03 De kennisvraag centraal

advertisement
Verbinden van Onderwijs en Onderzoek
De kennisvraag centraal?
Community of practice
12 juni 2007
Drie stromen, drie vragen,
gecombineerd in één project

P: Oplossen van praktijkprobleem voor
opdrachtgever

K: Ontwikkelen van kennis voor
kennisopdrachtgever

C: Ontwikkelen van competenties
(opdrachtgever is student / opleiding)
Knelpunten bij de kennisvraag




Helderheid kennisvraag
Helderheid gewenste output
Ondersneeuwen ten opzichte van de praktijkvraag
(zien we ook gebeuren met competentievraag)
Kwaliteit van de output
Welke kennis wordt gevraagd?



Conceptuele kennis:
 “heeft het zin om bij stedelijke vernieuwingsprojecten te
werken met varianten in tegenstelling tot één model”
 Project levert één bijdrage in een reeks -> resultaten worden
door een ander tot publicatie omgezet.
Feitenkennis:
 “welke actoren zijn er bij een stedelijk vernieuwingsproject”
 Project levert direct een antwoord, dit kan bij volgende
projecten worden aangevuld
Methodekennis:
 “op welke wijze kun je bewoners – het beste – bij een
stedelijk vernieuwingsproject betrekken”
 Project levert direct een antwoord, bij volgende projecten
dan dit antwoord worden uitgebreid in twee richtingen:
verbeterde methode in zelfde context, of (aangepaste)
methode uitgetest in andere context
Helderheid gewenste output,
discussie

Wat zou de output op de kennisvraag moeten zijn? Is
dit afhankelijk van het type kennis? In hoeverre willen
we dit vooraf voorschrijven? Wat kunnen/moeten we
opnemen in de handleiding?

Outputvorm kiezen die motiverend werkt (workshop
voor andere studenten of een artikel voor een
vakblad) en past bij beroepsprofiel van student.
Output bij voorkeur zo kiezen dat de studenten zelf
ervaren dat er wat met de kennis gebeurd (bijv.
workshop, subsidieaanvraag, vervolgopdracht
formuleren/onderzoeksvoorstel.
Vooraf aangeven lijkt wenselijk (sturing) door
kennisopdrachtgever, in ieder geval doelgroep
aangeven (studenten, docenten, kenniskring etc.)


Twee groepen






Groep 1 (deze zaal):
Ondersneeuwen tov de praktijkvraag
Groep 2 (zaal hiernaast):
(gebrek aan) Kwaliteit van het product
Vraag: wat zijn bruikbare aanbevelingen om dit te
verbeteren, deze worden in de handleiding verwerkt
Graag per groep een terugkoppeling
Terug om:
Na terugkoppeling: bepaling onderwerpen voor de
volgende community-sessies
Terugkoppeling groepen

Conclusies/ Aanbevelingen groep 1 (ondersneeuwen)

Reflectie organiseren, bijvoorbeeld door:






Gericht reflectiemomenten in te bouwen, bv. door senioronderzoeker uit kenniskring langs te laten komen)
After action review
Inbreng leveren voor volgende kennisvraag
(i.c. op regionale kennisdag saxion, met Young Urban
Professionals en opdrachtgever)
Niet alle studenten kunnen dit niveau van abstractie
aan; moeten we de kennisvraag dan niet als ‘extra’ zien
voor studenten die zich meer in de richting van
abstractie en onderzoek willen ontwikkelen?
Rekening hiermee houden bij teamsamenstelling /
sollicitatie
Nieuwe kennis laten uitbuiten (bijvoorbeeld in eigen
bedrijf)
Terugkoppeling groepen

Conclusies/ Aanbevelingen groep 2 (kwaliteit)






Kennisvraag aanpassen aan niveau groep (bijv. vragen
enquête in te vullen ipv te reflecteren)
Systematische aanpak vanaf het eerste jaar aanleren
zodat dit eigen wordt
Onderliggende onderzoeksagenda is een vereiste
Niet alleen student, maar ook docent interesseren in
kennisvraag
Aparte opdrachtgever voor de kennisvraag instellen
Extra aandacht voor het eindproduct, bijvoorbeeld
kennissymposium
Vervolgonderwerpen

Schrijf uw leervragen (één per geeltje) op,
ingedeeld naar:






Kennisstroom
Praktijkstroom
Competentiestroom
Organisatie van ontwerpprojecten
Overige leervragen
Plak de geeltjes op de van toepassing zijnde
flappen, kijk of er al gelijkwaardige vragen
hangen (clusteren)
Prioriteren na clustering
Leervraag
Saldo
Kwaliteitscriteria & toetsing
12 (12+,0-)
Omgang met opdrachtgevers van de praktijkvraag
8 (9+,1-)
Capaciteit en teamsamenstelling
7 (7+,0-)
Motivatie docenten
7 (8+,1-)
Coaching van studenten
6 (6+,1-)
Leren reflecteren
5 (5+,0-)
Doorgeven/Stapelen
5 (5+,0-)
Koppeling praktijk- en kennisvraag
3 (3+,0-)
Competenties van docenten
2 (2+,0-)
Enthousiasmeren van studenten / hoe inzicht te geven in de methode
2 (2+,0-)
Leren adviseren
1 (1+,0-)
Onderliggende geeltjes bij de
geprioriteerde onderwerpen

