hart- en vaatziekten Thema Risico verkleinen op hart- en vaatziekten Wat kan Service Apotheek voor u betekenen? Niet alle mensen lopen een even groot risico op hart- en vaatziekten. In het algemeen geldt dat met het ouder worden ook het risico op hart- en vaatziekten stijgt. Soms blijkt ook het geslacht risicoverhogend of juist verlagend te zijn. Zowel leeftijd als geslacht zijn voorbeelden van risicofactoren die men niet beïnvloeden kan. Maar andere risicofactoren voor hart- en vaatziekten kunnen wel degelijk door eigen ingrijpen beïnvloed worden. Dit zijn de volgende risicofactoren: • Leefstijl (roken, voeding, gewicht, bewegen) • Bloeddruk • Cholesterol • Diabetes Hierbij kunt u in gedachten houden dat veel van deze risicofactoren ook onderling verbonden zijn. Zo zal een gezonde leefstijl een uitwerking hebben op het gewicht en hierdoor op zowel het cholesterol, de bloeddruk als op het krijgen van diabetes. Zelf risico op hart- en vaatziekten verkleinen Ook al hebt u niet alles zelf in de hand. Toch kunt u zelf ook het een en ander doen om de kans op hart- en vaatziekten te verlagen. Enkele tips Stoppen met roken Het is geen aardig advies aan rokers, maar roken is wel de grootste boosdoener. Daarom levert stoppen de grootste winst op: het risico op hart- en vaatziekten wordt dan het meest verminderd. Meer weten. Vraag ernaar in uw Service Apotheek of neem de folder ‘ook Uitgerookt?’ mee. Overgewicht verminderen Afvallen is makkelijker gezegd dan gedaan. Gezond eten en veel bewegen zijn daarbij de sleutelwoorden. Voldoende lichaamsbeweging Ook wanneer u niet te zwaar bent kan voldoende lichaamsbeweging hart- en vaatziekten helpen voorkomen. Service Apotheek heeft een speciaal programma gemaakt met aantrekkelijke fiets- en wandelroutes en tips om gezond te bewegen. Meer weten? Ga naar www.beweegactief.nl. Gezonde voeding Probeer eens een mediterraan dieet met veel verse groenten en olijfolie. Vermijd voedsel met verzadigde vetten. Die zitten o.a. in vet vlees, volle melk, volvettekaas, roomboter, margarine, koekjes, chips, chocolade en zoutjes. Verder ligt in uw Service Apotheek de folder ‘Uw gezondheid is ook uw zorg’ voor u klaar. Geneesmiddelen Soms is het nodig de bloeddruk, cholesterol en/of diabetes met geneesmiddelen te behandelen. Uw Service Apotheek helpt u graag bij goed gebruik van uw geneesmiddelen. Zeker als het gaat om het behandelen van risicofactoren, zoals hoge bloeddruk of een verhoogd cholesterol, is het niet altijd makkelijk om uw geneesmiddelen te blijven gebruiken. U merkt er zelf immers niet veel van. Ook daar vertellen wij u graag meer over. U kunt ook een afspraak maken voor een persoonlijk gesprek in de apotheek. Daarnaast zijn er diverse folders aanwezig met aanvullende informatie over het gebruik van geneesmiddelen. leef! 13 Cardioloog Geraakt Ook na meer dan twintig jaar word ik elke werkdag weer geraakt. Veel patiënten ken ik al jarenlang en ze hebben in de loop der jaren heel persoonlijke dingen met me gedeeld: het verlies van een partner, het kwijtraken van een baan, ruzie met de kinderen, een andere aandoening. Ik weet meestal wel hoe een patiënt in het leven staat. Dat is ook van belang bij keuzes rondom de behandeling. Er kan steeds meer, maar het is de vraag of dat altijd wenselijk is. Iemands kalenderleeftijd doet er eigenlijk niet toe, maar: is iemand nog vitaal of is het lichaam versleten? Staat iemand nog midden in het leven? Ongevraagd advies Deze tekening van die dokter met die spuit en dat hart boven het bed heb ik zo’n twintig jaar geleden voor vaderdag van mijn drie dochters gekregen. De tekening is zo puur; ik word er nog steeds vrolijk van. Een gezonde leefstijl? Daar kan geen cardioloog tegenop! Ik ga elke dag met plezier naar mijn werk. M’n werk gáát