Introductie (I) Synthetische geneesmiddelen Fytotherapeutica Enkelvoudige, actieve, chemische substantie Per definitie*: complex mengsel van (actieve) inhoudsstoffen Fytogene geneesmiddelen Enkelvoudige, actieve inhoudsstof geïsoleerd uit een plant * Introductie (II) Plant: - primaire metabolieten: - algemeen voorkomend - noodzakelijk voor het overleven van de plant (groei en voortplanting) - koolhydraten, eiwitten, lipiden, DNA/RNA - secundaire metabolieten: - beperkte verspreiding, vaak aangemaakt in specifieke planten of planten-families - bouwstenen afkomstig uit primair metabolisme maar vaak uitgebreid gemodificieerd - “bijproducten” van primair metabolisme? - interactie met omgeving? Geneesmiddelen die als actief bestanddeel uitsluitend planten, plantendelen of –materialen (inclusief sappen, gommen, vette of vluchtige oliën) bevatten of combinaties hiervan, zowel in ruwe vorm als verwerkt tot een product (ESCOP) Interactie tussen plant en omgeving (I) Interactie tussen plant en omgeving (II) Salicylzuur leidt tot een verhoogde productie van eiwitten die zijn betrokken bij de afweer-reactie van de plant TMV = Tabak Mozaïek Virus Virale infecties in de tabaksplant (Nicotinia tabacum) leiden tot een verhoging van het salicylzuur-gehalte planten kunnen zich verdedigen tegen pathogenen! Kunnen planten ook worden gebruikt om pathogenen bij de mens te bestrijden? Kunnen planten ook worden gebruikt om pathogenen bij de mens te bestrijden? (fytotherapeutica als antibiotica) (fytotherapeutica als antibiotica) Ja!? 1 Specerijen / kruiden Knoflook Joachim Beuckelaer (1530-1574) “De vier elementen, aarde” Joachim Beuckelaer (1530-1574) “De vier elementen, aarde” Knoflook is goed tegen al het “venijn en vergif” en wanneer het wordt gegeten of gedronken heeft het de eigenschap “weerstand te bieden aan het venijn”, op een manier dat al het “venijnige gedierte vlucht” Rembert Dodoens “Cruydt-Boeck”(1644) Rembert Dodoens “Cruydt-Boeck”(1644) Wanneer knoflook wordt ingenomen, beschermt het tegen “kwaad en vuil drinken” zodat men daar niet ziek van wordt Antibiotics / antibacterial agents / bactericidal agents / bacteriocides In deze presentatie: - Thymol / carvacrol (o.a. uit Thymus vulgaris) in combinatie met: totaal overzichts artikelen klinische studies Herbal medicines 371 37 40 Plant / Plant constituents 7892 617 106 Carvacrol / Thymol 132 2 - Glucosinolaten / isothiocyanaten (o.a. uit Brassica-species en in mierikswortel (Armoracia rusticana) en mosterdzaad (Sinapis alba) - Cranberry (Vaccinium macrocarpon) - Looistoffen (o.a. uit Camellia sinensis) - Mogelijkheden en beperkingen van plantaardige antibiotica / fytotherapeutica 2 Thymol en carvacrol (I) Thymol en carvacrol (II) Olie van echte tijm en/of wilde marjolein en/of thymol en/of carvacrol hebben een antibacteriële werking tegen, o.a.: OH Aerobacter aerogenes Aeromonas hydrophila Bacillus cereus B. subtilis Clostridium botulinum Escherichia coli Klebsiella pneumoniae Lactobacillus plantarum Listeria monocytogenes OH Thymol Carvacrol Hoofdbestanddelen in vluchtige olie van echte tijm (Thymus vulgaris) en wilde marjolein (Origanum vulgare) Thymus vulgaris Proteus vulgaris Pseudomonas aeruginosa Salmonella paratyphi S. typhimurium Staphylococcus albus St. aureus St. faecalis Streptococcus faecalis Vibrio parahaemolyticus Origanum vulgare Burt (2004) Int J Food Microbiol 94:223-253; Billing en Sherman (1998) Q Rev Biol 73:3-49. Thymol en carvacrol (IV) O HO HO HO HO HO HO H O membraanpotentiaal (beïnvloeding H+- en K+-concentraties) H+ HO H Thymol en carvacrol (III) controle HO HO energiehuishouding ([ATP]int) K+ oregano-olie HO eiwit-synthese H O O Burt (2004) Int J Food Microbiol 94:223-253; Ultee, et al. (1999) Appl Environm Microbiol 65:4606-4610. H membraan-integriteit (vloeibaarheid, permeabiliteit) Burt