Hfst 5. Spreken in Tongen

advertisement
Leer behalve deze uitwerkingen ook je aantekeningen!
Hfst 1: Evangelisch:
1.
Evangelische beweging:
Beweging onder christenen, gekenmerkt door het centraal stellen
van de noodzaak van de persoonlijke bekering en levensheiliging.
Pinksterbeweging:
Ontstaan in 1906, in Amerika. Christenen die de doop met de Heilige
Geest en het spreken in tongen beleven als een diepe, persoonlijke
ervaring van de Heilige Geest en als een ‘keurmerk’ van echt geloof.
Charismatische beweging:
Stroming onder christenen die zich kenmerkt door haar aandacht en
openheid voor de genadegaven van de Heilige Geest.
Evangelische alliantie:
Opgericht in 1979. Een belangrijk platform voor de evangelische
gemeenten. Streeft naar de samenwerking om het christelijk geloof
onder de aandacht te brengen van Nederlanders.
Evangelisch werkverband:
Is opgericht in 1995 om het missionaire vuur in de kerken weer op te
wekken en om het geestelijk leven weer vorm te geven.
Evangelicalisme:
Een orthodox christelijke stroming die voortgekomen is uit het
protestantisme. Ze stellen de persoonlijke ervaring van de verlossing
door Jezus centraal. Evangelisatie is hun voornaamste activiteit
2.
Het is heel verschillend, veel verschillende stromingen daarom is er geen echte definitie.
3.
Gereformeerd
Evangelisch
- Kinderdoop
- Volwassendoop
- Meer oog voor gebrokenheid
- Accent op blijdschap
- Band met vroeger
- Bijzondere gaven van de Geest
 Belijdenisgeschriften
 Tongentaal
 Liturgie
4.
Kenmerken v/d organisatie:
kerk wordt meestal bestuurd door een voorganger en door oudsten,
bijna altijd mannen; vaak hebben de voorgangers voor hun fucntie
gerichte opleiding genoten aan een van de bijbelscholen of een
zogenoemde toerustingscurcus gevolgd.
Geloofsopvattingen:
 Eenheid van God;
 De soevereiniteit van God de Vader in schepping;
 Onze Here Jezus christus,
 God in het vless geopenbaard, geboren uit een maagd;
 goddelijke inspriatie in de bijbel;
 universele en algemen zondigheid en schuld van de gevallen mens
 de verlossing van de zondaar door het vergoten bloed van Jezus Christus
 Lichamelijke opstanding van de doden.
Leer behalve deze uitwerkingen ook je aantekeningen!
Kenmerken:
 Dinesten verlopen vaak in de nieuwtestamenstische broeder- en zustersfeer.
 Gelovigen nemen spontaan en actief deel aan de dienst.
 Mensen staan en dansen, informele dienst.
 Persoonlijke uitgesproken getuigenissen van geloof, lofprijzing, voorbede.
 Ziekenzalving
 Zingen uit opwekkingsbundels.
 Doop, na een persoonlijke geloofsbelijdenis, vaak de onderdompeling.
5.
Invulling van de dienst, belijden van de geloof, plek van de Heilige Geest.
Hfst 2 De geschiedenis:
1 &2
Evangelische beweging:
Stellen centraal de noodzaak van persoonlijke verering en
levensheiliging. Daarvoor zijn later de Evangelische Alliantie en het
Evangelische Werkverband opgericht.
Montanisme:
2e eeuw na christus ontstaan, profeet Montanus met 2 priesteressen
Maximilla en Prisca. De Heilige Geest ervaren, de eindtijdverwachting
en het voelen v/d Geest verwachten staat hier centraal.
Wederdoperij:
Ontstaan in 16e eeuw, echte doordouwers radicaler dan Luther,
genade, bijbel en geloof staan centraal.
Remonstrantisme:
Ontstaan in de strijd tussen remonstranten en contraremonstranten.
Ze leggen de grote nadruk op de vrije wil van de mens. Mensen
zoeken naar de hogere ervaring, hij moet vastbesloten zijn om het
willen te ontvangen. Hij moet aan bepaalde voorwaarden willen
voldoen die de ervaring voor hem zullen ontsluiten.
Methodisme:
Ontstaan door John Wesley en George Whitefield, ontstaan in 1738,
niet vertrouwen op christus maar op het gevoel daarvan. Iemand
moet door het geloof worden behouden, ontvangen van zekerheid
een ervaring, die aan het rechtstreekse ingrijpen van de Heilige
Geest te danken is.
Heiligingsbeweging:
Ontstaan in Amerika en Engeland, je moet geloven in christus maar
ook nog een ‘doop’ met de Heilige Geest.
Pinksterbeweging:
Ontstaan rond 1900 met Parham en zijn studenten, overleg over de
bijbel en baden vurig rond de jaarwisseling om tongentaal etc. Die
kregen ze. Ze gaan hier vanuit, als je tongentaal beheerst dan
bevestigt dit dat je gedoopt bent met de heilige geest.
3.
Methodisme:
Heiligingsbeweging:
Pinkstergemeente:
Het bereiken van de vereiste hoogte in de geestelijke ervaring.
Je moet en je kunt zelf een keus maken om je leven aan de Heer te geven.
Je moet en je kunt zelf een keus maken om je leven aan de Heer te geven.
Leer behalve deze uitwerkingen ook je aantekeningen!
4.
Gereformeerde kerk:
De Heilige Geest leid ons leven, hij wil ons met het woord veel dingen laten
begrijpen maar ook ons hart en gevoel. Om de diepgevoelde zekerheid te
geven dat wij een persoonlijke band met de Drie-enige God hebben. .
Heiligings-en pinksterbeweging:
Eerst ja tegen Jezus zeggen en dan nog een persoonlijke
ervaring met de Heilige Geest hebben.
5.
Wedergeboorte:
 Het moment van de bekering, de ervaring van God geeft zekerheid.
 Doop:
 Die bewust ondergaan is mooier dan de kinderdoop.
 Spreken in tongen:
 “zo’n heerlijke ervaring kan gewoon niet verkeerd zijn.”
 Gebedsgenezing:
 Geloof, wonderen, gelijkenissen, dit moet wel goed zijn!
 Samenkomsten
 Bewust oproepen van sfeer en emotie. ‘experience God’(methodisme)
Schema blz 11, van atgreijdanus halen!
Hfst 3: Wedergeboorte
1.
Je hebt een ontmoeting met God nodig, een mens moet wedergeboren worden om Gods
koninkrijk te zien.
2.
Dat je Jezus (dus de bijbel) in alles moet geloven.
4.
(voor je zelf) Ja ik geloof dat ik wedergeboren ben, omdat ik achter Jezus aan wil gaan.
5.
ja.
6.
Evangelischen:
Gereformeerd:
Het moet van de mens komen, het is het moment in je leven. Zonde wordt
uitzondering, nadurk op pblijdschap en overwinning. Een ervaring die veel
zekerheid geeft. En een optimistisch mensbeeld.
Het is een re-actie want het begint bij God. Dankzij Gods genade, blijvende
strijd tegen de zonde. Dagelijkse bekering is belangrijk. Bijbels mensbeeld.
7.