ergens over. Het is heel afwisselend. In het Flevoziekenhuis worden jaarlijks zeker 2.500 patiënten met een hartaandoening opgenomen. Het ene moment is alles onder controle en op het andere moment hebben meerdere patiënten dringend aandacht nodig. Het geeft een enorme kick wanneer je snel resultaat ziet. Een patiënt is bij wijze van spreken een uur na het dotteren al veel energieker dan voorheen. Spreekuur heet niet voor niets spreekuur Iedereen op onze afdeling doet zijn of haar best om u een warm welkom te geven. Assistenten, functielaboranten, verpleegkundigen en artsen helpen u graag! 14 leef! Een goede behandeling staat of valt met goede communicatie tussen de patiënt en mij. Een spreekuur heet niet voor niets spreekuur. Als ik een goede band met een patiënt heb, komt informatie goed over en is iemand gemotiveerd voor de behandeling. In uw situatie Ik probeer het zo uit te leggen dat een patiënt het ook aan de buurvrouw kan uitleggen. Ik zeg nogal eens: ‘In uw situatie adviseer ik dit, maar het is uiteindelijk uw eigen keuze. Denk er rustig over na, praat erover met mensen in uw omgeving en kom over twee weken terug.’ Als de partner, kinderen en anderen in de omgeving erachter staan, krijgt de patiënt meer vertrouwen in de behandeling. Tijdens het spreekuur ben ik vrij snel klaar met de technische kant. Ik vind het belangrijk om ruis weg te nemen. Dan heb ik het niet over een ruis in het hart, maar over ruis in de communicatie. Hartpatiënten krijgen nogal eens ongevraagd advies van mensen in hun omgeving. Vast goedbedoeld, maar veel adviezen zijn gebaseerd op fabeltjes. Men zou niet op vakantie mogen, niet mogen vliegen, niet naar de sauna mogen. Allemaal onzin. Laatst had ik een patiënt die met veel plezier voorleesopa op school was. Dat zou niet meer mogen. De buurvrouw van een andere patiënt zei: ‘Je mag de ramen niet meer lappen.’ Ik vind het heel goed dat patiënten misverstanden met me bespreken. Vaak zijn mensen onnodig bang. Partner Ik vind het heel belangrijk dat de partner meekomt. Voor hem of haar heeft een hartaandoening ook gevolgen. Ik zie nogal eens dat een partner zich heel erg verantwoordelijk voelt dat de hartmedicijnen goed worden ingenomen. Het is voorgekomen dat een patiënt vroeg of hij met zijn hartaandoening een erectiepil kon gebruiken. Voordat ik ‘ja’ kon antwoorden, zei zijn vrouw al dat ze dat te gevaarlijk vond. Onze Lieve Heer Onze Lieve Heer trekt zich niks van cardiologen aan. Elke week worden we op de afdeling wel een of twee keer met de dood geconfronteerd. Het went nooit om familie te zien die afscheid moet nemen. Vaak zijn er mooie gesprekken met de dood voor ogen. Veel mensen praten dan in alle openheid met elkaar. Hans Verheul, cardioloog Flevoziekenhuis Almere Een Nederlander leeft nu zes jaar langer dan in 1950. Twee van die zes extra levensjaren komen door cardiologie: de eerste pacemaker eind jaren vijftig ondersteunde het hart een paar dagen. Pacemakers van nu gaan tien jaar mee en zijn heel slim: de pacemaker houdt het hartritme in de gaten en grijpt in als het hart te langzaam klopt of stilvalt. Er zijn ook pacemakers die het hart beschermen tegen op hol slaan. Geregeld wordt iemand gedotterd. Dotteren houdt in dat we een vernauwd bloedvat oprekken door er een catheter, een lange dunne slang met een ballonnetje in te brengen en op te blazen. De doorbloeding wordt hierdoor hersteld. Een stent, dat is een buisje, wordt geplaatst om het behandelde bloedvat in vorm te houden. Er zijn geavanceerde katheters in de vorm van minipompjes die de slagkracht van het hart verbeteren. Ook kunnen we met katheters hartkleppen vervangen of repareren. Er komen steeds nieuwe hartmedicijnen. Sinds kort is er bijvoorbeeld een nieuw antistollingsmiddel, waardoor veel