Sparen of beleggen? Beide!

advertisement
Sparen of beleggen? Beide!
Net als de meeste Belgen, bent ook u een ijverige én ervaren spaarder. Uw spaargeld staat wellicht al even op
uw spaarrekening. Alleen levert het door de lagere rente niet veel op. Vandaag krijgen we meer en meer de vraag
of het niet beter is om te beleggen in plaats van te sparen. Op de vraag: ‘Sparen of beleggen?’, is ons antwoord
steevast: ‘Beide!’.
Sparen = zekerheid
Het rendement en risico van sparen is goed in te schatten. Het risico is laag, het rendement navenant. Vandaag is de
spaarrente zelfs lager dan de inflatie. Dit betekent dat u, door geld op een spaarrekening te parkeren, koopkracht
verliest. Het is dus goed te onthouden dat sparen slechts bedoeld is als een buffer voor onvoorziene uitgaven. Spaargeld
dat u niet nodig heeft als buffer, kan u wellicht beter beleggen. Dat hangt evenwel af van uw risicobereidheid. Want
beleggen brengt naast een hoger verwacht rendement sowieso een groter risico met zich mee dan sparen.
Beleggen = opportuniteit
Wie 25 jaar geleden €100 op een spaarrekening heeft geparkeerd of geïnvesteerd in wereldwijde staatsobligaties of
wereldwijde aandelen beschikt vandaag respectievelijk over €264, €394 of €828. Onderstaande grafiek geeft dit
grafisch weer.
De spaarrekening heeft het laagste rendement gerealiseerd. We gaan er van uit dat dat voor niemand een verrassing is.
Dat is immers logisch aangezien beleggers op de lange termijn vergoed worden voor het risico dat ze nemen, in dit geval
door in aandelen en obligaties te investeren. Uiteraard zijn rendementen uit het verleden geen garantie voor de
toekomst. We zien evenwel geen enkele reden waarom het nemen van risico de komende 25 jaar niet beloond zou
worden. Daar zit dus de opportuniteit van beleggen: het nemen van risico en daarvoor beloond worden.
Over hoe groot deze risico’s precies zijn en welke conclusies u daaruit kan trekken, leest u verderop.
Ontwikkeling van €100 sinds 1990
1000
900
800
700
600
500
400
300
200
100
19
90
19
91
19
92
19
93
19
94
19
95
19
96
19
97
19
98
19
99
20
00
20
01
20
02
20
03
20
04
20
05
20
06
20
07
20
08
20
09
20
10
20
11
20
12
20
13
20
14
20
15
0
Spaarrekening
Bron: Thomson Reuters Datastream
Wereldwijde aandelen
Wereldwijde staatsobligaties
Van Lanschot Bankiers | Sparen of beleggen? Beide! 2
Geen rendement zonder risico
Het is een cliché dat rendement en risico hand in hand gaan. Maar dat is wel degelijk het geval. Onderstaande figuur
maakt dit duidelijk. Op de X-as staat het grootste verlies dat de afgelopen 25 jaar over een gegeven periode kon geleden
worden in dezelfde drie categorieën als op vorige grafiek: spaarrekening, wereldwijde aandelen en wereldwijde
staatsobligaties. Op de Y-as staat het rendement op jaarbasis dat de drie categorieën opgeleverd hebben. Het verband is
duidelijk, hoe groter het risico, hoe hoger het uiteindelijke rendement:
Verwacht rendement beleggen in verhouding tot risico
10%
Rendement op jaarbasis
53,4% 8,8%
8%
6%
4,6% 5,6%
0,0% 4,0%
4%
2%
0%
0%
10%
20%
30%
40%
50%
60%
Maximaal tussentijds verlies
Spaarrekening
Wereldwijde aandelen
Wereldwijde staatsobligaties
Bron: Thomson Reuters Datastream
Zoals reeds gezegd, biedt een spaarrekening de hoogste zekerheid. De voorbije 25 jaar heeft een spaarrekening 4,0% op
jaarbasis gerealiseerd, uiteraard zonder dat daar tussentijds een verlies op geleden is. Een belegging in wereldwijde
aandelen heeft een rendement van 8,8% op jaarbasis gegeven, meer dan het dubbele van de spaarrekening. Maar er is
wel een periode geweest waar een aandelenbelegger van piek tot dal een verlies van 53,4% heeft moeten doorstaan.