12. Kwaliteitscriteria & toetsing













Benoemen van competenties + niveau, inbouwen in persoonlijk verslag, reflectie
door groepsleden en tutor? In portfolio op laten nemen?
Hoe stel je het niveau vast dat studenten moeten behalen en hoe bewaak je dat
dit niveau ook bereikt wordt?
Hoe maak je de eisen aan de beoordeling van dit soort projecten zo dat het past
binnen de tijd die een tutor er voor krijgt?
Hoe toets je het eindresultaat?
Hoe gebruik je de kwaliteitscriteria?
Hoe toets je de behaalde competenties?
Criteria competentieontwikkeling?
Hoe zorg je dat toetsing van competentieontwikkeling gekoppeld wordt aan
opdrachten?
Wat moet je toetsen?
Op welke aspecten kun je studenten beoordelen (bijv. verhouding inzet / kwaliteit
eindproduct)
Hoe competenties beoordelen om ontwerpprojecten uit te (kunnen) voeren?
Hoe duidelijkheid te krijgen over welke competenties studenten verkegen via
ontwerpprojecten?
Hoe zorg ik dat het product deugdelijk is en ook binnen de gestelde termijn
geleverd wordt?

8. Omgang met opdrachtgevers van de praktijkvraag









In een project met een ‘academische opdrachtgever’, hoe streef ik naar evenwichtige
financiering?
Relatie tussen onderwijs instituut en praktijk. Hoe te komen tot een goede overeenstemming
in doelen, eisen etc.?
Waarom zou een opdrachtgever naar ons toe komen?
Hoe kom ik op het juiste moment aan voldoende opdrachtgevers voor de praktijkvraag?
Hoe krijg je langere termijn contact met opdrachtgevers (continuering)?
Hoe zorg ik voor continuïteit in een lang lopender project (verschillende fasen)?
‘Agenda’ maken met opdrachtgevers voor langer durende keten van projecten
Hoe leg je de opdrachtgever uit wat zijn gewenste rol is en hoe houd je hem daar in?
7. Capaciteit en teamsamenstelling







Waar haal ik bij een opdracht mijn capaciteit vandaan (docenten roostervrij maken/ studenten
uit het reguliere rooster halen)?
Niet standaard projecten vragen meer tijd van docent, facilitering?
Wat te doen bij kennisvraag/praktijkvraag die wel binnen doelstelling lectoraat past, maar niet
op te lossen is met de huidige faciliteiten, investering?
Hoe intensief/multidisciplinair/gestructureerd zet je een ontwerpproject op?
Hoe om te gaan met teveel projecten en te weinig studenten?
Hoe multidisciplinaire teams te werven?
Hoe leg je de link tussen dynamiek werkveld, keuzevrijheid studenten en takenplaatjes
docenten?

7. Motivatie docenten



6. Coaching van studenten




De minimaal noodzakelijke inrichting hiervan en begeleiding hierbij?
Hoe begeleid/coach je een studententeam?
Hoe begeleid je teams?
5. Doorgeven/Stapelen





Hoe verkoop je de kennisvraag aan docenten/begeleiders?
Hoe motiveer ik docenten/collega’s om bij te dragen aan de kennisrol
van mijn instituut?
Doorgeven van (praktijk)resultaten aan volgende groep, organiseren?
Hoe kennis te stapelen?
Doorgeven van kennis aan volgende groep studenten/ tutor/
opdrachtgever
Hoe geef je de kennis door?
5. Leren reflecteren


Met welke leeromgeving leren we studenten reflecteren op hbo niveau?
Aan welke criteria moet een leeromgeving voldoen, zodat leren
reflecteren optimaal is?



3. Koppeling praktijk- en kennisvraag
 Sturen van de praktijkvraag vanuit de kennisvraag (dwz
beinvloeding praktijkvraag)?
 Praktijkvraag moet interessant zijn voor de kennisvraag en
overeenkomstig het kennis- en competentieniveau van de
studenten. Hoe kun je dit beoordelen? Zijn hier criteria voor?
2. Competenties docenten
 Docenten hebben nieuwe competenties nodig?
 Afstemming op ontwikkeling van deskundigheid van de
betrokken docenten
 Competenties van docenten op niveau
2. Enthousiasmeren studenten / inzicht in de methode
 Hoe kun je de organisatie/structuur van dergelijke projecten
motiverend/begrijpelijk maken voor studenten?
 Hoe is het mogelijk studenten meer inzicht te geven in de
methode van ontwerpprojecten?
Samenvatting

Resultaat output
Resultaat ondersneeuwen
Resultaat kwaliteit
Resultaat onderwerpen volgende keer.

Borrel



Download