en Reinders (2003) Lett Appl Microbiol 36:162-167. Thymol en carvacrol (VI) Thymol en carvacrol (V) sub-lethale doseringen van carvacrol: OH OH OH NH2 carvacrol (1 mM) carvacrol (1 mM) induceren de productie van “stress-eiwitten” carvacrol 3-isopropylfenol o-cresol p-cymeen 2-aminop-cymeen Oplosbaarheid (mM) 6,7 14,4 > 20 < 0,05 6,4 Bactericide activiteit (mM) 1,3 1,8 3,4 > 36 4,3 carvacrol (1 mM) en veroorzaken immobiliteit (remming synthese van flagelline) Veldhuizen, et al. (2006) J Agric Food Chem 54:1874-1879. Burt, et al. (2007) Appl Environm Microbiol 73:4484-4490. 3 Thymol en carvacrol (VII) Thymol en carvacrol (VII) Toevoeging van (vluchtige olie) van tijm en/of wilde marjolein (0,1-0,2%) aan het voer, heeft een positieve invloed op de darmgezondheid van varkens: Toevoeging van (vluchtige olie) van tijm en/of wilde marjolein (0,1-0,2%) aan het voer, heeft een positieve invloed op de darmgezondheid van varkens: - verhoging van de gemiddelde dagelijkse gewichtstoename, en/of; - verbetering van de voederconversie, en/of; - vermindering van de klinische symptomen van enterotoxemie na infectie met E. coli bij biggen, en/of; - verlaging van de mortaliteit ten gevolge van infecties met E. coli. - verhoging van de gemiddelde dagelijkse gewichtstoename, en/of; - verbetering van de voederconversie, en/of; - vermindering van de klinische symptomen van enterotoxemie na infectie met E. coli bij biggen, en/of; - verlaging van de mortaliteit ten gevolge van infecties met E. coli. → in een aantal opzichten vergelijkbaar met anti-microbiële groeibevorderaars (AMGB’s) Thymol en carvacrol (VIII) Fyto-V project …… maar ook: - verbetering van de samenstelling van de darmflora, en/of; - vermindering van de uitstoot van ammonia, en/of; - verbetering van de reproductie (minder improductiviteit en mortaliteit onder zeugen, meer levend-geboren biggen), en/of; - voorkoming / vermindering van de vorming van antibiotica-resistente E. coli-stammen. Fyto-V project Behandeling van coccidiose bij kippen (challenge-proef) - ontwikkelen van fytotherapeutica voor het reduceren en behandelen van dierziekten - geïnitieerd door de biologische landbouw - gesubsidieerd door het ministerie van LNV partners: - RIKILT (projectleider: Maria Groot) - Instituut voor Etnobotanie en Zoöfarmacognosie - PhytoGeniX - Faculteit Diergeneeskunde (Universiteit Utrecht) - Animal Sciences Group (Wageningen UR) - Louis Bolk Instituut - HAS Den Bosch Glucosinolaten en isothiocyanaten (I) - Kool-soorten (Brassica-species) broccoli, bloemkool, spruitjes, enz. - Mierikswortel (Armoracia rusticana) Verbetering van de darmgezondheid bij varkens (proef onder gecontroleerde omstandigheden en praktijkproeven) - Witte mosterd (Sinapis alba) - Zwarte mosterd (Brassica nigra) - Oost-Indische kers (Tropaeolum majus) Subklinische mastitis / hoog celgetal (praktijkproeven) - Tuinkers (Lepidium sativum) → biofilm-formatie! 4 Glucosinolaten en isothiocyanaten (II) Glucosinolaten-concentratie afhankelijk van: Zwavel- en stikstof-bevattende verbindingen - Glucosinolaten worden omgezet door het enzym myrosinase in isothiocyanaten, de antibacteriële metabolieten S R glucose N OSO3 + H2O myrosinase R glucosinolaat __ N=C=S + - HSO4 Glucosinolaten en isothiocyanaten (III) + glucose Glucosinolaten-gehalte in bloemkool na snijden Bewaar-condities: - kamertemperatuur - koelkast (3-7 dagen) - vriezen / dooien □ ■ totaal-gehalte sinigrine-gehalte isothiocyanaat Manier van voorbewerken: - snijden / malen Shapiro, et al. (1998) Cancer Epidemiol Biomarker Prevention 7:1091-1100. - Myrosinase ligt in de plant apart van de glucosinolaten opgeslagen; bij beschadiging van de plant (vraat / snijden) komen enzym en substraat pas in contact en worden isothiocyanaten gevormd na koken ● bloemkool ○ Manier van