Obligaties zitten tussen een spaarrekening en aandelen in. Wie belegt moet zich hier dus van bewust zijn. De vraag of
beleggen iets voor u is, vraagt ook dat u afweegt wat beleggen doet met uw gemoedsrust. Als u bijvoorbeeld slapeloze
nachten heeft wanneer uw beleggingen in een gegeven jaar meer dan de helft onder water staan, dan is een belegging in
puur aandelen niets voor u. Door evenwel obligaties en aandelen te combineren en uw beleggingen dus te spreiden, kan
u de tussentijdse schommelingen verkleinen. En zo zijn we aanbeland bij een tweede cliché dat geldt in de wereld van
beleggen: “spreiding is verblijding!”.
Spreiding is verblijding!
Wie belegt, neemt risico’s om zo hogere rendementen na te streven dan een spaarrekening. Dat risico kan evenwel
beperkt worden door te spreiden over zowel aandelen als obligaties en door binnen beide categorieën te spreiden over
bijvoorbeeld diverse aandelenregio’s en verschillende soorten obligaties. Om u het effect van die spreiding aan te tonen,
hebben we onderstaande tabel gemaakt. Het betreft opnieuw de afgelopen 25 jaar.
Spaarrekening
10% aandelen en
90% obligaties
50% aandelen en
50% obligaties
90% aandelen en
10% obligaties
Rendement op jaarbasis
4,0%
6,1%
7,6%
8,6%
Maximaal tussentijds verlies
0,0%
5,2%
24,1%
48,5%
Bron: Thomson Reuters Datastream
Door bijvoorbeeld uw beleggingen te spreiden over de helft obligaties en de helft aandelen, reduceert u het mogelijke
verlies met meer dan de helft in vergelijking met een 100% aandelenbelegging. Als we zeggen dat beleggen gelijk staat
aan risico nemen, is dat dus eigenlijk te kort door de bocht. Beleggen staat gelijk aan het nemen van verantwoorde en
goed doordachte risico’s. En die risico’s moeten passen bij uw persoonlijke risicobereidheid. Dat is de belangrijkste
boodschap die we u kunnen meegeven. Daarnaast zijn er natuurlijk nog een aantal andere zaken waar u best de nodige
aandacht aan besteedt. We vatten alles concreet samen in tien “gouden regels” voor de belegger.
Van Lanschot Bankiers | Sparen of beleggen? Beide! 3
Tien gouden regels voor de belegger
1.
Persoonlijk plan
Wees helder en realistisch over uw doelstellingen. Wat wilt u bereiken door te beleggen? Wat zijn uw
beperkingen qua risico?
2.
Spaar én beleg
Beleg alleen met geld dat u niet op korte termijn nodig heeft. Uw buffer voor onvoorziene uitgaven laat
u best op uw spaarrekening staan. Geld dat u op de korte termijn niet nodig heeft, kan u best beleggen.
3.
Beleggingshorizon en
emotie
Bij twijfel niet inhalen! Dat geldt ook bij beleggen. Zoals we aangetoond hebben, levert beleggen op de
lange termijn meer op dan sparen. Beleggen gaat evenwel gepaard met koersschommelingen. De omvang
van deze koersschommelingen moet u kunnen verwerken, zowel financieel als qua gemoedsrust.
4.
Zelf beleggen of
uitbesteden?
Denk goed na of u zelf wil beleggen of het liever uitbesteedt. Onderzoek laat zien dat particuliere
beleggers vaak slechtere resultaten behalen dan nodig. Als u kiest voor uitbesteden schakelt u,
bijvoorbeeld emotionele beleggingsbeslissingen uit. U let dan best wel op de kosten,
betrouwbaarheid en expertise van de vermogensbeheerder waaraan u het beleggen uitbesteedt.
