Projectconcept InterDB INTERREG V A Deutschland-Nederland Projecttitel: Spreek je buurtaal - Sprich deine Nachbarsprache Volledige projectaanduiding: Koepelproject buurtaal voor Nederlandse basisscholen alsmede Duitse Grundschulen en Schulen der Sekundarstufe I Geplande begindatum: 01-09-2016 Geplande einddatum: 31-08-2020 Stand van zaken per: 15-9-2016 Lead partner Naam organisatie: Regio Achterhoek Adres, plaats: Terborgseweg 21 7001GM, Doetinchem Nederland (Achterhoek) Contactpersoon: Mr. Joke Emaus Telefoonnummer: 0314-321214 1/15 Overige projectpartners Naam: Regio Achterhoek Plaats: Doetinchem (Achterhoek) Naam: Gemeente Aalten Plaats: Aalten (Achterhoek) Naam: Bezirksregierung Münster Plaats: Münster (Münster, Kreisfreie Stadt) Naam: Niedersächsische Landesschulbehörde Plaats: Osnabrück (Osnabrück, Kreisfreie Stadt) Naam: Stichting Essentius Plaats: Etten (Achterhoek) Naam: Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk (SOPOW) Plaats: Winterswijk (Achterhoek) Naam: Stichting interconfessioneel onderwijs Bredevoort Plaats: Bredevoort (Achterhoek) Naam: Stichting Consent Plaats: Enschede (Twente) Naam: Stichting Keender Plaats: Haaksbergen (Twente) Naam: Kaderpartner NL + D 202158 Plaats: Doetinchem (Achterhoek) Samenvatting project In het project staat de implementatie van kwalitatief hoogwaardig buurtaalonderwijs op basisscholen, Grundschulen en Schulen der Sekundarstufe I in het EUREGIO-gebied centraal. Drempels die scholen ervaren om buurtaalonderwijs op te nemen, worden weggenomen door o.a. het aanbieden van opleidingstrajecten en het (door-)ontwikkelen van didactische concepten en materialen. De Nederlandse en Duitse scholen gaan grensoverschrijdende partnerschappen aan en werken samen zodat zowel leerlingen als leerkrachten op een intensieve manier kennis van de buurtaal en buurcultuur opdoen. Tevens wordt geïnvesteerd in brede netwerkvorming en de verankering van inhoudelijke en strategische samenwerking door middel van het opzetten van een EUREGIOnaal expertise- en coördinatiepunt voor het buurtaalonderwijs. Concrete maatregelen en activiteiten Projektverwaltung / Projectbegeleiding 2/15 De strategische projectgroep bestaat uit de projectpartners en heeft een overkoepelende, sturende rol in het project en verantwoordelijk is voor de algehele uitvoering van de projectactiviteiten. Naast de projectpartners zijn het Schulamt für den Kreis Borken, de Kreis Borken en Twente als inhoudelijke partner in de strategische projectgroep vertegenwoordigd. De strategische projectgroep komt 4 keer per jaar bijeen. De projectgroep heeft de volgende specifieke functies / taken: Projectleiding (2560 uren): - Zorgdragen voor de praktische projectcoördinatie - Fungeren als aanspreekpunt voor de projectomgeving - Leggen en onderhouden van contacten met externen - Bewaken van effectieve en efficiënte rol- en taakverdeling - Zorgdragen voor het uitbrengen van periodieke rapportages - Communiceren met belanghebbenden over voortgang project - Verantwoordelijk voor tijdige en juiste inhoudelijke afhandeling - Opstellen business case (zie ook II.7 van deze aanvraag) Controller (800 uren) - Financiële planning - Controle declaraties - Tussentijdse verantwoording - Eindbestedingsbewijs - Daar waar nodig scholen en projectleiding van financiële informatie voorzien - Verantwoordelijk voor tijdige en juiste financiële afhandeling Verantwoordelijk voor dit werkpakket: Regio Achterhoek (leadpartner) / gemeente Aalten (projectleiding) Vanwege beschikbare expertise wordt de projectleiding door de partner gemeente Aalten uitgevoerd. Kosten worden gemaakt door: Regio Achterhoek Gemeente Aalten PR und Kommunikation / PR en communicatie Via website, nieuwsbrieven en netwerkbijeenkomsten wordt met de bij het project betrokken partners gecommuniceerd. Verder worden via deze kanalen ook geïnteresseerden over het project geïnformeerd. Het digitale informatieaanbod zal zoveel mogelijk worden ondergebracht op reeds bestaande websites. Voorafgaande aan en tijdens het project zal met de media (o.a. lokale pers, regionale televisiezenders etc.) contact worden gelegd om het belang van het project uit