Beslisdocument locatiekeuze ecoducten A27 en spoorverbinding Utrecht-Hilversum Opsteller: Deelnemers PT: Projectteam Ecoduct A27/spoorlijn Rijkswaterstaat, ProRail, Provincie Noord-Holland, Goois Natuurreservaat, Gemeente Hilversum en Ministerie van Defensie Datum: 30 augustus 2005 Status: Definitief Documentnummer: 8884-2005-T-0010 Inleiding Begin 2005 zijn bovengenoemde partijen overeengekomen de versnipperende werking van de A27 en de spoorlijn Utrecht-Hilversum te verminderen. In het startdocument d.d. 8 februari 2005 (bijlage 1) worden drie mogelijke locaties genoemd voor de realisatie van twee ecoducten ten zuiden van Hilversum, namelijk de locaties Laapersbos, Zwaluwenberg en Dassenveld. Bijgevoegde notitie geeft per locatie aan de hand van een aantal afwegingsaspecten aan wat de sterke punten en zwakke punten van deze specifieke locaties zijn. Op basis hiervan kan een keuze gemaakt worden voor de meest gewenste locatie. Advies locatiekeuze Geadviseerd wordt te kiezen voor de locatie Zwaluwenberg. De twee ecoducten zijn op deze locatie landschappelijk, verkeerskundig, civieltechnisch, planologisch en kostentechnisch het best realiseerbaar. Door het nemen van een aantal inrichtingsmaatregelen is deze locatie, en de omgeving hiervan, ecologisch geschikt te maken. De verbinding zal daarmee gaan voldoen aan de eisen die gesteld worden aan een verbinding op landschapsniveau ten behoeve van het bos/heide-ecosysteem. Door Alterra, specialistisch adviesbureau op het gebied van ecologie, wordt geadviseerd het ambitieniveau edelhert los te laten (dit ambitieniveau was uitgangspunt bij de start van het project). Dit ambitieniveau stelt hoge eisen aan de omgeving van de ecoducten. Eisen waaraan deze omgeving op korte/middellange termijn niet kan voldoen. Bovendien is dit ambitieniveau voor dit gebied ecologisch niet noodzakelijk; mocht te zijner tijd het edelhert het gebied gaan bevolken, dan zal het om een sterk beheerde en gereguleerde populatie gaan. Voor de maatvoering en vormgeving van de ecoducten zelf maakt het laten vervallen van het ambitieniveau Edelhert niets uit. De eisen die het ambitieniveau Bos/heide-ecosysteem aan de ecoducten stellen, leiden tot een dimensionering die gebruik door het edelhert in de toekomst mogelijk maakt. Zowel locatie Zwaluwenberg als locatie Laapersbos zijn in principe geschikt te maken voor de realisatie van een ecologische verbinding die aan de gestelde voorwaarden voldoet. Ecologisch scoort locatie Laapersbos zelfs iets beter dan locatie Zwaluwenberg. Voor de andere hierboven genoemde aspecten scoort locatie Zwaluwberg echter dermate beter, dat toch geadviseerd wordt voor die locatie te kiezen. Locatie Dassenveld is ongeschikt bevonden. Voorwaarden bij de keuze van locatie Zwaluwenberg: • • • • Om de omgeving van het gebied geschikt te maken is een aantal inrichtingsmaatregelen (ontwikkeling optimaal bos/heide-biotoop en slechten barrières) nodig. De ruimte hiervoor zal gevonden moeten worden op gronden van landgoed Zwaluwenberg (in beheer bij het Ministerie van Defensie), dan wel landgoed Uytwyck (particulier eigendom). De voorkeur gaat uit naar gronden van Zwaluwenberg, omdat deze rijkseigendom zijn. Voor een goed functioneren van de verbinding zal verstoring op en in de directe omgeving van de ecoducten voorkomen moeten worden. Dit is een belangrijk aandachtspunt bij de verdere gebiedsinrichting. De ecoducten over de A27 en de spoorlijn zullen op zo korte afstand van elkaar gelegen zijn dat gezamenlijke uitvoer voor de hand ligt. Te zijner tijd zullen tevens maatregelen getroffen moeten worden om de versnipperende werking van de N417 te verminderen. In de komende fase worden de mogelijkheden hiervoor, op verzoek van provincie Noord-Holland, in kaart gebracht. Mochten de mogelijkheden hiervoor op locatie Zwaluwenberg aanzienlijk moeilijker of kostbaarder zijn dan op locatie Laapersbos, dan kan dit reden zijn het besluit te wijzigen. Een en ander zal dan bestuurlijk afgestemd worden. Advies vervolgstappen Na het vaststellen van de meest geschikte locatie zullen de volgende vervolgstappen genomen moeten worden: • • • • Communicatie met omgeving ecoducten over plannen en de gemaakte keuze Uitwerken Programma van Eisen en marktbenaderingtraject Programmering MJPO-gelden veiligstellen Afspraken tussen alle partijen maken over een gezamenlijke uitvoering van het project en deze vastleggen in een bestuursovereenkomst Locatie Zwaluwenberg Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 1 Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoducten Zwaluwenberg Opsteller: Deelnemers PT: Projectteam Ecoduct A27/spoorlijn Rijkswaterstaat, ProRail, provincie Noord-Holland, Goois Natuurreservaat, gemeente Hilversum en Ministerie van Defensie Datum: 30 augustus 2005 Status: Eindconcept Documentnummer: 8884-2005-T-0010 Inhoudsopgave 1. 2. 3. 4. 5. 6. Inleiding................................................................................................................................... 2 Doel en status notitie ............................................................................................................... 2 Uitgangspunten en opgave ...................................................................................................... 2 Ecologisch kwaliteitsniveau verbinding .................................................................................... 2 Aanvullende wensen recreatie.................................................................................................. 2 Opgave .................................................................................................................................... 2 Afwegingsaspecten ten behoeve van locatiekeuze .................................................................. 3 Ecologische eisen verbinding.................................................................................................... 3 Landschappelijke en cultuurhistorische eisen ........................................................................... 4 Technische eisen ...................................................................................................................... 4 Aandachtspunten vanuit vergunningen en procedures ............................................................. 4 Wensen recreatie ..................................................................................................................... 4 Totaaloverzicht afwegingsaspecten .......................................................................................... 4 Beschrijving alternatieven........................................................................................................ 5 A. Locatie Laapersbos............................................................................................................... 