Extra uitleg bij projectaanvraag bewegen op verwijzing In dit document staat extra informatie die handig kan bij tijdens het invullen van ‘projectaanvraag bewegen op verwijzing’. Daarnaast zal het lokaal gezondheidsoverleg (Logo) je ondersteunen en advies verlenen bij het invullen van dit formulier. Neem contact op met het Logo uit je regio. Zonder de samenwerking met het Logo uit je regio is het dossier niet ontvankelijk. Meer informatie kan je ook vinden op: www.bewegenopverwijzing.be. Bekijk zeker ook de veelgestelde vragen, ze worden regelmatig aangevuld. Wie kan een projectaanvraag indienen? Per zorgregio kleine stad kan er 1 BOV-initiatief opgericht worden. De projectaanvraag wordt ingediend door een organisatie die lokaal het BOV-initiatief trekt. Deze lokale trekker is eindverantwoordelijke en het aanspreekpunt van het lokaal BOV-initiatief. Zowel lokale besturen (gemeente, stad, OCMW, intergemeentelijke samenwerkingen), als lokale organisaties (bv. Samenlevingsopbouw, LMN,…) en verenigingen (bv. huisartsenkring, verenigingen waar armen het woord nemen,…) kunnen lokaal trekker zijn en dus een projectaanvraag indienen. Het Logo uit je regio mag deze rol niet opnemen. Samenwerken met andere lokale organisaties en diensten is een must voor een goede werking van BOV. Een BOV-initiatief moet de grenzen van de regio’s volgens de opdeling ‘Zorgregio kleine stad’ respecteren Als binnen een zorgregio kleine stad meerdere projectaanvragen ingediend worden, dan zal aan de projectaanvragers gevraagd worden om de projectaanvragen op elkaar af te stemmen en te komen tot 1 gezamenlijke projectaanvraag. Een projectaanvraag kan ingediend worden als het BOV-initiatief minstens 25 % van de inwoners van het kleinstedelijk gebied dekt op het moment van de aanvraag. Het is de bedoeling om op termijn te streven naar een volledige dekking van de zorgregio kleine stad. Indien het lokaal BOVinitiatief betrekking heeft op minstens 50 % van de inwoners uit de zorgregio kleine stad, dan krijgt het BOV-initiatief een extra incentive. De incentive wordt bepaald op basis van het aantal inwoners van het kleinstedelijk gebied (0,05 euro per inwoner) en bedraagt minstens 2.500 euro. De bedoeling is dat deze subsidie geïnvesteerd wordt in de lokale implementatie van het BOV-initiatief. © VIGeZ, 2016 Wanneer kan je een projectaanvraag indienen? Alle 60 ‘zorgregio’s kleine stad’ kunnen in de komende jaren een BOV-initiatief starten. In 2016 zijn er 3 momenten waarop een aanvraag in ingediend kan worden: 15 juli 30 september 31 december Indien er geen aanvraag gedaan is in 2016 kan je in 2017 of 2018 nog een aanvraag indienen. De data worden gecommuniceerd via www.bewegenopverwijzing.be. De terugbetaling voor de BOV-coaching is voorzien tot en met 31 december 2020. De beschikbare subsidie voor het terugbetalen van de prestaties van de BOV coach is geen ‘open end subsidie’. Dit wil zeggen dat de vraag kan maar ingevuld worden zolang het voorziene budget dit toelaat. VIGeZ zal nauwgezet de besteding van de subsidie opvolgen, zodat er tijdig geanticipeerd kan worden mocht deze ontoereikend zijn tot eind 2020. Hoe een projectaanvraag indienen? Door dit formulier in te vullen kan je een aanvraag indienen om lokaal een ‘Bewegen op verwijzing’ initiatief op te starten. Neem voldoende tijd om een kwaliteitsvol voorstel voor BOVinitiatief uit te werken, i.s.m. het Logo. Bezorg je projectaanvraag via mail aan Luc Lipkens ([email protected]) van het Vlaams Instituut voor Gezondheidspromotie en Ziektepreventie (VIGeZ). Beoordeling van de projectaanvragen Jouw projectaanvraag zal beoordeeld worden door minstens twee onafhankelijke beoordelaars. De criteria voor beoordeling zijn hier terug te vinden. Daarna worden de