LESIDE EËN OO RLOGSWI NT E R JA N T E RLO UW Geschreven door Maranke Rinck Deze lesideeën kunnen docenten houvast geven wanneer ze in de klas aan de slag gaan met het boek Oorlogswinter. Alle activiteiten zijn aan te passen in niveau en omvang. Uitgangspunt is dat alle leerlingen het boek hebben gelezen. JAN TERLOUW (Kamperveen, 1931) is niet alleen bekend als jeugdboekenschrijver, maar werkte ook als natuurkundige en was onder meer fractievoorzitter van D66 in de Tweede Kamer, minister van Economische Zaken en vice-premier. In 2010 werd hij door onderzoeksbureau Hendrik Beerda uitgeroepen tot de schrijver met de sterkste reputatie. INHOUD 1 2 3 4 5 6 Speel een quiz 2 Boekenclub in de klas 3 Oorlogswoorden 3 Word een recensent 4 Ontwerp een nieuw boekomslag Schrijf een brief aan Michiel 5 4 7 8 9 10 11 12 Maak een boektrailer 5 Internet-onderzoek 5 Word een dichter of songwriter Zoek een lied 7 Vergroot je vertrouwen 7 Lees en kijk verder 8 6 1. SPE EL E E N QUIZ WIE WEET HET MEEST E VAN HET VERHA AL? Maak teams in de klas. Elk team kiest een schrijver, die de antwoorden op een blaadje schrijft. Bepaal zelf hoeveel tijd de leerlingen krijgen voor overleg en het opschrijven van hun antwoord. Beoordeel de antwoorden na elke vraag. Is het antwoord goed? Dan noteren de schrijvers van de teams een punt. Aan het einde van de quiz wint het team met de meeste punten. VRAGEN 1 Wie heeft het boek Oorlogswinter geschreven? 2 Verklaar de titel: waarom heet het boek Oorlogswinter? 3 Welk beroep had de vader van Michiel? 4 Waarom ging het verzet het distributiekantoor overvallen? 5 Michiel moest een brief bewaren van Dirk. Wat stond er in de brief? 6 Wat besloot Michiel na het lezen van de brief? 7 Welke rol speelde Erica, de zus van Michiel? 8 Waarom vertrouwde Michiel Schafter niet? 9 Wat gebeurde er met de vader van Michiel, nadat de Duitsers een dode soldaat vonden? 10 Welk besluit nam Michiel na wat er met zijn vader gebeurde? 11 Wie hadden die Duitse soldaat vermoord? 12 Michiel hielp een Joodse vader en zoon. Hoe? 13 Wat deed Schafter werkelijk in de oorlog? 14 Hoe liep het af met oom Ben? 15 Maak de zin van Michiel af: ‘Eén ding heeft maar zin. Nooit meer in een oorlog vechten, alleen nog…’ BONUSVRAAG: 16 Noem nog een ander boek van de schrijver. ANTWO O RDEN QUIZ 1 Jan Terlouw. 2 Het verhaal speelt zich af in de laatste bitterkoude winter van de Tweede Wereldoorlog, in 1944-1945. 3 Hij was burgemeester (van het dorpje Vlank, in de buurt van Zwolle). 4 Het verzet wilde bonnen verdelen onder de mensen die onderduikers in huis hadden, om hen aan eten en kleding te helpen. 5 In de brief stond dat Dirk een gewonde Engelse piloot die Jack heette had gevonden in het Dagdalerbos. De piloot was gewond en had medische hulp nodig. 6 Michiel ging de piloot opzoeken en helpen. 7 Erica had wat ervaring als leerling-verpleegkundige. Ze hielp Jack, ook zonder toestemming van Michiel. Jack en Erica werden verliefd. 8 Schafter was vriendelijk tegen de Duitsers. En het leek alsof hij informatie had verraden. Daarbij werd er in het dorp geroddeld dat hij fout zou zijn. pagina 2 9 Hij werd gegijzeld en vermoord, terwijl hij niks met de dood van de soldaat te maken had. 10 Hij besloot de Duitsers zo veel mogelijk tegen te zitten, zolang het geen mensenlevens kostte. 11 Jack (de piloot) en Dirk. 12 Door ze te verkleden als twee boerinnen. En ze de IJssel over te helpen met een geheime veerboot. 13 Hij liet Joden in zijn huis onderduiken. Hij deed vriendelijk tegen de Duitsers om zich niet te laten verdenken. 14 Oom Ben was een verrader en werkte samen met de Duitsers. Hij werd gedood in een luchtaanval. 15 ‘… tegen oorlog.’ 16 Bijvoorbeeld: Koning van Katoren, De kunstrijder, De kloof, Oosterschelde windkracht 10. 