De drachtplantentuin in september Na de prachtige augustusmaand was het wel even wennen aan het wisselvallige, natte weer met weinig zonnige dagen in september. Hoewel er deze maand nog veel in bloei staat kunnen de bijen er, als het nat en regenachtig is, helaas niet optimaal van profiteren. Gelukkig kwam aan het eind van de maand de zon weer terug en kwamen de bijen toch weer met vrachten stuifmeel aanvliegen. De tuin krijgt een steeds herfstachtiger karakter wat te zien is aan het langzaam vervagen van de bonte kleurenpracht die geleidelijk overgaat in steeds meer rood-­‐ goud-­‐ en bruintinten. Maar ook dat is een prachtig gezicht. De tuin als geheel gaat steeds meer naar de aarde neigen. Plantensoorten en struiken die eerst fier rechtop stonden, krijgen overhangende takken en vallen steeds meer uit elkaar. uitbloeiende witte echinaceae Maar ook in September zijn nog een aantal soorten voor het eerst gaan bloeien. Van de vaste planten een witte sedum, de Sedum spectabile ‘stardust’, die evenals de andere sedumsoorten bijzonder aantrekkelijk is voor zowel bijen als hommels en nog vele andere insecten en ook nog eens heerlijk geurt. Sedum spectabile ‘stardust’ Dan de herfstasters. Sterke rijkbloeiende, waardevolle bijenplanten De Aster agaratoides ‘asran’ is een soort met mooie lila bloemetjes die zo levenslustig is dat hij al gauw grote oppervlaktes inneemt. Hetzelfde geldt in iets mindere mate voor de witte sneeuwster aster. Wie ze in de tuin zet zal ze in de gaten moeten houden ! Aster ageratoides ‘asran’ Aster divaricatus – sneeuwster aster Verbena bonariensis Naast de Verbena bonariensis waarvan er verspreid in de tuin veel aanwezig zijn, is er uit het niets nog een interessant familielid opgedoken die een iets ander uiterlijk heeft: wat bossiger, en de bloeiwijzen zijn wat langgerekter, ze lijken op kleine torentjes . Net zo geliefd bij de bijen en vooral ook de vlinders. Van harte welkom, Verbena hastata ! Verbena hastata met bij Nog een herfstplant is de herfstanemoon, of Japanse anemoon. Hier in de tuin staat de rose Anemone hupehensis die de meeste bijenwaarde heeft. De talrijke ronde bloemknopjes vormen zich geleidelijk gedurende de zomer, waarna in september de sprekend rose bloemen met hun mooie gele hartjes zich openen. Hij kan ook in de halfschaduw en breidt zich langzaam uit via wortelstokken. Anemone hupehensis -­‐ herfstanemoon Knautia arvensis – beemdkroon Deze plant kwam vroeger veel in het wild voor maar staat nu op de rode lijst. De vrij kleine blauwe bloemhoofdjes worden druk bezocht door bijen, vlinders en hommels en geven nectar en stuifmeel. Een andere vaste plant waar we mee te maken hebben is de Fallopia japonica of Japanse knoop. Deze plant rukt op vanuit de tuin van de achterburen en ondanks dat het een mooie en aantrekkelijke bijenplant is, is hij in de bijentuin, op z’n zachtst gezegd, niet welkom. Het is namelijk de grootste en krachtigste woekeraar die er bestaat en maakt metersdiepe wortelstokken die met geen mogelijkheid uit te steken zijn en waaruit telkens weer nieuwe scheuten de kop op steken. Als we deze plant zijn gang zouden laten gaan blijft er van de hele bloementuin uiteindelijk alleen nog een Japanse duizendknopenbos over, en zou misschien zelfs het hele landgoed overwoekert worden. Dus: ondanks dat deze plant op verschillende drachtplantensites wordt aanbevolen: begin er niet aan!!!. Een struik die in september is gaan bloeien en zeker t/m oktober kan doorgaan is de blauwe spirea ofwel de Careopteris clandonensis. Het is een bolvormig struikje van +-­‐ 1m hoog met grijsgroen blad en hemelsblauwe bloemkransen om de stengels, vandaar de naam ‘heavenly blue’. Heel waardevol omdat hij nog lang doorbloeit in het najaar, maar helaas iets vorstgevoelig. We hebben er al een paar moeten vervangen. Careopsis clandonensis ‘haevenly blue’ Op de achtergrond in het gras de wassmelter voor oude, niet meer gebruikte wasraten. Door de zonnewarmte smelt de was. We maken er kaarsjes van voor de winterfeesten In het bijenbomenbos staan nog twee bomen volop in bloei , een laatbloeiende linde-­‐ de Tilia henryana -­‐, de Clerodendron trichotumum, en tussen de bloemen in de bloementuin de Heptacodium micinoides. Heptacodium micinoides – of zevenzonenboom De bloemetjes van deze boom zijn gerangschikt in trosjes van 7, vandaar de naam. Het is een struik die kan uitgroeien tot een breed uitgroeiende boom. Typisch is ook het wat opgekrulde blad. Zo breed kan hij uitgroeien Clerodendron trichotomum of kansenboom Deze boom wordt niet zo heel erg hoog en is geschikt voor kleinere tuinen. Loopt in het voorjaar laat uit en bloeit ook laat, met heel apart gekleurde bloemtrosjes. Een prachtig boompje, maar vooral de eerste jaren is hij vorstgevoelig Tilia henryana – gewimperde linde op 25 september Ook deze laatbloeiende linde wordt niet heel hoog en kan in kleine tuinen. Bijzonder zijn de blaadjes die een franje hebben die aan wimpers doet denken, maar het allerbyzonderst is de werkelijk verrukkelijke geur die duidelijk ook voor de bijen onweerstaanbaar is !!!