Verzet of overgave? Verzet of overgave? Voor berusting pleit: Verzet of overgave? Voor berusting pleit: 1. deemoed Verzet of overgave? Voor berusting pleit: 1. deemoed 2. de feiten Verzet of overgave? Voor berusting pleit: 1. deemoed 2. de feiten Maar: 1. God ziet ‘feiten’ anders Verzet of overgave? Voor berusting pleit: 1. deemoed 2. de feiten Maar: 1. God ziet ‘feiten’ anders 2. Christus’ deemoed was verzet Verzet. Verzet. God wil het goede Verzet. God wil het goede, dus wij gaan het goede doen. Verzet. God wil het goede, dus wij gaan het goede doen, en ook voor het goede bidden Verzet. God wil het goede, dus wij gaan het goede doen, en ook voor het goede bidden, en Gods goede naam belijden. Verzet. zie de doop: Verzet. zie de doop: in Christus de dood voorbij Verzet. zie de doop: in Christus de dood voorbij, om naar Gods wil te leven Verzet. zie de doop: in Christus de dood voorbij, om naar Gods wil te leven zie zelfs de dood: om, naar Gods wil, te leven Verzet. zie Christus: ‘mijn zoon, mijn vreugde’ Verzet. zie Christus: ‘mijn zoon, mijn vreugde’ zie de doop: Elwin: ‘mijn kind, mijn vreugde’ Verzet. zie Christus: ‘mijn zoon, mijn vreugde’ zie de doop: Elwin: zijn kind, zijn vreugde zie wie is overleden in Christus: jij bent zijn kind, zijn vreugde