5.
Let op de kosten
Wanneer u belegt, moet u beslist op de kosten letten. Kosten wegen namelijk op het rendement van uw
beleggingen. Wat u aan kosten kan uitsparen, moet u al niet meer aan rendement maken.
6.
Beleg fiscaal optimaal
De afgelopen jaren heeft de regering meermaals de fiscale lasten op beleggen verhoogd. Zo is bijvoorbeeld
de roerende voorheffing op een paar jaar tijd gestegen van 15% naar 27%, is de beurstaks gestegen, is de
speculatietaks ingevoerd enz. Bij uw beleggingen houdt u hier dus best rekening mee. Er bestaan namelijk
beleggingen dewelke niet of in mindere mate onderhevig zijn aan eerder genoemde fiscale lasten.
7.
Spreiding is verblijding
Zoals duidelijk aangetoond in dit document, kan u het risico van uw beleggingen verlagen door deze
te spreiden over verschillende categorieën. U spreidt bijvoorbeeld best tussen aandelen en obligaties.
Door binnen beide categorieën te spreiden over bijvoorbeeld diverse aandelenregio’s en verschillende
soorten obligaties, kan u verder het risico verlagen.
8.
Stuur bij indien nodig
De wereld staat niet stil. Ook uw doelstellingen kunnen veranderen. Wanneer dat het geval is, moet u
ook de bedenking maken of u uw beleggingsportefeuille niet dient bij te sturen. Als u bijvoorbeeld van
plan bent om een grote investering te doen in een buitenverblijf, is het wellicht noodzakelijk om
minder risico te nemen in uw beleggingen. Het kan in zo’n geval zelfs aangewezen zijn niet langer te
beleggen. Het tegenovergestelde kan uiteraard ook, er zijn situaties denkbaar waarin het aangewezen
is om meer risico te nemen om de haalbaarheid van uw doelstellingen te verhogen.
9.
Laat u niet verblinden door
de waan van de dag
In de huidige gedigitaliseerde wereld komt er elke dag een massa aan informatie op u af. Probeer
selectief te zijn in wat u leest en bekijkt. Laat u daarbij ook niet verblinden door de waan van de dag.
Het is niet omdat de aandelenmarkten een paar dagen dalen dat daarom de wereld zal vergaan.
10. Vertrouw op uw gezond
boerenverstand
Laat u niet om de tuin leiden door beleggingen die er te goed uit zien om waar te zijn. Want meestal, zo
niet altijd, zijn ze dat ook niet. Wanneer iemand u bijvoorbeeld een “100% veilige” belegging aanprijst
en daarbij eveneens rendementen belooft dewelke ver boven deze van een spaarrekening liggen, is die
belegging wellicht niet zo veilig. Vertrouw dus op uw gezond boerenverstand.
Van Lanschot Bankiers | Sparen of beleggen? Beide! 4
Conclusie
Het is goed te onthouden dat u best spaart én belegt. Sparen is slechts bedoeld als een buffer voor onvoorziene
uitgaven. Spaargeld dat u niet nodig heeft als buffer, kan u beter beleggen. Dat hangt evenwel af van uw risico­
bereidheid. Want beleggen brengt naast een hoger verwacht rendement sowieso een groter risico met zich mee
dan sparen.
01/16
Wanneer u belegt, onthoudt dan dat de risico’s die u neemt zowel financieel als emotioneel draagbaar moeten zijn
voor u. Als u bijvoorbeeld slapeloze nachten heeft wanneer uw beleggingen in een gegeven jaar meer dan de helft
onder water staan, dan is een belegging in puur aandelen niets voor u. Het risico inherent aan beleggen kan evenwel
beperkt worden door te spreiden over zowel aandelen als obligaties en door binnen beide categorieën te spreiden
over bijvoorbeeld diverse aandelenregio’s en verschillende soorten obligaties.
Download