6 B. Locatie Zwaluwenberg ......................................................................................................... 7 C. Locatie Dassenveld .............................................................................................................. 8 Beschrijving locaties per aspect ............................................................................................... 8 Ecologische effectiviteit: Ecologische kwaliteit natuurterreinen op locatie ............................... 8 Ecologische effectiviteit: Ecologische kwaliteit ecoducten........................................................ 9 Ecologische effectiviteit: Aanwezige barrières en verstoring..................................................... 9 Mogelijkheden verbetering recreatieve kwaliteit.................................................................... 10 Landschap en cultuurhistorie.................................................................................................. 10 Beïnvloeding verkeersveiligheid ............................................................................................. 11 Kosten .................................................................................................................................... 11 Samenvatting, conclusie en aanbevelingen locatiekeuze ....................................................... 12 Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 2 1. Inleiding De A27, de spoorlijn Utrecht-Hilversum (geocode 951), en de provinciale weg N417 doorsnijden een natuurkerngebied dat gevormd wordt door de Utrechtse Heuvelrug en het Gooi. In het natuurbeleid (nationaal, provinciaal, gemeentelijk) bestaat consensus over de noodzaak tot ontsnippering van de twee hier genoemde gebieden. In het Meerjarenprogramma Ontsnippering (MJPO) is het gebied als prioritair knelpunt opgenomen en zijn gelden gereserveerd voor de bouw van een ecoduct over de A27 in 2008-2010. Voor het aanpakken van versnippering door spoorlijnen zijn vanaf 2008 gelden in het MJPO gereserveerd. Ten behoeve van het bepalen van de meest gewenste maatregelen is in 2001 in opdracht van Rijkswaterstaat Utrecht door DHV een onderzoek uitgevoerd, met als uitkomst dat de aanleg van een ecoduct wenselijk is ten zuiden van Hilversum. Hiervoor worden in dit onderzoek drie mogelijke locaties genoemd. Middels individuele brieven hebben alle betrokken partijen ingestemd een locatiekeuzeonderzoek uit te voeren met als doel het maken van een keuze voor een van deze drie locaties. Doel en status notitie De voorliggende notitie bevat de relevante beslisinformatie ten behoeve van de locatiekeuze. Waar informatie ontbreekt, zal dit hierna als leemten in kennis, dan wel als projectrisico’s aangegeven worden. 2. Uitgangspunten en opgave Om een ecologische verbinding tussen de Utrechtse Heuvelrug en het Gooi te realiseren is de aanleg van ecoducten over de rijksweg A27 en de spoorlijn Utrecht-Hilversum, en het nemen van maatregelen aan de provinciale weg N417 ten zuiden van Hilversum, gewenst. Hiervoor zijn de volgende drie mogelijke locaties geselecteerd: (A) Laapersbos, (B) Zwaluwenberg en (C) Dassenveld. Ecologisch kwaliteitsniveau verbinding Ambitie is het herstellen van de ecologische verbinding voor het bos/heide-ecosysteem op landschapsniveau. Doelsoorten hierbij zijn: ree, das, boommarter, zandhagedis, levendbarende hagedis, hazelworm, rode bosmier, heivlinder/heideblauwtje en loopkever. Ambitieniveau Edelhert, zoals geformuleerd in het startdocument d.d. 8 februari 2005 (bijlage 1), is losgelaten naar aanleiding van advies van Alterra, specialistisch adviesbureau op het gebied van ecologie. Dit ambitieniveau stelt hoge eisen aan de omgeving van de ecoducten, waaraan de omgeving op korte/middellange termijn niet kan voldoen. Bovendien is dit ambitieniveau voor dit gebied ecologisch niet noodzakelijk; mocht te zijner tijd het edelhert het gebied gaan bevolken, dan zal het om een sterk beheerde en gereguleerde populatie gaan. Voor de maatvoering en vormgeving van de ecoducten zelf maakt het laten vervallen van het ambitieniveau Edelhert niets uit. De eisen die het ambitieniveau Bos/heide-ecosysteem aan de ecoducten stellen, leiden tot een dimensionering die gebruik door het edelhert in de toekomst mogelijk maakt. Aanvullende wensen recreatie De te ontsnipperen gebieden hebben ook een belangrijke recreatieve functie. De aanwezige infrastructuur legt hieraan beperkingen op: • • Er zijn twee onbewaakte spoorovergangen. Vanuit veiligheidsoogpunt is het gewenst één of beide gelijkvloerse kruisingen (spoorkilometer 3.036 en 4.003) op te heffen. Voetgangers, fietsers en ruiters maken gebruik van een fietsviaduct dat ter hoogte van de Zwaluwenberg de spoorlijn en de A27 kruist. Deze verbinding wordt door ruiters als onveilig ervaren (vrij smal, met een open, voor ruiters lage omheining). Voor paarden met aanspan is er een verbinding over de spoorlijn/onder de A27 ter hoogte van station Hollandsche Rading. Opgave De opgave bestaat derhalve uit de realisatie van een ecologische verbinding voor het bos/heideecosysteem op landschapsniveau, ten zuiden van Hilversum. Dit door de aanleg van ecoducten over de A27 en de spoorlijn Utrecht-Hilversum, en het nemen van inrichtingsmaatregelen in de omgeving 1 Geocode = eenduidige codering voor spoorlijnen binnen Nederland Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 3 hiervan. Ten behoeve van de N417 staan mogelijk verschillende alternatieven open om te komen tot ontsnippering. In de afwegingen in deze notitie is de situatie rondom de N417 zoveel mogelijk meegenomen. Op verzoek van de provincie Noord-Holland zal in de volgende fase bekeken worden welke alternatieve mogelijkheden er zijn voor ontsnippering van de N417. Instandhouding van de bestaande recreatieve kwaliteit in het gebied is het uitgangspunt. Waar verbetering van de recreatieve kwaliteit een mogelijkheid is, zullen de mogelijkheden in kaart gebracht worden (win-win-situaties). Uiteindelijke beslissingen ten aanzien van het nemen van maatregelen ter verbetering van de recreatieve kwaliteit van het gebied zullen worden genomen in het uitvoeringsconvenant. 