te dragen. Zie ook Werkpakket: Netwerkvorming. Communicatieadviseur (320 uren) - Ondersteuning bij digitale ontsluiting van project - Verzorgt communicatie middels sociale media - Onderhoudt contacten met pers en verschillende media - Geeft communicatieadviezen aan de projectleiding - Ondersteunt bij organisatie van projectbijeenkomsten / -conferenties Verantwoordelijk voor dit werkpakket: Kosten worden gemaakt door: Regio Achterhoek / strategische projectgroep Regio Achterhoek Binnenschoolse activiteiten (horende bij doel 1a) 3/15 De Euregioprofielschool biedt per schooljaar maximaal 40 lesweken buurtaalonderwijs op ERK-niveau A1-A2 aan in, in ieder geval, de onderbouwgroepen. Afhankelijk van de school is dit 1 tot maximaal 4 lesuren per week. Het onderwijs is eigen naar eigen inzicht en mogelijkheden in te vullen, uit te werken in een plan. Hierin staat beschreven hoe zij invulling geven aan de projectvoorwaarden en hoeveel lesuren gegeven gaan worden. Dit plan wordt bij projectaanvang aan de Strategische projectgroep voorgelegd en getoetst aan de criteria van de Euregioprofielschool. Bij een lesuur hoort tijd voor voorbereiding van de les en project gerelateerde werkzaamheden zoals planvorming, deelname aan netwerkbijeenkomsten, verantwoordingsrapportages, ontmoetingen partnerscholen, betrekken ouders. Voor Nederlandse scholen is er een opslag van 80%, bij Duitse scholen 100%. Alle deze project gerelateerde activiteiten zijn additioneel en worden naast de reguliere werkzaamheden van de scholen uitgevoerd. Verantwoordelijk voor dit werkpakket: Kosten worden gemaakt door: Nederlandse en Duitse scholen (totaal 36 scholen) Nederlandse schoolbesturen Bezirksregierung Münster Landesschulbehörde Niedersachsen, Regionalabteilung Osnabrück Binnenschoolse activiteiten (horende bij doel 1b) De Euregioschool biedt per schooljaar maximaal 40 lesweken buurtaalonderwijs op ERK-niveau A1-A2 aan. Hierbij draagt zij er zorg voor dat aan het eind van de projectlooptijd in alle leerjaren (aan de gehele klas of een deel daarvan) curriculair buurtaalonderwijs wordt aangeboden. Afhankelijk van de school is dit maximaal 8 lesuren per week. Bij een lesuur hoort tijd voor voorbereiding van de les en project gerelateerde werkzaamheden zoals planvorming, deelname aan netwerkbijeenkomsten, verantwoordingsrapportages, ontmoetingen partnerscholen, betrekken ouders. Voor Nederlandse scholen is er een opslag van 80%, bij Duitse scholen 100%. Alle deze project gerelateerde activiteiten zijn additioneel en worden naast de reguliere werkzaamheden van de scholen uitgevoerd. Het onderwijs is eigen naar eigen inzicht en mogelijkheden in te vullen, uit te werken in een plan. Hierin staat beschreven hoe zij invulling geven aan de projectvoorwaarden en hoeveel lesuren gegeven gaan worden. Dit plan wordt bij projectaanvang aan de Strategische projectgroep voorgelegd en getoetst aan de criteria van de Euregioschool. Verantwoordelijk voor dit werkpakket: Kosten worden gemaakt door: Nederlandse en Duitse scholen (totaal 4 scholen) Nederlandse schoolbesturen Bezirksregierung Münster Landesschulbehörde Niedersachsen, Regionalabteilung Osnabrück Opleiding (horende bij doel 2) 4/15 Scholen nemen deel aan een erkend opleidingstraject waarmee de juiste technische basis wordt gelegd. Binnen het project wordt uitgegaan van het opleiden van in totaal 64 leerkrachten. In eerste instantie wordt toegewerkt naar minimaal 1 leerkracht per school die over de benodigde vaardigheden en kennis beschikt. Dit om het reguliere onderwijs ook doorgang te laten vinden. Omdat het aanwezige kennisniveau per leerkracht / school verschilt, zal duidelijk naar de afzonderlijke behoeftes en noodzaak worden gekeken en zal hierop het scholingsaanbod worden aangepast. Elke school start bij aanvang van het project met het opleiden van tenminste 1 leerkracht. Gedurende het project wordt dan een tweede leerkracht opgeleid. Scholen die al beschikken over leerkrachten met voldoende kennis worden vrijgesteld. Uiteindelijk wordt naar een situatie toegewerkt waarbij per school 2 leerkrachten over de juiste kennis en vaardigheden (op het gebied van taal en