelde criteria) Berekening (bijv.): Totaal gescoorde punten / maximum aantal te scoren punten x 0,35 3 4 … … bijv. 5 % bijv. …. In de hierboven vermelde tabel zal het gewicht dat aan de milieucriteria wordt toegekend vastgesteld worden door de inkoper naar gelang de specifieke aanbesteding. Vertegenwoordigers van diverse sectorfederaties herinneren er vaak aan om dit gewicht niet te onderschatten, om duurzaamheid in de toekenningsfase sowieso een kans te geven. De milieucriteria in de bovengenoemde tabel hebben betrekking op de volgende kwesties: zie punt 5 _ Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) 7) Uitvoeringsvoorwaarden: 7.1. Milieuaspecten: a) Instructies voor Instelling en Gebruik (Blaue Engel) - Aan de volgende eisen moet worden voldaan: o De Instelinstructies moeten precieze en goed afgebakende informatie verschaffen met betrekking tot het op de juiste manier afstellen van de warmtekrachtkoppelingsinstallatie door de expert. Het afstellen volgens de Instelinstructies moet de bediener in staat stellen te voldoen aan de eisen met betrekking tot uitstoot en rendement tijdens het bedienen. o De instelinstructies moet verder gedetailleerde informatie omvatten met betrekking tot het aan de eenheid aanpassen van de warmtekrachtkoppelingsinstallatie, evenals aanbevelingen voor het mijden van contactgeluid. o De Bedieningsinstructies voorzien in informatie over de uitvoering van periodieke inspectie en onderhoudswerk. b) Productterugname (Blaue Engel) - Aan de volgende eisen moet worden voldaan: o De inschrijver aanvaardt het retourneren van eigen afgedankte producten om ze door te sturen voor recycleren of materiaalterugwinning. o Niet-recycleerbare productonderdelen moeten op een milieuhygiënisch verantwoorde manier worden afgevoerd. o De productdocumenten bevatten informatie over de mogelijkheid tot retournering van afgedankte producten. 7.2. Sociale aspecten Inkopers kunnen rekening houden met sociale aspecten bij hun aankopen. Voor gedetailleerde informatie zie: http://www.gidsvoorduurzameaankopen.be/en/node/68 7.3. Ethische aspecten “De inschrijver verbindt er zich toe, tot de volledige uitvoering van de opdracht, de basisconventies van de IAO na te leven: 1. Het verbod op dwangarbeid (conventies nr.° 29 betreffende de gedwongen of verplichte arbeid, 1930, en nr.° 105 betreffende de afschaffing van de gedwongen arbeid, 1957); Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) 2. Het recht op vakbondsvrijheid (conventie nr.° 87 betreffende de vrijheid tot het oprichten van vakverenigingen en de bescherming van het vakverenigingsrecht, 1948); 3. Het recht van organisatie en collectief overleg (conventie nr.° 96 betreffende het recht van organisatie en collectief overleg, 1949); 4. Het verbod op discriminatie inzake tewerkstelling en verloning (conventies nr.° 100 betreffende de gelijke beloning, 1951 en nr.° 111 betreffende discriminatie (beroep en beroepsuitoefening), 1958); 5. De minimumleeftijd voor kinderarbeid (conventie nr.° 138 betreffende de minimumleeftijd, 1973), alsook betreffende het verbod op de ergste vormen van kinderarbeid (conventie nr.° 182 over de ergste vormen van kinderarbeid, 1999). Het niet in acht nemen van deze verbintenis kan, krachtens artikel 20, §1, 4° van het Algemeen Bestek bijgevoegd bij het koninklijk besluit van 26 september 1996, aanleiding geven tot de toepassing van de maatregelen van ambtswege bepaald in § 6 van hetzelfde artikel, en met name de eenzijdige ontbinding van de opdracht.” Referenties [Informatie van de openbare overheid die deze clausules in een aanbesteding gebruikt heeft] Financietoren, 8e verdieping · Kruidtuinlaan 50, bus 8 · 1000 Brussel - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be Dit blad is een product van de Programmatorische federale Overheidsdienst Duurzame Ontwikkeling (www.gidsvoorduurzameaankopen.be) Annex 1 – Testing instructions. Testing Institute Testing shall be done by testers from neutral and independent testing institutes authorized to do the EC design certification test. Testing methods Measurements are to be taken at full load and at minimum power or at full load and 50% partial load. If the cogeneration module is designed for only one electrical power level, the measurement needs to be taken at this power level only. The testing of efficiencies and standard emission factors shall be done in accordance with DIN ISO 3046: o Parts 1 and 3 for gas-fired units. o Parts 2 and 3 for diesel-fired units. In the case of gas-fired units, G 20 (methane), pursuant to DIN EN 437, shall be used as test gas for the testing of pollutant emissions. The measured nitrogen oxide emission values as well as the values to be adjusted to reference conditions (humidity and temperature adjustment), according to Annex H to DIN EN 676, edition of December 1996, shall be indicated. Efficiencies are to be determined at a flow temperature of 75°C and a return temperature of 55°C. By the nature of the system, the efficiencies of units powered by Stirling engines are to be determined at a flow temperature of 50°C and a temperature of 40°C. Test oil and adjustment of measured data for diesel-powered units Testing shall