3. Afwegingsaspecten ten behoeve van locatiekeuze Ten behoeve van de afweging zijn ecologische eisen geformuleerd, die aan de verbinding gesteld worden. Deze eisen vloeien voort uit het habitattype (bos/heide) dat verbonden moet worden, en uit de eisen die de doelsoorten aan hun omgeving en de verbinding stellen. De mate waarin de verbinding op elk van de locaties aan deze (functionele) eisen kan voldoen, en de kosten die verbonden zijn aan de noodzakelijke maatregelen om de verbinding aan deze eisen te laten voldoen, zullen een afweging en keuze mogelijk maken. Andere aspecten die bij de keuze van belang zijn, zijn beïnvloeding van landschap, cultuurhistorie, recreatie en verkeersveiligheid. Ook de benodigde procedures en mogelijke (project)risico’s kunnen bij de keuze van belang zijn, en worden daarom nu reeds op een globaal niveau in kaart gebracht. Ecologische eisen verbinding De verbinding als geheel, en de ecoducten als onderdeel hiervan, dient als migratieroute, verblijfsplaats en foerageerplaats voor de verschillende doelsoorten. Dit stelt eisen aan ecoducten en omgeving. Op basis van onderzoeken en ervaringen met andere ecologische verbindingszones en ecoducten zijn de voorwaarden die de soorten stellen verwerkt in onderstaande eisen. Een eis die aan de verbinding wordt gesteld is dat de natuurlijke biotoop van zowel bos- als heidesoorten over de gehele verbinding zo veel mogelijk ononderbroken en ongestoord doorloopt: • • • Geen onderbrekingen en barrières in de verbinding aanwezig, één doorgaande verbinding Rust, verstoringen voorkomen; voorkomen dat het recreatief gebruik van het gebied het ecologisch functioneren schaadt, door ruimtelijke en zo mogelijk temporele scheiding van gebruik door dieren en recreanten De inrichting op de ecoducten en de omgeving dient gericht te zijn op de biotoop van de doelsoorten: o Permanent waterhoudende poelen in de directe omgeving van de ecoducten vergroten de ‘aantrekkelijkheid’ van de ecoducten o Beschutting door aaneengesloten begroeiing van opgaande beplanting in de lengterichting van de verbinding o Afwisseling van een zonnige, droge corridor met zand met structuurrijke vegetatie met heide o Geen grote hellingen/reliëf, wel microreliëf met gevarieerd microklimaat en beschutting Specifiek voor de ecoducten: • • • De aansluiting van de ecoducten op de omgeving dient geleidelijk en op een natuurlijke wijze te gebeuren, waarbij ten aanzien van hellingshoeken aangesloten moet worden bij het van nature aanwezige reliëf in het omliggende gebied; hellingshoeken dienen maximaal 1:10 te bedragen Zichtlijnen over de ecoducten zijn van belang; voor grotere doelsoorten moet een gevoel van overzicht gecreëerd worden De ecoducten over de A27 en de spoorlijn dienen een minimale breedte van 50 meter te hebben, om verbinding van zowel bos als heide mogelijk te maken. Deze breedte is tevens voldoende om te zijner tijd gebruik van de passage door edelherten mogelijk te maken. De breedte die benodigd is voor een eventuele recreatieve verbinding komt boven op deze breedte. Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 4 Landschappelijke en cultuurhistorische eisen • • • • De ecoducten moeten visueel ruimtelijk logisch in het landschap passen De ecoducten dienen vanuit verkeerskundig oogpunt (A27, spoorlijn, N417) op een overzichtelijke locatie aangebracht te worden, dit ten behoeve van verkeersveiligheid Het aanwezige karakter van de locatie (landschapselementen en patronen, massa/ruimteverhouding, vegetatiekenmerken en reliëf) is uitgangspunt bij plaatsing en inrichting en verdere detaillering van de ecoducten zelf, en de directe omgeving De monumentale (aantal en vormgeving) bovenleidingportalen (‘bogen’) op het spoorvak Utrecht-Hilversum behoeven een speciale aandacht bij de inpassing en de vormgeving van het ecoduct over de spoorlijn Technische eisen Voor de A27 geldt een profiel van vrije ruimte van 2 x 3 met vluchtstrook (ROA-profiel), met een doorrijhoogte van 5,10 meter, gerekend vanaf de bovenkant van het asfalt. Voor de spoorlijn geldt een profiel van twee sporen met schouwpad (maatvoering en dwarsprofiel conform OVS00030 en OVS00056-4.2). Aandachtspunten vanuit vergunningen en procedures Voor locatie Zwaluwenberg geldt een artikel 11-procedure WRO (wijzigingsbevoegdheid), voor de overige locaties zal een artikel 19-procedure moeten worden gevolgd. Andere relevante regelgeving betreft Flora- en faunawet, Natuurbeschermingswet, kapvergunning, en bodembescherming. Deze regelgeving is echter niet onderscheidend voor de alternatieven. Wensen recreatie Vanuit recreatie is een aantal wensen te benoemen. Tegemoet komen aan deze recreatieve wensen kan het draagvlak voor de ecologische verbinding mogelijk vergroten. • • • Opheffing onbewaakte spoorwegovergangen Verbeteren passage A27/spoorlijn ten behoeve van ruiters Een veilige passage over de N417 (geen knelpunt, wel wens) Totaaloverzicht afwegingsaspecten Bovenstaande eisen, wensen en aandachtspunten resulteren tezamen met enkele aanvullende punten in de volgende onderscheidende afwegingsaspecten voor de locatiekeuze: Afwegingsaspecten Ecologische effectiviteit: - Ecologische kwaliteit omliggende gebieden - Mogelijkheden ecologische kwaliteit kunstwerken - Aanwezige barrières (en mogelijkheden beïnvloeding hiervan) - Verstoring (en mogelijkheden beïnvloeding hiervan) Landschap en cultuurhistorie: - Inpassing kunstwerken en behoud karakter gebied - Historische route voet-/fietspad Kosten en civieltechnische mogelijkheden en beperkingen: - Kosten Vergunningen en procedures - Opname ecoducten in bestemmingsplan Mogelijkheden verbetering recreatieve kwaliteit: - Voor fietsers, wandelaars en ruiters Beïnvloeding verkeersveiligheid: A27, spoorlijn Utrecht-Hilversum, N417 Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 5 4. Beschrijving alternatieven Op onderstaand kaartje worden de drie alternatieven getoond, alsmede de eigendomssituaties in het gebied. Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 6 A. Locatie Laapersbos Deze meest noordelijk gelegen locatie bevindt zich ter hoogte van de afrit Hilversum (km 92,2). Op deze locatie zijn twee verschillende varianten mogelijk. Beide varianten kennen een ecoduct over de A27, dat een grotere overspanning (64 meter) heeft dan bij de twee zuidelijkere locaties (circa 35 meter), omdat hier behalve de A27 ook twee uitvoegstroken richting Hilversum overspannen moeten worden. Dit ecoduct kan gecombineerd worden met een tweede ecoduct over de spoorlijn, dan wel met een onderdoorgang onder de spoorlijn. Echter, een onderdoorgang is ecologisch ongeschikt gebleken (advies Alterra d.d. 23-06-2005; geen verbinding op landschapsniveau mogelijk, grote hoogte nodig voor vocht- en lichttoetreding, korte zichtlijnen), zodat deze optie niet verder zal worden uitgewerkt. De twee ecoducten (over weg en spoorlijn) liggen ruim 80 meter versprongen ten opzichte van elkaar. Hiervoor is gekozen omdat bij een zuidelijkere ligging van het ecoduct over de spoorlijn het te dicht bij particuliere bebouwing zou komen te liggen; het ecoduct over de A27 zou bij een noordelijkere ligging aangevuld moeten worden met een derde ecoduct over de twee, op die locatie afgesplitste, uitvoegstroken. Alle ecoducten hebben een breedte van 50 meter. De A27 en de spoorlijn zijn hier op maaiveld gelegen. Ecoducten zullen daarom de A27 en de spoorlijn op een hoogte van circa 8 meter boven maaiveld kruisen. De afstand tussen de A27 en de spoorlijn bedraagt ruim 150 meter. Deze tussenliggende ruimte zal grotendeels benut worden voor de noodzakelijke grondlichamen van de ecoducten, als stepping stone voor soorten op ‘doorreis’ en als biotoop voor soorten met een beperkte actieradius. Het tussen de N417 en de spoorlijn gelegen Laapersbos bestaat uit een halfopen eikenberkenbos met ondergroei van bos- en heidesoorten en heeft de status van Beschermd Natuurmonument. Uitzicht op het begin van de uitvoegstrook; deze verbreed zich op locatie Laapersbos, ten noorden van het wegportaal. Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 7 B. Locatie Zwaluwenberg Deze locatie bevindt zich even ten noorden van de fiets- en voetgangersverbinding over de spoorlijn en de A27 (de Zwaluwenbrug, km 91,5). De A27 en de spoorlijn zijn hier op enkele tientallen meters van elkaar, in een insnijding in het landschap aangelegd. De overblijvende hoogteverschillen zullen daardoor goed aansluiten op het natuurlijk reliëf op deze locatie (circa 6-7 m). Het ten westen van de spoorlijn en A27 gelegen bos is in eigendom van het Goois Natuurreservaat en bestaat uit een gemengd eikenspaartelgen-berkenbos met ondergroei van bos- en heidesoorten. Het grenst aan het landgoedbos van Uytwyck (particulier bezit). Ten oosten van de A27 ligt het Dassenbos. Het is in eigendom van het Goois Natuurreservaat en bestaat hier uit halfopen dennenbos met ondergroei van bos- en heidesoorten. Het bos gelegen oostelijk van de N417 is in eigendom van het Goois Natuurreservaat en bestaat deels uit jong beukenbos en deels uit open oud beukenbos met ondergroei. Het grenst aan oud gevarieerd beukenbos van landgoed Verdiepte ligging spoorlijn. De verdiepte rijksweg is uiterst links Zwaluwenberg (eigendom Ministerie van gelegen; de Zwaluwenbrug is net zichtbaar. Defensie). Het bos gelegen westelijk van de N417 is in eigendom van het Goois Natuurreservaat is een eiken-berkenbos en heeft de status van Beschermd Natuurmonument. In de aanlooproute naar de ecoducten ligt tussen de N417 en de spoorlijn/A27 een oude beukenlaan in eigendom van het Goois Natuurreservaat, welke dienst doet als recreatieve route voor fietsers, wandelaars en ruiters. Deze benutten de bestaande fietsviaducten over de spoorlijn en de A27. Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 8 C. Locatie Dassenveld Deze locatie bevindt zich even ten noorden van NS-station Hollandse Rading, nabij voormalige verzorgingsplaats de Bosberg (km 91.0). De spoorlijn en de A27 zijn ook hier op enkele tientallen meters afstand van elkaar gelegen. Direct ten westen van de spoorlijn bevindt zich een voormalige zanderij; in het terrein zijn als gevolg hiervan hoogteverschillen van circa 11 meter aanwezig. Het opvangen van deze hoogteverschillen zal veel ruimte kosten. De gebieden in de directe omgeving van deze locatie bestaan uit bos (gemengd bos op de Hengstenberg ten oosten van de A27, loofbos aan weerszijden spoorlijn en ten oosten van N417, eigendom Goois Natuurreservaat), wei- en bouwland (ten westen van de spoorlijn, eigendom Goois Natuurreservaat, terreinen zijn deels verpacht ) en landgoed Einde Gooi (ten westen van N417, eigendom Natuurmonumenten, terreinen zijn deels verpacht). Zie het kaartje in de vorige paragraaf voor eigendomssituaties. De spoorovergang bij station Hollandsche Rading is de enige locatie in de omgeving die geschikt is voor passage van ruiters met aanspan. 5. Beschrijving locaties per aspect Ecologische effectiviteit: Ecologische kwaliteit natuurterreinen op locatie A. Laapersbos De omgeving van de toekomstige ecoducten, bestaande uit een gemengd loofbos met grotendeels een NB-wet-status, is te karakteriseren als bosecosysteem. Door het nemen van beperkte inrichtingsmaatregelen is het gebied op korte termijn (1-5 jaar) tevens geschikt te maken als biotoop voor heidesoorten. Deze maatregelen kunnen ten oosten en westen van de spoorlijn/A27 geheel op terreinen van het Goois Natuurreservaat plaatsvinden. Ten westen van de N417 is hiervoor medewerking van een particuliere eigenaar nodig. Door de grote hoogte (circa 8 meter) van het ecoduct over de spoorlijn, in het verder reliëfarme landschap op deze locatie, zal een groot grondlichaam nodig zijn tussen spoorlijn en N417. De bestaande natuur op deze locatie (Beschermd Natuurmonument) zal hierdoor gedeeltelijk verloren gaan. Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 9 B. Zwaluwenberg De omgeving aan weerszijden van de toekomstige ecoducten, bestaande uit een gemengd loofbos, is te karakteriseren als bosecosysteem. Door het nemen van inrichtingsmaatregelen (creëren van open zonnige plekken met zand en heide) is het gebied op middellange termijn (5-10 jaar) tevens geschikt te maken als biotoop voor heidesoorten. Deze inrichtingsmaatregelen kunnen grotendeels plaatsvinden op gronden in beheer bij het Goois Natuurreservaat. Het Goois Natuurreservaat bezit op deze locatie een doorlopende boscorridor welke is gelegen tussen de landgoederen Zwaluwenberg (Ministerie van Defensie) en Uytwyck (particulier). In de corridor is een monumentale beukenlaan met fiets- en ruiterpad gelegen. De afstand tussen de rasters van beide landgoederen bedraagt op het smalste punt 10 meter over een afstand van 25 meter en verbreedt daarna tot 150 meter aan de zijde van de N417 en tot 230 meter aan de zijde van de spoorlijn. Voor het nemen van inrichtingsmaatregelen op de overige terreinen gelegen tussen de spoorlijn/A27 en de N417 is medewerking van het Ministerie van Defensie, dan wel de particuliere eigenaar nodig. De terreinen ten westen van de N417 zijn in eigendom van Goois Natuurreservaat en goed geschikt te maken voor het bos/heide-ecosysteem. C. Dassenveld De omgeving ten westen van de toekomstige ecoducten, bestaande uit weiland, maïsakker en landgoed Einde Gooi, is niet geschikt te maken voor begroeiing met heide. Dit is vanuit de (landschappelijke en ecologische) waarden van dit gebied ook niet gewenst. Aan herinrichting van deze terreinen zijn tevens hoge kosten verbonden omdat een groot deel van de betreffende terreinen momenteel verpacht zijn, en in dat geval de pacht afgekocht zal moeten worden. Ecologische effectiviteit: Ecologische kwaliteit ecoducten A. Laapersbos Gezien de hoge ligging van de twee ecoducten (spoorlijn en A27 zijn op maaiveld gelegen) en de weinig geaccidenteerde omgeving zal een geleidelijke en natuurlijke aansluiting van de ecoducten op de omgeving, met hellingshoeken van 1:10 veel ruimte kosten. Vanuit ecologisch oogpunt is het van belang de ecoducten zoveel mogelijk in elkaars verlengde te plaatsen. In de huidige variant liggen ze versprongen ten opzichte van elkaar. B. Zwaluwenberg Door de verdiepte ligging van de spoorlijn en de A27, en als gevolg daarvan de aanleg op maaiveld van de ecoducten, zal