vakdidaktiek) beschikken. Tot de projectactiviteiten behoort ook het inrichten van een binationale Expertisegroep Opleiding. Deze expertisegroep adviseert de strategische projectgroep en is verantwoordelijk voor de samenstelling van het opleidings- en bijscholingsaanbod. De expertisegroep bestaat uit onderwijsexperts en ervaringsdeskundigen en zal door de strategische projectgroep bij aanvang van het project worden vastgesteld. De expertisegroep komt 2 keer per jaar bijeen, met een gemiddelde tijdsbesteding van 6 uren per vergadering. Verantwoordelijk voor dit werkpakket: Kosten worden gemaakt door: Expertisegroep Opleiding / Strategische projectgroep Regio Achterhoek Nederlandse schoolbesturen Bezirksregierung Münster Landesschulbehörde Niedersachsen, Regionalabteilung Osnabrück Didactische conceptontwikkeling (horende bij doel 3) Tot de projectactiviteiten behoort het inrichten van een binationale Expertisegroep Didactische conceptontwikkeling. Deze expertisegroep adviseert de strategische projectgroep en is verantwoordelijk voor de ontwikkeling en samenstelling van didactische concepten. De expertisegroep bestaat uit onderwijsexperts en ervaringsdeskundigen en zal door de strategische projectgroep bij aanvang van het project worden vastgesteld. Bij de samenstelling van de expertisegroep wordt gekeken of samengewerkt kan worden met Radboud Universiteit Nijmegen, EP Nuffic en grensregio Limburg - Aken. De expertisegroep komt 6 keer per jaar bijeen, met een gemiddelde tijdsbesteding van 6 uren per vergadering. Er worden materialen en methodes ontwikkeld met inachtneming van de didactische concepten van het vroegvreemdetalenonderwijs (vvto). Good-practices worden door de expertisegroep gebundeld tot uniforme lespakketten waarin niet alleen taalonderwijs, maar ook kennis van land en cultuur aan bod komen. Verantwoordelijk voor dit werkpakket: projectgroep Kosten worden gemaakt door: Expertisegroep Didactische conceptontwikkeling / strategische Regio Achterhoek Netwerkvorming (horende bij doel 4) 5/15 Inrichten, versterken en uitbreiden van een EUREGIOnaal netwerk buurtaalonderwijs. Dit wordt in eerste instantie gerealiseerd door uitwisseling en contactmomenten tussen de Nederlandse en Duitse partnerscholen. Via netwerkbijeenkomsten zullen alle aan het project deelnemende scholen met elkaar in contact komen en kunnen samenwerkingsvormen ontstaan, bijvoorbeeld op het gebied van materiaalgebruik. Scholen die niet in staat zijn direct aan het project deel te nemen, maar wel geïnteresseerd zijn worden als Netwerkschool bij het project en daarmee het netwerk betrokken. Dit geldt voor het gehele INTERREG-gebied, waaronder Flevoland. Verantwoordelijk voor dit werkpakket: Kosten worden gemaakt door: Nederlandse en Duitse scholen Strategische projectgroep Regio Achterhoek Nederlandse schoolbesturen Bezirksregierung Münster Landesschulbehörde Niedersachsen, Regionalabteilung Osnabrück Kaderpartner 6/15 A | DEELNAME SCHOLEN Scholen die niet in staat zijn vanaf projectaanvang deel te nemen, maar wel uiterlijk 1 januari 2017 kunnen instappen, worden in het project aangemerkt als Kaderpartner. Deze scholen maken een keuze of zij als Euregioschool of als Euregioprofielschool deelnemen aan het project, zoals beschreven in de werkpakketten 1a en 1b. De flankerende werkpakketten 2 (Opleiding), 3 (Didatiek) en 4 (netwerkvorming) zijn op hen van toepassing. De kaderpartner is als volgt samengesteld: - Omgeving Ommen - Hardenberg (begroot op 2 scholen) Op aanbeveling van de INTERREG-partners worden scholen in Hardenberg en omgeving actief benaderd voor deelname aan het project. Vanwege de korte tijdspanne is op dit moment nog niet bekend welke scholen zullen deelnemen. - Omgeving Twente (begroot op 5 scholen) Het aantal deelnemende scholen in Twente blijft nog enigszins achter ten opzichte van de Achterhoek. Dit heeft te maken met het feit dat Twente pas in een later stadium bij het project is betrokken waardoor er onvoldoende tijd is geweest om Twentse scholen goed bij het project te betrekken. Om binnen het project een evenwichtige verdeling te maken, is bestuurlijk Twente aangespoord scholen