Afb. 5.13 Lateraal aanzicht van de innervatie van het uitwendige oor

advertisement
Oor
Helix
Scapha
Crus superior
Fossa triangularis
Tuberculum auriculare
(knobbeltje van Darwin)
Crus inferior
Cymba conchae
Antihelix
Crus helicis
Tragus
N. auriculotemporalis
Cavitas conchae
Antitragus
Incisura intertragica
N. auricularis
posterior (N. facialis)
Fossa antitragohelicina
Cauda helicis
N. facialis
N. auricularis
magnus
N. occipitalis
minor
Helix
N. auricularis
posterior (N. facialis)
N. auriculotemporalis
N. auricularis
magnus
Cauda helicis
Afb. 5.13 Lateraal aanzicht van de innervatie van het uitwendige oor.
Afb. 5.14 Mediaal aanzicht van de sensibele innervatie van de rechter oorschelp.
324
Oor
 Afb. 5.13 De sensibele innervatie van de oorschelp wordt
verzorgd via verschillende geleidingsbanen: het voorste gedeelte van de oorschelp (voorste gedeelte van de helix, tragus en soms ook voorste gedeelte van de lobulus auricularis)
wordt samen met de huid van het gewrichtsgebied en van de
regio temporalis verzorgd door de n. auriculotemporalis. Hij
geeft ook kleine takken af voor de verzorging van de meatus
acusticus externus.
De achterste gedeelten aan laterale zijde worden geïnnerveerd via de n. auricularis magnus (uit de plexus cervicalis); de
concha en de cymba via de r. auricularis van de n. vagus. Aan
de mediale zijde van de oorschelp wordt het onderste tweederde deel geïnnerveerd via de n. auricularis magnus, het bovenste eenderde deel via de n. occipitalis minor.
 Afb. 5.14 De n. auriculotemporalis zorgt voor de sensibele innervatie van de voorste en bovenste delen van de oorschelp. De huidgebieden achter het oor en de mediaal-dorsale
zijde worden sensibel verzorgd door de n. auricularis magnus,
die verder van dorsaal komt. De spieren aan de mediaal-dorsale zijde worden geïnnerveerd door de n. auricularis posterior
(een tak van de n. facialis).
 Afb. 5.15 De n. auriculotemporalis komt dorsaal van de
proc. condylaris mandibulae de voorste gedeelten van het oor
binnen en verzorgt deze sensibel.
De n. facialis treedt uit door het foramen stylomastoideum en
zorgt met de n. auricularis posterior voor de motorische innervatie van de spieren aan de mediale zijde van het uitwendige oor. De spieren aan de laterale zijde worden geïnnerveerd
door de rr. temporales van de n. facialis. Dorsaal van de meatus
acusticus externus komt de r. auricularis van de n. vagus tevoorschijn. De n. auricularis magnus (uit de plexus cervicalis) verzorgt aan laterale zijde het onderste tweederde deel van de
achterste gedeelten en de mediale zijde van de oorschelp.
 Afb. 5.16 De sensibele innervatie van de oorschelp wordt
verzorgd via verschillende geleidingsbanen:
Het voorste gedeelte van de oorschelp (voorste gedeelte van
de helix, tragus en soms ook voorste gedeelte van de lobulus
auricularis) wordt samen met de huid van het gewrichtsgebied
en van de regio temporalis verzorgd door de n. auriculotemporalis. Hij geeft ook kleine takken af voor de verzorging van de
meatus acusticus externus.
De achterste gedeelten aan laterale zijde worden geïnnerveerd via de n. auricularis magnus.
De cavitas en cymba conchae worden geïnnerveerd door de
r. auricularis van de n. vagus. Het huidgebied achter de oorschelp en de dorsaal-mediale gedeelten worden verzorgd door
de n. occipitalis minor.
De n. facialis kan een aantal plekken op de oorschelp (aangegeven met stippen) en een huidgebied achter de oorschelp
N. auriculotemporalis
N. auriculotemporalis
R. auricularis
des N. vagus
R. auricularis
des N. vagus
N. auricularis
magnus
N. occipitalis
minor
N. occipitalis
minor
N. auricularis
posterior (N. facialis)
N. facialis
Afb. 5.15 Lateraal aanzicht van de innervatie van het gebied
van het oor. Oorschelp verwijderd, contouren weergegeven
ter oriëntatie.
N. auricularis magnus
(R. anterior)
Afb. 5.16 Lateraal aanzicht van de innervatiegebieden van
het uitwendige oor.
325
Download