Examen : Elektriciteit 21 januari 2000, VM

advertisement
Vraag 1:
Bereken de stroom Iab met behulp van de stelling van Norton.
-
6 k
20 mA
+
+
48 V
1 k
+
5V
a
b
32 k
3 k
Vraag 2:
Gegeven is de onderstaande magnetische kring.
2 cm
2 cm
2 cm
12 cm
2 mm
6 mm
2 mm
4 cm
2 cm
2 cm
2 cm
Het blikpakket is 2 cm dik.
Rond het centrale brede been is een spoel aangebracht met 1000 wikkelingen.
Hoeveel stroom moet er door de wikkeling gestuurd worden om een inductie B van
0,75 T te bekomen in het middelste been.
U kunt er van uit gaan dat de BH-curve nooit in verzading komt. Met een inductie B
van 1 T stemt er een magnetische veldsterkte H = 1000 Aw/m overeen.
Vraag 3:
Een rechte geleider, waarin een elektrische stroom vloeit van 100 A bevindt zich over
een lengte van 25 cm in een uniform magnetisch veld. De Lorentz kracht op dit
gedeelte van de geleider is 16 N. Bereken de magnetische inductie van het veld.
Vraag 4:
Een zelfinductie L bevat 1000 windingen. De magnetische kern, waarrond de
wikkelingen gewikkeld zijn, heeft een reluctantie van 1 000 000 1/H. Een stroombron
stuurt een stroom met een dI(t)/dt = 1 A/s door de zelfinductie. Hoe groot is de
spanning welke in de zelfinductie geïnduceerd wordt?
Download