intensief bij het project te betrekken. Op dit moment is bekend dat binnen de schoolbesturen VCO (o.a. Enschede, Oldenzaal, Hengelo) en SKOE (Enschede) concrete interesse bestaat voor deelname aan het project. - Omgeving Kreis Borken / Landkreis Grafschaft Bentheim / Kleve - Emmerich (begroot op 4 scholen) Aan Duitse kant hebben op dit moment 16 scholen hun deelname aan het project toegezegd. De verwachting is dat er voor 1 januari 2017 nog 4 Duitse scholen zullen instappen. Het betreft ten minste 1 school uit het noordelijk deel van de EUREGIO c.q. Landkreis Grafschaft Bentheim. Daarnaast zijn er ten minste 2 scholen uit de omgeving Kleve / Emmerich die hebben aangegeven buurtaalonderwijs te willen gaan invoeren. Ook voor deze scholen geldt dat zij pas in een later stadium van het project op de hoogte zijn geraakt en daardoor nog onvoldoende betrokken konden worden. B | SAMENWERKING OCW Op aanbeveling van INTERREG wordt binnen dit werkpakket ook de samenwerking met OCW vormgegeven. OCW is op de hoogte van het project en heeft positief op de ontwikkelingen in het EUREGIO-gebied gereageerd. Er wordt aangesloten en voortgebouwd op het Plan van Aanpak Buurtaalonderwijs van staatssecretaris Dekker (oktober 2015). De cofinanciering door de betrokken Nederlandse schoolbesturen komt indirect via de door OCW aan de schoolbesturen beschikbaar gestelde budgetten tot stand. Extra financiële betrokkenheid van OCW is vanwege de korte tijdspanne op dit moment niet haalbaar. OCW zal inhoudelijk bij het project betrokken worden (zie ook inhoudelijke deelname van partners onder II.5). De vorm waarin deze samenwerking gedurende het project plaatsvindt, wordt voor 1 januari 2017 bepaald. Verantwoordelijk voor dit werkpakket: Kosten worden gemaakt door: Regio Achterhoek / strategische projectgroep Kaderpartners Op welke doelgroepen is het project gericht? Hoe worden deze doelgroepen bereikt? In dit project ligt de focus op leerlingen van 4 t/m 12 jaar. Aan de Nederlandse kant betreft dit het primair onderwijs, aan de Duitse kant geldt dat zowel de ‘Grundschule’ als de ‘Schulen der Sekundarstufe I bis Jahrgangsstufe 6’ bij het project betrokken zijn. In totaal gaat het om circa 2500 Nederlandse leerlingen en 2500 Duitse leerlingen. Daarnaast worden in het kader van dit project 44 leerkrachten opgeleid ten behoeve van het buurtaalonderwijs. 7/15 Waarom is het project noodzakelijk in het licht van de huidige situatie in het programmagebied? Leerlingen in een grensregio groeien op in een unieke omgeving. Binnen enkele minuten staan zij in een ander land en komen zij in aanraking met een andere taal en cultuur. Om optimaal te profiteren van de kansen die de grensregio hen biedt en leerlingen een grenzeloze blik op de toekomst mee te geven, is het van belang dat zij kennis van de buurtaal en buurcultuur meekrijgen. De Kansenatlassen die de afgelopen jaren zijn verschenen, geven dit belang evident aan. Sinds 2006 kunnen basisscholen de buurtaal (Duits of Frans) in hun schoolprogramma opnemen. Dat kan al vanaf groep 1 door het aanbieden van vroeg vreemdetalenonderwijs (vvto), maar ook door het integreren van de vreemde taal als voertaal bij andere vakken. Scholen ervaren echter drempels om met buurtaalonderwijs aan de slag te gaan. In de provincie Limburg en omliggende Duitse regio’s heeft men in dit kader daarom reeds flinke stappen gezet door het ontwikkelen van het zogenaamde Euregioschool-concept. Hierbij worden Nederlandse en Duitse basisscholen begeleid bij het kwalitatief hoogwaardig en duurzaam integreren van buurtaalonderwijs. Mede op basis van de in Limburg opgedane ervaringen zijn er de afgelopen jaren diverse succesvolle pilotprojecten in de Achterhoek (o.a. het INTERREG IVa project ‘Buurtaal jong leren’) en Twente opgezet om het buurtaalonderwijs zodoende ook in deze grensregio’s te implementeren. Deze projectaanvraag bouwt hierop voort. 