patiënten de trombosedienst niet meer nodig hebben. Chronische aandoening We boeken steeds betere resultaten, maar iemand geneest niet volledig. Een hartpatiënt heeft een chronische aandoening. Een gezonde leefstijl is voor iedereen van belang, maar voor hartpatiënten nóg belangrijker. En ze moeten hun leven lang medicijnen gebruiken: er zijn medicijnen die de vaatwand beschermen en er zijn medicijnen die ervoor zorgen dat het hart minder belast wordt en dus minder snel achteruit gaat. Geen goede voorspelling We begrijpen nog niet hoe het komt, maar men kan jarenlang geen last hebben. Men is dan dus klachtenvrij, tot er ineens nieuwe schade ontstaat die tot problemen leidt. Ik kan dan ook niet voorspellen hoe het met een patiënt zal gaan. Ik heb patiënten die al 25 jaar probleemloos leven en patiënten die twee, drie keer per jaar terugkomen omdat de bloedvaten niet tot rust komen. Teamwork Ik moet als cardioloog voortdurend knopen doorhakken. Daar zijn we voor opgeleid. In- gewikkelde keuzes overleg ik met collega’s, bijvoorbeeld als iemand ook een andere aandoening heeft. Je kunt niet alles in je eentje als dokter. Goede samenwerking in het team vind ik heel inspirerend en maakt dat we goede patiëntenzorg kunnen bieden. Als ik een keer een tegenslag heb of ergens mee zit, kan ik erop vertrouwen dat ik kan terugvallen op mijn collega’s. Dat is een heel fijn gevoel. Omdat cardiologie steeds meer mogelijkheden krijgt, komen er meer specialisaties: de een is gespecialiseerd in het hartritme en pacemakers; de ander in dotteren. Als ziekenhuis werken we samen met andere ziekenhuizen in de regio, waardoor we ook topspecialistische zorg kunnen bieden. Wat kan ik zelf doen voor een gezond hart? Cardioloog Hans Verheul: ‘Iedereen kan hart- en vaatziekten krijgen. Er is niet alles over bekend, maar we weten wel dat u veel meer risico loopt als u last hebt van overgewicht, hoge bloeddruk, verhoogd cholesterol of diabetes. U loopt dan vooral meer risico als hartziekte in uw familie voorkomt. Door een gezonde leefstijl houdt u uw hart gezond en kan het risico sterk verminderen. Daar kan geen cardioloog tegenop! Van belang is een goed gewicht, gezonde voeding, niet roken en voldoende bewegen. Ik zeg altijd: de patiënt zelf is de beste dokter door gezond te leven. Dat is ook van belang, omdat we ons land niet kunnen volbouwen met ziekenhuizen.’ Begrippen Hart- en vaatziekten Uw hart is een holle spier zo groot als een vuist. Het hart pompt het bloed door uw lichaam, zodat de organen zuurstof en voedingsstoffen kunnen opnemen. De bloedtoevoer naar het hart gaat door drie grote kransslagaders. Bijna één op de drie mensen in Nederland overlijdt aan hart- en vaatziekten. Kransslagaderverkalking De belangrijkste oorzaak van hartziekten is kransslagaderverkalking. In de loop van het leven hopen vetachtige stoffen zich op in de vaatwanden. Hierdoor wordt de kransslagader steeds nauwer en kan er dus minder bloed door stromen. Hartinfarct Als er een kloofje of scheurtje komt in een zieke vaatwand, komt er op die plek een korstje; dat wordt ook een stolsel genoemd. Door zo’n stolsel ontstaat een afsluiting; dat heet wel een hartinfarct. Hartspierweefsel krijgt dan te weinig bloed. Het hartspierweefsel beschadigt hierdoor en er komt een litteken. Vaatproblemen: van de benen tot de hersenen Vaatproblemen kunnen in het hele lichaam optreden, bijvoorbeeld in de benen: etalagebenen ontstaan door vernauwde slagaders in de benen waardoor men bij het lopen snel kramp krijgt en maar een kort stukje loopt. Vaatproblemen kunnen ook in de hersenen optreden: een herseninfarct is een infarct in de hersenen, en bij een hersenbloeding zit er een scheur in een slagader in de hersenen. Angina pectoris Als een kransslagader niet helemaal