een geleidelijke, natuurlijke aansluiting van de ecoducten op de omgeving goed mogelijk zijn. C. Dassenveld Gezien de hoge ligging van de twee ecoducten (spoorlijn en A27 zijn op maaiveld gelegen), in vergelijking met de terreinen ten westen van de ecoducten, zal een geleidelijke en natuurlijke aansluiting van de ecoducten op de omgeving veel ruimte kosten. Ecologische effectiviteit: Aanwezige barrières en verstoring A. Laapersbos Behalve de aanwezige infrastructuur zijn er in het gebied geen barrières zoals omheiningen aanwezig. Verstoring door recreatie, wandelaars en fietsers kan voorkomen worden door geleiding van de recreatie in het gebied. B. Zwaluwenberg De landgoederen Zwaluwenberg en Uytwyck zijn omheind. Deze omheiningen zijn goed passeerbaar voor het merendeel van de soorten. In de omheiningen van de Zwaluwenberg heeft Defensie doorgangen aangebracht voor dassen. De omheiningen van de Zwaluwenberg zijn niet passeerbaar voor reeën; reeën zullen de 10 m brede passage echter wel benutten als doorgang. Verder is het bij deze locatie een belangrijke opgave te voorkomen dat er verstoring op, en in de nabijheid van de ecoducten optreedt als gevolg van recreatie. Dit met name ook omdat er in de aanlooproute van de ecoducten diagonaal een recreatieve wandel-, fiets- en ruiterroute is gelegen. Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 10 C. Dassenveld Behalve de aanwezige infrastructuur zijn er in het gebied geen barrières zoals omheiningen aanwezig. De nu nog aanwezige omheining aan de oostzijde van de A27 zal met de ontmanteling van de voormalige verzorgingsplaats Bosberg kunnen worden verwijderd. Verstoring door recreatie, wandelaars en fietsers, kan voorkomen worden door geleiding van de recreatie in het gebied. Verder is het bij deze locatie een belangrijke opgave te voorkomen dat er verstoring in en nabij de boscorridor optreedt tussen de belendende bebouwing aan de oostzijde van de N417. De passage is hier 70 meter breed. Dit geldt eveneens voor mogelijke verstoring van het functioneren als gevolg van het agrarisch gebruik van het Dassenveld en Einde Gooi. Mogelijkheden verbetering recreatieve kwaliteit A. Laapersbos Bij aanleg van ecoducten op deze locatie zal een deel van het gebied, waarin momenteel nog wandelroutes gelegen zijn, gesloten worden voor recreatief gebruik. Dit om de rust in het gebied te garanderen. Wandelroutes zullen worden omgeleid en van de hier gelegen twee onbewaakte spoorwegovergangen zal de meest zuidelijke komen te vervallen. Het recreatieve gebruik van het gebied zal hierdoor beperkt verminderd worden. Landschappelijk zal het gebied aangetast worden (zie onder aspect landschap), waardoor de attractiviteit van het gebied mogelijk zal verminderen. B. Zwaluwenberg Westelijk van de locatie van de ecoducten is een beukenlaan met een recreatieve fiets-, wandel- en ruiterroute gelegen, welke via twee viaducten (Zwaluwenbrug: één over de spoorlijn, één over de A27) de west- en oostkant van A27/spoorlijn met elkaar verbindt. Gezien de recreatieve en landschappelijke waarde van de aanwezige beukenlaan zal deze in de toekomstige inrichting van het gebied opgenomen moeten worden. De viaducten zijn voor ruiters niet optimaal; vrij smal, met een (vanuit ruiteroogpunt) te lage, open balustrade. De mogelijkheid bestaat op deze locatie deze verbinding voor ruiters te optimaliseren. Dit door het nemen van maatregelen aan de bestaande viaducten, of door het combineren van deze verbinding met de toekomstige ecoducten. Bij de eventuele aanleg van een ecoduct over de N417 kan de recreatieve fiets-, wandel- en ruiterroute hiermee gecombineerd worden, waardoor een veilige oversteek ontstaat. C. Dassenveld Ten zuiden van deze locatie ligt de enige locatie om met paard en aanspan de spoorlijn en A27 te kruisen, namelijk bij station Hollandsche Rading. Deze overgang wordt door ruiters niet optimaal gevonden. De aanleg van ecoducten op deze locatie zal echter voor- noch nadelen hiervoor betekenen. Landschap en cultuurhistorie De bovenleidingportalen van de spoorlijn hebben een monumentale status. Voor alle locaties geldt dat het van belang is deze bogen zo veel als mogelijk te handhaven en bij het ontwerp van het toekomstige ecoduct over de spoorlijn rekening te houden met het karakter van deze elementen. Deze bogen staan regulier op een afstand van circa 70 meter van elkaar. Net ten noorden van de fietsbrug over de spoorlijn/A27 bij locatie Zwaluwenberg is de afstand tussen de bogen eenmalig circa 60 meter. Het geplande ecoduct is minimaal 50 meter breed (minimale maat, bezien vanuit ecologie; buitenmaat zal hierdoor breder worden). Bij combinatie met een recreatieve verbinding wordt het ecoduct nog circa 5 meter breder. Bij de nadere planuitwerking zal bekeken worden welke oplossing het meest recht doet aan het architectonische karakter, laten vervallen van een of meerdere van de bogen, inpassing van het ecoduct tussen twee bogen, of het over de bogen laten gaan van het ecoduct. A. Laapersbos Omdat de A27 en de spoorlijn op maaiveld zijn gelegen, zullen de ecoducten een hoogte van circa 8 meter boven het omliggende gebied hebben. Om aan de ecologische wensen tegemoet te komen (hellingshoeken die aansluiten bij de natuurlijke hoogteverschillen in de omgeving) zal het tussengebied tussen spoorlijn en A27 grotendeels benut wordt voor de noodzakelijke grondlichamen van de ecoducten. Dit effect wordt vergroot doordat spoorlijn en A27 op deze locatie op enige afstand van Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 11 elkaar gelegen zijn waardoor er hier sprake is van twee ecoducten op ruim 150 m afstand van elkaar. Deze ecoducten zullen het landschap in de directe omgeving nadelig beïnvloeden. Een eventueel ecoduct over de N417 is landschappelijk goed inpasbaar bij een minstens gedeeltelijke ingraving van de provinciale weg. B. Zwaluwenberg Landschappelijk zijn ecoducten op deze locatie goed inpasbaar. De A27 en de spoorlijn zijn hier op korte afstand van elkaar in een insnijding gelegen waardoor de twee ecoducten samen een beperkte overspanning hebben en vrijwel op maaiveld de A27/spoorlijn kruisen. Een eventueel ecoduct over de N417 is landschappelijk goed inpasbaar bij een minstens gedeeltelijke ingraving van de provinciale weg. C. Dassenveld Door de grote hoogteverschillen in het gebied zullen de ecoducten een groot hoogteverschil (circa 11 m) moeten overbruggen en moeilijk inpasbaar zijn in de omgeving. De uitloop van het ecoduct over de spoorlijn zal na ongeveer 70 m aan de westzijde van de spoorlijn uitkomen dichtbij een rotonde in de N417. Tevens is veel bewoning aanwezig op deze locatie. Deze factoren maken het zeer moeilijk om een goede ecologische verbinding naar het gebied ten westen van de N417 te maken. Een eventueel ecoduct over de N417 zal ten