2 . BO EKE NCLUB I N DE KLA S Bespreek het boek klassikaal of in kleine groepen. Bij deze opdracht zijn antwoorden niet goed of fout. Het gaat erom dat de leerlingen onder woorden proberen te brengen wat ze voelen bij het verhaal, waar het hen aan doet denken en wat ze ervan vinden. Gebruik als leidraad de volgende vragen. Ga door op de antwoorden. 1 2 3 4 5 Wat vind je leuk aan het boek? Wat vind je niet leuk aan het boek? Wat vind je moeilijk? Welke thema’s komen voor in het boek? Beschrijf een personage uit het boek. Wat vind je interessant aan deze persoon? Hoe zullen andere mensen over deze persoon denken? 6 Wat zou jij hebben gedaan als je de brief had gekregen van Dirk? 7 Zou jij je in de oorlog aansluiten bij het verzet? 8 Zou jij hebben geholpen de Joden te laten ontsnappen, met gevaar voor eigen leven? 9 Stel dat er nu een oorlog uitbreekt in Nederland. Wat zou je doen? 10 Herken je dingen uit het verhaal in je eigen leven? Welke? 11 Denk je dat Jan Terlouw iets wilde bereiken met zijn boek? Wat? 12 In landen buiten Nederland vluchten mensen nu voor oorlog. Ze vluchten ook naar Nederland. Vind jij dat Nederland deze vluchtelingen moet helpen? Leg je antwoord uit. 13 Heb je andere boeken gelezen die passen bij deze onderwerpen? Of films gezien? Zo ja, welke raad je aan? Waarom? 3. O ORLOGSWOORDE N In het boek komt een aantal woorden voor dat tegenwoordig niet meer (veel) wordt gebruikt. Het zijn woorden die passen in de tijd van Tweede Wereldoorlog. Laat de leerlingen de woorden in een woordenboek of op internet opzoeken en de betekenis erbij schrijven of tekenen. Dit kan op een papier. Maar ook creatiever: als poster, lijn door de klas, woordenboekje, enzovoort. Als uitbreiding kunnen de leerlingen ook bij elk woord aangeven welke rol het speelt in het boek. – – – – – – – – De knijpkat De ondergrondse Het eenmansgat De verduistering Het distributiekantoor De nsb’er De kazerne De Spitfire pagina 3 Vul de lijst aan met nog twee of drie woorden uit het boek, naar keuze. 4. WORD E E N RE CEN SE N T De leerlingen schrijven een recensie over het boek. Bespreek eerst de betekenis en inhoud van een recensie. – Wat is een recensie? Een recensie is een beoordeling van (in dit geval) een boek, met als doel toekomstige lezers te helpen bij de beslissing of ze dit boek willen gaan lezen. – Hoe ziet een recensie eruit? Een recensie bestaat uit een korte beschrijving van waar het boek over gaat, zonder de afloop te verklappen. En de mening van de recensent over het boek. – Waaruit bestaat die mening? De recensent schrijft op wat hij/zij de beste stukken vond. Wat het meeste indruk maakte. En hij/zij geeft aan welke stukken minder goed of vreemd waren en wat er misschien niet klopte in het boek. Als slot volgt de eindconclusie. De leerlingen kunnen hun recensie natuurlijk gewoon typen en inleveren. Een leuk alternatief is de recensie op internet zetten. Zo hebben anderen er ook nog wat aan. Dat kan bijvoorbeeld op www.ikvindlezenleuk.nl/recensie-schrijven 5. ONT WE RP E EN N IEUW B O E KO M SLA G Elk boek heeft een omslag. Dat is de kaft waarop in ieder geval de titel en de namen van de schrijver, de illustrator en de uitgever van het boek staan. Meestal staan er ook één of meerdere plaatjes op. Bespreek met de klas: hoe ziet een goed boekomslag er eigenlijk uit? Laat vier verschillende omslagen van Oorlogswinter zien. Bespreek met elkaar wat er te zien is. – Welke scène of welk gevoel laat het beeld zien? – Hoe is het gemaakt? – Welke is het beste? En waarom? Elke leerling kiest nu een scène of een gevoel dat hij/zij heel belangrijk vindt in het boek en bedenkt er een passend beeld bij. Eerst met een schets op papier. Daarbij krijgen ook de titel en de auteur alvast een plek. pagina 4 Het uitwerken kan op verschillende manieren: tekenen met potlood, stift, verf, houtskool of krijt op een groot vel. Digitaal. Collage maken. Zelf een nieuwe foto maken, enzovoort. Op een apart blaadje geeft de leerling een beschrijving van het eigen boekomslag. Waarom is het op deze manier gemaakt? Wat is het idee erachter? Eventueel kunnen de leerlingen ook een nieuwe flaptekst voor bij het boekomslag schrijven. 