Werkconferentie Greep op wraparound care Bouwsteen drie SOCIAAL NETWERK Zoekt en ge zult vinden; de onderbenutte kracht van het netwerk Ervaren werkers weten dat blijvende verandering in het gezinssysteem alleen plaatsvindt met hulp uit de directe sociale omgeving. Maar wie vraagt graag hulp? En op wie kan worden gebouwd? We onderzoeken hoe we het gezin kunnen stimuleren gezonde relaties te versterken en te betrekken bij het realiseren van hun doelen. Inleiding Wraparound care werkt vanuit een sociaal ecologisch perspectief. Het is ‘systeemgericht’. Dat betekent dat een mens gezien wordt als onderdeel van zijn sociale omgeving. Ieder heeft zijn eigen kracht, maar ook gebieden waarop hij anderen juist nodig heeft. Op het ene moment ben je in staat steun te geven, op het andere heb je steun nodig. We zijn met elkaar verbonden door een continue wisselwerking tussen ‘geven’ en ‘ontvangen’. Geven en ontvangen vormen geen tegenstelling. Geven van steun geeft betekenis en voldoening. Hardnekkige reflex Toch is het voor veel mensen moeilijk om steun te vragen. En dat geld niet alleen voor de doelgroep. We denken dat we onze problemen zelf moeten oplossen. We verwarren onze ‘eigen verantwoordelijkheid’ met het ‘alleen’ moeten doen. Het is voor velen wel een plezierig idee dat er mensen zijn waarop je in nood terug kan vallen, het daadwerkelijk geven en ontvangen van hulp is een kunst op zich (Rafaeli & Gleason, march 2009). Lidian Linders van Hogeschool Fontys ontdekte bovendien dat zowel degene die steun nodig heeft als degene die steun wil geven bang is de ander lastig te vallen en noemt dat ‘vraagschroom en aanbodverlegenheid’. Tijdens het onderzoek naar wraparound care in de utrechtse jeugdzorg is het ons opgevallen dat hulpverleners die werken met gezinnen met een opeenstapeling van problemen de reflex hebben om eerst te werken aan de ‘echte’, urgente problemen, zoals schulden, en pas later, als de grootste problemen zijn opgelost, aandacht te besteden aan het sociale netwerk. Het netwerk vormt bij veel methodieken wel een expliciet aandachtpunt, maar het wordt te vaak gezien als een op zichzelf staand aspect van het leven. Versterken van sociale netwerken is niet gemakkelijk. Veel gezinnen met meervoudige problematiek leven in een sociaal isolement of omringd door een ‘destructief netwerk’. Daarbij is het overigens van belang te achterhalen wie dat etiket plakt. Dat wat een hulpverlener destructief vindt kan door het gezin zelf juist als zeer ondersteunend worden ervaren en andersom. Een jong stel dat bezig is zich los te maken van de eigen thuissituatie kan soms beter geholpen worden door een andere stel in een vergelijkbare situatie dan door één van de eigen ouders. Het is onze indruk dat vitale hulpbronnen in de directe omgeving van mensen nog worden onderbenut. Maar ook het tegenovergestelde komt voor: overbelasting van een klein aantal sterk betrokken mantelzorgers. Uitdaging Wraparound care sluit aan bij het perspectief van het gezin en streeft naar herstel van het ‘gewone leven’. Het mobiliseren van steunbronnen uit de eigen omgeving hoort hierbij. Hulp uit de eigen omgeving is meer duurzaam dan hulp van instanties. Activeren van het netwerk is daarom geen sluitpost maar vertrekpunt van wraparound care. Versterken van het netwerk is geen doel op zich, maar middel om de andere problemen op te lossen. Op drie momenten kan het sociale netwerk in het bijzonder van belang zijn: 1. In het begin van een traject, als middel om samen met het sociale netwerk doelen te stellen en het netwerk te betrekken bij de oplossing van problemen. In het wraparound care-model wordt een centrale rol vervult door de ‘gezinswerker’. Degene die het gezin ondersteunt en helpt de zorg te coördineren. Deze rol kan door een professional, maar zo mogelijk ook door een familielid of andere betrokkene worden vervuld. 2. Tijdens een traject om samen met het netwerk een noodplan te maken voor als zich een crisissituatie voordoet in het gezin. 