Evolutieleer

advertisement
Evolutieleer
-Feiten
- Uitdaging logisch denken
- Gevolgen voor waarden en normen
1
Theorie: astronomische evolutie
(anorganische evolutie)
een explosie
er ontstaan atomen
atomen vormen moleculen
moleculen met informatie
2
Theorie: biologische evolutie
3. Tenslotte
ontstaat de mens;
2. De cellen evolueren tot
levende wezens;
1. Uit de dode moleculen
ontstaan levende cellen;
3
Afbeelding in schoolboeken
4
Citaat uit schoolboek
• “In de afbeelding zijn steeds drie stadia uit
de embryonale ontwikkeling van vijf
gewervelde dieren en de mens getekend.
Door de overeenkomst in de eerste stadia
van de embryonale ontwikkeling wordt het
aannemelijk dat deze gewervelde dieren
een gemeenschappelijke voorouder
hebben.”
5
Feit: het zijn verzonnen figuren !
6
Citaat uit schoolboek
• “De rivier de Colorado begon zich pas 65
miljoen jaar geleden in te snijden in de
gesteenten. Dat kwam doordat het gebied
langzaam omhoog werd gestuwd. De
stroomsnelheid nam toe en de erosie werd
sterker. Zo werd de Grand Canyon uit de
oudere gesteenten geschuurd.”
7
Feit: water kan niet gelijktijdig meanderen
(slingeren) en vast materiaal doorsnijden
Logische conclusie zou zijn:
de lagen bestonden uit zacht materiaal
8
Citaat uit schoolboek
• “De sedimentlagen zijn zeer geleidelijk
afgezet gedurende vele miljoenen jaren.”
9
Feit: versteende bomen door
meerdere gesteentelagen
• De gesteentelagen zouden miljoenen jaren in
ouderdom verschillen. Sommige bomen
ondersteboven of in vallende toestand. =>
bomen dus miljoenen jaren geleefd ? ?
• Een eenvoudige conclusie: lagen en bomen
10
ontstonden gelijktijdig.
Citaat uit schoolboek
• “veel aanwijzingen over de evolutie van
het leven op aarde heeft men verkregen
door fossielen te bestuderen. Fossielen
zijn overblijfselen of resten van planten en
dieren die geconserveerd zijn in
steenafzettingen”.
11
Feiten
• 1. De meeste fossielen
zien er uit als schepsels
die tegenwoordig nog
leven: mosselen,
slakken, zeesterren,
enz.
• 2. Er zijn geen
overgangsvormen.
12
Feit: levende fossielen !
• Tot 1938 werd de laag
met een fossiele
Coelacanthus gedateerd
op 70 tot 220 miljoen
jaar, totdat …………
men in 1938 en ook
daarna levende
exemplaren van deze
soort aantrof in de buurt
van Madagascar!
13
Radioactieve dateringsmethode
een betrouwbare methode ?
• Radioactieve stoffen, (bv uranium), vallen in de
loop der tijd spontaan uiteen. Hoe minder van de
oorspronkelijke stof over is, des te langer heeft
het vervalproces geduurd. Uit de overgebleven
hoeveelheid radioactiviteit berekent men dan
een “absolute” ouderdom.
• Schoolboeken gaan er van uit dat
ouderdomsbepalingen via radioactiviteitmetingen
een absoluut juiste datering geven.
14
Feiten
• Men weet niet de begin
situatie.
• Men weet niet of er van
buiten af iets bij gekomen is
of dat juist iets weggelekt is.
• Dit heet extrapoleren buiten
het meetgebied, (dus niet
betrouwbaar)
15
Extrapoleren buiten meetgebied
16
Feit
• Bijvoorbeeld: de lava koepel, ontstaan in
1984 door uitbarsting St. Helens.
• Radiometrische kalium/argon datering van
het gesteente gaf uiteenlopende waarden.
17
Citaat uit schoolboek
“Behalve fossielen zijn er nog andere
argumenten voor de evolutietheorie. Er
bestaan veel overeenkomsten tussen
verschillende soorten organismen. Je ziet in
de figuur dat de beenderen in het skelet
grote overeenkomst in bouw vertonen. Deze
dieren hebben dan ook waarschijnlijk een
gemeenschappelijke voorouder gehad”.
18
‘gemeenschappelijke voorouder’
is een onlogische conclusie
19
Niet ‘gemeenschappelijke voorouder’
maar: zelfde ontwerp
• Overeenkomst
wijst niet op
herkomst maar
op zelfde
ontwerp.
• Men spreekt
toch ook niet van
een voertuigen
stamboom?
20
Uitdagingen voor de jeugd
• Leer logisch kritisch denken
• Pas toe wat geleerd wordt bij
– technische vakken
– natuurkunde en scheikunde
21
Onderscheid feit en interpretatie
Gevonden botten
presentatie
in museum als mensaap22
Denk na:
ontstaat er vanzelf orde ?
• een algemene
wetmatigheid in de
natuur:
een systeem,
dat aan
zichzelf
overgelaten
wordt, neigt tot
toename van
wanorde.
23
Een natuurwet
24
Is dit logisch ?
Kan een steeds meer ontwikkeld wezen
vanzelf ontstaan?
25
Leer ontwerp onderscheiden
• Welke rotsformatie zal gevormd zijn door
zandstormen in de woestijn in de V.S. ?
26
• Rotsformatie B zou kunnen ontstaan door
toevallige natuurlijke processen van
verwering en erosie. Het is duidelijk dat
kop A zo niet ontstaan kan zijn.
Rotsformatie A doet denken aan
doelbewust werk van een indiaanse
vakman die het harde en zachte gesteente
modelleerde tot een bewust gewenst
27
beeld.
Het DNA molecuul bevat een
bibliotheek vol informatie !
• Kan dat molecuul vanzelf door toevallige
natuurlijke processen ontstaan zijn ?
Of
• Zien we juist een degeneratie bij het ouder
28
worden ?
Evolutieleer:
wat zijn de gevolgen?
• De evolutieleer wordt in de schoolboeken
ten onrechte gepresenteerd als
natuurwetenschappelijk bewezen feit, en
uitgelegd aan de hand van onwaarheden
en onlogische redeneringen.
• Dit is contraproductief aan het onderwijs in
de exacte vakken.
Maar ook
• Deze leer heeft consequenties voor de
waarden en normen van de mens.
29
Normen en waarden
• Regels in een
samenleving zijn
gegrond op een
norm, normen zijn
afhankelijk van
waarden en deze
waarden zijn weer
afhankelijk van
geloof.
30
Welke normen
kan men verwachten ?
• a. Je denkt dat je een geëvolueerde aap
bent. (Dan hoef je voor je gedrag alleen
verantwoording af te leggen aan mensen.)
Waarden en normen zijn relatief, want ze
worden bepaald door wat de groep vindt.
of
• b. Je bent overtuigd dat je volgens plan
geschapen bent en dus verantwoording
verschuldigd bent aan je Schepper.
31
Consequenties uitgangspunt
32
33
34
35
Evolutieleer gaat uit van een
vooropgesteld idee
36
Bron
• de PPpresentatie gebaseerd op de
brochure: Evolutie; Feiten, gevolgen voor
normen en waarden.
• Uitg. Bijbel & Onderwijs;
www.bijbelenonderwijs.nl
37
Download