8/15 Beschrijft u het innovatieve karakter van het project. Wat is nieuw/innovatief aan het project? Welke veranderingen brengt het project teweeg? Innovatief aan het project is: - het op grote schaal (gebied Achterhoek / Twente, Kreis Borken / Landkreis Grafschaft Bentheim) organisatorisch samen optrekken met 20 scholen aan beide kanten van de grens. Het project kent daardoor de mogelijkheid om samen didactische concepten voor de basisscholen te ontwikkelen en gepaste opleidingen voor het onderwijzend personeel aan te bieden. Kennis en ervaring wordt uitgewisseld tussen de deelnemende scholen via de partnerconstructie, de tweemaal 10 netwerkscholen en de jaarlijkse netwerkbijeenkomst/beurs, die voor alle scholen uit het EUREGIO-gebied toegankelijk is. - de samenwerking tussen instanties die een ondersteunende functie hebben richting scholen op het gebied van (buurtaal)onderwijs evenals de ambities om deze samenwerking duurzaam te bestendigen: o Landesschulbehörde Osnabrück o Bezirksregierung Münster o Regio Achterhoek o Gemeenten Twente - de inspanningen van de scholen en de betrokken ondersteunende instanties om het voortgezet onderwijs te sensibiliseren voor de doorlopende leerlijn. Op dit moment is er aan de Nederlandse kant doorgaans geen directe aansluiting omdat het vak Duits niet in het eerste leerjaar wordt gegeven. Een dergelijke situatie is ook van toepassing op het Nederlands-onderwijs op Duitse scholen. De doorlopende leerlijn wordt gedurende het project verder ontwikkeld resp. aangejaagd. Hoewel de focus van het project op het primair onderwijs ligt, zal aan Duitse kant samen worden gewerkt met 2 Schulen der Sekundarstufe I en zullen o.a. de strategische projectgroep en via scholen die op basis van de uitgangspunten van de Euregioschool deelnemen, contacten worden aangeknoopt met het voortgezet onderwijs aan Nederlandse en Duitse kant. Hierbij zal in eerste instantie worden gekeken naar middelbare scholen die de buurtaal al vanaf het eerste leerjaar aanbieden of voornemens zijn dit te doen. Ook zal worden samengewerkt met de Radboud Universiteit Nijmegen die een project voorbereidt dat zich richt op buurtaal/-cultuur op middelbare scholen in de Euregio Rijn-Waal. Relevante ervaringen en resultaten kunnen worden meegenomen en mogelijk worden toegepast in de EUREGIO. Het implementeren van een buurtaalonderwijsaanbod vanaf het eerste leerjaar dat inhoudelijk/kwalitatief aansluit op hetgeen in het primair onderwijs is aangeleerd, is een proces dat meerdere jaren in beslag neemt, maar met het voorliggende project wordt bespoedigd. 9/15 Ieder project moet onder één van de beide prioriteiten “Verhoging van de grensoverschrijdende innovatiekracht van het programmagebied“ (proriteit 1) “Sociaal-culturele en territoriale cohesie van het programmagebied” (prioriteit 2) uit het samenwerkingsprogramma vallen. Elke prioriteit omvat een centrale doelstelling van het operationeel Programma: • Prioriteit 1: Meer product- en procesinnovaties • Prioriteit 2: Vermindering van de barrièrewerking van de grens voor burgers en instituties Hoe draagt uw project bij aan het bereiken van deze doelstelling? Waarom wordt het project grensoverschrijdend uitgevoerd (en niet nationaal)? I. AMBITIENIVEAUS In het project worden 3 ambitieniveaus voor de deelnemende scholen onderscheiden: - Euregioprofielschool De Euregioprofielschool is een bewezen vorm om basisscholen eerste kennis met buurtaalonderwijs te laten opdoen. De buurtaal wordt daartoe opgenomen in het schoolprogramma. Het schoolprogramma vormt het kader voor alle binnen- en buitenschoolse activiteiten en is richtinggevend. Het raamwerk voor de Euregioprofielschool is in 2012 ontwikkeld door een door de Bezirksregierung Aachen ingestelde werkgroep en wordt sindsdien toegepast op scholen in de grensregio Limburg – Aken. Dit raamwerk gaat uit van een gedocumenteerd, gereglementeerd en duurzaam aanbod van de buurtaal in het basisonderwijs. Een uitvoerige beschrijving is bijgesloten als bijlage. - Euregioschool Voor basisscholen die reeds ervaring hebben met buurtaalonderwijs of een hoog ambitieniveau hebben, bestaat er de mogelijkheid om toe te werken naar het predicaat Euregioschool. Hierbij wordt de buurtaal tot vast onderdeel in het curriculum. In het curriculum staan de leerdoelen beschreven die alle leerlingen moeten hebben behaald aan het eind van hun schoolcarrière. Ook voor de