Luxaties van schouder elleboog en vingers Compagnonscursus 2012 De schouder • • • • • Epidemiologie Meest gedisloceerde gewricht: NL 2000/jaar op SEH 45% van alle luxaties betreffen schouder 44% in de leeftijdsgroep 20-39 jaar. Mannen 2-3 maal vaker dan vrouwen Zeldzaam bij kinderen (<5% van alle schouderluxaties) De schouder - Anatomie • Grote ROM gaat ten koste van stabiliteit • Geen ossale stabiliteit, afhankelijk van: – Statische stabiliteit van ligamenten en labrum – Dynamische stabiliteit rotator cuff De schouder - Kapsel, ligamenten en labrum Anatomie De schouder - Anatomie De schouder - Classificatie • Simple dislocation versus fracturedislocation • “Simple” glenohumerale luxatie – Anterieure schouderluxatie (98%) – Posterieure schouderluxatie (2%) – Inferieure schouderluxatie; luxatio erecta (<0.5%) – Superieure schouderluxatie (<0.5% schouderluxatie) De schouder • Anterieure luxatie - Diagnose De schouder • Anamnese: – Traumamechanisme: Abductie+exorotatie – Alle bewegingen arm pijnlijk - Diagnose De schouder - mechanisme De schouder • Lichamelijk onderzoek – Prominent acromion – Humeruskop mediaal – Relatie coracoidhumerus • Testen: – Neurovasculaire status (n. axillaris!) – Rotatorcuff (na repositie) - Diagnose Bijkomende letsels • Fractuur tuberculum majus – 10-30% van schouderluxaties – Vaker bij ouderen – Vaak goede repositie tuberculum majus na gesloten repositie schouderluxatie – Na fractuurgenezing geen kans op reluxatie Bijkomende letsels • Glenoid fractuur (ossale Bankart laesie) – Antero-inferieure aspect – Circa 5% van schouderluxaties Bijkomende letsels Bankart ORIF indien >25-30% gewrichtsoppervlak (en verplaatst) Bijkomende letsels Hill-Sachs Niet van belang tenzij groot deel van humeruskop is aangedaan Bijkomende letsels • Rotatorcuff letsels – Veel voorkomend bij patienten ouder dan 50 jaar (>60%) – Veelal gemist – Meestal supraspinatus, ook infraspinatus – Soms ook subscapularis en lange bicepspees Bijkomende letsels • N. axillaris letsels – 30-60% – Vaker bij patienten >45 jaar – Geeft uitval m. deltoideus – Soms is diagnose initieel moeilijk te stellen De schouder repositie lidocaine intra-articulair Overweeg intra-articulaire infiltratie met lidocaine (20 cc 1%) De schouder Stimson repositie De schouder repositie Hippocrates De schouder repositie Hippocrates De schouder repositie Hippocrates variant De schouder repositie Hippocrates variant De schouder Kocher repositie De schouder Kocher repositie De schouder - nabehandeling • 1 week mitella voldoende • 6 weken geen abductie-exorotatie • Na 1-2 weken beoordelen: – ROM – Kracht – stabiliteit Recidief schouderluxatie na anterieure luxatie • • • • • Kans op recidief neemt af met leeftijd bij eerste luxatie <21 jaar 64-100% 21 tot 30 jaar 53-79% 31 tot 40 jaar 19-50% Ouder dan 40 jaar 14% Als repositie niet gesloten lukt… • Zeldzaam • Oorzaak: – interpositie caput longum tendo m. biceps brachii – Interpositie fractuur (glenoid of tuberculum majus) B/ Open repositie De Elleboog De elleboog • • • • • - Epidemiologie Frequent bij kinderen en volwassenen Op 1 na meest geluxeerde gewricht bij volwassenen Incidentie 6.1 per 100.000 2/3 ouder dan 20 jaar 50-75% simple, 25-50% complex De elleboog - Anatomie • Scharniergewricht • Flexie 150, extensie 0 (150-0-0) De elleboog - Anatomie • Bepalend voor stabiliteit: • Ossale delen – Olecranon-trochlea – Radiuskop-capitellum • Mediale en laterale collaterale ligamenten • Anterieure kapsel • Membrana interossea De elleboog - • Dynamische stabiliteit – spieren • M. brachialis • M. biceps brachii • M. triceps brachii Anatomie De elleboog Diagnose Traumamechanisme De elleboog - classificatie • Simple (zonder fractuur) versus complex (met fractuur) De elleboog - classificatie • Naar richting van de dislocatie – Posterieur/postero-lateraal (96-98%) – Anterieur (0.3%) De elleboog - classificatie De elleboog - repositie De elleboog - repositie De elleboog - repositie De elleboog - nabehandeling • Na repositie: • Testen stabiliteit: • varus en valgusstress • Testen of er reluxatie optreedt bij volledige extensie • Pivot shift • Testen neurovasculaire status De elleboog - nabehandeling • Stabiel na repositie • (7-10 dagen bovenarmsgips), daarna functioneel • Niet stabiel na repositie: • 2-3 weken bovenarmsgips , daarna functioneel Uitkomsten • Klachten na simpele elleboogsluxatie zeldzaam • Stijfheid zeldzaam, meestal mild extensieverlies <15 • Reluxaties zijn zeldzaam (~1%) Vinger luxaties Vinger luxaties - epidemiologie • Veel voorkomend • PIP gewricht meest aangedaan • Simple versus fracture dislocations Vinger luxaties - epidemiologie • Veel voorkomend • PIP gewricht meest aangedane gewricht hand • Dislocatie geclassificeerd naar richting meest distale deel • Traumamechanisme axiale belasting met geanguleerde krachtsvector Vinger luxaties - diagnose • Lichamelijk onderzoek: • Voor repositie: • Aanwezigheid dislocatie en richting • Neurovasculaire status • Wonden -> denk aan open dislocatie Vinger luxaties - diagnose • Lichamelijk onderzoek: • Na repositie: • Neurovasculaire status • Actieve en passieve bewegingen • Redislocatie? • Testen • volaire plaat • Collaterale ligamenten Vinger luxaties • Scharniergewricht • Stabiliteit door • Gewrichtskapsel • Central slip en lateral bands extensorpees • Collaterale banden • Volaire plaat • Flexorpezen en peesschede - anatomie Vinger luxaties - anatomie Vinger luxaties Oberst anesthesie • Lidocaine 1% • Injectie via dorsaal • 2ml tpv n. digitalis volaire zijde en dorsale zijde - repositie Vinger luxaties - repositie Vinger luxaties - repositie Na repositie • Testen stabiliteit: – Indien actieve beweging zonder reluxatie-> stabiel – Reluxatie eventueel indicatie open reductie ivm verdenking interpositie weke delen • Röntgencontrole • Extensieblokkerende (15-30) spalk, actieve flexie in PIP o.g.v. pijn, duur: 3-4 weken • Cave flexiebeperking bij het volair plaat letsel Na repositie • Extensieblokkerende (15-30) spalk, actieve flexie in PIP o.g.v. pijn, duur: 3-4 weken • Cave flexiebeperking bij het volair plaat letsel Als repositie niet gesloten lukt… • Zeldzaam • Oorzaak: – Interpositie volaire plaat, pees • Open reductie Vragen