twee beoordelingen met elkaar vergeleken. Bij verschilpunten kan er contact worden opgenomen met het logo uit jouw regio voor verduidelijking. Als laatste stap wordt de beoordeling samen met het aanvraagdossier voorgelegd aan de Vlaamse stuurgroep BOV. Maximum 40 werkdagen na de indiendeadline ontvangt u een antwoord. Krijgt het BOV-project een financiële vergoeding? Als de aanvraag voor het lokale BOV-project goedgekeurd is, wordt een gedeelte van de prestaties van de BOV-coach terugbetaald. De Vlaamse overheid legt de overheidsfinanciering en de maximum bijdrage van de deelnemer vast op basis van geleverde prestaties (zie tabel). Beide financieringsbronnen samen worden gebruikt om alle kosten van de BOV-coach te dekken: zowel de directe (vb. contacttijd met deelnemers) als indirecte kosten (vb. lokalen, materialen, tijd voor netwerking…). Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 2 Individueel contact (15 euro/kwartier) Groepscontact (5 euro/kwartier) Personen met Tussenkomst Vlaamse overheid: verhoogde 14 euro tegemoetkoming maximale opleg van deelnemer: 1 euro Tussenkomst Vlaamse overheid: 4,5 euro maximale opleg van deelnemer: 0,5 euro Personen zonder Tussenkomst Vlaamse overheid: verhoogde 10 euro tegemoetkoming maximale opleg van deelnemer: 5 euro Tussenkomst Vlaamse overheid: 4 euro maximale opleg van deelnemer: 1 euro Als het BOV-project betrekking heeft op meer dan 50 % van de inwoners uit het kleinstedelijk gebied, dan krijgt het BOV-project een extra incentive. De incentive wordt bepaald op basis van het aantal inwoners in 2015 van het kleinstedelijk gebied (0,05 euro per inwoner) en bedraagt minstens 2.500 euro. De bedoeling is dat deze subsidie geïnvesteerd wordt in de lokale implementatie van het BOV-initiatief. Omvat het BOV-project minder dan 50 % van de inwoners dan kan ze geen aanspraak maken op de incentive. Er kan wel gestart worden vanaf dat 25 % van de inwoners bereikt kunnen worden. Later kan het gebied uitgebreid worden naar meer dan 50 % van de inwoners uit de zorgregio kleine stad en krijgt men de eenmalige extra incentive. Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 3 Onze zorgregio kleine stad is erg groot. Kunnen we de regio verdelen in lokale antennes zodat het werkbaarder is? Er kan slechts één BOV-initiatief per zorgregio kleine stad ingediend worden. Dit initiatief moet de intentie hebben om BOV in heel de zorgregio aan te bieden. In een zorgregio kleine stad kunnen verschillende lokale antennes opgericht worden. Deze lokale antennes kunnen zelf een intersectoraal netwerk organiseren waarin de verschillende sectoren vertegenwoordigd zijn voor die subregio: bv. lokale besturen, huisartsenkring, gezondheids- en welzijnszorg, aanbieders laagdrempelig beweegaanbod en organisaties die maatschappelijk kwetsbare groepen vertegenwoordigen. Als gewerkt wordt met lokale antennes, maak dan duidelijk hoe de communicatie zal verlopen tussen het overkoepelend netwerk en de lokale antennes. Beschrijf ook welke taken een lokale antenne zal opnemen voor de subregio. Enkele voorbeelden hiervan: Creëren van draagvlak Voorzien van infrastructurele voorwaarden (bv. Locatie) van de BOV-coach In kaart brengen van het laagdrempelig beweegaanbod en screenen op toegankelijkheid Het huidige beweegaanbod laagdrempeliger maken of creëren van bijkomend laagdrempelig beweegaanbod Bekendmaking van BOV … Een fictief voorbeeld: Stel er is een kleinstedelijke zorgregio van 150.000 inwoners, verdeeld over 15 gemeenten of steden met elk 10.000 inwoners. Er moet gezamenlijk één aanvraag ingediend worden. Om het praktisch vlot te laten verlopen worden 3 lokale antennes opgezet waar telkens 5 gemeenten of steden vertegenwoordigd zijn. In elk van deze 3 lokale