Heumensoord aanbeveling College voor de Rechten van de Mens

advertisement
AANBEVELINGEN
Mensenrechten in de noodopvang Heumensoord
10 februari 2016
1. Inleiding
In november en december 2015 zijn er meerdere klachten ingediend bij de Nationale
ombudsman door asielzoekers die verblijven in de noodopvang Heumensoord. Naar
aanleiding van deze klachten hebben de Nationale ombudsman en het College voor de
Rechten van de Mens (hierna: College) gezamenlijk op 14 januari 2016 de noodopvang
Heumensoord bezocht. Ook de Kinderombudsman heeft gelijktijdig, in verband met een
monitoringsonderzoek naar de situatie van vluchtelingenkinderen in Nederland, de
noodopvang bezocht. De Kinderombudsman zal afzonderlijk rapporteren over de situatie
van kinderen. Het College neemt dit daarom niet mee in deze aanbevelingen. Tijdens dit
bezoek is gesproken met drie asielzoekers, waaronder een asielzoekers die een klacht
heeft ingediend, een bezoeker die met meerdere bewoners contact heeft en namens hen
verschillende casussen heeft voorgelegd, het Centraal Opvang orgaan asielzoekers (hierna:
COA), het Gezondheidscentrum asielzoekers (hierna: GC A) en Stichting
VluchtelingenWerk. Daarnaast heeft het College op 25 januari 2016 nog afzonderlijk
gesproken met het COC en een homoseksuele asielzoeker uit de noodopvang Heumensoord
en diverse casussen van het COC ontvangen.
De noodopvang Heumensoord is uniek in Nederland, omdat het de enige plek is waar
asielzoekers, op zo’n grote schaal, in grote woonpaviljoens worden opgevangen.
Heumensoord biedt op het moment van het bezoek opvang aan 2.960 asielzoekers,
waarvan 682 kinderen. Op 19 september 2015 zijn de bouwwerkzaamheden voor
Heumensoord gestart en op 2 oktober 2015 zijn de eerste bewoners ontvangen. Op 13
november 2015, na een bouwperiode van acht weken, is Heumensoord volledig
opgebouwd. Aanvankelijk met als doel om twaalf weken noodopvang op Heumensoord te
bieden. Deze termijn is echter verlengd tot 1 juni 2016 omdat doorstroom na de
asielprocedure binnen twaalf weken niet mogelijk bleek. Hierdoor zullen asielzoekers
maximaal acht maanden in Heumensoord verblijven. Heumensoord bestaat uit drie
woonpaviljoens (‘villages’), per woonpaviljoen worden tussen de 750 – 1050 personen
opgevangen. Elk woonpaviljoen bestaat uit een aantal vertrekken. Per vertrek wonen 96
asielzoekers, ondergebracht in ‘kamers’. Per kamer slapen acht personen in stapelbedden.
Tussen de kamers zitten scheidingswanden, deze reiken niet tot het plafond. De kamers
hebben geen deur, maar een gordijn als afsluiting. Asielzoekers ontvangen geen leefgeld in
de noodopvang. Er zijn geen faciliteiten om te koken, de maaltijden worden aangeleverd.
Het College heeft eerder zeven (nood)opvanglocaties voor asielzoekers bezocht en hierover
aanbevelingen uitgebracht.1 Het College concludeerde dat ten tijde van de bezoeken in
november 2015 de mensenrechten op die locaties gewaarborgd waren. Wel wees het
College op mensenrechtelijke knelpunten die kunnen ontstaan naarmate de noodopvang
langer voortduurt en de wachttijd voor de behandeling van de asielverzoeken oploopt. De
veiligheid en psychische gesteldheid van asielzoekers komen dan in het gedrang. Juist die
knelpunten doen zich in de noodopvang Heumensoord voor. Het College concludeert dat er
onvoldoende bescherming tegen discriminatie en andere vormen van ongewenst gedrag
zijn en onvoldoende waarborgen dat de asielzoekers toegang hebben tot een effectief
rechtsmiddel. Het College doet een aantal dringende aanbevelingen om de veiligheid in de
resterende periode te waarborgen.