God zal door Jezus mij redden uit dit bestaan dat wordt beheerst door de dood.
Ik wil het goede doen maar ik kan het niet.
innterlijk stem ik vol vreude in met de wet van God, maar in alles wat ik doe zie ik die andere
wet.
Leer behalve deze uitwerkingen ook je aantekeningen!
Hfst 4: De doop
1.
Tegen kinderdoop:
Voor geloofsdoop:
Baby kan niet worden ondergedompeld, een baby kan geen geloof belijden,
een baby kan niet aangeven of hij/zij dat wil.
Nergens gaat het in de bijbel over de kinderdoop, Jezus bevel: wie gelooft en
zich laat dopen (dus eerst geloven daarna doop)
2. ja kan ik.
3. Het is een teken en een zegel van een verbond van God met ons.
4.
OT
 God sloot zijn verbond met abraham



NT
 God sluit zijn verbond met gelovigen en hun
kinderen
Beloften wijzen naar de Christus die beloofd is  In Christus is alles
Geloof gevraagd
 Geloof gevraagd
Besnijdenis; teken en zegel van het verbond.  Doop; teken en zegel van het verbond. God eist
God eist dit (met abraham afgesproken)
dit (door Jezus hoeft er geen bloed meer te
vloeien maar mogen wij gereinigd worden met
water)
5.
God zegt: Als een christen vrouw met een heidense man is getrouwd en kinderen heeft, zijn ze
opgenomen binnen de kring van de mensen die voor Hem apart zijn gezet. Paulus heeft dus als
conclusie: Als God zo werkt, heeft hij ook de kinderen van het huis op het oog.
6. zie eigen aantekeningen
Hfst 5. Spreken in Tongen
1.