6. MA A K E E N BO EKTRA I LER (Of speel een scène na en voer hem op in de klas) Een trailer is een kort filmpje waarmee je op een pakkende manier iets laat zien van een film of een boek. Het roept emotie op en maakt nieuwsgierig. Vraag de leerlingen om zo’n trailer van Oorlogswinter te maken. Met het korte filmpje willen ze anderen zover krijgen dat ze het boek Oorlogswinter direct willen gaan lezen. Een simpele camera, op bijvoorbeeld een telefoon, is al voldoende om de film te maken. Op internet staan veel goede voorbeelden en uitleg, zoals de instructie van Eye: https://youtu.be/A7TcfVab-6 Is het filmen en het bewerken op de computer te lastig? Laat de leerlingen de trailer dan opvoeren als kort toneelstuk, compleet met kostuums, voice-over en dergelijke. Is de film goed gelukt? Zet hem online! 7. SCHRIJF E E N B RI EF Lees de volgende passage voor: In plaats van Erica af te halen, ging Michiel naar zijn kamertje op zolder om na te denken. Een tijd lang zat hij op de rand van zijn bed in de duisternis te staren. Voor de zoveelste keer was hij in een toestand van onzekerheid en niet-begrijpen. Hoe wist Schafter dat hij dat briefje in zijn bus had gedaan? Dat wist toch niemand? […] Was hij nou zo’n uilskuiken? Alles wat hij deed, liep uit de hand. In het boek spelen brieven een belangrijke rol. Bespreek dat kort, als het nog niet aan bod is gekomen. Nu is het de beurt aan de leerlingen. Vraag hen een brief te schrijven aan Michiel, waarin ze hem advies geven en een hart onder de riem steken. Lees enkele brieven daarna in de klas. 8. DO E E E N INT ERNET -O N DE RZ O E K Door het lezen van Oorlogswinter leer je Michiel en zijn omgeving een beetje kennen. Je komt ook het een en ander te weten over de Tweede Wereldoorlog. Welke persoonlijke verhalen zijn er nog meer te vinden over leven in de Tweede Wereldoorlog? Vraag de leerlingen op internet op zoek te gaan naar zo’n verhaal. Waarschijnlijk kennen ze het verhaal van Anne Frank. Maar zijn er nog andere, minder beroemde verhalen? Verhalen van gewone burgers, soldaten of gevangenen? pagina 5 De leerlingen kunnen hun verhaal presenteren aan de klas, met bijvoorbeeld een collage of PowerPoint. Of ze schrijven de ervaringen van die persoon als verhaal op en lezen het voor. 9. WORD E E N DICHT E R O F SO N GWRI TE R Lees het gedicht Mensen met koffers van Sjoerd Kuyper voor en bespreek het. – Waar gaat het gedicht over? – Wat zou het te maken kunnen hebben met Oorlogswinter? – Wat vind je van het gedicht? Laat de leerlingen nu zelf een gedicht schrijven, met als onderwerp oorlog, verraad of vluchtelingen. pagina 6 In plaats van een gedicht kunnen de leerlingen ook een liedtekst/rap schrijven. Op YouTube staan voorbeelden van liedjes die kinderen hebben geschreven over de Tweede Wereldoorlog. Zoek bijvoorbeeld op: liedje tweede Wereldoorlog. 10. Z OE K E E N LIE D Welke muziek past bij het boek? Vraag de leerlingen op zoek te gaan naar één of twee toepasselijke liedjes. Muziek die aansluit bij het verhaal van Michiel, of bij de Tweede Wereldoorlog. Of bij een bepaald gevoel, zoals verraad. Laat ter illustratie het liedje ‘We’ll Meet Again’ horen. Het is één van de meest bekende liedjes uit de periode van de Tweede Wereldoorlog, gezongen door de Britse zangeres Vera Lynn. Het werd geschreven door Ross Parker en Hughie Charles. Het sluit aan bij het afscheid dat soldaten en hun families en geliefden van elkaar moesten nemen. Zoek op YouTube naar ‘We’ll Meet Again’ en kies een mooi fragment. De liedjes die de leerlingen gaan kiezen kunnen passen bij het boek om verschillende redenen. – Ze kunnen in de oorlog gemaakt zijn. – De tekst kan gaan over oorlog, angst, verraad, vechten… – Maar het kan ook gaan over de melodie of de instrumenten. – Het kan een oud liedje zijn, maar ook iets van nu. De leerlingen beschrijven waarom ze voor deze liedjes hebben gekozen. Een aantal kan het presenteren, door hun liedjes aan de klas te laten horen en erover te vertellen. 