1
College voor de Rechten van de Mens, “Aanbevelingen: mensenrechten in (tijdelijke) opvanglocaties voor asielzoekers en
vluchtelingen”, december 2015. <https://mensenrechten.nl/publicaties/detail/36221>
-2-
2. Bevindingen en aanbevelingen
2.1 Recht op een effectief rechtsmiddel
De situatie
Het College heeft in Heumensoord gesproken met drie asielzoekers die klachten hebben.
Deze klachten gaan hoofdzakelijk over de volgende punten:
-
het gebrek aan informatie over de asielprocedure en de onzekerheid die dat te
weeg brengt;
het uitblijven van een adequate reactie van het COA op klachten;
de toegankelijkheid en kwaliteit van de medische zorg van de GC A;
de veiligheid binnen Heumensoord en toenemende diefstal waartegen niet wordt
opgetreden;
discriminatie door asielzoekers onderling;
de woonomstandigheden, zoals gebrek aan hygiëne, privacy en dagbesteding en
teveel geluidsoverlast.
Asielzoekers geven aan dat ze met hun klachten naar de woonbegeleiders van het COA
gaan. Omdat er voor de bewoners niet één aanspreekpunt is, spreken zij telkens met een
andere woonbegeleider. De asielzoekers geven aan dat zij van het personeel zelden een
terugkoppeling krijgen over de behandeling van hun klacht. Zij voelen zich totaal niet
gehoord. Zij hebben het gevoel dat alles wordt afgedaan met ‘Helaas, meer kunnen wij
niet doen.’ Of opmerkingen als: ‘Als het je niet bevalt, kun je vertrekken.’ Zij hebben niet
het idee dat hun klachten bij het management terecht komen. Met het management
komen zij op geen enkele manier in gesprek over hun klachten. De asielzoekers geven aan
niet op de hoogte te zijn van een klachtenprocedure bij het COA. Sommige asielzoekers
zijn bang om een klacht in te dienen of hierover in gesprek te gaan, omdat zij vrezen dat
dit invloed heeft op hun asielprocedure. Zij hebben het idee dat alles wat zij aan het COA
melden bij de IND terecht komt en invloed heeft op hun procedure.
Het COA geeft aan dat het tot de kerntaak van iedere COA woonbegeleider hoort om te
fungeren als vertrouwenspersoon. Ook behoort het tot hun kerntaak om kwetsbaarheid van
asielzoekers te herkennen. Woonbegeleiders zijn altijd het eerste aanspreekpunt. Bij
klachten zal een woonbegeleider deze eerst zelf proberen af te doen. Als dit niet mogelijk
is, wordt de klacht geregistreerd als incident en vindt er een klachtafhandeling plaats.
Overdag zijn er per woonpaviljoen van 750 – 1.000 bewoners tien woonbegeleiders
werkzaam en heeft iedere woonbegeleider dus zo’n 100 personen onder zich. ’s Nachts is
er per paviljoen één woonbegeleider aanwezig. Het COA geeft aan met deze bezetting de
kerntaak van vertrouwenspersoon te kunnen waarborgen en de kwetsbaarheid bij de
bewoners te kunnen identificeren. Bij binnenkomst voert het COA met de asielzoekers in
groepen een startgesprek, waarin de huisregels worden toegelicht. Deze worden ook
uitgereikt.
Het recht
Wanneer mensen menen dat hun mensenrechten geschonden zijn - zoals het recht om niet
gediscrimineerd te worden, het recht op een veilige leefomgeving, toegang tot zorg,
minimale levenstandaard -, hebben zij recht op toegang tot een rechtsmiddel dat voor hen
toegankelijk en effectief is. Het recht op een effectief rechtsmiddel is onder andere
neergelegd in artikel 13 Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens (hierna: EVRM) en
artikel 2 lid 3 sub a Internationaal Verdrag inzake Burgerrechten en Politieke Rechten
(hierna: IVBPR). Bij de invulling van een rechtsmiddelen moeten rekening gehouden
-3-
worden met de positie van kwetsbare mensen.2 Dit recht houdt niet alleen in dat klagers
naar de rechter moeten kunnen stappen, maar omvat ook de mogelijkheid om te kunnen
klagen bij een administratief orgaan. Een effectief rechtsmiddel moet voldoen aan de
eisen van artikel 13 EVRM. Het vereist dat de nationale instantie zowel de inhoud van de
klacht behandelt als passende maatregelen neemt.3
Een zorgvuldige klachtbehandeling vereist allereerst een kenbare klachtenprocedure.