Euregioschool is in het grensgebied Limburg – Aken een concept ontwikkeld dat is uitgemond in een ‘convenant onderwijsbesturen Euregioschool’ met ondersteuning van de Provincie Limburg. Een uitvoerige beschrijving is bijgesloten als bijlage. De vorm waarin de buurtaal binnen een Euregioprofielschool wordt aangeboden, is m.a.w. flexibeler (mag bijv. ook naschools of alleen in de onderbouw) dan bij de Euregioschool waarbij het buurtaalonderwijs tot een vast onderdeel van het curriculum wordt (d.w.z. in reguliere schooltijden en in alle leerjaren). Het niveau waarop buurtaalonderwijs wordt gegeven, ligt hierdoor bij de Euregioschool uiteindelijk ook hoger. Daarnaast wordt van leerkrachten op Euregioscholen een hoger taalniveau verwacht. Voor beide ambitieniveaus geldt dat aan het einde van de projectperiode kennis en materiaal op een zodanig niveau is, dat het taal- cultuuronderwijs daarna als reguliere les kan worden aangeboden (duurzaamheid). - Netwerkschool Dit ambitieniveau is ingevoerd om scholen die wel interesse hebben in buurtaalonderwijs, maar geen mogelijkheden zien om dit op korte termijn in te voeren toch te betrekken bij het project. Van scholen wordt verwacht dat zij 3 keer per jaar deelnemen aan kennissessies met de wel aan het project deelnemende scholen. Hiermee wordt beoogd om deze scholen te sensibiliseren voor duurzaam buurtaalonderwijs. II. DOELSTELLINGEN Het project kent 4 verschillende doelstellingen: Strategische doelstelling 1a: 10/15 Verankeren en aanbieden van buurtaalonderwijs door 18 Nederlandse en 18 Duitse basisscholen in het EUREGIO-gebied op basis van de criteria horende bij het ambitieniveau Euregioprofielschool De Euregioprofielschool is het opstapmodel voor het invoeren van buurtaalonderwijs in het basisonderwijs. Uit projectvoorbereiding is gebleken dat er op dit moment veel basisscholen zijn die de wil hebben om de buurtaal aan te bieden en vooralsnog willen instappen op het ambitieniveau Euregioprofielschool. Gelet op het aantal basisscholen in het projectgebied en de reeds getoonde interesse is een aantal van 18 / 18 realistisch te noemen. Indien een school aan het eind van het project voldoet aan de criteria behorende bij dit ambitieniveau ontvangt zij een predicaat. De beoordeling geschiedt door een nog door de strategische projectgroep in te richten binationale jury (zie ook bijlage). Operationele doelen bij 1a: 1. Opnemen van buurtaalonderwijs in het schoolprogramma door de school, aanbieden van lesuren buurtaal, zo mogelijk geïntegreerd in het zaakvakonderwijs zoals aardrijkskunde, geschiedenis etc. door inzet van een extra leerkracht taal-cultuur in de les. Tevens houdt de school de voortgang bij in een dynamisch portfolio waarin specifiek voor de buurtaal staat hoe de school de implementatie realiseert. 2. Aangaan van grensoverschrijdende samenwerking met een tandemschool, in dit verband uitwisselen van kennis via contactmomenten en gezamenlijk organiseren van activiteiten, zoals een voetbalwedstrijd of excursie. 3. Uitdragen van ervaringen en voortgang van het project via de geëigende kanalen van de school zoals schoolnieuwsbrief, schoolwebsite, schoolgids. Strategische doelstelling 1b: Verankeren en aanbieden van buurtaalonderwijs door 2 Nederlandse en 2 Duitse basisscholen in het EUREGIO-gebied op basis van de criteria horende bij het ambitieniveau Euregio-school. De Euregioschool is het doorgroeimodel voor het invoeren van buurtaalonderwijs in het basisonderwijs. Dit model is geschikt voor scholen die al buurtaalonderwijs aanbieden of een hoog ambitieniveau kennen. De verwachting is dat er 2 scholen aan Nederlandse en 2 scholen aan Duitse kant op dit niveau instappen. Indien een school aan het eind van het project voldoet aan de criteria behorende bij dit ambitieniveau ontvangt zij een predicaat. De beoordeling geschiedt door een nog door de strategische projectgroep in te richten binationale jury. Operationele doelen bij 1b: 1. Opnemen van buurtaalonderwijs in het curriculum door de school, aanbieden van lesuren buurtaal in alle leerjaren, waarbij ook geïntegreerd in het zaakvak-onderwijs zoals aardrijkskunde, geschiedenis etc door inzet van een extra leerkracht taal-cultuur. Tevens houdt de school de voortgang bij in een dynamisch portfolio waarin specifiek voor de buurtaal staat hoe de school de implementatie realiseert. 