1 januari 2000 Welkom Wat je er ook van denkt we zijn het jaar 2000 ingestapt, het jaar 'onzes Heren 2000'. + In het begin toen alles sliep en niemand op de aarde liep begon Gods woord zijn lange reis en maakte mensenkindren wijs. De dieren overal vandaan, zij konden ook dat woord verstaan en zeggen voort aan al wat leeft: er komt een mens die vrede geeft. Nu zingen wij: in 't nieuwe jaar breng ons in vrede bij elkaar Nu krijgt de aarde 'n nieuw gezicht, het donker wordt een dag vol licht. L. Een dag, een week, een maand, een jaar, een eeuw, duizend jaar. Alles heeft een begin en een einde. Een jaarkring is weer gesloten, het nieuwe jaar begint. Wat vliegt de tijd. Maar misschien niet de tijd; wijzelf haasten en vliegen. Hier nemen wij tijd op dit scharniermoment der eeuwen. Hier bidden wij tot de God der eeuwen en eeuwen. V. Laten wij om te beginnen licht ontsteken, voortijdig licht waarin wij hier nog een leven lang willen staan. Licht van de verhalen waarvan wij leven, licht van mensen die uitzien naar bevrijding. We steken de paaskaars aan, Jezus: ons eerste stralende licht voor een nieuwe tijd. Licht dat ons aanstoot in de morgen voortijdig licht waarin wij staan koud één voor één en ongeborgen, licht overdek mij vuur mij aan. Dat ik niet uitval, dat wij allen zo zwaar en droevig als wij zijn niet uit elkaars genade vallen en doelloos en onvindbaar zijn. Om zegen bidden wij samen: God, U bent het begin en einde van alles, van U zijn de dagen en de nachten, de jaren en de eeuwen. Van u is deze dag. Wij zijn hier bijeen gekomen en vragen om Uw zegen. Wij bidden U: laat ons Uw gezicht zien, zodat wij ons gezien weten, deze dag en alle dagen van ons leven tot in de eeuwen der eeuwen. Amen. Lezing uit Joël 2,21-27 Vrees niet, akkerland, wees blij en verheugt u, want de Heer heeft grote daden verricht. Vrees niet, wilde dieren, want het groen in de steppe komt weer te voorschijn, de boom draagt weer vruchten, de vijg en de wijnstok geven weer kracht. En u, kinderen van Sion, jubelt en verheugt u om de Heer uw God, 3. want Hij geeft u de leraar der gerechtigheid en laat de regen voor u neerkomen; herfstregen en voorjaarsregen, zoals voorheen. De dorsvloeren zullen vol koren liggen en de perskuipen lopen over van most en olie. Dan vergoed Ik u de jaren die opgevreten zijn door de sprinkhaan en de verslinder, door de kaalvreter en de knager, door de grote legermacht die ik op u heb losgelaten. Dan eet u weer volop, tot u er genoeg van hebt en de naam prijst van de Heer uw God, die wonderen voor u verricht. Nooit zal mijn volk meer beschaamd worden. Dan zult u erkennen dat Ik temidden van Israël ben, dat ik, de Heer uw God ben, en niemand anders. Nooit zal mijn volk meer beschaamd worden. Lied bij een nieuw millennium Sta, dag, na duizend jaren op in mij, ochtend der eeuwen, amper aangebroken. Wees in dit uur licht aan Gods licht ontstoken, een vergezicht van land ter overzij. Horizon, open u en breek de grens tussen de oude en de nieuwe aarde. Duistere toekomst, wil u openbaren, sinds God gezegd heeft: beeld van mij, o mens. Hij ziet mijn leven tussen lot en lust, waar ik ook ga, voor Hem is niets verborgen. Ben ik een zee van golven hoop en zorgen, eens kom ik tot bedaren op zijn kust. Zendt Hij opnieuw zijn Geest, zijn adem uit, God van de chaos, van verwarde tijden, dan zal ik waan en waarheid onderscheiden, en ik zal zien waar alles toe besluit. Even en eeuwig zijn die Dag gelijk, water en vuur worden elkaars beminden. Wie ik ook zoek, God zal mij eenmaal vinden, en waar dit is, begint zijn koninkrijk. Evangelie: Lukas 4, 16-21. Het woord dat ik jou geef is niet te zwaar, is niet te hoog, jij kunt het volbrengen. Wensen en gebeden voor een nieuwe tijd: L. Voor onze wereld bidden wij, treurend om zoveel verloren kansen, blij met ieder begin van vrede en recht. Samen: God, behoed Uw aarde, maak haar tot een veilig huis met ruimte en vrijheid voor allen. L. Voor mensen bidden wij die het leven verzuren en bedreigen, de aarde vervuilen, de minsten verachten. Samen: God, wees hun genadig, trek het waas weg van hun ogen ook zij zijn toch Uw mensen. L. Voor kinderen van een nieuwe eeuw bidden wij, voor hun ouders en voorouders, mensen die van generatie op generatie elkaar recht doen. Samen: God, zegen alle generaties met kracht, met vindingrijkheid in het goede en met standvastigheid in moeilijke tijden. L. Voor mensen hier aanwezig en voor allen met ons verbonden in dit uur, voor mensen die leven in onze herinneringen, voor kinderen die van een mooie toekomst dromen, voor allen die leven tussen vrezen en hopen. Samen: God, Vader, Moeder, vaag de boze dromen weg, maak ons wakker in Uw licht, doe ons stralen voor elkaar. V. God, Vader, Moeder van alle mensen, wees onze Levensgids door de eeuwen der eeuwen. Amen. Gebed bij de gaven V. Nieuwe wijn, vers brood, zo zijt Gij onze God. Samen: Dit brood en deze wijn, de kracht voor Uw zonen en dochters. Wij willen leven, met Uw licht in onze ogen. Amen. Dank- en Tafelgebed V. In dit uur van terugblikken en vooruitzien staan wij hier -mensentussen gisteren en morgen, als een scharnier tussen de eeuwen, mensen van hoop en vrees. Wij komen hier tesamen met gemengde gevoelens: vreugde en dank, angst en onzekerheid flitsen door elkaar en flitsen door ons heen. Samen: Wij hebben er wat moeite mee om uit te maken of het nu wel goed was, ofwel zo slecht was: dat jaar, die eeuw, die lange geschiedenis die achter ons ligt. 5. Wij hebben er moeite mee om los te komen van wat echt 'voorbij' is en hoopvol uit te zien naar wat nog komen kan. V. Met jou begin ik helemaal opnieuw, zegt God, het mostaardzaadje leg ik in jouw handen, de akker met het onkruid, maar ook het opgroeiende graan. Deze nieuwjaarsdag, is een geschenk voor een nieuwe tijd, voor een sterke verbondenheid van mensen met elkaar. Samen: Wij bidden dat het schriftwoord ook aan ons in vervulling mag gaan. Daarom kijken wij uit naar Jezus, dat Hij ook ons en de komende generaties, mag voorgaan in dit heilig gebaar: -Instellingswoorden- Hoeveel mijlen nog te reizen, welke wegen nog te gaan welke ster zal ons wijzen, naar dat land waar geen grenzen bestaan? 't Is de droom van alle eeuwen, de aarde nieuw, de mensen vrij, maar geen huilen of schreeuwen bracht die wereld een stap dichterbij. Geef ons vrede, schijn in de donk're nacht. Geef ons vrede waarop de schepping wacht. 'k Zie Uw rijk in al die dromen, 'k zie uw licht in elke traan 7. en ik bid 'uw rijk kome, dat op aarde Uw wil wordt gedaan' Geef ons vrede, schijn in de donk're nacht. Geef ons vrede waarop de schepping wacht. Dona nobis pacem! Elke vezel van ons leven, ieder ding en elke daad leer ons alles te geven tot er nergens meer onrecht bestaat. Geef ons vrede, schijn in de donk're nacht. Geef ons vrede waarop de schepping wacht. Dona nobis pacem! Onze Vader Een zee van mensen, mensenzee, spring er maar in zwem met ons mee. Communie Slotbezinning . Waar komen dromen vandaan is er een plaats waar ze zijn ontstaan slapen ze in een cocon wachten ze daar op de warme zon tot het tijd wordt om te gaan om hun vleugels uit te slaan onderweg naar een nieuw bestaan waar iemand op ze wacht in de nacht waar komen tranen vandaan is er een bron waar ze zijn ontstaan vormen ze samen de zee of neemt een machtige wolk ze mee waar hij eindeloze droogte ziet in een hart dat hard is van verdriet waarop hij zijn milde regen giet die uitvloeit in een traan in een traan niemand die het weet die je vragen kent die al jouw dromen dromen kan die echt weet wie je bent wie je bent waar komt de waarheid vandaan is er een woord of misschien een naam is er een mens opgestaan die voor de waarheid wil gaan om te leven voor een nieuwe tijd zich te geven tot we zijn bevrijd om te sterven voor de eeuwigheid totdat we weten waar wat is waar iemand die het weet die de vragen kent die nooit een traan vergeet die echt weet wie je bent wie je bent en waar je zult gaan want daar dromen, wensen voor een nieuwe tijd komen dromen vandaan en daar komt de waarheid vandaan daar komt de liefde vandaan Zending en zegen