Daarnaast is een deugdelijk en objectief onderzoek nodig. Dat wil zeggen dat in ieder
geval het principe van hoor en wederhoor dient te worden toegepast. Bij de
klachtbehandeling is het van belang dat de klacht voortvarend en vertrouwelijk wordt
opgepakt. De klager(s) dienen op de hoogte te worden gesteld van de conclusies van het
onderzoek en de eventueel te treffen maatregelen. Naar aanleiding van de klacht dienen
er, indien nodig, passende maatregelen getroffen te worden. Deze criteria heeft het
College eerder uiteengezet in zijn oordelen over de behandeling van
discriminatieklachten.4
Bevindingen en aanbevelingen
Het College constateert dat zowel bij de gesproken asielzoekers als organisaties als het
COC en VluchtelingenWerk onbekendheid is met de klachtenregeling van het COA. De
klachtenregeling is te vinden op de website van het COA en is gepubliceerd in de
Staatscourant5 en vermeldt; ‘Iedereen heeft het recht om te klagen over de wijze waarop
het COA zich in een bepaalde aangelegenheid tegenover de klager of een ander heeft
gedragen’.
Zorgvuldige klachtbehandeling begint bij een kenbare klachtenprocedure. Alhoewel de
klachtenregeling voldoet aan de hierboven genoemde formele vereiste, zoals hoor en
wederhoor, is deze in de praktijk bij velen op Heumensoord onbekend. Het ligt niet in de
belevingswereld van een asielzoeker in Heumensoord om de klachtenregeling op de
vindplaatsen op de website en in de Staatscourant te raadplegen in het Nederlands. In de
hand- out ‘Veilig samenleven op COA-locatie’, staat dat de klachtenregeling beschikbaar is
bij de infobalie. De bewoners zijn zich hiervan niet bewust en worden er door het
personeel ook niet op gewezen. Het zou dan meer voor de hand liggen de klachtenregeling
toe te voegen bij de hand-out. Tevens wekt de klachtenregeling de indruk dat de deze
alleen toeziet op gedragingen van het COA en niet op de opvang. Het COA heeft
aangegeven dat de klachtenregeling ruim moet worden uitgelegd, en ook andere klachten
onder de regeling vallen. Uit de tekst is echter niet duidelijk dat asielzoekers ook kunnen
klagen over bijvoorbeeld de opvang, discriminatie door medebewoners en diefstal.
In de Bevoegdhedenregeling COA is het afhandelen van klachten gemandateerd aan de
Unitmanager.6 Klachten worden op Heumensoord niet voorgelegd aan de Unitmanager
maar afgedaan door de locatiemanager. Deze is daar echter niet toe bevoegd. De
klachtenregeling wordt bij aankomst niet aan de bewoners uitgereikt. Omdat de
klachtenprocedure in praktijk onvoldoende kenbaar is en de asielzoekers er ook niet of
onvoldoende op gewezen worden en deze niet uitgereikt krijgen, kunnen de bewoners niet
anders dan mondeling hun klachten bij de medewerkers melden. Hoezeer de medewerkers
ook hun best doen de klachten informeel op te lossen, het blijft voor de asielzoekers
2
HRC General Comment no. 31 (29 March 2004), Nature of the General Legal Obligation Imposed on State Parties to the
Covenant, UN Doc CCPR/C/21/Rev.1/Add. 13.
3
EHRM 28 oktober 1994, Series A. no. 300-A paragraaf 100 (Murray t. Verenigd Koninkrijk).
4
Zie bijvoorbeeld College 17 december 2015, 2015-142 overweging 3.11-3.16, College 30 oktober 2014, 2014-129 overweging
3.14-3.19, College 9 juli 2015, 2015-80 overweging 3.16-3.19 te vinden op www.mensenrechten.nl.
5
https://www.coa.nl/sites/www.coa.nl/files/lijsten/media/bestanden/klachtenregeling20coa.pdf en Staatscourant 29
januari 2003, nr 20).