Je praat met God maar je weet niet wat je zegt.
Het is een taal van de engelen en de Heilige Geest.
Het is de gave van Handelingen 2.
Het is de belangrijkste gave, keurmerk voor waarachtig geloof.
Het is lichaamstaal (net als lachen, blozen en huilen)
Soms heb je een extra golf: de toronto zegen, de ‘heftigere tongentaal’




Het is door elkaar en niet tot elkaar.
Het is onverstaanbaar
Je bent in trance, ongecontroleerde bewegingen.
Ook handoplegging.


Handelingen 2: Hier verstaat iedereen de tongentaal en nu niet.
Cor. 12: niet iedereen krijgt alle gaven, juist allemaal verschillende (bij Pinkstergemeente
moet je tongentaal kunnen!)
Cor. 13: Geloof, hoop en liefde zijn het belangrijkst.
2.
3.

Leer behalve deze uitwerkingen ook je aantekeningen!
4.
Pinkstergemeente:
 Het is alleen tot God daardoor blijf je elkaars ‘vreemdelingen’
 Het wordt niet begrepen en het is niet opbouwend.
 Klanktaal hoort bij kinderen.
 Het is voor ongelovigen.
 Mensen die niet weten wat het is kunnen denken dat je krankzinnig bent.
5.



De heilige Geest wijst je de weg naar de volle waarheid.
De HG zal zeggen wat hij hoort en jullie bekendmaken wat komen gaat.
Door jullie bekend te maken wat hij van mij heeft, zal hij mij eren.
Hfst 6. Gebedsgenezing
1. ?
2.
God:
God is genadig maar rechtvaardig. Wat God wil geschiede.
Lijden:
Gebed:




Wij moeten bidden, steeds wanneer wij lijden. De ziekte komt van de duivel, maar
met Gods toelating, immers niks gebeurt zonder Gods toelating.
Je mag vragen om bepaalde zaken in het gebed, maar ken je grens: ‘dwing’ God niet,
bid ook niet op de hoek van de straat om zo gehoord te worden, maar hou het klein
en persoonlijk. Jacobus onderwijst om te bidden om:
Genezing
Elkaar onze zonden te belijden
Stervenden te troosten
Vergeving van zonden te verkondigen
Genezing:
Je kan genezing ontvangen, maar het hoeft niet perse.
3.
1. Nooit zijn er harde feiten genezen (gebroken botten) echt iets medisch onverklaarbaar.
2. Er gebeuren uitzonderlijke dingen, ook zonder bidden, omdat de meeste dingen verlopen
volgens een Gause curve.
3. Interactie tussen geest en ziel kan veel verklaren. Wat je kunt wordt ook sterk bepaald door
wat je denkt wat je kunt en of je daarin ook geloofd.
4. Een interactie tussen geest en lichaam, een vurig geloof, genezing of functieverbetering
beïnvloedt.
4.
1.
2.
3.
4.
5.
God kan genezen en als hij het nodig vind zal Hij dat ook doen.
God kan het wel, maar Hij heeft het niet beloofd.
Het zou ook lastig zijn als God telkens zijn eigen natuurwetten zou omgooien.
Het is niet God óf de wetenschap maar God én de door de mens wetenschap.
Paulus en Timotheus waren ook niet altijd even fit. Ze werden ook niet genezen maar ze
moesten er gewoon mee leren leven.
Leer behalve deze uitwerkingen ook je aantekeningen!
Hfst 7 Beleving en Liturgie
De visies van evangelisten in het kort:
Wedergeboorte:
het moment vd verandering, de ervaring van God geeft zekerheid
Doop:
het bewust ondergaan, is veel mooier dan de Kinderdoop
Spreken in tongen:
Zo’n heerlijke ervaring kan gewoon niet verkeerd zijn
Gebedsgenezing:
Geloof, wonderen, gebeurtenissen: dit moet goed zijn!
Samenkomsten:
Het bewust oproepen van sfeer en emotie ‘expirience God’
Download