antennes zijn de volgende sectoren vertegenwoordigd in het netwerk: lokale besturen, huisartsenkring, gezondheids- en welzijnszorg, Logo, aanbieders laagdrempelig beweegaanbod en organisaties die maatschappelijk kwetsbare groepen vertegenwoordigen. Er wordt ook een overkoepelend netwerk opgericht met partners uit elke lokale antenne en uit elke sector om onder andere één aanvraag in te dienen, om jaarlijks een verslag in te dienen,… Binnen het overkoepelend netwerk en elke lokale antenne is een trekker aangesteld. Deze trekkers staan in voor een goede werking van het overkoepelend netwerk of de lokale antenne. overkoepelend netwerk voor de hele zorgregio incl. trekker lokale antenne over 5 gemeenten/steden heen lokale antenne over 5 gemeenten/steden heen lokale antenne over 5 gemeenten/steden heen incl. trekker incl. trekker incl. trekker Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 4 Welke organisaties kunnen er betrokken worden in het lokaal BOV-netwerk? Er moet minstens één organisatie per sector betrokken zijn in het lokaal BOV-netwerk. Hieronder staan voorbeelden van organisaties die betrokken kunnen worden binnen het lokaal BOV-netwerk. Deze lijst kan uitgebreid worden. Sector voorbeeldorganisaties Gemeente Lokale besturen Intergemeentelijke samenwerking … Huisartsenkring Huisartsenkringen werkzaam in alle betrokken gemeenten … CAW (centrum algemeen welzijn) Wijkgezondheidscentrum Samenlevingsopbouw Gemeentelijke of stedelijke gezondheidsdienst OCMW Gezondheids- en welzijnszorg Buurtwerking, buurthuis Mutualiteiten Vertegenwoordiging van lokaal multidisciplinair netwerk (LMN) Vertegenwoordiging van Kinesitherapeuten Vertegenwoordiging van diëtisten … Verenigingen waar armen het woord nemen Organisaties die maatschappelijk kwetsbare groepen bereiken Sint-Vincentiusvereniging Dienst integratie OCMW … Sportdienst Sportraad Aanbieders laagdrempelig beweegaanbod Buurtsport Sportverenigingen Dienstencentrum Dienst mobiliteit … Logo Lokaal Gezondheidsoverleg X Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 5 Wie komt in aanmerking om BOV-coach te worden? Een BOV-coach moet aan een aantal competenties voldoen. De competenties voor een BOVcoach worden niet gedekt door één enkele opleiding. Meerdere opleidingen die al sterk gelinkt zijn aan het competentieprofiel zullen weerhouden worden. Op basis van het competentieprofiel en de vooropleiding wordt, in samenwerking met de opleidingsinstituten, nagegaan welke kennis en vaardigheden nog verder aangescherpt moeten worden. Daarvoor moet de BOV-coach een opleiding op maat volgen bij het VIGeZ. In deze opleiding wordt het BOV-project toegelicht en worden de nodige competenties (bv. Motiverende gespreksvoering, omgaan met kwetsbare groepen) verder aangescherpt. Momenteel gaat VIGeZ na voor welke vooropleidingen er in september een deskundigheidsbevorderingstraject klaar zal zijn. In juli is er zekerheid welke vooropleidingen dit zullen zijn. De opleidingen die nu bevraagd worden zijn: Master Lichamelijke Opvoeding en Bewegingswetenschappen Master Revalidatiewetenschappen en Kinesitherapie Bachelor Sport en Beweging Bachelor Lichamelijke Opvoeding en Bewegingsrecreatie Welke ondersteuning mogen we verwachten van Domus Medica? Domus Medica brengt alle Vlaamse huisartsen op de hoogte van het bestaan van BOV, via hun algemene nieuwsbrief en via de nieuwskanalen naar de kringen. Wanneer je lokaal concrete plannen hebt om te starten met BOV kan DM je ook helpen om de huisartsen correct te informeren over BOV: De kringverantwoordelijke van de huisartsen kan bij DM meer informatie krijgen over BOV. De kringverantwoordelijke mag DM contacteren om een LOK-vergadering vast te leggen, kort voor het starten van BOV in de regio. DM komt dan ter plaatse informatie geven over BOV tijdens een LOK-vergadering. Wanneer is een beweegaanbod laagdrempelig? Een laagdrempelig beweegaanbod maakt de stap naar meer bewegen voor inactieve en kwetsbare groepen kleiner. Maar wat is dat juist, een laagdrempelig beweegaanbod? In het evaluatierapport over het pilootproject van BOV in Leuven wordt een analysekader voor toegankelijkheid in de context van bewegen gebruikt 1. Hier staan 8 B’s centraal om tegemoet te komen aan participatiedrempels: 1. 