6
https://www.coa.nl/sites/www.coa.nl/files/paginas/media/bestanden/bevoegdhedenregeling_coa_1.pdf
-4-
onduidelijk op welke wijze de medewerkers de klachten behandelen. Terugkoppeling naar
de klagers vindt niet structureel plaats.
Door de informele, mondelinge wijze van klachtafhandeling is er geen mechanisme
waardoor het management op de hoogte raakt van de klachten die bij de bewoners leven.
Er is daardoor een verschillende beleving over de leefbaarheid en veiligheid op
Heumensoord ontstaan tussen de bewoners en het management. Gevolg van dit alles is –
naast enorme frustratie bij de bewoners -, dat hierdoor structuren ontbreken die de
veiligheid van bewoners moeten waarborgen.
Het College constateert tot slot dat in de huisregels die de asielzoekers ontvangen wordt
vermeld dat agressief gedrag wordt gemeld bij de IND en invloed heeft op de asiel
procedure. Dergelijke meldingen versterken het gevoel bij de asielzoekers dat het COA en
de IND niet afzonderlijk van elkaar functioneren. Daarnaast is het onjuist dat elke vorm
van agressief gedrag invloed heeft op de procedure. Indien er sprake is van
grensoverschrijdend agressief gedrag, bij mogelijke strafbare feiten, dient dit gemeld te
worden bij de politie en niet bij de IND.
Het College doet de volgende aanbevelingen:
1. Het COA dient zijn klachtenprocedure toegankelijk te maken voor bewoners en
andere partijen. Iedere asielzoeker moet bij aankomst in de opvang een
klachtenprocedure ontvangen en de klachtenprocedure dient begrijpelijk te zijn.
Wanneer asielzoekers klachten bespreken zou het personeel ook moeten wijzen op
de klachtenprocedure.
2. Aan de klager dient teruggekoppeld te worden wat er met de klacht is gebeurd, ook
als het gaat om een mondeling ingediende klacht bij een van de medewerkers: wie
heeft de klacht onderzocht, hoe is dit gedaan en wat is de uitkomst hiervan. Ook
moet het de klager duidelijk zijn of, en zo ja, welke maatregelen het COA heeft
getroffen naar aanleiding van de klacht.
3. De reikwijdte van de klachtenregeling van het COA dient uitgebreid of verduidelijkt
te worden, zodat het ook de mogelijkheid biedt te klagen over gedragingen door
medebewoners en voorzieningen.
4. Specifieke klachtenfunctionarissen dienen te worden aangesteld / bekend gemaakt
bij de bewoners, bij wie de bewoners terecht kunnen met hun klacht. Dit voorkomt
dat asielzoekers telkens hun verhaal opnieuw moeten doen bij een andere
woonbegeleider. Deze klachtfunctionarissen dienen ervoor te zorgen dat structurele
signalen bij het management terecht komen,
5. Vertrouwenspersonen dienen te worden aangesteld, bij wie bewoners in
vertrouwelijkheid hun zorgen kunnen bespreken.
Het vereiste van een effectief rechtsmiddel richt zich vanzelfsprekend niet alleen tot de
noodopvang in Heumensoord maar dient gewaarborgd te zijn op alle (nood)opvanglocaties
van het COA.
2.2 Recht op bescherming tegen discriminatie
De situatie
Diverse asielzoekers klagen over discriminatie door medebewoners binnen de opvang. Ook
het COC heeft signalen ontvangen van negen LHBT (lesbische, homoseksuele, biseksuele en
transgender) asielzoekers die zich gediscrimineerd en onveilig voelen in de opvang. Het
College heeft daarom gesproken met het COC en een homoseksuele asielzoeker uit
-5-
Heumensoord. Daarnaast heeft het College drie onderliggende feitenrelazen van het COC
ontvangen en een verklaring van het COC team LHBT-Heumensoord.
