Spelling woordpakket 1 Een plek om te werken fluit de fabriek de fantasie het fatsoen de feestdag de flat de fietser de flits de folder de friet vis vandaag vanmorgen het venster het vraagstuk volgens het vliegtuig vanzelf het venster verder verderop het vierkant de voetbal de voetstap de volgorde voortaan de vriendin Jaar Heer Oor Uur de aarde elkaar daarnaast daarvoor kostbaar de kunstenaar nietwaar onmisbaar de voorwaarde de welvaart de afkeer eerder de kleerkast de meneer ongeveer de zweer doordat het oordeel de oorzaak de spoorweg het voorstel de natuur zuur de zuurstof Fluit – Vis – Jaar – Heer – Oor – UurKraaiKooi – Boei – ik hoor f aan het begin. Ik schrijf f. ik hoor v aan het begin. Ik schrijf v. ik hoor aar. Ik schrijf aar. ik hoor eer. Ik schrijf eer. ik hoor oor. Ik schrijf oor. ik hoor uur. Ik schrijf uur. ik hoor aaj. Ik schrijf aai. ik hoor ooj. Ik schrijf ooi. ik hoor oej. Ik schrijf oei. Kraai Kooi boei de draai het lawaai de dooier de plooi moeilijk de moeite de roeiboot Spelling woordpakket 2 De schoolkrant de Som simpel sinterklaas de slinger de soldaat somber de spiegel spits sportief het sprookje de suiker de Zon de zakdoek zelden zelfde zesde zestien het zilver de zondag zuiver zuiden zuster zwart de zakdoek zonder de School het schilderij de scheepvaart de schande de boodschap de schoorsteen ofschoon de schade de schilder schuldig s zoals in woord SOM. Ik hoor s aan het begin, ik schrijf s. z zoals in woord zon. Ik hoor z aan het begin ik schijf z. sch zoals school. Ik hoor sg. Ik schrijf sch. ng zoals in woord tong. Ik hoor n. Ik schrijf ng. de tong de aanvang de honing de botsing de leerling de voorsprong gangbaar de hengel de ingang jonger de kleding de koning de lading de lezing de ligging de longen de melding de roeping de spanning de spelling de splitsing de staking de stang de uitgang de voeding de vorming de werking de woning de zitting Spelling woordpakket 3 De sterrenkijker de tong de de de de de de de de de de de de afbeelding bevolking opening oplossing verdieping aansluiting afsluiting opmerking rekening tekening vreemdeling wandeling de bank de sprinkhaan het anker de klinker de winkelier ondanks blanke donker enkele slank datum signaaldictee: de lucht de pech de het bericht de dochter de aandacht gisteren teveel winter de tante dezelfde de bende derde deze ergens gisteren jezelf de lente meteen het plezier de rente de ronde stiekem de tante terug tiende twaalfde tweede vierde vijfde zesde de glimlach de kachel het lichaam zichzelf thema 4 de lucht gedachte achterna verplicht rechts klacht achterover gevecht ochtend rechter de reis seizoen weinig afscheid steil veilig beide eiland geheim leiding peil het getal het bezoek gewoonte geheel beroemd behang belofte gelukkig geloof het verkeer verzoek verkeerde verhaal verslag verjaardag verband verdriet vervoer Je hoort gt, je schrijft altijd ch voor de t. Uitzonderingen: hij ligt, hij legt en hij zegt. ei/ij deze woorden leer je uit je hoofd. ge/be je hoort gu/bu maar je schrijft ge/be het controledictee is op woensdag Spelling woordpakket 5 Feestje in de sneeuw het ijs het tijdschrift de twijfel ongelijk tijdig de woestijn altijd de boerderij het onderwijs stijl talrijk terwijl tijdens het tijdperk de wedstrijd de pauw de saus de wenkbrauw rauw de kauwgom pauw dauw lauw de auto de saus de augurk pauze de automaat datum signaaldictee: het hout het touw de schouder de kabouter het goud het woud hout oud ouderdom de juffrouw de buurvrouw de mevrouw jarig aardig gunstig eeuwig treurig eenvoudig angstig bezig deftig dertig droevig eenvoudig eeuwig grondig haastig handig heilig ijverig jarig keurig lastig moedig nodig rustig slordig spoedig stevig treurig twintig veertig vijftig Thema 6 jarig machtig enig gezellig gelukkig verstandig aanwezig hevig krachtig menig nuttig prettig vrolijk dadelijk landelijk vriendelijk natuurlijk smakelijk vrolijk eerlijk eigenlijk eindelijk gevaarlijk hartelijk heerlijk lelijk mogelijk het figuur pistool minuut sigaar kilo titel file piloot prima rivier sigaar de hond potlood hoofdstuk levend raadsel afstand hoofdstad hoofdpersoon landschap leeftijd raadsel maaltijd Jarig, vrolijk en figuur zijn woorden die je uit het hoofd leert. Hond is een regelwoord: 1 hond 2 honden levend levende Het controledictee is woensdag Spelling woordpakket 7 Slaap zacht, Velibor de ziekte de de de de de de de de de de breedte sterkte