2. 3. 4. 5. Bruikbaarheid Betaalbaarheid Bereikbaarheid Beschikbaarheid Begrijpbaarheid 1 Riso Vlaams-Brabant, WGC De Ridderbuurt, Ready2Improve (2012). Boffen de deelnemers van Bewegen Op Voorschrift. Leuven. Leyssens C.& El Osri M. (2014) start2sport. Borgerhout: Antwerps integratiecentrum de8. Vandermeerschen H. (2016). Being poor, being benched? Sports participation and opportunities for people in poverty: in search of an inclusive policy. Ongepubliceerd doctoraat, KULeuven, Leuven. Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 6 6. Bekendheid 7. Betrouwbaarheid 8. Begrip – begripvol zijn Beschouw ‘beweegaanbod’ eerst en vooral correct en dus als een ruim begrip om het aantal bewegingskansen te optimaliseren. Een bewegingsaanbod kan in meerdere contexten plaats vinden, en dus ruimer gaan dan de vrije tijd alleen. Naast een georganiseerd beweegaanbod in de vrije tijd, liggen bijvoorbeeld kansen in een beweegaanbod voor meer actieve verplaatsingen via voordelige fietsdeelsystemen, of zelfs concepten als samen tuinieren in de (nabije) thuisomgeving. Een eerste stap naar een beweegaanbod is voor heel wat mensen niet gemakkelijk. Een overzicht van bv. specifieke participatiedrempels voor sportclubs zijn terug te vinden op http://www.laagdrempeligesportclub.be/participatiedrempels 1. Bruikbaarheid Bruikbaarheid gaat over het feit of mensen iets hebben aan het beweegaanbod en heeft te maken met de betekenis die ze eraan geven. Welke drijfveren zijn er voor hen en hoe wordt hierop ingespeeld? a. Is er aandacht voor plezier? b. Weten de organisatoren en lesgevers van het beweegaanbod welke motivatie(s) de deelnemers hebben om te bewegen? c. Komt het beweegaanbod tegemoet aan de motivatie / wensen van de deelnemers? d. Is er aandacht voor het sociale aspect? e. Hebben de deelnemers een veilig gevoel tijdens het beweegaanbod? f. … Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 7 2. Betaalbaarheid Betaalbaarheid verwijst naar de financiële toegankelijkheid van het beweegaanbod. In welke mate is de prijs van het aanbod een drempel om deel te nemen? Is het beweegaanbod financieel toegankelijk? a. Is het lidgeld betaalbaar voor maatschappelijk kwetsbare groepen? b. Is er mogelijkheid om het lidgeld flexibel te betalen? Bv. in schijven of per deelname c. Is er een tegemoetkoming mogelijk voor het lidgeld? Bv. via het fonds vrijetijdsparticipatie, sportcheque, UitPas, derdebetalerssysteem voor fietsdelen, mutualiteiten? d. Stelt de verantwoordelijke van het beweegaanbod financiële tegemoetkomingen zelf voor? e. Is de sportuitrusting betaalbaar? (indien van toepassing) f. Zijn er ‘sociale verplichtingen’ die extra geld kosten? Bv. iets drinken na training, tegenstander trakteren,… g. Moeten er lange verplaatsingen gemaakt worden die extra geld kosten? h. … 3. Bereikbaarheid Bereikbaarheid verwijst naar de mate waarin het aanbod fysiek (bereikbaar voor mensen met een beperking), ruimtelijk (in de buurt) en in de tijd toegankelijk is. Maatschappelijk kwetsbare groepen zijn minder mobiel dan de gemiddelde burger. Misschien hebben ze geen auto, openbaar vervoer legt onmiddellijk vastgelegde tijdstippen op,… Is het beweegaanbod bereikbaar? a. Is het beweegaanbod voldoende dicht bij de woon- of