2e Zondag van Pasen 23 april 2017 Lezingen: Handelingen 2, 42-47; 1 Petrus 1, 3-9 en Johannes 20, 19-31 De verrijzenis van de Heer maakt ook het leven van de eerste leerlingen totaal anders. We zien het in de lezingen die we zojuist hoorden. In het evangelie hoorden we hoe de eerste leerlingen op de avond van de verrijzenis bijeen waren. Volkomen ontgoocheld en ten einde raad, nu Jezus gestorven is en begraven. Ze zijn zich bewust, dat ze lafaards zijn geweest, omdat ze bijna allen angstig op de vlucht geslagen zijn en Jezus alleen gelaten hebben in zijn lijden en sterven. En ook nu hebben ze het huis afgesloten uit vrees, dat ze ook opgepakt worden. Een armzalig en meelijkwekkend stelletje bij elkaar. Maar dit wordt anders als de verrezen Heer in hun midden komt. Tot twee keer toe wenst Hij ze vrede toe. Ze hebben Hem in de steek gelaten, maar het wordt ze vergeven. De verrezen Heer herstelt hun relatie met Hem en met God: ze kunnen leven in vrede met God. En dan ademt Hij over ze en zegt: ontvangt de heilige Geest, als je zonden vergeeft, dan zijn ze vergeven: ze kunnen ook de onderlinge vrede herstellen. En de leerlingen zijn vervuld van vrede en van vreugde. Van een stelletje lafaards zijn we geworden tot één gemeenschap vol van vrede en van vreugde. Maar er is één dissident, Thomas die er niet bij was. Als de anderen vertellen, dat de verrezen Heer in hun midden was, weigert hij te geloven. Ondanks zijn ongeloof blijven ze Thomas accepteren, ze gooien hem er niet uit, ze hebben geduld met hem. En een week later komt Jezus weer in hun midden en nu is Thomas er bij. Weer wenst Hij ze vrede toe. Als Thomas ziet dat de verrezen Heer dezelfde is als de Gekruisigde, komt hij tot geloof en roept uit: Mijn Heer en mijn God! Voor de evangelist Johannes is deze geloofsbelijdenis - Mijn Heer en mijn God - het hoogtepunt van heel zijn evangelie. Hij geeft dit aan in de slotzin: daarom heb ik dit evangelie geschreven, opdat jij mag geloven, dat Jezus de Christus is en de Zoon van God en opdat je door te geloven mag leven in zijn Naam. En tot onze bemoediging voegt de verrezen Heer er nog aan toe: Zalig die niet hebben gezien en toch tot geloof zijn gekomen. Geloof, dat is het eerste kenmerk van dit nieuwe leven: ze worden samen tot één geloofsgemeenschap. En allen die tot geloof komen worden tot één geloofsgemeenschap, een gemeenschap die gelooft, dat Jezus verrezen is en dat Hij de Zoon van God is en dat Hij zijn Geest inademt, zodat wij kunnen leven als nieuwe mensen in vrede en vreugde. In de 2e lezing noemt de apostel Petrus een tweede kenmerk van de nieuwe geloofsgemeenschap. En dat is de hoop. Petrus begint: Dierbaren, gezegend is God, de Vader van onze Heer Jezus Christus, die ons in zijn grote barmhartigheid deed herboren worden tot een leven van hoop door de opstanding van Jezus Christus uit de dood. Door de gang van zaken in de wereld met op veel plaatsen oorlog en terreur, honger en armoede, maken velen zich zorgen over onze toekomst. Ze zijn somber en vragen zich angstig af: waar gaat het heen? Is er wel toekomst voor onze kinderen en kleinkinderen? We maken ons ook zorgen voor de toekomst van de kerk nu we in een krimp zitten. De verrijzenis van Christus geeft ons hoop, hoop dat alle lijden en ellende, ja zelfs de dood niet het einde is. We mogen leven in de hoop, dat dit alles voorbijgaat, maar dat ons nieuwe leven met de verrezen Heer eeuwigheidswaarde heeft. We mogen hopen: uiteindelijk zal het goed komen en zullen we voor eeuwig samen zijn met onze Heer. In de eerste lezing hoorden we een beeld van de eerste christengemeenschap: die eerste christenen legden zich ernstig toe op de leer van de apostelen, ze bleven trouw aan het gemeenschappelijk leven, in het breken van het brood en in gebed. Ze waren eensgezind. In deze christengemeenschap was er onderlinge liefde en saamhorigheid. Ze waren vol van de Geest van Gods liefde. En dit is het derde kenmerk van de nieuwe geloofsgemeenschap: naast geloof en hoop is dat de liefde. Door de verrijzenis van de Heer krijgen we deel aan dit nieuwe leven, dat gekenmerkt wordt door geloof, door hoop en door liefde. We gedenken hier Jezus’ dood en verrijzenis, het mysterie van ons geloof. We ontvangen het teken van Jezus’ liefde tot het uiterste en we mogen hoopvol uitzien naar zijn Komst. Bidden we dat in ons dagelijks leven vruchtbaar mag worden wat we hier vieren: dat we leven als één gemeenschap in geloof, in hoop en in liefde. Amen. Pastor P. Rentinck