Master in de ingenieurswetenschappen: chemische technologie -- index 1 of 2 http://www.opleidingen.ugent.be/studiegids/2009/NL/FACULTY/T... Master in de ingenieurswetenschappen: chemische technologie Competentiegebied 1: Kenniscompetenties 1. Geavanceerde kennis van de eigen ingenieursdiscipline beheersen en toepassen bij complexe problemen. 2. Creatief en doelgericht benutten van vakspecifieke Computer Aided Engineering (CAE) tools en van geavanceerde reken- en communicatiemiddelen. 3. Gespecialiseerde kennis van de onderdelen van een chemische installatie en de zich daarin voordoende processen innovatief benutten. 4. Verdiepende en verbredende inzichten bij het ontwerp en de optimalisatie van een chemische installatie creatief benutten. 5. Uiteenlopende, ondersteunende ingenieurswetenschappen bij ontwerp of onderzoek origineel, constructief en innovatief gebruiken. 6. Kennis van de basiswetenschap chemie aanwenden in chemische installaties, in het bijzonder bij de ontwikkeling van chemisch-analytische denkwijzen. 7. Kennis van de basiswetenschap wiskunde aanwenden in chemische installaties, in het bijzonder bij de ontwikkeling van wiskundig-analytische denkwijzen. 8. Chemisch-procestechnologische kennis aanwenden voor een resultaatgerichte aanpak bij reactorontwerp en materiaalkeuze. 9. Fysisch-procestechnologische kennis aanwenden voor een resultaatgerichte keuze van apparatuur. Competentiegebied 2: Wetenschappelijke competenties 1. Complexe problemen analyseren en omzetten in een wetenschappelijke vraagstelling. 2. Een literatuuronderzoek in de wetenschappelijke literatuur uitvoeren. 3. De best passende modellen, methoden en technieken selecteren en toepassen. 4. Wiskundige modellen en methoden ontwikkelen en valideren. 5. Resultaten van eigen onderzoek en dat van anderen objectief en kritisch interpreteren. 6. Omgaan met een tekort aan gegevens bij multidisciplinaire probleemstellingen. 7. Een experimenteel schema opzetten met het oog op het ontwerp en de optimalisatie van modellen. 8. Resultaatgericht wetenschappelijk onderzoek en ontwerp uitvoeren. 9. Bereid zijn tot het onderkennen, evalueren en tenietdoen van tekortkomingen van het eigen onderzoek en ontwerp. Competentiegebied 3: Intellectuele competenties 1. Zelfstandig een standpunt vormen over complexe situaties en dit standpunt verdedigen. 2. De eigen kennis creatief, doelgericht en innovatief inzetten bij onderzoek, ontwerp en productie. 3. Kritisch reflecteren over eigen denken en handelen en de grenzen van de eigen competenties kennen. 4. De evoluties in het vakdomein op de voet volgen en de eigen competenties verder ontwikkelen tot op expertniveau. 5. Zich flexibel aanpassen aan veranderende professionele omstandigheden. 6. Probleemvoorkomend, probleemoplossend en systeemgericht wetenschappelijk denken. 28/07/2009 10:31 Master in de ingenieurswetenschappen: chemische technologie -- index 2 of 2 http://www.opleidingen.ugent.be/studiegids/2009/NL/FACULTY/T... 7. Wetenschappelijke en industriële problemen in het vakgebied chemische technologie kritisch analyseren en de analyse vergelijken met deze van anderen. 8. Zelfstandig uitbreiden van het eigen wetenschappelijk onderzoek rekening houdend met de voortdurende evoluties in het vakgebied. Competentiegebied 4: Competenties in samenwerken en communiceren 1. Ook in de Engelse taal communiceren over het eigen vakgebied. 2. Projectmatig werken: doelstellingen formuleren, gericht rapporteren, einddoelen en ontwikkeltraject in het oog houden. 3. Functioneren als lid van een team in een multidisciplinaire omgeving en beginnend leiding geven. 4. Schriftelijk, mondeling en grafisch rapporteren over een technisch of wetenschappelijk onderwerp. Competentiegebied 5: Maatschappelijke competenties 1. Ethisch, professioneel en maatschappelijk verantwoord handelen. 2. De belangrijkste, bedrijfskundige en juridische aspecten van de eigen ingenieursdiscipline onderkennen. 3. De historische evolutie van de eigen ingenieursdiscipline en haar maatschappelijke relevantie duiden. Competentiegebied 6: Ingenieurscompetenties 1. Beheersen van complexiteit van technische systemen door systeem- of procesmodellen te gebruiken. 2. Tegenstrijdige specificaties en randvoorwaarden verzoenen in een kwaliteitsvol en innovatief ontwerp of proces. 3. Onvolledige, tegenstrijdige of redundante gegevens omzetten in bruikbare informatie. 4. Voldoende parate kennis en inzicht bezitten om resultaten van complexe berekeningen te controleren of benaderend te voorspellen. 5. Aandacht hebben voor de volledige levenscyclus van systemen, machines en processen. 6. Aandacht hebben voor energie-efficiëntie, milieukost, grondstofverbruik, en arbeidskost. 7. Aandacht hebben voor aspecten van betrouwbaarheid, veiligheid en ergonomie. 8. Inzicht hebben in en het belang begrijpen van de rol van ondernemerschap in de maatschappij. 9. Blijk geven van doorzettingsvermogen, innovatiedrang en zin voor het creëren van meerwaarde. Competentiematrix 28/07/2009 10:31