werkplaats? b. Is het beweegaanbod te voet of met de fiets toegankelijk? Bv. niet te afgelegen, op wandel- of fietsafstand. c. Is er een goede verbinding met het openbaar vervoer? d. Is het beweegaanbod veilig bereikbaar? e. Sluit het tijdstip van het beweegaanbod aan op de tijdsindeling van de doelgroep? Bv. combinatie met het gezin, bij werk in ploegen. f. Staan de bestaande leden open voor hulp bij vervoer? Bv. carpooling bij lange afstand g. Is de locatie waar de beweegactiviteiten plaatsvinden gemakkelijk te vinden? Bv. duidelijke signalisatie. h. … 4. Beschikbaarheid Beschikbaarheid verwijst naar de mate waarin het beweegaanbod gemakkelijk beschikbaar is. Is het beweegaanbod beschikbaar voor iedereen? a. Is iedereen (taal, religie, geslacht,…) welkom? Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 8 b. Kan er op een zeer laag activiteitsniveau gestart worden voor mensen met een lage fitheid? c. Kan er op een zeer laar vaardigheidsniveau gestart worden? d. Kan er verscheidenheid van niveaus geboden worden tijdens het beweegaanbod? e. Wordt er hulp aangeboden bij administratieve verplichtingen? Bv. hulp bij inschrijvingsformulier, terugbetalingsformulier mutualiteiten, … f. Is het papierwerk voor tegemoetkoming voor lidgeld minimaal en makkelijk? g. Zijn er wachtlijsten voor deelname aan het beweegaanbod? h. Is er een open deelnamecultuur? Bv. geen verplicht lidmaatschap i. Is er mogelijkheid tot kinderopvang voor jonge ouders? j. Is de lesgever van het beweegaanbod toegankelijk? Bv. tijd nemen voor vragen, eenvoudig taalgebruik,… k. … 5. Begrijpbaarheid Begrijpbaarheid verwijst naar de mate waarin informatie over het aanbod begrijpelijk is en er begrijpelijk over gecommuniceerd wordt. Het gaat ook over de organisatievorm en over de ongeschreven regels. Is het beweegaanbod en de communicatie errond goed te begrijpen? a. Zijn de communicatiemiddelen goed te begrijpen? Bv. laagdrempelig taalgebruik, gebruik van pictogrammen, … b. Is het duidelijk wie aangesproken kan worden om meer informatie te vragen? c. Is het duidelijk welke extra-sportieve activiteiten er nog zijn? Bv. Spaghetti avond. d. Is het duidelijk waarom de opbouw van het beweegaanbod zo gestructureerd is? e. Wordt de organisatiecultuur (ongeschreven regels) ook besproken bij de eerste ontmoeting? Bv. na de activiteit samen iets drinken. f. … 6. Bekendheid Bekendheid verwijst naar de mate waarin het aanbod bekend is. Is het beweegaanbod bekend? a. Bereiken de gebruikte communicatiekanalen meermaals kwetsbare groepen en bij herhaling? b. Is het duidelijk op welke locatie de beweegactiviteiten plaatsvinden? c. Is het duidelijk welke financiële tegemoetkomingen mogelijk zijn? d. Zijn de initiatieven om het beweegaanbod laagdrempelig te maken duidelijk? e. … 7. Betrouwbaarheid Betrouwbaarheid verwijst naar de mate waarin het beweegaanbod als betrouwbaar wordt gepercipieerd door de gebruiker. De deelnemer hoeft geen schrik te hebben om ‘af te gaan’ voor een groep mensen en voelt zich niet minderwaardig ten opzicht van andere deelnemers. Bv. kledij, niveau. Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 9 Is het beweegaanbod betrouwbaar? a. Wordt de deelnemer aangenaam ontvangen? b. Is de lesgever van het beweegaanbod betrouwbaar? Is hij of zij een vaste vertrouwensfiguur? c. Heeft het beweegaanbod een duidelijk recreatief karakter met nadruk op plezier? d. Komt de deelnemer terecht in een groep die openstaat voor nieuwe deelnemers? e. Is er mogelijkheid om te werken met peter- of meterschap? f. … 8. Begrip – begripvol zijn Begrip – begripvol zijn verwijst naar de kijk van andere deelnemers en organisatoren van het beweegaanbod op mogelijke nieuwkomers. Mensen die nooit hebben deelgenomen aan een