koste gaan van de aanwezige landschappelijk waardevolle beplanting (met name oude eiken) langs de provinciale weg. Beïnvloeding verkeersveiligheid A. Laapersbos Vanuit verkeersveiligheidsoogpunt op de A27 is deze locatie niet optimaal. De ligging aan het begin van de afslag Hilversum zorgt mogelijk voor een verkeerskundig minder overzichtelijke situatie. Vanuit veiligheid op de spoorlijn kan deze locatie een meerwaarde hebben; een van de twee onbewaakte overgangen kan mogelijk bij aanleg van ecoducten komen te vervallen, dan wel met de ecoducten gecombineerd worden (punt voor nader onderzoek). B. Zwaluwenberg Vanuit oogpunt van verkeersveiligheid op de A27 en de spoorlijn scoort deze locatie neutraal. Voor de N417 biedt deze locatie goede mogelijkheden. Indien te zijner tijd een ecoduct over de N417 aangelegd zou worden, kan deze voorziening desgewenst gecombineerd worden met een ongelijkvloerse oversteek van recreatieve gebruikers, fietsers, voetgangers en ruiters, waardoor de veiligheid aanzienlijk verbetert. C. Dassenveld Vanuit oogpunt verkeersveiligheid op A27 en spoorlijn scoort deze locatie neutraal. Een eventueel ecoduct over de N417 is bij deze locatie echter ongewenst; dit ecoduct zou vlak voor een rotonde komen te liggen, en daardoor het overzicht op deze locatie belemmeren. Kosten Locatie B: Zwaluwenberg C: Dassenveld A: Laapersbos Relatieve kosten 100% 100% 130% Locaties B en C zijn qua kosten gelijk, A is aanzienlijk duurder ten gevolge van de te overspannen uitvoegstroken naar Hilversum (breed kunstwerk noodzakelijk). Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 12 6. Samenvatting, conclusie en aanbevelingen locatiekeuze Factor Locatie Ecologische effectiviteit • Ecologische kwaliteit omliggende natuurterreinen • Ecologische kwaliteit ecoducten • Aanwezige barrières en verstoring Mogelijkheden verbetering recreatieve kwaliteit Effect op landschap en cultuurhistorie Effect op verkeersveiligheid Relatieve kosten A B C geschikt na < 5 jaar* ecoducten niet in elkaars verlengde geen geschikt na < 10 jaar passend in natuurlijk reliëf vernauwing in doorgang /recreatie uitbreiding mogelijkheden goed inpasbaar ongeschikt vermindering mogelijkheden slecht inpasbaar negatief: afrit A27; positief: overgang spoor 130% neutraal 100% moeilijke aansluiting op omgeving meerdere barrières geen verandering niet inpasbaar negatief: N417 (rotonde) 100% * Bestaande natuur (Beschermd Natuurmonument) tussen spoorlijn en N417 zal deels verloren gaan door groot grondlichaam Alternatief B, locatie Zwaluwenberg, heeft de voorkeur. Op deze locatie zijn ecoducten landschappelijk, verkeerskundig, civiel-/kostentechnisch het best realiseerbaar. Recreatief kan deze locatie een meerwaarde hebben, indien ervoor gekozen wordt te investeren in verbetering van de voorzieningen ten behoeve van ruiters. Aandachtspunten bij de keuze van deze locatie: • • Om de omgeving van het gebied geschikt te maken is een aantal inrichtingsmaatregelen nodig (ontwikkeling optimaal bos/heide-biotoop en slechten barrières aanwezige afrasteringen). De ruimte hiervoor zal gevonden moeten worden op gronden van landgoed Zwaluwenberg (Ministerie van Defensie), dan wel landgoed Uytwyck (particulier eigendom). Voor een goed functioneren van de ecoducten zal verstoring op en in de directe omgeving van de ecoducten voorkomen moeten worden. Dit is een belangrijk aandachtspunt bij de verdere gebiedsinrichting. Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 13 Bijlage 1. Startdocument d.d. 8 februari 2005 Startdocument Herstel ecologische verbinding Utrechtse Heuvelrug en het Gooi Van projectteam Definitief 1. Inleiding Rijksweg A27, de spoorlijn Utrecht-Hilversum, en provinciale weg N417 doorsnijden het natuurkerngebied dat gevormd wordt door de Utrechtse Heuvelrug en het Gooi. In de afgelopen jaren zijn diverse onderzoeken uitgevoerd naar mogelijkheden tot ontsnippering2. Deze startnotitie geeft het pad aan dat gevolgd zal worden tot herstel van deze ecologische verbinding in de omgeving van Hilversum. Achtereenvolgens zullen aan bod komen: • • • • • • 2. Probleembeschrijving, resulterend in de doelstelling van het project Mogelijke oplossingen Overzicht afwegingsaspecten Projectaanpak en planning Besluitvormingsstructuur en projectorganisatie Communicatie Probleembeschrijving De Utrechtse Heuvelrug en het Gooi vormen tezamen een kerngebied in de Ecologische Hoofdstructuur. Het gebied wordt echter, op korte afstand van elkaar, doorsneden door de rijksweg A27, het spoor van Utrecht naar Hilversum, en de provinciale weg N417. Uitwisseling van soorten tussen gebieden aan weerszijden van de infrastructuurbundel wordt hierdoor sterk beperkt. Ecologisch betekent dit dat de biodiversiteit onder druk staat. Soorten hebben een minimaal areaal nodig waarin ze zich op langere termijn kunnen bewegen; indien de omstandigheden op de ene plek tijdelijk verslechteren kunnen zij op een andere plek overleven. Ook verzekert een voldoende groot areaal de genetische diversiteit, die een soort minder kwetsbaar voor uitsterven maakt, en biedt het betere kansen voor een uitgebreid ecosysteem met daarin vele soorten en soortrelaties. Zo zijn er in dit specifieke geval soorten die gebruik zullen maken van aan de ene kant de droge Heuvelrug, en aan de andere kant het natte veenweidegebied dat grenst aan het Gooi. Beleidsmatig is het probleem dat de A27, spoor en N417 vormen onderkend. In het beleid (nationaal, provinciaal, gemeentelijk) bestaat consensus over de noodzaak tot ontsnippering van de twee hier genoemde gebieden3. In het Meerjarenprogramma Ontsnippering is het gebied als prioritair knelpunt opgenomen en zijn gelden gereserveerd voor de bouw van een ecoduct over de A27 in 2004-2010. Voor het aanpakken van versnippering door spoorlijnen zijn vanaf 2008 gelden gereserveerd. Ambitie hierbij is het herstellen van de ecologische verbinding voor het bos/heide-ecosysteem op landschapsniveau. Doelsoorten hierbij zijn: edelhert (toekomstig ambitieniveau, geformuleerd in ‘Hart van de Heuvelrug’ en rijksbeleid/verkenning provincie Utrecht robuuste verbinding Veluwe - Heuvelrug), ree, das, boommarter, zandhagedis, levendbarende hagedis, hazelworm, rode bosmier, heivlinder/heideblauwtje en loopkever. Reeds genomen maatregelen In het verleden zijn al maatregelen genomen om de versnipperende werking van de A27, spoor en N417 te beperken. Zo zijn dassentunnels en stobbenwallen aangelegd (zie kaart 1). Dergelijke maatregelen zijn 2 3 Zie onder andere Zwaluwenberg: Samenwerken aan de werking van ontsnippering, 2000; Ontsnippering A27 in het Gooi, 2001; Uitvoeringsprogramma noordelijke heuvelrug, 2003; Meerjarenprogramma Ontsnippering, 2004; Ontsnippering van de Heuvelrug Zie onder andere Streekplannen Noord-Holland Zuid, 2003 en Utrecht, 2004; Meerjarenprogramma