Raamdoelstelling 1

advertisement
3.4 Investeringsbeleid
3.4.1 Kasstroomtabellen
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
1
–
niet-kaskosten
–
vennootschapsbelasting: toepassen van het
normaal
tarief
(
de
werkelijke
vennootschapstarieven toepassen heeft geen
zin omdat het rendement van een investering
moet bekeken worden los van de fiscale positie
van de onderneming. Optimalisatie gebeurt NA
de rendementsberekening)
–
het klantenkrediet
–
het leverancierskrediet
–
het aantal dagen voorraad
–
cash-flow
–
Analyse
investeringsproject
kasstroomtabel in rekenblad
–
Analyse van
investering:
Begrippen in verband met een kasstroomtabel
omschrijven in eigen woorden.
2
Een investeringsproject grondig analyseren met
een kasstroomtabel in een rekenblad.
3
Het rendement van een investering berekenen
volgens diverse methoden met behulp van
rekenbladfuncties.
4
De conclusies uit de bekomen resultaten en de
voor- en nadelen van de toegepaste
rendementsmethodes toelichten in een rapport
met een tekstverwerkingspakket.
het
rendement
met
van
een
discounted
pay
o
Return on investment
o
Terugverdientijd
back)
o
Netto contante waarde (NPV= net
present value)
o
Interne rentevoet (IRR=internal rate of
return)
(
–
Voor-en nadelen rendementsmethodes
–
Resultaat: conclusies
DIDACTISCHE WENKEN
–
1 + 2 Het is nuttig een eerste voorbeeld manueel te berekenen zodat leerlingen duidelijk beseffen
dat accuraat werken van essentieel belang is. De leerlingen kunnen hier ook de tarieven van de
vennootschapsbelasting grondig leren toepassen. Het heeft hier geen zin om de werkelijke
vennootschapstarieven toe te passen omdat het rendement van een investering moet bekeken
worden los van de fiscale positie van de onderneming. Optimalisatie gebeurt NA de
rendementsberekening. Met andere woorden: een investeringsproject mag niet slechter worden
beoordeeld door een onderneming zonder fiscale verliezen. Het feit of een onderneming al dan
niet belastingen moet betalen mag het rendement van een investeringskeuze niet beïnvloeden.
In de oefeningen kan een rekenblad worden gebruikt. Een rekenblad laat toe om snel en
efficiënt een input/output (I/O) tabel van een investering te berekenen. De ingebouwde formules
vergemakkelijken dit. Ook voor de rendementsmethodes kan gebruik gemaakt worden van de
ingebouwd financiële functies zoals NHW (netto huidige waarde)
3
Bij de investeringsprojecten wordt gewerkt met een discontovoet of weighted, adjusted cost of
capital. Hoe wordt deze berekend?
(% eigen mogen x gewenste opbrengst van het eigen vermogen) + ((% vreemd vermogen x kost
van het vreemd vermogen) x (1 – belastingvoet))
voorbeeld: stel dat een onderneming beslist om haar investering te financieren met 30 % eigen
vermogen en 70 % vreemd vermogen. Ze wenst een rendement op haar eigen vermogen te
behalen van 15 % en we nemen als normale belastingvoet 30%
(rendement van het eigen vermogen: netto winst/ eigen vermogen)
(30% x 15%) + ((70 % x 6 %) x (1 – 30%))
4
Niet enkel het berekenen van een correcte kasstroomtabel is belangrijk, de leerlingen moeten in
staat zijn om de juiste conclusies te trekken uit de bekomen resultaten van de diverse
rendementsmethodes, ook al geven deze soms tegenstrijdige informatie. Het is dus belangrijk
de voor- en nadelen van de rendementsmethodes te kunnen afwegen.
3.4.2Steunmaatregelen van de overheid
LEERPLANDOELSTELLINGEN
LEERINHOUDEN
1
Opzoeken wat Vlaanderen bedoelt met een
groeipremie en wat de voorwaarden zijn om
hiervan te kunnen genieten
–
Groeipremie: doel, voorwaarden, aanvraag
2
Opzoeken of de investering in aanmerking komt
voor ecologiesteun
–
Steun
voor
voorwaarden en doel
3
Opzoeken of het investeringsproject in
aanmerking komt voor een waarborg van het
Vlaams gewest.
–
Waarborg
van
het
Vlaams
doelgroepen, voorwaarden
4
Opzoeken of betaling van externe consulenten
kan vergoed worden met adviescheques.