11. VERGROOT JE VERT RO UWEN Voer een gesprek over vertrouwen met de klas. Vertel: Michiel is vijftien jaar in het boek. Maar hij staat voor moeilijke keuzes en moet zich gedragen als een volwassen man. Hij twijfelt soms over of hij het allemaal wel goed doet. Hij durft bijna niemand in vertrouwen te nemen uit angst verraden te worden. – Wat is vertrouwen? – Wat is verraad? – Vind jij het moeilijk of makkelijk om andere mensen te vertrouwen? – Ben jij een open boek of gesloten? Doe een vertrouwensoefening met de klas – één die bij hen past. Bijvoorbeeld de volgende. (Op internet staan veel spellen en opdrachten over vertrouwen.) HET B LINDDOEKSPEL Zorg dat je de oefening in een veilige ruimte kunt uitvoeren. Je hebt een blinddoek nodig voor elke leerling. pagina 7 De leerlingen verspreiden zich door de ruimte en doen een blinddoek voor. Ze luisteren naar hun eigen ademhaling en concentreren zich op hun omgeving. Dan beginnen ze door de omgeving te lopen, zonder te botsen. Wanneer je je concentreert, voel je het als er iets in de buurt komt en bots je niet. Dan in tweetallen: een van de twee leerlingen krijgt de blinddoek. Degene die niet geblinddoekt is, begeleidt de geblinddoekte door de ruimte. Na een paar minuten wisselen ze van rol en kunnen ze opnieuw begeleidend/geblinddoekt door de ruimte lopen. Eventueel later nog laten versnellen. Dan in viertallen: geef instructie om viertallen te vormen. Maak een kringetje, waarbij één geblinddoekt persoon stokstijf in het midden gaat staan. Hij/zij laat zich rustig in de armen van de omringende personen vallen. Door de groep wordt men telkens weer zachtjes naar de andere kant van de cirkel geduwd. Evalueer deze opdracht. – Wat dacht je toen je de opdracht kreeg? – Hoe was het om verantwoordelijk te zijn voor de ander? – Hoe was het om te leiden/geleid te worden? – Wanneer voelde je twijfel? – Wat heb je toen gedaan? Nog een activiteit om meer zelfvertrouwen te krijgen is de volgende. Stop wanneer iedereen op elk bordje heeft geschreven, of wanneer de bordjes vol zijn. In plaats van bordjes kun je ook een vel stevig papier gebruiken. Of losse Post-it-briefjes. Zorg dat iedereen een vol bordje heeft. Laat de leerlingen daarna rustig bekijken wat er op hun bordje staat. Hou in de gaten dat er alleen positieve dingen worden opgeschreven. Kijk voor meer oefeningen bijvoorbeeld op: www.101werkvormen.nl/alle-werkvormen/blindvertrouwen-oefening-voor-binnen/ DE COMPLIMENT ENRONDE Verdeel de klas in tweetallen. Laat elke leerling bij de ander een papieren bordje met tape op de rug plakken. Nu gaat iedereen met een pen in zijn hand door elkaar lopen. En telkens wanneer ze iemand tegenkomen (of opzoeken) schrijven ze iets positiefs over die persoon op het bordje. Iets wat de ander goed kan, hoe hij/zij in de klas is, een leuke ervaring met de persoon, een compliment… 12. LE ES E N KI JK VERDE R Tip: maak een presentatietafel in de klas of op de gang, waar je relevante materialen neerlegt: het boek, voorwerpen, een aantal werkstukken… Nog enkele websites met veel informatie over de Tweede Wereldoorlog: www.tweedewereldoorlog.nl www.beeldbankwo2.nl www.getuigenverhalen.nl www.uiteerstehand.wordpress.com www.tweede-wereldoorlog.org www.verzetsmuseum.org Andere jeugdboeken en films over de Tweede Wereldoorlog: Een uitgebreide lijst staat op www.entoen.nu/tweedewereldoorlog/verwijzingen/boeken-en-films. Enkele musea: www.verzetsmuseum.org www.jhm.nl www.aaltensemusea.nl/onderduikmuseum-markt-12 www.ovmrotterdam.nl www.annefrank.org Voor meer musea, zie: www.tweedewereldoorlog.nl/bronnen/oorlogsmusea pagina 8