Uit dit gesprek komt naar voren dat LHBT-asielzoekers zich onveilig voelen in Heumensoord
en nauwelijks op het kamp durven te verblijven. Er is dagelijks sprake van pesterijen,
uitschelden, vernieling en diefstal. De asielzoeker die het College sprak (hierna: A) heeft
meerdere malen uitwerpselen en voedsel in zijn bed aangetroffen. Door medebewoners
wordt hij bedreigd en uitgescholden. Door dit gevoel van onveiligheid slaapt A heel slecht
en heeft hij last van depressieve gevoelens. A vreest ook voor zijn veiligheid, omdat hij
heeft gezien dat asielzoekers op Heumensoord messen bij zich dragen. Hij vindt vaak
briefjes in zijn bed met teksten als: ‘kill gay’, ‘we don’t want gay in the camp’. Hij heeft
wel tien keer bij verschillende COA-woonbegeleiders geklaagd over de bejegening en
discriminatie door medebewoners. De enige reactie was dat hij schone lakens kreeg of dat
ze zeiden: “Relax, we are going to take care of it”. Het was voor A heel lastig om
überhaupt met een medewerker in gesprek te komen, omdat ze telkens druk bezig zijn.
Toegang tot het management is voor hem onbereikbaar gebleken. Het COC bevestigt dat
zij dit beeld ook krijgt van andere LHBT-bewoners die het heeft gesproken.
Het COC vertelt dat de oplossing die het COA in gesprekken met hen heeft aangedragen
overplaatsing van de LHBT-asielzoeker naar een andere noodopvang is. A wil dit niet,
omdat hij bang is dat hij daar dezelfde problemen opnieuw zal ervaren. Dit is volgens hem
ook gebeurd met een andere asielzoeker die wel is overgeplaatst. Opvang in een
safehouse, zoals het COC heeft voorgesteld, vindt hij wel een goede oplossing. Volgens het
COC en A wordt er onvoldoende gedaan om de daders aan te pakken en de discriminatie te
stoppen. Zij pleiten daarom voor een ‘en / en’ aanpak. Het aanpakken van de daders en
indien nodig het overplaatsen van de LHBT-asielzoeker naar een veilige omgeving. Het COC
en A geven aan dat het COA hen niet heeft gewezen op het bestaan van een
klachtenprocedure.
Het COA heeft aan het College verteld slechts één klacht van een LHBT-asielzoeker te
kennen. In eerdere gesprekken met het College heeft het COA aangegeven om meerdere
redenen geen voorstander te zijn LHBT-asielzoekers aparte opvang te bieden. Dit zou het
signaal afgeven dat LHBT-asielzoekers per definitie niet veilig zijn in de opvang. Dat klopt
volgens het COA niet, omdat er ook veel plekken zijn waar het wel goed gaat. Het COA
registreert niet of een asielzoeker LHBT is en vindt dit ook zeer onwenselijk. Daardoor is
het dus ook niet mogelijk asielzoekers te identificeren voor aparte opvang, tenzij zij
zichzelf melden. Tot slot heeft het COA het beleid asielzoekers gezamenlijk op te vangen,
zoals ook in Nederland wordt geleefd, ongeacht ras, religie, geslacht of seksuele
gerichtheid.
Het recht
Mensenrechten hebben als uitgangspunt dat alle mensen gelijkwaardig zijn. Het verbod op
discriminatie vormt de kern van de mensenrechten. Het discriminatieverbod ligt onder
meer vast in artikel 26 IVBPR, artikel 14 en artikel 1, 12e protocol van het EVRM en artikel
21 Handvest van de Grondrechten van de EU. Het omvat mede de verplichting van de
overheid om haar inwoners een doelmatige bescherming te bieden tegen discriminatie. Het
doen van onderzoek naar ervaren discriminatie en zo nodig het treffen van maatregelen
maakt hiervan onderdeel uit. De maatregelen die de overheid treft tegen discriminatie,
kunnen zowel op individueel als collectief niveau plaatsvinden. Op individueel niveau gaat
het dan om het optreden tegen de daders en het bieden van compensatie aan het
slachtoffer. Op collectief niveau kan gedacht worden aan maatregelen die helpen om
discriminatie te voorkomen, zoals het trainen van personeel in o.a. het herkennen van
discriminatie.