–
Adviescheques:
bedrag
5
Opzoeken of de vennootschap met de
aanwerving van nieuwe werknemers in
aanmerking komt voor de vermindering van
werkgeversbijdragen
–
Werkgeversbijdragenvermindering: doel
ecologie-investeringen:
doelgroep,
Gewest:
voorwaarden,
DIDACTISCHE WENKEN
1-4 Op de volgende websites is informatie te vinden met betrekking tot steunmaatregelen of
tegemoetkomingen gegeven door de overheid. Het aanbod is enorm uitgebreid en er moeten vaak
vele voorwaarden worden vervuld om in aanmerking te komen. We beperken ons hier bewust tot
één voorbeeld. Het is uiteraard weer van belang dat de leerlingen leren om info te verzamelen op
het internet en dat ze weten dat er subsidies maar ook rentetoelagen, fiscale stimuli,
tegemoetkomingen in het kader van de sociale zekerheid,… worden toegestaan door gewesten,
provincies en vaak ook de gemeenten. Daarnaast levert ook de Europese Unie haar bijdrage. Het
is dus helemaal niet de bedoeling alle mogelijkheden te bestuderen. De leerlingen moeten de
attitude verwerven om zelf uit te zoeken of de werkgever of zijzelf niet van één of andere
tegemoetkoming kunnen genieten.
Dit kan eventueel kaderen in een GIP-opdracht.
Mogelijke case study:
Na grondige prospectie start de onderneming NV Alterno, gevestigd in een ontwikkelingszone, met de
productie van mini windturbines voor privé-gebruik. De bedoeling is dat de consumenten hiermee zelf
de nodige elektriciteit kunnen opwekken en dus minder afhankelijk worden van de huidige
stroomleveranciers. Om deze turbines te kunnen produceren moet de onderneming wel een zware
investering doorvoeren. De nieuwe investering zal 5 000 000 EUR kosten, bestaande uit octrooien en
licenties, uitbreiding bedrijfsgebouwen en aankoop productiemateriaal, waaronder een
warmtewisselaar voor de recuperatie van energie. Eénmaal in productie zullen 45 werknemers extra in
dienst komen zodat de het totale personeelsbestand op 234 werknemers komt. De onderneming
financiert de investering met een kapitaalverhoging van 2 000 000 EUR + een investeringskrediet van
3 000 000 EUR met een looptijd van 5 jaar. De huidige omzet van NV Alterno bedraagt 5 000 000
EUR en het balanstotaal bedraagt 4 000 000 EUR. Aangezien de financieringslast vrij hoog is, kan
Alterno een financieel duwtje in de rug best gebruiken. De bedrijfsleider gaat op zoek naar de
steunmaatregelen waarvoor hij kan in aanmerking komen.
– Komt de onderneming in aanmerking voor een groeipremie of een steun voor strategische
projecten?
–
Komt de investering in aanmerking voor steun voor ecologie-investeringen? Geheel of
gedeeltelijk?
–
Kan voor de terugbetaling van het investeringskrediet een waarborg bekomen worden bij het
Vlaams gewest?
–
Komt de onderneming in aanmerking voor vermindering van werkgeversbijdragen?
–
Kan de onderneming genieten van de adviescheques?
–
…
Bronnen:
▫
http://mineco.fgov.be/enterprises/vademecum/TocAs_nl.htm#P3458_580181
▫
De website van Ondernemend Vlaanderen en daarin 'Financiering en steunmaatregelen',
http://ewblpublicatie.vlaanderen.be/servlet/ContentServer?pagename=Ondernemen/Page/MVG_CMS4_
Home&cid=1079086557099&c=Page of www.vlaanderen.be/groeipremie
▫
http://ewblpublicatie.vlaanderen.be/servlet/Satellite?c=Page&cid=1154592354150&pagename=DSDB/P
age/DSDMainpage
Via deze pagina kan je invullen voor welk soort investering je steun zoekt. Je krijgt dan een
overzichtje voor welke maatregelen je kan in aanmerking komen. Dit kan dan verder worden
opgezocht en uitgewerkt en eventueel voorgesteld aan de hand van een presentatiepakket.
▫
De website van Ondernemend Vlaanderen en daarin 'Innovatie en technologie': http://ewblpublicatie.vlaanderen.be/servlet/ContentServer?pagename=Ondernemen/Page/MVG_CMS4_
VT_Special_Subnav&c=Page&cid=1079086557138
▫
▫
▫
▫
IWT-Vlaanderen, Instituut voor de aanmoediging van innovatie door Wetenschap &
Technologie in Vlaanderen. http://www.iwt.be/
www.meta.fgov.be
www.subsidia.be
www.vdab.be
Download