Ontsnippering, 2004; Nota Groene Wegen, 1999; Bestemmingsplan Buitengebied Hilversum, 2004; en verdere samenvatting in Uitvoeringsprogramma Noordelijke Heuvelrug, 2003 Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 14 effectief gebleken voor sommige diersoorten (das, kleine zoogdieren, salamanders), maar soms ook gevoelig voor vandalisme (dassentunnels en -rasters). Ook zijn beheersmaatregelen in de omliggende natuurgebieden genomen (aanleg stepping stones) om de biodiversiteit aldaar te verhogen. Nog bestaande problemen In eerder onderzoek (Ontsnippering A27 in het Gooi, DHV) zijn aanbevelingen gedaan voor optimalisatie van de bestaande voorzieningen. Hierbij is aangegeven dat deze onvoldoende zullen blijven voor een deel van de doelsoorten waarop ontsnippering zich in dit gebied vooral moet richten: edelhert, ree, boommarter, zandhagedis, levendbarende hagedis, hazelworm, rode bosmier, heivlinder/heideblauwtje en loopkever. Deze soorten zullen van nature geen gebruik maken van onderdoorgangen (geen bezonning, donker, lagere temperatuur). Ook zal voor de soorten die de voorzieningen wel gebruiken pas van aanzienlijke ontsnippering sprake zijn indien een voldoende groot aantal voorzieningen aanwezig is. Ook bij verdere optimalisatie van bestaande voorzieningen zal daarom niet de gewenste robuuste verbinding tussen Utrechtse Heuvelrug en Gooi op landschapsniveau kunnen ontstaan. Aanvullende wensen De te ontsnipperen gebieden hebben ook een belangrijke recreatieve functie. De aanwezige infrastructuur legt hieraan beperkingen op (drie onbewaakte spoorovergangen, geen geschikte verbinding voor ruiters over de A27). Vanuit veiligheidsoogpunt zal onderzocht worden of twee van de drie gelijkvloerse kruisingen (spoorkilometer 3.036 en 4.003) opgeheven kunnen worden. In dat geval zal onderzocht zal worden of kruising van de spoorlijn over het ecoduct mogelijk gemaakt kan worden voor fietsers en wandelaars. Tevens bestaat de wens voor kwaliteitsverbetering van de recreatieve verbinding van de bosgebieden aan weerszijden van de spoorverbinding/A27, met name voor ruiters. Conclusie en projectdoelstelling Optimalisatie van bestaande voorzieningen kan onvoldoende leiden tot herstel van de barrière. De doelstelling van het huidige project is derhalve de realisatie van een ecologische verbinding (ambitieniveau: voor bos/heide-ecosysteem op landschapsniveau) ten zuiden van Hilversum. De aanleg van een ecoduct over de A27 en de spoorlijn Utrecht-Hilversum en inrichtingsmaatregelen in de omgeving hiervan maken hier in elk geval onderdeel van uit. Instandhouding van bestaande recreatieve kwaliteit in het gebied is het uitgangspunt. Waar verbetering van de recreatieve kwaliteit een mogelijkheid is, bijvoorbeeld door de aanleg van een recreatieve verbinding over de spoorlijn/A27, zullen de mogelijkheden in kaart gebracht worden (win-win situaties). Verbetering van recreatieve verbindingen is echter geen primair doel van dit project. Uiteindelijke beslissingen zullen worden genomen in het uitvoeringsconvenant. 3. Mogelijke oplossingen In een eerdere studie (Ontsnippering A27 in het Gooi, DHV) zijn twee zoekgebieden voor aanleg van verdere ontsnipperende maatregelen naar voren gekomen, beide in de omgeving van Hilversum: Noordelijk gebied In dit zoekgebied is aanleg van een ecoduct ruimtelijk gecompliceerd (mega-ecoduct over kruising A27 en spoor) en daardoor zeer duur. Aanleg is alleen mogelijk bij grootschalige reconstructie van de A27. Dit is op korte tot middellange termijn niet aan de orde. Zuidelijk gebied Een ecoduct is in dit zoekgebied technisch mogelijk op drie locaties (zie kaart 2), elk met zijn specifieke vooren nadelen (zie hieronder). Het gaat daarbij steeds om een ecoduct over de A27 en het spoor (de N417 is verder naar het westen gelegen), waarbij voor de tussenliggende gebieden en de N417 aanvullende oplossingen gevonden zullen moeten worden. Aandachtspunten die voor alle drie locaties van toepassing zijn, zijn de ligging van leidingen, de monumentale portalen van de bovenleiding boven het spoor, de archeologische waarde van het omliggend gebied en mogelijk toekomstige infrastructurele ontwikkelingen (bijvoorbeeld lightrail). Mogelijke locaties ecoduct zuidelijk gebied met in het kort hun specifieke kenmerken • Laapersbos o Verbinding ten behoeve van bos/heide-systeem mogelijk en op grond van natuurstructuur op korte termijn (< 5 jaar) te ontwikkelen o De terreinen ten westen van N417 zijn particulier bezit; mogelijk barrière nu of in toekomst Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 15 Er zijn hoge en lange zandlichamen nodig voor aanleg van een ecoduct; de A27 en spoor liggen op maaiveld op honderd meter van elkaar o Er zijn onbewaakte spoorwegovergangen aanwezig waarvoor de wens bestaat ze te laten vervallen, maar die gebruikt worden door recreanten in het tussenliggende gebied Zwaluwenberg o Momenteel verbinding ten behoeve van bossysteem mogelijk en op grond van natuurstructuur op termijn (5-10 jaar) tevens te ontwikkelen voor heide-ecosysteem indien in omliggende terreinen een op heide aangepast beheer wordt uitgevoerd o Aandachtspunten zijn aanwezige terreinafrasteringen van landgoederen Zwaluwenberg (Defensie) en De Uytwyck (particulier) aan westzijde spoor o Cultuurhistorische waarden landgoedstructuur/beplanting De Uytwyck en Zwaluwenberg o A27 en spoor liggen verdiept en vrijwel naast elkaar waardoor geringe zandlichamen nodig zijn voor aanleg ecoduct o Er is een fietsviaduct voor A27 en spoor aanwezig, dat tevens door ruiters wordt gebruikt o De wens bestaat de verbinding te verbeteren ten behoeve van ruiters Dassenveld o Verbinding ten behoeve van bos/heide-systeem op langere termijn te ontwikkelen (5-10 jaar) o Dassenveld is als voormalige zanderij zeer laag gelegen, waardoor grondige herinrichting van het landschap nodig is, inpassing aandachtspunt o Ruimte vrijkomende verzorgingsplaats kan gebruikt worden voor ecoduct, maar grenst aan een archeologisch monument o Cultuurhistorische waarden landgoed Einde Gooi o De terreinen gelegen tussen A27, spoor en N417, en de terreinen ten westen van de N417 zijn in beheer van Natuurmonumenten en Goois Natuurreservaat waardoor vrije doorgang gegarandeerd kan worden, maar zijn deels in pachtgebruik als gras-/bouwland o • • Afbakening te onderzoeken locaties Het noordelijk zoekgebied is slechts tegen zeer hoge kosten geschikt te maken voor een verbinding van de Utrechtse Heuvelrug met het Gooi. Daarom zal bij de locatiekeuze alleen het zuidelijk zoekgebied, en daarin de drie locaties Laapersbos, Zwaluwenberg en Dassenveld, betrokken worden. 