recensie - Rotterdamse Schouwburg

advertisement
24­11­2015
Holes en Paramaribo­Texel ­ Theaterkrant
RECENSIE
HOLES EN PARAMARIBO-TEXEL
TRYATER/DE JONGE REPUBLIEK EN JETTE DERLAGEN/RUDOLPHI PRODUCTIES
★★★☆☆ TONEEL
16 JUNI 2015 ­ TERSCHELLING ­ SPEELLIJST
ELDERS
EEN KWESTIE VAN VERWACHTINGEN
HET PAROOL
★★☆☆☆
Door Evelyne Coussens gepubliceerd 25 juni 2015
Dichter en poëzierecensent Piet Gerbrandy schreef het onlangs
nog in De Groene Amsterdammer met betrekking tot het
recenseren van poëziebundels: wie appelen en peren wil
vergelijken, moet noodgedwongen op zoek naar de essentie van
fruit. Die bedenking geldt ook theater, en Oerol is zo’n festival
waarop nogal wat podiumappelen en ­peren met elkaar te
vergelijken vallen.
Ook dit seizoen liep het aanbod uiteen van lichte cabaretvoorstellingen en
commercieel muziektheater tot toegankelijk teksttheater tot experimentele
landschapskunst of publieksparticipatieve projecten die theater mergen met
architectuur of filosofie. Maar wat maakt al dit theater tot theater? En is er
een common ground die stabiel genoeg is om een kwaliteitsoordeel te
dragen?
De vraag drong zich het afgelopen festival weer urgent aan me op, naar
aanleiding van twee voorstellingen: Holes van het Friese Tryater en De
Jonge Republiek en Paramaribo­Texel van Jette Derlagen/Via Rudolphi
Producties.
Holes is een bewerking van het jeugdboek (1998) van de Amerikaanse auteur
Louis Sachar. De onfortuinlijke anti­held Stanley Yelnats komt terecht in
Camp Greenlake, een strafkamp voor moeilijk opvoedbare jongeren. In dit
dorre woestijngebied – ooit een welvarende streek, tot het meer opdroogde –
graven hij en zijn jonge lotgenoten elke dag putten, aangestuurd door de
meedogenloze directrice van het kamp. Haar geschiedenis is al generaties
verbonden met de onzalige plek, net zoals die van Stanley, zo zal blijken.
Onder het avontuurlijke verhaal met western­allures verschuilt zich een
(typisch Amerikaanse) moraliteit rond zelfverwezenlijking: blijf je het
slachtoffer van de ‘vloek’ die over je voorouders hangt of breng je de kracht
(en de verantwoordelijkheid) op om je aan die predestinatie te ontworstelen?
De vraag stellen is ze beantwoorden: het Europese fatalisme (denk aan
Oidipous’ onontkoombare lot) legt het in deze Amerikaanse novelle netjes af
tegen het neoliberale credo over de maakbare mens.
Regisseur Silvia Andringa situeert het avontuur in de stoffige duinen van
Nollekes Zuid op Terschelling, en maakt er een muzikaal en magisch
gekleurde tragikomedie van die met de nodige vaart naar zijn einde dendert.
Vanaf het prille begin is het glashelder wie good en wie bad guys zijn. Tim
Linde komt als de stuntelende Stanley met een vertederende overtuiging van
een helling getuimeld, Eelco Venema is de archetypische kampbewaker­
brulboei Mr. Sir en Sjaan Duinhoven overtuigt niet alleen in spel als de
mysterieuze outlaw Kate, maar blijkt ook over indrukwekkende muzikale
talenten te beschikken. De onstuimige soundtrack van bluegrass en country
(Laurens Joensen) bezorgt de voorstelling sowieso een aangenaam uptempo.
Sachars karakters zijn vlak, maar de acteursploeg slaagt er goeddeels in de
val van de al te makkelijke karikatuur te vermijden. Het accent in Andringa’s
regie ligt op actie en avontuur. De dieperliggende psychologische tragiek –
dat zowel Stanley als de directrice hopeloos vastzitten in hun verleden –
krijgt minder reliëf. De setting (Elze van den Akker) in de duinen is secuur
http://www.theaterkrant.nl/recensie/holes­en­paramaribo­texel/
'Het tempo ligt hoog: korte, cabareteske
scènes, hier en daar afgewisseld met
een liedje of dansje. Daartegenover kent
de volstrekt overbodige eindscène
ineens een haast potsierlijke
sentimentaliteit. Lagen tot dat moment
de pretenties gewoon laag, daar wordt
het pretentieus. Het contrast tussen
nuchter en uitbundig, bedachtzaam en
impulsief, Texel en Paramaribo zorgt
voor veel hilariteit, maar een herneming
in de theaterzaal vraagt om een
veelzijdiger, uitgebalanceerder portret.'
Sander Janssens
DE VOLKSKRANT
★★★★☆
'Nu, in de theaterversie, biedt het
houten decor uitzicht op een achterdoek
waarop verschillende kleuren licht
worden geprojecteerd. Dat klinkt wat
minder spectaculair en dat is het ook.
Maar dat is niet waarover Paramaribo­
Texel gaat. De voorstelling moet het
juist hebben van het kleine, fijne.
Grappige dialogen die zijdelings,
zonder dat het ooit zwaar wordt, raken
aan grote onderwerpen als verlies, weer
opstaan, onoverbrugbare
cultuurverschillen en, natuurlijk, de
liefde.' Vincent Kouters
VERWANTE ARTIKELEN
In leafde
Thúsfront
Dantons dood
Ontsnapping naar de Oost
TAGS
Eelco Venema, Helen Kamperveen,
Leny Breederveld, Oerol 2015, Silvia
Andringa, Sjaan Duinhoven, Tim
Linde, Tryater, Via Rudolphi
1/2
24­11­2015
Holes en Paramaribo­Texel ­ Theaterkrant
geconstrueerd, de sfeerschepping totaal.