afgesloten is, maar vernauwd is, is dat angina pectoris. Uw hart krijgt dan tijdelijk te weinig zuurstof. U hebt vooral kans op een beklemmende, benauwende of drukkende pijn midden op de borst of iets links ervan als uw hart harder moet werken: bij inspanning, bij heftige emoties, na een zware maaltijd of bij een overgang van de warmte naar de kou. Men kan ook pijn hebben in de onderkaak, armen of rug en zweten en zich misselijk voelen. Door rust of een nitraattabletje of -spray verdwijnt angina pectoris snel. Sommige patiënten hebben vage klachten. Vrouwen hebben vaak andere symptomen, zoals moeheid en kortademigheid. Bij een hartinfarct verdwijnen klachten niet na rust. Bel meteen het alarmnummer 112 als iemand aanhoudend klachten heeft. Beschadigd of overbelast hart Een hart kan beschadigd of overbelast zijn. Dat komt meestal doordat iemand na een hartinfarct minder hartspier heeft of op hogere leeftijd slecht werkende hartkleppen of hoge bloeddruk heeft. Een beschadigd of overbelast hart pompt minder goed bloed door het lichaam. Hierdoor krijgen spieren minder zuurstof en voedingsstoffen en wordt vocht minder goed afgevoerd. Dit leidt tot klachten als kortademigheid, snel moe zijn en dikke benen. Hartritmestoornissen Als het hart niet goed werkt, kunnen ook hartritmestoornissen optreden. Ritmestoornissen worden vaak veroorzaakt door acute zuurstofnood en door littekens van oude hartinfarcten. leef! 15 tekst: Fred Verdult. fotografie: Marjolein Annegarn Vernieuwingen Wist u dat? Er zijn ongeveer een miljoen hart-en vaatpatiënten in Nederland. Eén op de drie Nederlanders overlijdt door een hartinfarct, beroerte of andere hart- of vaatziekte. Over risico’s en preventie is steeds meer bekend, maar er bestaan ook nog steeds veel misverstanden over hart- en vaatziekten. Leef! scheidt feiten van fabels. Feit: Een hoog cholesterolgehalte voel je niet Een te hoog cholesterolgehalte vergroot het risico op hart- en vaatziekten. Cholesterol is een vetachtige stof die zich snel nestelt in de wanden van slagaders. Slagaders vernauwen daardoor en slibben dicht. Een hoog cholesterolgehalte voel je niet. De huisarts kan het cholesterolgehalte meten en indien nodig cholesterolverlagende geneesmiddelen voorschrijven. Vraag in de apotheek naar de speciale folder over cholesterol met informatie en tips. Fabel: Vrouwen krijgen geen hart- en vaatziekten. Dat is alleen iets voor mannen Elke dag sterven in Nederland 108 mensen aan hart- en vaatziekten, 57 vrouwen en 51 mannen. Meer vrouwen dan mannen overlijden aan een hart- of vaatziekte. Van elke 100 vrouwen overlijden 30 vrouwen hier aan. Bij mannen zijn dat er 29. Voor vrouwen is het inmiddels doodsoorzaak nummer één. Hart- en vaatziekten ontstaan wel vaak later bij vrouwen. Mannen overlijden gemiddeld 7-10 jaar eerder aan harten vaatziekten dan vrouwen. Feit: Een hartstilstand is iets anders dan een hartinfarct Bij een hartstilstand staat het hart niet stil, eigenlijk juist het tegenovergestelde. De kamers van het hart gaan chaotisch trillen, fibrilleren. Hierdoor stopt het hart met pompen en staat de bloedsomloop stil. Daarmee stopt ook de toevoer van voedingsstoffen 16 leef! en zuurstof naar alle delen van het lichaam. Iemand met een hartstilstand raakt binnen enkele tellen buiten bewustzijn. Een hartinfarct treedt op als een bloedstolseltje een kransslagader van het hart helemaal afsluit. Door die afsluiting krijgt een deel van de hartspier geen zuurstof meer en kan niet goed samentrekken. Dat gedeelte van de hartspier sterft af en wordt littekenweefsel. Feit: Iemand die een hartinfarct heeft gehad, mag nog gewoon sporten Bewegen is altijd goed, juist na een hartinfarct. De oorzaak voor een hartinfarct zijn dichtgeslibde vaten. Bewegen helpt, samen met een gezonde