-6-
De Europese Opvangrichtlijn schrijft voor dat het voor lidstaten basisprioriteit moet zijn
om kwetsbare personen op te vangen in een locatie die geschikt voor hen is.7 Lidstaten
moeten bij de opvang van kwetsbare asielzoekers rekening houden met hun specifieke
situatie (artikel 21). In het convenant tussen het COA en het COC worden LHBTasielzoeker ook tot kwetsbare groepen benoemd, omdat zij vanwege hun seksuele
oriëntatie of genderidentiteit meer te maken kunnen krijgen met discriminatie of agressie
binnen de asielopvang.8 Om doeltreffend aan de verplichting uit artikel 21 uitvoering te
geven, beoordelen lidstaten per geval of een kwetsbare asielzoeker bijzondere
opvangbehoeftes heeft. Die beoordeling wordt binnen een redelijke termijn nadat een
asielverzoek is ingediend aangevat (artikel 22 lid 1).
Bevindingen en aanbevelingen
Het College stelt vast dat een aantal LHBT-asielzoekers zich zeer onveilig voelt in
Heumensoord. Ondanks dat er altijd beveiliging en BHV aanwezig is, blijven zich
incidenten jegens hen voordoen. Door het ontbreken van een in praktijk kenbare
klachtenregeling komen de zorgen van LHBT-asielzoekers amper verder dan individuele
woonbegeleiders. Hierdoor heeft het management hun problemen onvoldoende in beeld.
Daarnaast stelt het College vast dat het COA - op alleenstaande minderjarige
vreemdelingen (hierna: amv) en zwangere vrouwen vanaf zeven maanden zwangerschap na
-, geen beleid voert om stelselmatig te onderzoeken welke bijzondere opvangbehoeftes
kwetsbare asielzoekers hebben. Een verhoogd risico om gediscrimineerd te worden dient in
dit onderzoek betrokken te worden.
Hoewel er voordelen kunnen zijn in het apart huisvesten van LHBT-asielzoekers kan het
College het COA ook volgen in de redenering om LHBT-asielzoekers niet per definitie apart
op te vangen. Echter, als de veiligheid van LHBT-asielzoekers in een opvanglocatie
onvoldoende kan worden gewaarborgd, is andere opvang voor hen wel degelijk
aangewezen. Daarbij wil het College benadrukken dat er niet alleen op individueel niveau
op incidenten gereageerd dient te worden, maar dat conform de Opvangrichtlijn het
onderzoek naar individuele opvangbehoeftes van kwetsbare personen structureel in beleid
dient te worden vastgelegd. In aanvulling op het bovenstaande merkt het College op dat er
naast LHBT-asielzoekers ook andere kwetsbare groepen zijn die een groter risico lopen om
gediscrimineerd te worden. Ook ten aanzien van hen is het van belang dat dit verhoogde
risico wordt meegenomen in het onderzoek naar bijzondere opvangbehoeftes.
Het College doet de volgende aanbevelingen:
1. Het COA dient een kenbare klachtenregeling in te richten (zie paragraaf 2.1), ook
als het gaat om klachten over medebewoners;
2. Mensenrechteneducatie moet een onderdeel vormen van de training van het COA
personeel om discriminatie te herkennen;
3. Naast het treffen van maatregelen tegen daders van discriminatie dient er ook
beleid ontwikkeld te worden om kwetsbare personen te herkennen, onderzoek te
doen naar hun specifieke opvangbehoeftes en, indien nodig, hierin te voorzien.
7
Europese Opvangrichtlijn 2013/33, preambule paragraaf 14 en artikel 22. Wie onder kwetsbaar wordt
verstaan, is vastgelegd in artikel 21: o.a. personen met een handicap, zwangere vrouwen, slachtoffers
mensenhandel, en personen die blootgesteld zijn aan psychologisch, fysiek of seksueel geweld.
8
Convenant COA-COC, 15 mei 2014,
<https://www.coa.nl/sites/www.coa.nl/files/nieuws/media/bestanden/convenant_coc_en_coa.pdf>
-7-
2.3 Recht op bescherming van de lichamelijke en psychische integriteit
De situatie
Asielzoekers melden dat de massale opvang in Heumensoord, waar iedere vorm van privacy
ontbreekt, met name ‘s avonds leidt tot geluidsoverlast en slaapgebrek. Doordat de
kamers van boven open zijn, verspreiden griep en andere overdraagbare ziektes zich snel.