4. Overzicht afwegingsaspecten Voordat de drie locaties tegen elkaar afgewogen kunnen worden dient vastgesteld te worden wat de ecologische eisen zijn die aan de verbinding gesteld worden (vastgesteld in een programma van eisen voor de ecologische verbinding). Deze eisen vloeien voort uit het habitattype (bos/heide) dat ontsnipperd moet worden, en uit de eisen die de doelsoorten aan hun omgeving stellen. De mate waarin de verbinding op elk van de locaties aan het programma van eisen kan voldoen, en de kosten die verbonden zijn aan de noodzakelijke maatregelen om de verbinding aan deze eisen te laten voldoen, zullen een prioritering mogelijk maken. Bij de bepaling van de mate van ecologische ontsnippering en bijbehorende kosten zijn de volgende afwegingscriteria van toepassing: Voor wat betreft ecoduct A27 + spoor • • • Kosten Landschappelijke inpassing (hoogteligging, lengte) Potentie recreatieve functie Voor wat betreft het gebied ten westen van A27 + spoor • • • • • N417 Rasters Particulier bezit Verstoring Ontbreken stepping stones Zijn er barrières aanwezig? Zijn ze oplosbaar? Is dat haalbaar? Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 16 Beslismodel Bovenstaande afwegingsaspecten zullen gelijktijdig voor alle drie de locaties op een rij gezet worden, om de locaties vervolgens onderling te vergelijken. 5. Projectfasering Deelproduct 1. Startdocument Probleemanalyse Scoping oplossingen Proces/ wijze waarop vervolgtraject wordt ingevuld 2. Locatieonderzoek zuidelijke zoekgebied Civieltechnisch Omgeving (incl. recreatieve verbindingen) A27, rail en provinciale wegen Investeringen, uitgesplitst per maatregel 3. Nadere uitwerking gekozen locatie: Voorstel marktbenadering PvE ecoduct PvE inrichting omgeving Kostenraming 6. Inhoud mijlpaal/besluit Mijlpaal 1: gezamenlijke projectstart door vaststelling startdocument Erkenning probleem Selectie oplossingsrichtingen Werkwijze en beslisstructuur vervolgtraject Inbreng en rol noodzakelijk betrokken partijen Mijlpaal 2: Locatiekeuze ecoduct A27 en rail Besluit aanvullend maatregelenpakket inrichting omgeving en provinciale wegen Inspanningsafspraken budgetreserveringen Mijlpaal 3: realisatie en instandhoudingsovereenkomst Uitvoeringbesluit, met daarbij uitvoeringsplanning en financieringsafspraken gepland gereed januari 2005 april 2005 oktober 2005 Besluitvormingsstructuur In bovenstaande tabel zijn naast producten tevens beslismomenten, met de daarbij horende documenten aangegeven. Om een geslaagde ecologische verbinding te realiseren zal er van meerdere partijen inzet nodig zijn. Deze partijen (provincie Noord-Holland, ProRail, Rijkswaterstaat, gemeente Hilversum, Goois Natuurreservaat en mogelijk in een latere fase Natuurmonumenten en het Ministerie van Defensie) zullen gezamenlijk besluiten nemen en deze vastleggen door ondertekening van bovengenoemde beslisdocumenten. Besluiten zullen worden voorbereid door het projectteam, en genomen in een stuurgroep. Onderstaande figuur geeft schematisch de projectorganisatie weer. De samenstelling van het projectteam en de stuurgroep is afhankelijk van de aard en inhoud van de te nemen besluiten. Besluiten worden voorbereid en genomen door die organisaties die aan de uitvoering daadwerkelijk bijdragen moeten leveren (in elk geval ProRail, Rijkswaterstaat, gemeente Hilversum, Goois Natuurreservaat), dan wel beleidsmatig verantwoording dragen voor herstel van de verbinding (provincie Noord-Holland). De rolverdeling tussen de verschillende partijen is als volgt: Goois Natuurreservaat In zijn rol als grondeigenaar/-beheerder kan hij diverse bijdragen leveren: • Inrichtingsmaatregelen terrein, zoals aanpassen beheer, (ver)plaatsen rasters, recreatieve paden verleggen • Gebiedskennis en ecologische kennis inbrengen • Vervult intermediaire rol naar andere natuurbeschermingorganisaties, zoals Natuurmonumenten en Stichting Het Utrechts Landschap • Gronden ter beschikking stellen/grondruil met andere eigenaren in gebied Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 17 Rijkswaterstaat In zijn rol als beheerder van de A27 bijdragen leveren aan vermindering van de barrière veroorzaakt door de A27 door aanleg van een ecoduct over de A27, te beginnen met: • als partner van ProRail planontwikkeling bouw ecoduct • te zijner tijd inspanningen plegen ter allocatie van benodigde middelen Gezien de ernst van de barrière die door de A27 wordt veroorzaakt en het rijksbeleid voor het herstel van ecologische verbindingen zal RWS binnen dit gebiedsgerichte project, met instemming van de provincie Noord-Holland, de rol van initiatiefnemer voor haar rekening nemen. ProRail In zijn rol als beheerder van de spoorverbinding bijdragen leveren aan vermindering van de barrière veroorzaakt door de spoorverbinding door aanleg van een ecoduct over de spoorverbinding, te beginnen met: • als partner van RWS planontwikkeling bouw ecoduct • het verzorgen van het ontwerp en realisatie van het spoorecoduct • te zijner tijd inspanningen plegen ter allocatie van benodigde middelen Provincie Noord-Holland • In zijn rol als beleidsverantwoordelijke voor herstel van ecologische verbindingen in de provincie Noord-Holland belang ecologische verbinding onderschrijven in provinciale plannen, en planologische bescherming van de verbinding regelen op een groter schaalniveau • In zijn rol als beheerder van de Provinciale weg N417 zoeken naar mogelijkheden/bijdragen leveren aan vermindering van de barrière veroorzaakt door de provinciale weg Gemeente Hilversum Het ecoduct is gepland binnen de grenzen van de gemeente Hilversum. Gemeente Hilversum zal te zijner tijd zorg dragen voor: • Planologische inpassing/vergunningentraject • Planologische bescherming van de verbinding, voor zover gelegen binnen de gemeentegrenzen • Communicatie naar zijn burgers (levert belangrijke bijdragen aan het communicatieplan dat zal worden opgesteld) Provincie Utrecht • Agendalid projectteam, stelt kennis en ervaring op verzoek ter beschikking Besluitvorming Stuurgroep Voorzitter: HID RWS Ut (Provincie NH, RWS Ut, Prorail, GNR, Gemeente Hilversum) Uitvoering / voorbereiding besluitvorming Projectteam Projectleider: Rijkswaterstaat (Organisaties SG + agendaleden RWS NH, Provincie Ut, Defensie, Natuurmonumenten) Begeleiding totstandkoming (deel)projecten in ad hoc begeleidingsgroepen Alternatievennota ecologische verbinding /Ecoduct Zwaluwenberg Pagina 18 7. Communicatie Gezien het gebiedsgerichte karakter, en de diverse partijen die een bijdrage zullen leveren aan de realisatie van de verbinding, is het van belang vanaf de start van het project de communicatie hierover gecoördineerd aan te pakken. Een centraal coördinatiepunt is hiervoor gewenst. RWS zal hierbij de coördinatierol voor haar rekening nemen. Januari 2005 zullen alle partners gezamenlijk een communicatieplan opstellen. Hoofdlijn van de communicatiestrategie wordt: • • • • Low profile Pro-actief In eerste instantie via persberichten Te starten op moment gezamenlijke projectstart