beweegaanbod zijn onzeker, hebben een laag zelfbeeld, hebben andere ideeën,… Is het beweegaanbod begripvol? a. Heeft de organisatie een open en positieve blik naar inactieve of kwetsbare doelgroepen om deel te nemen aan hun beweegaanbod? b. Heeft de organisatie/ hebben de reguliere deelnemers aandacht voor culturele gevoeligheden? Bv. bewegen met hoofddoek,… c. Hebben de lesgevers en organisatoren van het beweegaanbod inzicht in de leefwereld van maatschappelijk kwetsbare groepen? d. Vermijd de organisatie van het beweegaanbod het gebruik van vooroordelen en stereotypen? Bv. “we krijgen ons geld nooit van mensen in armoede.” e. … Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 10 Voorbeeld concrete tijdverloop In de onderstaande tabel staan al heel wat voorbeelden, ze mogen gebruikt worden en moeten zeker en vast aangevuld worden. In de tabel staan niet alleen de taken van de organisatie die de aanvraag indient, maar van alle lokale partners. Timing Voorbereiding Bv. September 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 November 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober 2016 Oktober en november 2016 November 2016 November 2016 Inhoud BOV-coach volgt het deskundigheidsbevorderingstraject bij VIGeZ Startoverleg (overleg, voorbereiding en verwerking) Aanwezigheid startoverleg alle partners Evaluatievragen en –methode worden besproken met alle partners Stand van zaken voor lokale beleidsmakers Communicatiematerialen aanpassen naar de eigen situatie en drukken Huisvesting in orde maken (vb. 2 strategische locaties voor BOVcoach in dienstverband) Inlichten van achterban van elke deelnemende organisatie Huisartsen inlichten (e-mail huisartsenkring, info op website van huisartsenkring en herinneringse-mail) Versturen promomateriaal naar huisartsen Recreatieve sportclubs informeren over BOV Aanbieders laagdrempelige beweegmogelijkheden (bv. Fietsdelen, dienstencentrum,…) informeren over BOV Indirecte toeleiders informeren over BOV In kaart brengen van lokaal beweegaanbod Lokaal beweegaanbod screenen op laagdrempeligheid Lacunes en kansen in lokaal beweegaanbod rapporteren aan lokale beleidsmakers Actie November 2016 November 2016 Januari 2017 Januari 2017 Januari 2017 Januari 2017 Januari 2017 Januari 2017 Januari 2017 Start BOV-coach in dienstverband Met gratis intake als tegemoetkoming van lokaal BOVinitiatief POP’s worden geïnformeerd door Domus Medica Opvolgoverleg met BOV-netwerk (incl. evaluatievragen en – methode) Aanwezigheid opvolgoverleg alle partners Stand van zaken voor lokale beleidsmakers Vorming voor alle partners rond maatschappelijk kwetsbare groepen Aanwezigheid vorming maatschappelijk kwetsbare groepen Sportraad inlichten over laagdrempelig beweegaanbod Recreatieve sportclubs informatie versturen over laagdrempelig beweegaanbod Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 11 Mei 2017 Mei 2017 Aanbieders laagdrempelige beweegmogelijkheden (bv. Fietsdelen, dienstencentrum,…) informatie versturen over laagdrempelig beweegaanbod Recreatieve sportclubs informeren over laagdrempelig beweegaanbod (bijeenkomst organiseren) Aanbieders laagdrempelige beweegmogelijkheden (bv. Fietsdelen, dienstencentrum,…) informeren over laagdrempelig beweegaanbod (bijeenkomst organiseren) Ondersteuning bij aanpassingen aan beweegaanbod (laagdrempelig maken) Incentive voor organisaties die hun beweegaanbod laagdrempeliger willen maken Opvolgoverleg met BOV-netwerk Aanwezigheid opvolgoverleg alle partners Evaluatie Oktober 2017 Oktober 2017 Oktober 2017 Oktober 2017 Evaluatieoverleg met BOV-netwerk Aanwezigheid evaluatieoverleg alle partners Updaten laagdrempelig beweegaanbod Jaarverslag invullen en bezorgen aan VIGeZ Januari 2017 Februari 2017 Februari 2017 