Opdracht 1 (klas): Tekst lezen

advertisement
week 12 – 20 maart 2017 – opdrachten niveau D
Bekijk de tekst en voorspel het hoofdonderwerp. Je gaat deze tekst actief lezen, waarbij
je stilstaat bij moeilijke woorden en onduidelijkheden in de tekst en let op
tekstverbanden.
Met hulp: voorspellen en tekst lezen
1. Lees de uitleg.
Voordat je een tekst gaat lezen, oriënteer je je op de tekst. Tijdens die oriëntatie kijk je
naar de ‘buitenkant’ van de tekst: denk aan elementen als titel, tussenkopjes, illustraties
(indien aanwezig), lees je eventuele onderschriften bij illustraties, kijk je naar de
bronvermelding en lees je ten slotte de inleiding (‘lead’). Deze oriëntatie geeft je een
indruk van de tekstinhoud en activeert je voorkennis over het onderwerp van de tekst.
Zo ben je beter voorbereid op het lezen van de tekst, waardoor je die ook beter verwerkt
en (dus) begrijpt.
Tijdens het eigenlijke lezen van de tekst controleer je of je eerste indruk van de
inhoud klopte. Zo nodig stel je je indruk bij. Let goed op de aansluiting tussen
jouw voorkennis en de informatie in de tekst. Misschien staat er in de tekst iets wat
anders is dan je dacht. Waarschijnlijk doe je ook nieuwe kennis op. Daarvoor lees je
immers.
2. Je gaat de tekst van de week lezen, getiteld Hoe meetbaar is geluk?
Maar eerst oriënteer je je op de tekst. Dat doe je door in deze eerste fase alleen nog
maar kennis te nemen van de ‘buitenkant’ van de tekst. Beperk je daarbij tot

de titel

de vetgedrukte inleiding (‘lead’)

de bronvermelding
Noteer op de volgende bladzijde waarover je denkt dat de tekst zal gaan.
pagina 1 van 4
pagina 1 van 4
week 12 – 20 maart 2017 – opdrachten niveau D
Titel: Hoe meetbaar is geluk?
Inleiding: Op 20 maart was het Internationale Dag van het Geluk. Deze dag werd in
2012 ingesteld door de Verenigde Naties. De geluksdag kwam er op initiatief van
Bhutan. Toen de koning van dit land een kritische vraag kreeg over zijn lage bruto
nationaal product, gaf hij als antwoord dat hij het bruto nationaal geluk een stuk
belangrijker vond. Maar is geluk net zo meetbaar als het bnp? Een verkenning door
econometrist Sanne Blauw.
Bron: Sanne Blauw op www.decorrespondent.nl d.d. 20 maart 2016
Jouw voorspelling
3. In de tweede fase lees je ook de tussenkopjes. Voorspel per tussenkopje wat je
denkt dat er in het betreffende tekstdeel zal staan.
Tussenkopjes
Jouw voorspelling
Voorbij het bbp
Wat is geluk?
Kentering
De toegevoegde waarde
van geluksdata
Vormen geluksdata de
heilige graal?
4. In de derde fase lees je de hele tekst. Schrijf in het tekstvak op de volgende
bladzijde wat de inhoud van de tekst is.
pagina 2 van 4
pagina 2 van 4
week 12 – 20 maart 2017 – opdrachten niveau D
Inhoud van de tekst
5. Op welke punten zat je goed met je voorspelling, op welke punten zat je ernaast?
6. Lees de tekst nog eens en onderstreep of markeer in de tekst alle woorden of
uitdrukkingen die je niet meteen begrijpt of lastig vindt.
Woordenschat
1. Je hebt geleerd dat je, door naar de buitenkant van de tekst te kijken, je voorkennis
(en woorden die daarmee te maken hebben) activeert. Nieuwe woorden helpen je je
voorkennis uit te breiden.
De woorden in het schema hieronder komen uit de tekst. Welke woorden ken je al,
welke nog niet? Geef van elk woord een omschrijving. Achterhaal zo nodig samen de
betekenis van woorden uit de context, of zoek ze op in een woordenboek.
Woord
Kende ik
Betekenis
wel/niet
gestaag (r. 9)
smeulen (r. 10)
cruciaal (r. 13)
op de schop gaan
(r. 19)
de maatstaf (r. 21)
soeverein (r. 36)
doorsijpelen (r. 41)
de consensus (r. 52)
de respondent
(r. 58)
pagina 3 van 4
pagina 3 van 4
week 12 – 20 maart 2017 – opdrachten niveau D
het scala (r. 84)
2. Staan er nog meer woorden of uitdrukkingen in de tekst die jullie niet kennen? Noteer
die ook in de tabel en achterhaal de betekenis van deze woorden en uitdrukkingen.
3. Van de volgende drie woorden kun je in de tekst een synoniem vinden. Zoek het
synoniem en schrijf het op.
 de indicator (r. 16 e.v.)
 het utilitarisme (r. 38)
 de kentering (r. 45)
1. In de tekst komt een aantal begrippen (ethische stromingen) langs uit de filosofie.
Probeer elke begrip te verklaren uit de context en/of de woordvorm. Check
vervolgens aan de hand van een naslagwerk of internet de betekenis.

eudemonisme

hedonisme

utilitarisme

altruïsme
2. In de tekst is sprake van een bnp, een bbp en een bng.
a. Wat betekenen deze afkortingen?
b. Wat is het verschil tussen een bnp en een bbp, denk je?
3. Welke kentering wordt er bedoeld in regel 45?
4. Wat is het kenmerkende verschil tussen de affectieve en de evaluatieve manier om
geluk te beoordelen?
5. ‘Geluk kan werken als een rookmelder’ (r. 68). Leg uit wat hiermee bedoeld wordt.
6. Wat is rendementsdenken (r. 73)?
7. Waarvoor waarschuwt de auteur in het laatste tekstdeel?
8. Leg het tussenkopje ‘Vormen geluksdata de heilige graal?’ (r. 82) uit.
9. Wat zou volgens jou een goede definitie zijn van geluk? Gebruik bij de beantwoording
van de vraag de begrippen uit de tekst.
10. Hoe hoog sta jij op Cantrils ladder (r. 62)? Geef jezelf een cijfer.
pagina 4 van 4
pagina 4 van 4
Download