bereiden: - koken in water - roerbakken, stomen - magnetron kookvocht Kelly, et al. (1998) Planta 206:370-377. Song en Thornalley (2007) Food Chem Toxicol 45:216-224. Glucosinolaten en isothiocyanaten (IV) Glucosinolaten worden ook in het lichaam gemetaboliseerd → pro-drug concept Metabolieten van isothiocyanaat in de urine o.a. tot de antimicrobiële isothiocyanaten door de darmflora (o.a. Bacteriodes-, Bifidobacterium-, Peptostreptococcus-, Enterococcus- en Escherichia-soorten) irradicatie darmflora Glucosinolaten en isothiocyanaten (V) Isothiocynaten worden verder in het lichaam gemetaboliseerd door de lever via binding aan glutathion glutathion-S-transferase Gly Glu Cys + Gly GST R N=C=S Glu S glutathion S Cys-NAc Cys S H R isothiocyanaat N H S S R N S H mercaptuurzuur Shapiro, et al. (2001) Cancer Epidemiol Biomarker Prevention 10:501-508. urine Toediening glucosinolaten → pas op: mogelijk beïnvloeding van de ontgiftende capaciteit van de lever (verbruik van glutathion)! Studie-dag Bones en Rossiter (2006) Phytochemistry 67:1053-1067; Krul, et al. (2002) Carcinogenesis 23:1009-1016; Shapiro, et al. (1998) Cancer Epidemiol Biomarker Prevention 7:1091-1100. Glucosinolaten en isothiocyanaten (VI) 1/V ((pmol/min/pmol CYP)-1) …… en beïnvloeden zelf ook de metabole activiteit van de lever (remming cytochroom P450 (CYP) isoenzymen) 1/[testosteron] (µM-1) 1/[warfarine] (µM-1) 1/[mefenytoïne] (µM-1) → pas op: mogelijke interacties met geneesmiddelen! Nakajima, et al. (2001) Drug Metabol Disp 29:1110-1113. Glucosinolaten en isothiocyanaten (VII) Wat betreft de therapeutische toepassing van isothiocyanaten is rond 1950 in Duitsland veel onderzoek gedaan: - isothiocyanaten uit mierikswortel (Armoracia rusticana) en OostIndische kers (Tropaeolum majus) vertonen een breed-spectrum werking tegen zowel gram-positieve als gram-negatieve bacteriën; - (metabolieten) van isothiocyanaten worden in werkzame concentraties via de nieren en de luchtwegen uitgescheiden; - isothiocyanaten uit Oost-Indische kers zouden relatief weinig effect hebben op de normale darmflora; - in hoge concentraties zijn isothiocyanaten irriterend voor huid en slijmvliezen. Wagner, et al. (1965) Arzneimittel- Forsch 15:453-457 . 5 Glucosinolaten en isothiocyanaten (VIII) Laboratorium-onderzoek heeft recent aangetoond dat isothiocyanaten antibacterieel werken tegen, o.a.: Glucosinolaten en isothiocyanaten (IX) intracellulaire doding (epitheelcellijn) van H. pylori door sulforafaan antibacteriële activiteit van sulforafaan op klinische isolaten van H. pylori - Bacillus subtilis; - Staphylococcus aureus (inclusief antibiotica-resistente S. aureus) - Escherichia coli; - Pseudomonas aeruginosa; - Neisseria gonorrhoeae; - Klebsiella pneumoniae, en; - Helicobacter pylori (o.a. sulforafaan uit broccoli (Brassica oleracea var. italica) en allyl-isothiocyanaat uit wasabi (Wasabia japonica)) Cla = claritromycine (o.a. Klacid®) Met = metronidazol Grafiek A = klinisch isolaat H. pylori Grafiek B = referentie-stam H. pylori Swart, et al. (2002) Bioorg Med Chem Lett 12:2435-2437; Haristoy, et al. (2005) Planta Med 71:326330; Shin, et al. (2004) Int J Food Microbiol 94:255-261; Fahey, et al. (2002) PNAS 99:7610-7615. Fahey, et al. (2002) PNAS 99:7610-7615. Glucosinolaten en isothiocyanaten (X) Cranberry en blaasontsteking (I) Momenteel wordt de antimicrobiële activiteit van isothiocyanaten vooral (op experimentele schaal) benut in de voedingsmiddelenindustrie om de houdbaarheid van producten te verbeteren. bacteriële besmetting van gehakt na behandeling met allyl-isothiocyanaat – AIT totaal aantal bacteriën + AIT – AIT E. coli O157:H7 + AIT Cranberry = Amerikaanse veenbes (Vaccinium macrocarpon) Nadarajah, et al. (2001) Int J Food Microbiol 9:269-279. Cranberry en blaasontsteking (II) Het National