Vlekziekte Verschijnselen Het meest kenmerkend zijn de vierkante vlekken die gemakkelijk te voelen zijn, omdat ze boven de huid uitsteken. De dieren hebben vaak koorts, vreten slecht, kunnen pijn hebben en sterfte is ook mogelijk. Een drachtige zeug kan verwerpen door de temperatuur die kan oplopen tot 41-42 graden. De infectie kan ook leiden tot ontstekingen aan gewrichten en de hartkleppen, waardoor een deel van de dieren later kreupel kan worden. Oorzaak De veroorzaker is de bacterie Erysepelothrix Rhusiopathiae. Besmettingsroute De infectie kan worden overgebracht door steekvliegen en kan binnenkomen via huidwondjes. Vaak komt de infectie echter binnen via de bek. Schade Als er niet geënt wordt tegen vlekziekte kan er op zowel vleesvarkens- als op zeugenbedrijven een uitbraak ontstaan. Op vleesvarkensbedrijven kan tot 50% van de dieren ziek worden. Op zeugenbedrijven kunnen de zeugen gaan verwerpen en kan chronische vlekziekte ontstaan, waardoor er na de acute uitbraak nog dieren kreupel worden of dieren sterven aan hartklepontsteking. Schade voor de mens Via wondjes kan de mens geïnfecteerd worden. Dit leidt tot lokale huidaandoeningen. In zeldzame gevallen kan de persoon last krijgen van gewrichtsontsteking of hartklepontsteking. Diagnose Vaak is het klinische beeld genoeg om de diagnose te stellen. Via een bloedkweek of een kweek uit organen is de diagnose te bevestigen. Risicofactoren De bacterie kan buiten het varken best lang overleven. Zwaardere varkens (>100kg) zijn het meest kwetsbaar. In stallen met een onverharde uitloop (biologische systemen) is het risico op een uitbraak groter. In conventionele stallen wordt vlekziekte niet veel meer gezien. Behandeling Als u op tijd een behandeling met het juiste antibioticum start, kan een varken volledig genezen. Overleg met uw dierenarts voor de juiste keuze. Preventie Er is een enting en het is belangrijk deze te blijven gebruiken, ook in economisch krappe tijden. Door het systematisch enten op de meeste bedrijven zijn grote uitbraken erg zeldzaam en worden individuele klinische gevallen ook steeds minder gezien.