3. Aan het einde van een traject om af te spreken dat mensen uit het netwerk een ‘oogje in het zeil houden’ en zo nodig professionele zorg inschakelen. Ook bij het versterken van het sociale netwerk is het essentieel om te vertrouwen op en oog te hebben voor wat er wél is. Ervaren hulpverleners delen de ervaring dat iedereen wel iemand heeft om in nood bij aan te kloppen. Positieve praktijken Versterken van het sociale netwerk vormt aandachtspunt van bijna alle initiatieven die we in de provincie Utrecht hebben onderzocht. Het is integraal onderdeel van de pilots Wraparound Care, één van de 10 thema’s van ’10 voor toekomst’ en één van de belangrijkste bouwstenen van gezinscoaching. Ook bij de ondersteuning van bijvoorbeeld tienermoeders door Timon’s Talita wordt het sociale netwerk steeds meer betrokken. Het project ‘Tussen in’ van de vrouwenorganisatie Al Amal in de wijk Kanaleneiland in Utrecht is ooit begonnen als een vorm van ‘burenhulp’: Marokkaanse vrouwen die lotgenoten ondersteunden in de wijk. Al Amal is een belangrijke en laagdrempelige ontmoetingsplaats voor deze vrouwen. Gezinscoaching werkt systematisch met sociale netwerkstrategieën. Een gezinscoach maakt altijd een analyse van het netwerk van het gezin, organiseert een familienetwerkberaad en stelt een gezinsteam samen waarin naast het gezin zowel familie en vrienden als professionals zitting kunnen hebben. Het gezinsteam is verantwoordelijk voor de uitvoering van de plannen van het gezin. De methodiek van gezinscoaching is goed uitgewerkt en kent een heel gamma aan ondersteunende instrumenten. In het kader van het onderzoek zijn werkers uit verschillende organisaties een aantal keer bij elkaar geweest om van elkaars positieve ervaringen te leren. Een werkzame strategie bleek bijvoorbeeld om acties van gezinsleden te herkennen en te benoemen die gericht zijn op het aangaan of herstel van sociale contacten. Gezinnen die in de problemen zijn schamen zich vaak en willen niet wéér een beroep hoeven doen op hun omgeving. Het simpel uitspreken van dank voor de tot dan toe ontvangen steun kan in zo’n situatie de verhoudingen al sterk verbeteren. We hebben gemerkt dat het goed is om het begrip ‘sociaal netwerk’ breed op te vatten: naast familie en vrienden kan het gaan om buurtbewoners, mensen uit de kerk of de moskee, (oud)klasgenoten, docenten of collega’s, lotgenoten of vrijwilligers. Sociale media kunnen een belangrijke bron zijn van sociale steun. Ondersteunende instrumenten De contextuele benadering van Nagy (spreek uit Nodsj) bleek voor veel werkers een belangrijke inspiratiebron te zijn en zowel inzicht te verschaffen in de complexiteit van sociale relaties als aanknopingspunten te bieden hoe stagnerende relaties te verbeteren. Duplo-poppetjes werden daarbij gebruikt om familiebanden en sociale netwerken in kaart te brengen. Andere gebruikte instrumenten zijn het genogram, sociogram en ecogram, het levenswiel, de levenslijn en het familie netwerkberaad. Binnen gehandicaptenzorg is, onder andere door Martin van de Lustgraaf, expertise opgebouwd op het gebied van netwerkondersteuning. Martin heeft een 10 stappenplan "Natuurlijk, een netwerk" ontwikkeld, waarmee gezinnen zelf hun netwerk kunnen vergroten. In een vervolg daarop, genaamd "natuurlijk,een netwerkcoach” krijgen vrijwilligers een werkmap in handen, waarmee deze de coaching voor een kwetsbare tijdgenoot kunnen verzorgen. De netwerkcoachende vrijwilliger werkt van uit de presentiebenadering, oplossingsgericht aan het versterken van eigenkracht en sociale supportnetwerken. In het kenniscentrum Nfactory krijgen diverse sociale professionals, van o.a. de MEE, Mezzo en Wmo-loketten trainingen en advies om het informele ondersteuningsnetwerk rond kwetsbare personen en gezinnen op te bouwen. Verder lezen Linders, L. (2010) De betekenis van nabijheid. Een onderzoek naar informele zorg in een volksbuurt. Den Haag. SdU Rafaeli, E., & Gleason, M. (march 2009). Skilled Support Within Intimate Relationships. Journal of Family Theory & Review , 20-37. Reijersen-van Buuren, G. (2010). Verlangen naar erkenning; ontdek wie je bent, therapie in beeld. Steyart, J. en Kwekkeboom, R. Op zoek naar duurzame zorg. Vitale coalities tussen formele en informele zorg (2010). Uitgave in het kader van de Wmo-leerwerkplaatsen Tonkens, E. et al. (2008) Op zoek naar weerkaatst plezier. Samenwerking tussen mantelzorgers, vrijwilligers, professionals van cliënten in de multiculturele stad. Den Haag. NICIS Institute Schallock, R. & BEgab, M. (1990) Quality of life. Perspective and isssues. Washington DC: Amercan Association on Mental Retardation