ppt 1B

advertisement
II. SPELERS (1)
Staten als regelgevers
Staat als regelgever (overheid)
- rechtstreeks (nationale bronnen van nationaal recht)
- door scheppen van internationaal recht, i.h.b. door
sluiten van verdragen, o.m.:
• tot oprichting van I.O. (bv. WTO)
- Door internationale regels te ratificeren en
implementeren (inb. uniform recht)
 Staat als partij bij volkenrechtelijke overeenkomsten,
waarbij men verbintenissen aangaat, bv. , bilaterale of
multilaterale handelsverdragen,….

II. SPELERS (2)
Staten als directe
handelspartners





Doel: overeenkomsten voor verkrijging (of levering) goederen,
diensten; voor eigen gebruik of ten behoeve van onderdanen
Methode: rechtstreeks als contractspartij of via overheidsbedrijven
of gemengde bedrijven (vele gradaties)
Reglementering van de internationale handel, zie verder (bv. regels
inzake openstellen van aanbestedingen, …)
Staat als contractspartij: risico van corruptie; internationale regels
voor corruptiebestrijding vooral langs de actiefzijde.
Staat als contractspartij: bepaling toepasselijk recht
II. SPELERS (3)
Staten - immuniteiten
Immuniteiten van jurisdictie (rechtsmacht) voor
buitenlandse staten voor een nationale rechter
- uitgangspunt: immuniteit, tenzij afstand gedaan
- vele beperkingen (nationaal recht, verdragen)
- resultaat: onderscheid handelingen iure imperii / iure

gestionis
Immuniteit van executie (tenuitvoerlegging) voor
buitenlandse staten
- uitgangspunt: immuniteit van alle activa bestemd voor
openbare dienst (« openbaar domein »)

II. SPELERS (4)
Staten - soevereiniteit
Uitgangspunten volkenrecht:
- soevereiniteit, ook op gebied van economische orde;
- gelijke rechten van alle staten, ook inzake (deelname
aan) internationale handel
 Vele internationale verdragen voorzien voordelen voor
« ontwikkelingslanden » (met nog onderscheiden
categorieën, bv. « minst ontwikkelde landen »)
 (Erg betwist) « recht op » ontwikkeling en
« verplichting » tot solidariteit (soft law ?)

II. SPELERS (5)
Internationale organisaties
(universele)
Universele organisaties
- GATT, nu WTO (1994), met General Council en aparte Councils for
GATT, GATS, TRIPS
- VN = UNO, met Alg. Vergadering, Veiligheidsraad, EcoSoc
- Uncitral (international trade law): verdragen en modelwetten
- Unctad (trade & development): ontwikkelingslanden toegang geven
tot wereldeconomie
- Unidroit: uniform recht scheppen
- Haagse conferentie: eenmaking IPR
 Besloten organisaties, w.o. OECD = OESO; OPEC e.d.

II. SPELERS (6)
Internationale organisaties
Vrijhandelsorganisaties
 Gradaties: vrijhandelszone / douane-unie /
gemeenschappelijke markt / monetaire unie
 Voorbeelden:
- EU
- EFTA (EVA), EEA (EER)
- NAFTA, CAFTA, Mercosur
- ASEAN / SAARC (SAFTA)
- …

II. SPELERS (7)
NGO’s
Private organisaties:
geen subjecten van volkenrecht, maar van nationaal recht (wel
soms betrokken bij werking I.O.)
 Enkele invloedrijke n-g-organisaties:
- ICC = IKK: o.m. standaardcontracten en uniforme regels; Hof van
arbitrage (organiseert kader voor arbitrages), …
- World economic forum Davos
- Comité maritime international: scheepvaartverdragen
- Institut de droit international, …..
 Transnationale ondernemingen: sluiten soms « volkenrechtelijke »
overeenkomsten ipv privaatrechtelijke overeenkomsten

Download