Vanaf maart 2017 Vanaf maart 2017 Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 12 Doelstellingen en evaluatie Ter inspiratie: concrete doelstellingen kunnen betrekking hebben op 4 handige speerpunten: 1. Bereik en tevredenheid van de doelgroep 2. Adoptie of mate van toepassing door organisaties en medewerkers 3. Implementatie: kwaliteit van uitvoering door organisaties (niveau organisaties) en gebruik van de projectmaterialen en het aanbod door deelnemers (niveau deelnemers) 4. Verankering van Bewegen op Verwijzing. Meer informatie Hieronder staan enkele voorbeelden die gebruikt en aangepast mogen worden. Hou wel in het achterhoofd dat de doelstelling SMART geformuleerd wordt (Specifiek, Meetbaar, Acceptabel, Realistisch en Tijdsgebonden). Bereik en tevredenheid van de doelgroep a) We streven naar X % van de doorverwezen deelnemers met recht op een verhoogde tegemoetkoming (bereik van kwetsbare groep).* b) Er is een goede verdeling tussen het aantal mannen en vrouwen dat gebruik maakt van BOV-coaching. Maximum x % verschil. * c) Er is een goede verdeling tussen elke volwassen leeftijdsgroep (18-29, 30-39, 40-49, 50-64, 65+) die gebruik maakt van BOV-coaching.* d) Tijdens de eerste x maanden verhoogt het aantal aanmeldingen met minstens x intakes per maand. * e) X% van de deelnemers is tevreden over de BOV-coaching. f) We krijgen zicht op drempels en succesfactoren voor bereik. g) … Adoptie: toepassing door organisaties en medewerkers a) Alle medewerkers van de organisaties die een engagement binnen BOV aangegaan zijn en in contact komen met de doelgroep kunnen BOV uitleggen aan de doelgroep. b) Er worden x-aantal organisatoren van een lokaal beweegaanbod geïnformeerd over de drempels van participatie en uitgenodigd om hieraan tegemoet te komen. c) Na 1, 2, 3 jaar zijn er x-aantal structurele laagdrempelige beweeginitiatieven. d) Het aantal structurele laagdrempelige beweeginitiatieven stijgt elk jaar tot X. e) Op BOV-overlegmomenten is x % van alle leden van het BOV-netwerk aanwezig. f) X % van de huisartsen die deelnemen hebben patiënten kunnen motiveren om contact op te nemen met de BOV-coach tijdens het 1e, 2e, 3e,… jaar. g) Alle huisartsen worden x-aantal keer per jaar geïnformeerd over het lokale BOVproject. h) We krijgen zicht op drempels en succesfactoren voor toepassing van het project i) … Implementatie: kan op twee niveaus 1. Op niveau van de organisaties: de kwaliteit van uitvoering door organisaties en medewerkers, kwaliteit van het beweegaanbod Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 13 2. Op niveau van de deelnemer: het gebruik van de projectmaterialen en het aanbod door deelnemers a) Alle organisaties die een engagement aangegaan zijn voor BOV, blijven deze engagementen nakomen. b) De BOV-coach blijft de afgesproken engagementen nakomen. c) De criteria voor laagdrempelig beweegaanbod worden systematisch uitgevoerd binnen de verschillende beweeginitiatieven. d) Huisartsen krijgen gedurende de eerste x-aantal jaar de mogelijkheid tot een workshop: motivationele gespreksvoering. e) X% van de deelnemers heeft het beweegplan opgevolgd. f) X % van de deelnemers zijn doorgestroomd naar het lokaal beweegaanbod. g) We krijgen zicht op drempels en succesfactoren voor kwaliteitsvolle uitvoering van het project. h) … Verankering a) Na x-aantal tijd geven x% van de partners aan dat hun BOV-bijdrage standaard in de werking van de organisatie is verankerd. b) In de verschillende lokale besturen is de BOV-werking verankerd in de beheers- en beleidscyclus. c) We krijgen zicht op drempels en succesfactoren voor verankering van het project. d) … *gegevens hiervoor kunnen opgevraagd worden bij VIGeZ. Extra uitleg bij projectaanvragen Bewegen op Verwijzing 14