2. De school draagt gegevens van leerlingen v.w.b. Duits c.q. Nederlands over aan het voortgezet onderwijs om de aansluiting op het VO zo goed mogelijk gestalte te geven. 3. Aangaan van grensoverschrijdende samenwerking met een tandemschool, in dit verband uitwisselen van kennis via contactmomenten en gezamenlijk organiseren van activiteiten, zoals een voetbalwedstrijd of excursie. 4. Uitdragen van ervaringen en voortgang van het project via de geëigende kanalen van de school zoals schoolnieuwsbrief, schoolwebsite, schoolgids. 11/15 Strategische doelstelling 2: Opleiden van 22 Nederlandse en 22 Duitse leerkrachten in het primair onderwijs ten behoeve van het buurtaalonderwijs Operationele doelen bij 2: 1. Voor het ambitieniveau Euregioprofielschool worden 36 leerkrachten gedurende het eerste projectjaar gekwalificeerd op minimaal ERK-niveau B1 (zie bijlage) en nemen hiervoor deel aan een opleidingstraject, dat buiten onderwijstijd wordt aangeboden. Later worden nog eens 20 leerkrachten opgeleid, zodat per school 2 leerkrachten opgeleid kunnen worden (duurzaamheid). De duur van dit traject is afhankelijk van eerder verworven competenties van de deelnemende leerkracht en wordt gewaardeerd met een internationaal erkend diploma. 2. Voor het ambitieniveau Euregioschool worden 8 leerkrachten gedurende het eerste projectjaar gekwalificeerd op minimaal ERK-niveau B2 en nemen hiervoor deel aan een opleidingstraject, dat buiten onderwijstijd wordt aangeboden. De duur van dit traject is afhankelijk van eerder verworven competenties van de deelnemende leerkracht en wordt gewaardeerd met een internationaal erkend diploma. 3. Leerkrachten vergaren didactisch-methodische kennis op het gebied van vroeg vreemdetalenonderwijs door middel van deelname aan een bijscholingstraject. Dit bijscholingstraject wordt vanaf het tweede projectjaar aangeboden. Strategische doelstelling 3: Doorontwikkelen van bestaand materiaalaanbod en ontwikkelen van nieuwe lesmethodes ten behoeve van het buurtaalonderwijs Operationele doelen bij 3: 1. Er worden materialen en methodes ontwikkeld met inachtneming van de didactische concepten van het vroegvreemdetalenonderwijs (vvto). Dit houdt in dat al op zeer jonge leeftijd wordt begonnen met het verwerven van een vreemde taal. 2. Good-practices ontwikkeld in de grensregio Limburg – Aken en aangeboden door o.a. EP-Nuffic en Goethe-Institut worden door de Expertisegroep Didactische conceptontwikkeling gebundeld tot uniforme lespakketten waarin niet alleen taalonderwijs, maar ook kennis van land en cultuur aan bod komen. Strategische doelstelling 4: Inrichten, versterken en uitbreiden van een EUREGIOnaal netwerk buurtaalonderwijs Operationele doelen bij 4: 1. In aanvulling op de aan het project deelnemende scholen nemen op het ambitieniveau Netwerkschool 10 Nederlandse en 10 Duitse basisscholen deel. Het gaat hierbij om scholen die niet in staat zijn direct aan het project deel te nemen, maar wel erg geïnteresseerd zijn. 2. Ten minste 1 keer per jaar wordt een netwerkbijeenkomst / beurs georganiseerd waarbij scholen ervaringen en kennis uitwisselen en tevens andere scholen in het EUREGIO-gebied bekend worden gemaakt met het buurtaalonderwijs. 12/15 3. De Netwerkscholen worden 2 keer per jaar uitgenodigd om kennis te nemen van de vorderingen en ontwikkelingen van het project. Aan deze scholen worden ook didactische methodes en materialen beschikbaar gesteld. 