Belasting naar draagkracht… Mariëtte ’t Hart Scriptiebegeleider: prof. mr. O.I.M. Ydema In hoeverre is bij de Wet op de Inkomstenbelasting 2001 nog sprake van een belastingheffing naar draagkracht? Als je bedenkt dat door het ingevoerde boxenstelsel niet meer het gehele inkomen progressief wordt belast. Als de hoogste inkomensgroepen de zware druk van het toptarief helemaal niet voelen (door het gebruik van aftrekposten). Als niet de werkelijke, maar forfaitaire inkomsten in box III worden belast. En als wordt geconstateerd dat de algemene heffingskorting belangrijk lager ligt dan het sociale minimum. Als gesteld wordt dat belastingheffing naar draagkracht dient plaats te vinden, is het dan niet de hoogste tijd de Wet op de Inkomstenbelasting 2001 te vervangen door een vlaktax? Om antwoord op deze vraag te geven, moet eerst worden vastgesteld wat draagkracht precies is. Algemeen wordt aanvaard dat draagkracht wordt gevormd door de omvang van de middelen die een persoon beschikbaar heeft voor behoeftenbevrediging, althans voor zover die middelen niet nodig zijn voor noodzakelijke levensbehoeften. Draagkracht is enerzijds het resultaat van objectief meetbare factoren, als inkomen, vermogen; anderzijds van subjectief meetbare factoren als gezinssamenstelling, mate van gezondheid en ouderdom. In de veranderende maatschappij komt steeds duidelijker naar voren dat draagkracht vooral door inkomen wordt bepaald. Een inkomstenbelasting moet daarom beschouwd worden als de belangrijkste op draagkracht gebaseerde heffing. Al eeuwen vraagt men zich af hoe een inkomstenbelasting gebaseerd op draagkracht vorm moet krijgen. Rond 1800 hadden de klassieke economen het idee dat van ieders draagkracht een gelijk percentage moest worden weggenomen, zodat na belastingheffing iedereen een eveneens gelijk percentage van zijn oorspronkelijke draagkracht overhield; de zogenaamde e “Edinburger rule of taxation”. Aan het eind van de 19 eeuw kwam de leer van het evenredige genotsoffer opzetten, waarbij de gedachte van een zuiver proportionele heffing werd verlaten. Een matige progressie werd bij deze leer gerechtvaardigd. Vanaf het begin van de 20e eeuw heeft de inkomstenbelasting echter steeds een sterk progressief tarief gekend, waardoor men zich begon af te vragen of nog wel belastingheffing naar draagkracht plaatsvond. Een sterk progressief tarief werd uiteindelijk gerechtvaardigd, doordat in het rechtsbewustzijn naast het draagkrachtbeginsel nog een tweede element kon worden aangewezen: de wil tot inkomensherverdeling. In Nederland hebben heel wat verschillende inkomstenbelastingen de revue gepasseerd die allemaal een (sterk) progressief tarief kenden en die zoveel mogelijk probeerden tegemoet te komen aan het draagkrachtbeginsel. In 2001 wordt de Wet op de Inkomstenbelasting 2001 ingevoerd. Al gauw blijkt dat een aantal inbreuken op het draagkrachtbeginsel kan worden geconstateerd, waardoor wordt getwijfeld aan de houdbaarheid van deze wet. Zo kan genoemd worden dat van de belasting nauwelijks meer progressieve werking uitgaat. Door het gebruik van aftrekposten wordt immers de progressiefactor van box I grotendeels geneutraliseerd. Dit is één van de factoren die ervoor heeft gezorgd dat het CDA de mogelijkheden ging onderzoeken voor de invoering van een vlaktax. Een vlaktax betekent voor het CDA een heffing van een inkomstenbelasting op basis van een proportioneel tarief (35%), waarbij zoveel mogelijk rekening moet worden gehouden met het draagkrachtbeginsel. Aanvullende maatregelen als aanpassing van de heffingskorting, invoering van een Earned Income Tax Credit en inkomensafhankelijke heffingskortingen zijn daartoe noodzakelijk. In mijn scriptie wordt de Wet op de Inkomstenbelasting 2001 vergeleken met de vlaktax, waarbij wordt gekeken welke manier van heffen het beste in overeenstemming is met het draagkrachtbeginsel. Een proportioneel tarief in combinatie met gerichte en inzichtelijke inkomensafhankelijke heffingskortingen (vlaktax) levert mijns inziens een helderder systeem op, waarbij in de praktijk meer recht zal worden gedaan aan het draagkrachtbeginsel. Het wachten is alleen nog op de daadwerkelijke invoering van de vlaktax…