De kamers worden afgedekt met een gordijn, er zijn geen deuren of sloten op de kamer.
Asielzoekers krijgen een kast met een slot erop. Er zijn echter meldingen van het
openbreken van deze kasten. Nu bewoners door hun eigen geld heen raken en geen
leefgeld krijgen wordt er in toenemende mate diefstal gemeld.
Asielzoekers geven aan dat het brandalarm regelmatig overdag en in de avond / nacht
afgaat wat leidt tot huilende kinderen, nachtelijke evacuaties en slaapgebrek. Ook het
harde klapperen van het tentdoek maakt dat asielzoekers slecht slapen. Daarnaast geven
zij aan veel stress te ondervinden van de onzekerheid over hun asielprocedure en wanneer
deze start. Diegenen die hun gezin in soms levensgevaarlijke regio’s hebben moeten
achterlaten, maken zich grote zorgen over hun veiligheid en wanneer zij kunnen
overkomen. Ten tijde van het bezoek van het College was net bekend dat de IND op 25
januari 2016 start met de behandeling van asielverzoeken van diegenen die het langst in
Nederland zijn. Asielzoekers geven aan weinig te doen te hebben aan dagbesteding en
geen zelfstandige beslissingen te kunnen maken, zoals kleine boodschappen doen of iets
voor hun kinderen kopen, vanwege het gebrek aan leefgeld.
Ook uiten de asielzoekers veel klachten over de medische zorg. Zij vinden dat de GC A
slecht bereikbaar is, niet adequaat reageert en niet de juiste zorg verleent. Zij krijgen de
arts niet te spreken en worden alleen geholpen door een assistent.
Het COA heeft aangegeven al het mogelijke te doen om rekening te houden met ieders
behoefte. De openingstijden van de gemeenschappelijke ruimte zijn verruimd naar 02.00
uur, zodat er minder geluidsoverlast op de kamers is. Heumensoord is een natuurgebied
van Natuurmonumenten en wordt ook als drinkwatergebied gebruikt. Daarom zijn er extra
regels van toepassing voor de omgeving van de accommodatie die niet alle faciliteiten
toestaan, zoals het zelf koken. Om het gevoel van onveiligheid onder de bewoners weg te
nemen is sinds kort in de nacht niet alleen de beveiliging aanwezig maar ook één COAmedewerker per paviljoen. Vrijwilligers worden ingezet voor dagbestedingsactiviteiten,
zoals hardlopen, oriëntatie cursus Nederlands, bibliotheek en andere sport- en
spelactiviteiten.
Het GC A geeft aan 24/7 bereikbaar te zijn en de juiste medische zorg, zoals ook in een
reguliere huisartsenpraktijk, te kunnen verlenen. De huisarts is meer beschikbaar dan in
een reguliere praktijk en iedereen die tijdens het spreekuur een nummertje trekt wordt
die dag gezien. Sinds januari 2016 heeft de Geestelijke Gezondheidszorg (hierna: GGZ) een
eigen kantoor op Heumensoord. Het GC A geeft aan dat asielzoekers andere verwachtingen
hebben van een arts dan in Nederland gebruikelijk is. Zo dragen de artsen van het GC A
geen witte jas en worden de asielzoekers standaard eerst door een assistent gezien.
Antibiotica worden niet direct voorgeschreven. Het GC A bevestigt aan het College dat
veel asielzoekers leiden aan stress en depressie vanwege de onzekerheid over de
procedure en de overkomst van hun gezin. Het GC A constateert wel dat de zorgvraag in
Heumensoord in de loop van de tijd is afgenomen.
Het recht
Bij aankomst in Nederland is er bij asielzoekers grote behoefte aan rust, stabiliteit en
veiligheid. De verplichting van de overheid om hiervoor zorg te dragen, is de kern van het
recht op bescherming van de lichamelijke en geestelijke integriteit, zoals gewaarborgd
-8-
door o.a. artikel 12 IVESCR en artikel 8 EVRM. Artikel 8 EVRM legt het recht op respect
voor het privéleven vast. Dit recht omvat tevens het recht op bescherming van de
lichamelijke en psychische integriteit. Onderliggende waarde is het recht op autonomie en
zelfbeschikking. Ook in de Opvangrichtlijn (artikel 17 lid 2) worden de lidstaten
opgeroepen ervoor te zorgen dat de materiële opvangvoorzieningen een levenstandaard
bieden die de fysieke en geestelijke gezondheid van de asielzoekers beschermt.