Institute of Health noemt de wetenschappelijke onderbouwing voor de preventie van urineweg-infecties bij gezonde vrouwen en bewoners in verpleeghuizen goed. Volgens de American Herbal Pharmacopoeia is er “good clinical evidence to suggest that cranberry can support a healthy urinary tract by helping to prevent urinary tract infection”. Cranberry en blaasontsteking (III) Werkingsmechanisme: cranberry remt de aanhechting van E.coli aan de epitheelcellen van de urinewegen door inhibitie van de adhesie van type-1 fimbriae (fructose) en P-fimbriae (proanthocyanidine type-A) OH De National Kidney Foundation adviseert dagelijks cranberry-sap te gebruiken om urineweg-infecties te helpen voorkomen. HO OH OH OH O OH OH O Het Agence Française de Sécurité Sanitaire des Aliments keurt gezondheids-claims goed waarin wordt beweerd dat cranberry de aanhechting van E. coli bacteriën aan de wand van de urinewegen helpt te verminderen. O HO OH O OH HO OH HO OH Foo, et al. (2000) J Nat Prod 63:1225-1228. 6 Cranberry en blaasontsteking (IV) Cranberry en blaasontsteking (V) Effectieve dagelijkse dosering van cranberry voor de preventieve behandeling van urineweg-infecties (op basis van klinisch onderzoek): 250-750 ml cranberry-sap 250-750 ml cranberry-cocktail (gezoet) 400-800 mg poeder (extract / droge stof) B A Het nut van cranberry als curatieve behandeling van urineweginfecties is niet bewezen! C D A = 250 ml placebo C = 750 ml placebo B = 250 ml cranberry-sap (Ocean-Spray) D = 750 ml cranberry-sap Di Martino, et al. (2006) World J Urol 24:21-27. Looistoffen (I) Looistoffen (II) Water-oplosbare fenolische verbindingen met een moleculair gewicht tussen 500 en 3000, die niet alleen de normale fenolische reacties geven maar daarnaast ook speciale eigenschappen hebben, zoals het vermogen om alkaloïden, gelatine en andere eiwitten neer te laten slaan (Bate-Smith en Swain; 1962) G OH OH OG O HO OH G G GO O Galnoot op eik (Quercus-soort) OG GO OH OG OH HO OH O HO O O OH HO G = G = HO OH HO OH O O O O OH OH HO HO OH OH OH gecondenseerde looistoffen (flavanol-derivaten) hydrolyseerbare looistoffen (galloyl-glucose esters) Looistoffen (III) Thee (Camellia sinensis) Looistoffen (IV) Klinische pilot-studie in Malawi (in samenwerking met Dr E.J. van Hasselt, Queen Elizabeth Central Hospital, Blantyre, Malawi en Prof. Dr R.W. Kreis, Rode Kruis Ziekenhuis, Beverwijk: 20 patiënten (vooral kinderen) 10 patiënten: vers thee-extract op verbandgaas 10 patiënten: standaard-behandeling Precipitatie van eiwitten in het wond-excudaat: onderzoeksparameters: - wondinfectie (Stapylococcus aureus) - wondgenezing (uiterlijk van de korst, hypertrofie) - vorming van een impermeabel membraan over de brandwond - vermindering pijn en infectierisico - verbetering van de wondgenezing - verlaging van de mortaliteit Mitchiner (1933) BMJ 447-452; Davidson (1925) Surg Gynecol Obstet 41:202-221. 7 Geslacht Leeftijd Oorzaak Diepte S. aureus infectie Kwaliteit van korst Hypertrofie Bijwerkingen Man / vrouw Jaar <10 jaar (aantal) Water Vuur Tweede-graads Derde-graads Gemengd Soepel Hard Niet bepaald Ja Nee Niet bepaald Thee-behandeling Controle 8/2 3 - 38 5 8 2 7 2 1 1 6 1 3 1 5 4 0 6/4 4 - 50 4 8 2 6 1 3 10 3 4 3 5 1 4 0 ← !→ Looistoffen (VI) Controle Thee-behandeling Conclusie; mogelijkheden en beperkingen van plantaardige antibiotica / fytotherapeutica Planten kunnen dienen als bron voor nieuwe antibacteriële middelen met mogelijk interessante, nieuwe werkingsmechanismen. Plantaardige antibiotica / fytotherapeutica werken mogelijk beter preventief dan curatief. De systemische beschikbaarheid van plantaardige antibiotica / fytotherapeutica is mogelijk laag. Onderzoek naar de mogelijke bijwerkingen en resistentie-vorming moet voor plantaardige antibiotica / fytotherapeutica nog worden geïnitieerd. 8