warmte vlakte hoogte ziekte diepte dikte grootte verte het huisje het tafeltje huisje eendje eindje het blaadje het kamertje het paadje het tafeltje het spiegeltje het feestje het glaasje het kastje het lichtje het liedje het nichtje het plaatsje het tijdje het tongetje het kringetje het jongetje het ringetje het tangetje het sprongetje slangetje stangetje de hond het speelgoed het voedsel de wereld het verstand gewond de gids de grondstof de landbouw niemand het onkruid het stadhuis de Randstad de stemband de strijd vanavond verbaasd het verbod verkeerd het vliegveld het voorbeeld de voorraad woedend datum signaaldictee: regels: ziekte - ik hoor tu en ik schijf te huisje, tafeltje – ik hoor ju, ik schrijf je tongetje – ik hoor utju, ik schrijf etje hond – ik hoor t aan het eind. Ik maak het woord langer. Ik hoor te (n). Ik schrijf t. Ik hoor de (n). Ik schrijf d. Spelling woordpakket 8 Kijk een eik! Dokter/fietsen de burger de drempel duister de groente de handel het kwartier het onderzoek ongerust de onrust de voldoende de agenten de antwoorden de artsen de berichten de grachten De leerlingen De onderwerpen De orkesten De vorsten adres apart de banaan het kanaal kapot de raket de tabak sla, jager bijna daarna de echo de euro de foto de judo de kano de radio het tempo zodra het avontuur beneden de bepaling het leger de nadruk de zomer de hekel De De De De De De De apen bladen gaten joden schepen soldaten steden straten datum signaaldictee: dokter – Ik hoor aan het eind van de klankgroep een medeklinker. Ik schrijf op wat ik hoor. fietsen - achter het enkelvoud komt en. Ik hoor aan het eind van de klankgroep een medeklinker. Ik schrijf op wat ik hoor. sla - ik hoor aan het eind van de klankgroep een lange klank aa, oo, uu. Ik schrijf a, o of u. jager – ik hoor aan het eind van de klankgroep een lange klank aa, ee, oo, uu. Ik schrijf a,e,o of u. apen – achter het enkelvoud komt en. Ik hoor aan het eind van de klankgroep een lange klank aa, ee, oo of uu. Ik schrijf a, e, o of u. adres – kies uit twee regels: Ik hoor aan het eind van de klankgroep: 1. een lange klank aa. Ik schrijf a. 2. een korte klank. Ik schrijf op wat ik hoor. Spelling woordpakket 9 Een bureau voor Vivian Jager Het moment De overkant Het publiek totaal zoveel de opgave het overleg het protest de supermarkt de telefoon het toneelstuk zoals Bakker ballen jammer de ladder rubber de bommen de gezinnen de aantallen de bakkerij intussen jammer dikke dunne frisse smalle snelle volle zwakke De De De De De De De De Keuken boeken grootmoeder waterleiding stofzuiger heuvel geluiden groeten rivieren struiken Jager- ik hoor een het eind van de klankgroep een lange klank aa, ee, oo, of uu. Ik schrijf a,e,o,u. Bakker - ik hoor een het eind van de klankgroep een korte klank a, e, o, of u. Ik schrijf twee dezelfde medeklinkers. Keuken- ik hoor een het eind van de klankgroep een tweetekenklank . Ik schrijf op wat ik hoor. Spelling woordpakket 9 Een bureau voor Vivian Jager Het moment De overkant Het publiek totaal zoveel de opgave het overleg het protest de supermarkt de telefoon het toneelstuk zoals Bakker ballen jammer de ladder rubber de bommen de gezinnen de aantallen de bakkerij intussen jammer dikke dunne frisse smalle snelle volle zwakke De De De De De De De De Keuken boeken grootmoeder waterleiding stofzuiger heuvel geluiden groeten rivieren struiken Spelling woordpakket 10 Met de caravan naar zee Sleutels De ouders De regels De ridders Duiven De brieven De boeven De neven Huizen De dozen De ganzen De muizen Dikst Kinderen best De bladeren grootst De kalveren meest De omhoog De autoweg De hijskraan De luchtballon De De De De De De De stapels stempels ruzies schippers vensters wijzers zusters De De De De De De proeven slurven dieven druiven golven schroeven De De De De De De De De De vazen prijzen glazen grenzen halzen kiezen laarzen neuzen sluizen minst smalst hoogst laagst lammeren De raderen De eieren De goederen De runderen De brandstof De hardloper De fietstocht De sluiswachter De stilstand opeens Sleutels – achter het enkelvoud komt s Duiven – in de lange vorm verandert f in v Huizen – in de lange vorm verandert s in z Dikker – dikst achter het basiswoord komt er. Ik hoor ur. Ik schrijf er. Achter het basiswoord komt st. Ik hoor st. Ik schrijf st. Kinderen – achter het enkelvoud komt eren. Ik hoor uru . Ik schrijf eren. Omhoog – ik schrijf op wat ik hoor.