be done by use of a test oil according to DIN 51603, Part 1, the organically bound nitrogen content of which must be determined by the testing institute in accordance with ASTM-D-4629-91 and indicated in the test report. The nitrogen oxide emission values as well as the values to be converted to reference conditions (humidity and temperature adjustment) in accordance with Annex B.2 to DIN EN 267 (Edition of November 1999) shall be indicated in the test report. The nitrogen oxide emission values which have been adjusted to reference conditions refer to an organically bound nitrogen content of the test oil of 140 mg/kg. Should the nitrogen content deviate, the nitrogen oxide emissions adjusted to reference conditions - given as nitrogen oxide - must be converted according to Annex B.3 to DIN EN 267 (Edition of November 1999) per 1 mg of nitrogen in the fuel by 0.20 mg/kWh and compared with the emissions requirements. Oils with a nitrogen content of up to 200 mg/kg may be used as test oils. Calibration gases Certified calibration gases shall be used for calibrating measurement equipment. The certificates are to be attached to the test documents. Calibration gas generators must not be used. Finance Tower, 8th floor · Kruidtuinlaan 50 / 8 · 1000 Brussels - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be This sheet is a product of the Federal Public Planning Service Sustainable Development (http://www.guidesustainableprocurement.be) Measuring instruments Measuring instruments are to be used in accordance with DIN EN 2671. Notwithstanding the provisions of paragraph. 6.4 of DIN EN 267, the NOx measurement shall be done with measuring instruments working according to the principle of chemiluminescence. Notwithstanding the provisions of DIN EN 267, the CO measurement shall be done with a measuring instrument working on the basis of infrared spectroscopy. Finance Tower, 8th floor · Kruidtuinlaan 50 / 8 · 1000 Brussels - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be This sheet is a product of the Federal Public Planning Service Sustainable Development (http://www.guidesustainableprocurement.be) Annex 2 – Testing of auxiliary power demand A testing institute shall determine the different auxiliary power demand values as well as the water-side resistance on the basis of the measuring guideline provided below and list them in a test report. If the system is equipped with a heating water circulating pump the test report shall include, among other things, separate information about the electric power consumption of this unit. The test equipment for the determination of the auxiliary power demand must not exceed a 1% measuring uncertainty related to the measured value. The test report shall provide corresponding plausible information on the measuring range of the test equipment as well as on the measuring uncertainty. Measurement of the auxiliary power demand in different operating modes. 1. Auxiliary Power Demand in the Sleep Mode The auxiliary power demand of the small-scale cogeneration module is measured when there is no demand for heat, when the fuel valves are closed and when only those electric consumers are on which are needed to maintain the stand-by condition. Energy consumption (without considering the circulating pump and the blender drive) is measured over a period of at least 30 minutes. If electric power consumption is influenced by control processes it may be necessary to extend the measuring period. The power consumption determined is related to the measuring time and given in watts as electrical stand-by power. 2. Auxiliary Power Demand during Operation For verification of energy utilization by determining the efficiency according to DIN 6280, Part 14, the entire auxiliary power demand of the cogeneration module (without taking circulating pump and blender into account) is summed up over the entire measuring time and given as average auxiliary power demand for the respective load point related to the measuring time. The minimum 30minute measurement is to be taken after reaching the stationary condition. This measurement must be taken at maximum load and minimum power. In the case of cogeneration modules which can be operated at partial load with a partial load < 50 % related to full load the measurement must be taken at full load and at 50% partial load. Both values shall be indicated. 3. Water-Side Flow Resistance The water-side flow resistance is to be given in connection with the corresponding heating-water volume flow for a temperature difference of 20 Kelvin. If the system is equipped with a heating-water circulating pump the electric power consumption (minimum and maximum values) shall also be indicated in the test report. This requires information on the pump control system (multi-level with the number of pump performance levels or automatically adjustable with indication the control range in %). Finance Tower, 8th floor · Kruidtuinlaan 50 / 8 · 1000 Brussels - T + 32 2 524 88 54 · F + 32 2 524 88 70 [email protected] · www.poddo.belgium.be This sheet is a product of the Federal Public Planning Service Sustainable Development (http://www.guidesustainableprocurement.be)