Een knipperlicht

Een knipperlicht
Dit is het elektronisch schema.
Als je goed kijkt, zie je dat er 2 keer hetzelfde stuk staat.
Kijk maar.
Zo ziet het knipperlicht eruit,
als je het echt hebt gemaakt.
Zo maak je het.
Knip dit schema uit
Leg het op een stukje multiplex.
Sla kleine koperen spijkertjes op de zwarte stippen.
13 spijkertjes dus.
Draai nu blank draad om de spijkertjes
aan de bovenkant en de onderkant. (Bij het pijltje.)


Daarna maak je de 2 transistors vast. Let op: het platte kantje naar boven.
transistor
Nu maak je de twee condensators vast.
Het is een condensator van 10 µF
Let op. In de condensator zit een deukje.
Dat deukje moet 'naar links kijken'.
Nu maak je twee weerstanden van 470 Ω vast boven de transistors.
Ze hebben deze kleuren: geel paars bruin goud.
Deze weerstanden zorgen ervoor,
dat er niet teveel stroom door de LEDjes loopt.
Die LEDjes ga je nu aansluiten.
Kijk goed naar de LED.
Aan de zijkant zit een plat zijkantje.
Daar zit ook het kortste pootje.
Dit pootje moet je ombuigen
en aan de weerstand vastmaken.
Het andere pootje moet je ook ombuigen
en aan het draadje bovenaan vastmaken.
Zo ombuigen.
Hier de weerstand aan.
Maak nu twee weerstanden van 33 kΩ vast.
Ze hebben deze kleuren oranje oranje oranje goud.
+
Nu alleen nog dit draadje. Het moet wel helemaal geïsoleerd zijn,
behalve natuurlijk op de plekken, die om het spijkertje heen moeten worden gedraaid.
Klaar is de schakeling. Sluit een batterij van 4,5 volt of 9 volt aan en ......
Let op: de + van de batterij moet bovenaan. De - van de batterij moet onderaan.
Succes, Jan Leisink