Sociale cohesie Uit Wikipedia, de vrije encyclopedie Sociale cohesie is een begrip uit de sociologie, het duidt op sociale samenhang in de maatschappij. Door sociologen wordt sociale cohesie ook wel omschreven als 'kleefkracht'. Uit onderzoek blijkt: hoe hechter de sociale cohesie, hoe groter de solidariteit in een gemeenschap. Sociale cohesie bestaat op micro- en macroniveau. Op microniveau zien we (sociale) cohesie binnen het gezin, de familie, de vriendenkring. Op een iets hoger niveau bestaat sociale cohesie binnen verenigingen, kerkgenootschappen etc. Ook op het niveau van de maatschappij zien we sociale cohesie, vooral binnen uniculturele (één cultuur) samenlevingen. Binnen een dergelijke samenleving delen mensen dezelfde taal, geschiedenis, gewoonten etc., dat zorgt voor een zekere mate van sociale cohesie: men identificeert zich met elkaar en/of voelt zich verbonden. Nederland kende tot de jaren '60 een verzuilde samenleving, de zuilen waren gebaseerd op geloof en/of maatschappelijke oriëntatie. Binnen de zuilen was de sociale cohesie zeer sterk. Met de ontzuiling (vanaf de jaren '60), de opkomst van het individualisme en de multiculturele samenleving (jaren '80) is de sociale cohesie onder druk komen te staan. Nederland is in dit opzicht zeker niet uniek - alle Westerse samenlevingen kennen een verminderde sociale cohesie. In Amerika is de sociale cohesie sterk afgenomen vanaf de jaren '60. Tijdens en vlak na WO II kenden de Amerikanen één gemeenschappelijk doel: het verslaan van de Duitse vijand. Vanaf de jaren '60 zien we dat de Amerikaanse samenleving steeds individualistischer wordt. Het gezin, de kerk, de lokale gemeenschap, het verenigingsleven - allen verliezen hun positie als hoekstenen van de samenleving. Robert Putnam heeft dit proces beschreven in zijn boek 'Bowling Alone'. Putnam wijdt de afname van sociale cohesie vooral aan de individualisering (en niet zoals in Europa ook aan multiculturaliteit). Als belangrijke motor achter individualisering noemt Putnam de TV ofwel moderne communicatie. In plaats van vertier en ontspanning te zoeken in het verenigingsleven, kiest de Amerikaan steeds vaker voor de TV en kijken doet hij vaak alleen. Vanaf de jaren '90 vormt sociale cohesie een dankbaar studieobject voor sociologen. Overheden in verschillende Westerse landen zijn erop gebrand de sociale cohesie te verbeteren.