4. Gedurende de projectlooptijd wordt een Nederlands-Duitse coördinatie- en expertisepunt voor het buurtaalonderwijs in het EUREGIO-gebied ingericht dat na afloop van het project verantwoordelijk is voor verdere netwerkvorming, advisering en kennisoverdracht. Tevens worden, conform de aanbevelingen in het onderzoek ‘Als we elkaars taal spreken…’ (januari 2015) verbindingen gelegd met deels bestaande (Limburg/Aachen) en deels in oprichting zijnde expertisepunten in andere Euregio-gebieden. Het project gaat 20 arbeidsplaatsen opleveren. Waarom wordt het project grensoverschrijdend uitgevoerd (en niet nationaal)? Een succesfactor van het project is de uitwisseling en nauwe samenwerking tussen de scholen in het grensgebied. Door grensoverschrijdende docenten- en leerlingenuitwisseling ontstaat een werkwijze waarbij leerlijnen en leerinhouden dicht bij elkaar komen te liggen. Hierdoor ontstaat een vergelijkbaar kennisniveau van deze doelgroep. Dit zijn ervaringen uit het INTERREG IVa project ‘Buurtaal jong leren’. Daarbij heeft met name de uitwisseling tussen leerlingen en leraren bijgedragen aan het succes van het project. Door de grensoverschrijdende projectaanpak ontstaat meer motivatie, commitment en draagvlak bij de betrokken scholen. Hoe kunnen de projectactiviteiten en -resulaten en/of het ontstane grensoverschrijdende netwerk na de projectlooptijd verder worden benut? Hoe worden activiteiten voortgezet en gefinancierd? In hoeverre zijn de outputs en resultaten voor derden relevant en bruikbaar? Tijdens de projectlooptijd wordt de huidige strategische en inhoudelijke samenwerking omgezet in een Nederlands-Duits coördinatie- en expertisepunt voor het buurtaalonderwijs in het EUREGIO-gebied. Deze infrastructuur gaat blijvend zorgen voor de doorontwikkeling van lesmaterialen en aanbod van opleidingen. Na afloop van het project zal financiering plaats vinden deels door de deelnemende scholen en gestimuleerd door overheden. Daartoe wordt in het tweede projectjaar gestart met het ontwikkelen van een business case met als doel besluitvorming over structurele (inhoudelijke en financiële) voortzetting na afloop van het project te starten. Implementatie is voorzien in het laatste jaar van het project. De ervaringen en ontwikkelde didactische concepten worden tijdens en na afloop van het project via de netwerkbijeenkomsten gedeeld met geïnteresseerden aan beide kanten van de grens. Door het opnemen van verschillende ambitieniveaus is het project dusdanig flexibel opgesteld, dat er voldoende aanknopingspunten zijn op het projectidee voor te zetten, ook als de business case negatief uitvalt. Met het opstarten van dit project wordt de identiteit van de deelnemende scholen gevormd en deze identiteit zullen scholen, ook bij het wegvallen van enige financieringsbronnen proberen te behouden en voort te zetten. Desnoods op een lager ambitieniveau (plan b). 13/15 Geplande kosten Geraamde subsidiabele projectkosten Personeelskosten Overige kosten € 1.891.980,00 € 708.548,00 (-) Inkomsten Totaal € 2.600.528,00 14/15 Voorgestelde financiering Financier Privaat / Publiek Totale financiering % € 836.000,00 32,15 % Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek € 158.000,00 € 15.000,00 € 15.000,00 € 15.000,00 6,08 % 0,58 % 0,58 % 0,58 % Öffentlich / Publiek € 45.000,00 1,73 % Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek € 105.000,00 € 105.000,00 € 150.000,00 € 8.000,00 € 50.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 50.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 € 8.000,00 4,04 % 4,04 % 5,77 % 0,31 % 1,92 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 1,92 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % 0,31 % € 1.764.528,00 67,85 % Eigenbeitrag / Eigen bijdrage Kaderpartner NL + D 202158 Stichting Keender Stichting Consent Stichting interconfessioneel onderwijs Bredevoort Stichting Openbaar Primair Onderwijs Winterswijk (SOPOW) Stichting Essentius Niedersächsische Landesschulbehörde Bezirksregierung Münster Gemeente Aalten Regio Achterhoek Gemeente Enschede Gemeente Haaksbergen Gemeente Losser gemeente Oude IJsselstreek Gemeente Winterswijk Gemeinde Heek Gemeinde Südlohn Gemeinde Uelsen Nederlandse Taalunie Samtgemeinde Emlichheim Stadt Ahaus Stadt Bocholt Stadt Borken Stadt Gronau Stadt Nordhorn Stadt Vreden INTERREG-Finanzierung / INTERREG-financiering EFRE / EFRO MWEIMH NRW Niedersächsische Staatskanzlei Provincie Gelderland Provincie Overijssel Totaal Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek Öffentlich / Publiek € € € € € 882.264,00 220.566,00 220.566,00 220.566,00 220.566,00 33,93 % 8,48 % 8,48 % 8,48 % 8,48 % € 2.600.528,00 100 % 15/15