Samenvatting Ende P.C. van der en M.M. Venderink (2006). Steun voor ouders met psychiatrische beperkingen. Groningen: Lectoraat Rehabilitatie Hanzehogeschool en Cenzor-GGz Groningen. Het project ‘Ouders met psychiatrische beperkingen’ is gericht op de inventarisatie van de behoeften aan steun en op de ontwikkeling van een methodiek bij deze ouders. De methodiek, die op grond van het onderzoek is ontwikkeld, is als een pilot-project in een training aan 9 hulpverleners overgebracht. De hulpverleners hebben de methoden toegepast bij in totaal 20 ouders. Het praktijkonderzoek dat is uitgevoerd bij 47 ouders uit verschillende plaatsen in Nederland en in België geeft de hierna geformuleerde uitkomsten. De deelnemers aan dit onderzoek zijn voornamelijk mensen die behandeling of begeleiding van de GGz of de RIBW ontvangen. Van hen woont 25 % begeleid of beschermd. Bijna alle respondenten (94%) geven aan dat ze voldoende algemene hulp ontvangen. Echter, ook komt naar voren dat de helft van hen een ander soort hulp wil. Het betreft het aangaan van een gesprek met het kind en steun in de omgang met het kind en met andere ouders die psychiatrische beperkingen ervaren. Daarnaast is behoefte aan opvoedingsondersteuning en juridische hulp. De geïnterviewde ouders geven een indicatie voor de ondersteuningsbehoeften van deze groep. Over het geheel blijkt dat ruim 80% beperkingen ondervindt in de omgang met het kind. Zowel uit het literatuuronderzoek als uit het praktijkonderzoek blijkt dat een relatief groot deel van deze doelgroep alleenstaand is. Uit het literatuuronderzoek wordt duidelijk dat men over het algemeen een laag inkomen heeft, voornamelijk door het ontbreken van betaald werk. In de onderzochte groep zijn ook ouders die geen opvoedingsverantwoordelijkheid hebben voor hun kinderen. Zij wonen grotendeels in een beschermde of begeleide woonvorm. Invulling van de ouderrol is in beperkte mate aan de orde. De wens van vele ouders uit deze groep is om meer contact te hebben met de kinderen . Lectoraat Rehabilitatie Hanzehogeschool Groningen & Cenzor-GGz Groningen 1 De behoeften die in het literatuuronderzoek zijn geconstateerd en voor een deel ook in het praktijkonderzoek, komen globaal overeen met de behoeften hiërarchie van Maslow (1954) namelijk primaire biologische behoeften, bestaanszekerheid, sociale behoefte en erkenning en zelfontwikkeling. Daarnaast zijn er behoeften die voortkomen uit de stoornis namelijk omgaan met de stoornis, met medicatie, met discriminatie en met stigmatisering en steun bij rouwverwerking. Specifieke steun die deze ouders nodig hebben, zoals blijkt uit het praktijkonderzoek, is rondom de thema’s: Emotionele steun en warmte geven aan het kind, Ontwikkeling van het kind stimuleren, Luisteren naar de wensen van het kind Organiseren en begeleiden van activiteiten Vaardigheden aan het kind leren Levensvoorwaarden creëren Sociale contacten verbeteren Balans tussen ouderschap en eigen wensen versterken Communicatie met het kind verbeteren Op grond van deze thema’s formuleren de respondenten individuele veranderwensen die in een verdere begeleiding tot uitgangspunt kunnen dienen. Ruim 70% geeft aan dat ze op een of meer terreinen willen veranderen. Het verbeteren van het contact en de communicatie met de kinderen vormen hierbij de centrale onderwerpen. De methodiek “Ouderschap met succes en tevredenheid” is in drie modulen uitgewerkt en overgedragen op een aantal hulpverleners. Het gebruik van deze methode in de hulpverleningspraktijk verkeert nog in een beginstadium. De eerste uitwerking van deze methodiek gedurende een half jaar is bij de betreffende hulpverleners goed ontvangen. Lectoraat Rehabilitatie Hanzehogeschool Groningen & Cenzor-GGz Groningen 2