Bevindingen en aanbevelingen
Het College ziet dat het COA veel inspanningen heeft verricht om de leefbaarheid in
Heumensoord te vergroten. Desondanks leiden het totale gebrek aan privacy, het
ontbreken van leefgeld, de onduidelijkheid over de duur van de asielprocedure en het
tijdstip waarop gezinshereniging kan worden aangevraagd, bij asielzoekers tot
gezondheidsproblemen zoals stress, slapeloosheid en depressie. Onderzoek toont aan dat
de gevolgen van een lange asielprocedure ernstig zijn en kunnen leiden tot psychische
stoornissen. Levensomstandigheden zijn de belangrijkste stresserende factor. Dit heeft
niet alleen gevolgen voor de gezondheidssituatie van de betrokken asielzoekers, maar
heeft ook een negatieve impact op het integratieproces.9
Een massale opvang als Heumensoord, waar het ontbreekt aan rust en privacy zonder
structurele dagbesteding en leefgeld, is niet in het belang van de gezondheid en veiligheid
van asielzoekers en zou daarom in de toekomst voorkomen moeten worden. Ter
bescherming van de lichamelijke en psychische integriteit dienen asielzoekers zoveel
mogelijk autonomie in hun eigen leven te kunnen nemen. Het verstrekken van leefgeld zou
hieraan bijdragen.
Ten aanzien van de medische zorg heeft het College niet vast kunnen stellen dat deze
tekortschiet. Wel is het duidelijk geworden dat de verwachtingspatronen en belevingen
van de asielzoekers en het COA / GC A ten aanzien van de zorg ver uit elkaar liggen. Nu
wordt dit telkens op individueel niveau besproken als een asielzoeker zich te kort gedaan
voelt. Vroegtijdig groepsgewijze voorlichting geven over de werking van het Nederlandse
gezondheidssysteem, waar de huisarts als poortwachter fungeert, kan eraan bijdragen dat
het verwachtingspatroon van de asielzoekers beter aansluit op het Nederlandse medische
zorgsysteem. Daardoor kan ook het ongenoegen onder bewoners over de medische zorg
afnemen.
Het College doet de volgende aanbevelingen:
1. In de toekomst moet voorkomen worden dat asielzoekers langdurig op zo’n grote
schaal, waar het ontbreekt aan rust en privacy, worden opgevangen. Na sluiting van
Heumensoord in juni is afgeraden deze locatie opnieuw, en op deze schaal in
gebruik te nemen.
2. Er dient in een vroeg stadium voorlichting gegeven te worden over de werking van
het Nederlandse gezondheidssysteem.
9
Dr. C. Kees Laban: Impact of a long asylum procedure on health and health related dimensions among Iraqi asylum seekers
in the Netherlands. An epidemiological study. 2010, Vrije Universiteit.
-9-
3. Conclusie
De aanbevelingen van het College zien op de toegang tot een effectief rechtsmiddel,
waarbij er een kenbare klachtenprocedure dient te zijn. Het aanstellen van
klachtenfunctionarissen en vertrouwenspersonen is daarbij essentieel. Er dient specifiek
beleid te komen voor kwetsbare groepen en hun opvangbehoefte. Daarnaast dient er ook
geïnvesteerd te worden in mensenrechteneducatie van het COA personeel om bijvoorbeeld
discriminatie te herkennen. Ook voorlichting over het Nederlands gezondheidsysteem aan
de asielzoekers kan eraan bijdragen dat het verwachtingspatroon beter aansluit op het
Nederlandse zorgsysteem. Tot slot moet voorkomen worden dat na sluiting van
Heumensoord deze locatie opnieuw, op deze schaal, in gebruik wordt genomen voor de
opvang van asielzoekers.
Het College acht het opvolgen van deze aanbevelingen noodzakelijk om de veiligheid in de
resterende periode te waarborgen.
- 10 -
Download