Holes is zo’n voorstelling waarvoor het gruwelijke woord ‘sympathiek’ lijkt
uitgevonden, maar het is ook een vaardig en professioneel gemaakt
theaterproduct. Holes is, kortom, af.
Af is ook Paramaribo­Texel, een delicaat duet tussen actrices Leny
Breederveld en Helen Kamperveen in een regie van Jette Derlagen. De locatie
is met zorg gekozen: een enorme, rechtopstaande houten pallet aan de
Kleiplak op West valt open tot een venster, waardoor beide vrouwen (en het
publiek ) uitzicht krijgen op het wad: een uitgestrekt, verlaten strand met
daarachter de groen­grijze zee. Niet de Noordzee, in de verbeelding die
Paramaribo­Texel oproept is het de oceaan, dat vat vol bedreiging en belofte
waarover deze twee vrouwen uit twee verschillende culturen heen en weer
reizen. De blonde, Nederlandse vrouw van Texel (Breederveld) die nooit
verder durfde te kijken dan haar eiland ontmoet in een imaginair
niemandsland de flamboyante Surinaamse (Kamperveen) die de hele wereld
rondvloog. Wat blijkt? Het leven loopt voor iedereen anders, maar
uiteindelijk ook voor iedereen gelijk. Verlies, teleurstelling, het overwinnen
van angsten en het rechtkrabbelen na een zoveelste slag: in de herkenning
van die existentiële levenslijnen vinden de vrouwen troost bij elkaar.
Klinkt dit als een opeenstapeling van tegeltjeswijsheden? In zekere zin is dat
ook zo, en toch wekt het geen irritatie. Eerste vaststelling is evenwel dat
Paramaribo­Texel drijft op clichématig contrast. Blank versus gekleurd, stijf
versus swingend, het honkvaste leven op Texel versus het exotische
uitbundigheid van Suriname – en dan de omkering natuurlijk: na de dood
van haar man reist de Nederlandse vrouw naar Suriname, na haar scheiding
zoekt de Surinaamse vrouw rust en stabiliteit in Nederland.
Gemeenschappelijke noemer: het overwinnen van angst voor de Ander, het
verleggen van de grenzen, het putten uit eigen kracht. Maar de persoonlijke
familiegeschiedenissen van Jette Derlagen en Helen Kamperveen liggen aan
de basis van de tekst, en misschien zorgt dat ervoor dat de dialogen niet
blijven steken in generaliserende gemeenplaatsen, maar doorvoeld en levend
sprankelen – doorspekt ook met de nodige humor en zelfrelativering. De
uitstekende performance van beide actrices draagt daar ongewtijfeld toe bij –
nergens wordt de levenswijsheid drakerig, het sentiment ligt gedurig op de
loer maar krijgt van de dames weinig kans.
Paramaribo­Texel is zo’n voorstelling waarvoor het al even gruwelijke woord
‘hartverwarmend’ lijkt uitgevonden, maar alle promotieblurb terzijde is dit
ook gewoon een tedere en goedgemaakte theatervoorstelling. Paramaribo­
Texel is af.
Maar toch: worsteling dus. Niet over de vraag of deze voorstellingen
kwaliteitsvol zijn: dat zijn ze, in beide gevallen. De vraag is veel subjectiever:
wat verwacht je, wat verwacht ik van theater? Moet theater kunst zijn, of mag
het ook gewoon theater zijn? De Vlaamse socioloog Rudi Laermans maakte
het onderscheid tussen kunst en niet­kunst ooit verbijsterend helder: kunst is
spannend, niet ont­spannend. Voor mij ligt de essentie van theater­als­
kunstvorm (van mijn fruit, zo je wil) in deze spanning, in de ontregeling die
zowel Holes als Paramaribo­Texel totaal ontberen. Dat ze mijn wereldbeeld
niet op hun grondvesten doen daveren heeft in hoofdzaak te maken met hun
vorm. Die is volstrekt ongevaarlijk: klassiek, letterlijk, illustratief – geen
moment wijkt de vorm af van wat behaaglijk en behapbaar is. Zelfs al zou de
inhoudelijke portee van de thematieken nog enige schuring inhouden (pijn,
verlies, worsteling met de identiteit), dan nog strijkt de klassieke inzet van de
vertelvorm elke hoekigheid akelig mooi rond.
Holes en Paramaribo­Texel zijn hoogwaardige vormen van ontspanning,
maar geen spannende kunst. Die vaststelling heeft geen enkele invloed op
hun bestaansrecht (dat heeft enkel hun instrinsieke kwaliteit), mogelijks wel
op hun financiering – maar dat is prikkelig voer voor een ander debat. Het
vraagstuk rond theater­als­kunst of theater­als­ontspanning is uiteraard zo
oud als de straat, alleen dringt het zich zelden zo duidelijk afgetekend aan je
op als op Oerol. Zowel Holes als Paramaribo­Texel waren op Oerol
uitgesproken publiekslievelingen –begrijpelijk. Het zou arrogant zijn moest
dat overweldigende enthousiasme van een ongezien groot publiek de
professionele theaterbeschouwer niet aan het denken zetten.
foto Paramaribo­Texel: Ben van Duin
[Sterren toegekend door de redactie.]
Print deze recensie @Theaterkrant 2015
LET OP: op deze recensie rust auteursrecht. Voor geheel of gedeeltelijke
overname, in welke vorm dan ook, is vooraf toestemming nodig van de
uitgever.
http://www.theaterkrant.nl/recensie/holes­en­paramaribo­texel/
2/2
Download