leefstijl, om te voorkomen dat vaten opnieuw dichtslibben. Na een hartinfarct moet het sporten weer geleidelijk worden opgebouwd. Het is afhankelijk van de conditie van de patiënt en van de grootte van het infarct wat uiteindelijk weer mogelijk is. Hartrevalidatie is een goede manier om weer vertrouwen in het lichaam te krijgen. Fabel: Het kan geen kwaad om kruiden of alternatieve geneesmiddelen te gebruiken na een hartinfarct of een beroerte Ook alternatieve geneesmiddelen en kruidengeneesmiddelen kunnen invloed hebben op de werking van de reguliere geneesmiddelen, terwijl patiënten vaak denken dat het geen kwaad kan. Daarom is het van belang om alles wat u aan zelfzorgmiddelen wilt gebruiken vooraf te bespreken met uw Service Apotheker. Feit: Mensen krijgen gevaarlijk veel zout binnen en dat vergroot de kans op hart- en vaatziekten Per jaar overlijden 2500 mensen, omdat ze teveel zout eten. Zout verhoogt de bloeddruk en dit vergroot de kans op het krijgen van een hartinfarct of een beroerte. Het lichaam heeft één tot drie gram zout nodig. Wij krijgen dagelijks gemiddeld 10 gram binnen. 75 procent via kant-en-klare voedingsmiddelen zoals brood, kaas, vleeswaren, soepen en snacks, 25 procent uit het zoutvaatje. Dagelijks drie gram zout minder verkleint de kans op hart- en vaatziekten met ongeveer 10 tot 15 procent. Fabel: Feit: Fabel: Hart- en vaatziekten zijn niet te voorkomen Reanimatie redt levens Een hartstilstand kun je afwenden door te hoesten Een hoge bloeddruk, roken, hoog cholesterolgehalte, diabetes, overgewicht en te weinig bewegen vergroten, samen met ouder worden, het risico op hart- en vaatziekten. Maar niet iedereen met zo’n verhoogd risico krijgt een hart- of vaatziekte. Sommige mensen hebben een erfelijke aanleg, daar is niets aan te doen. Een gezonde leefstijl helpt echter wel om het ontstaan van hart- en vaatziekten te vertragen of te voorkomen. Gezond eten, stoppen met roken en voldoende bewegen verkleint de kans op hart- of vaatziekte aanzienlijk. Dagelijks krijgen 43 mensen een hartstilstand. Thuis, op straat, op de sportclub, het kan overal gebeuren. Slechts 10 tot 20 procent van de slachtoffers overleeft een hartstilstand. Reanimeren met een AED, een apparaat dat elektrische stroomschokken geeft bij een hartstilstand, houdt de bloedsomloop op gang. Dit vergroot de kans op overleving tot 25 procent. Deze kans is nog iets groter als reanimatie binnen zes minuten gebeurt. Onzin! Iemand kan zichzelf niet redden door te hoesten. In het ziekenhuis, als een patiënt aan de monitor ligt, kan de cardioloog soms een ernstige hartritmestoornis aan zien komen. Hij vraagt de patiënt dan om te hoesten. Soms helpt dat om de ritmestoornis op te vangen. In het dagelijks leven, zonder monitor, is het onmogelijk om een hartstilstand aan te voelen komen. Bij een hartstilstand is iemand bovendien snel buiten bewustzijn. Hoesten heeft geen enkele zin. Dit artikel is tot stand gekomen in samenwerking met de Hartstichting. www.hartstichting.nl leef! 17 Door Arwen Kleyngeld over hart- en vaatziekten Op bezoek Jouke de Jong, apotheker Service Apotheek de Wiken in Drachten Samenwerking met artsen voor goede zorg geneesmiddelgebruik ten goede. Het is heel zinvol dat wij als apotheek bijvoorbeeld de laatste uitslag van het bloedonderzoek naar de nierfunctie weten. Als iemands nieren niet goed werken, moet iemand vaak een lagere dosis van een geneesmiddel gebruiken. De samenwerking is nu zo goed, dat we soms de huisarts suggereren dat het goed zou zijn om bij een patiënt de nierfunctie te bepalen. Vroeger zou een huisarts dan vaak zeggen: ‘Waar bemoei je je als apotheker mee?’ Zorg dicht bij huis Drachten is met 45.000 inwoners na Leeuwarden de grootste gemeente van Friesland, maar toch heeft iedereen het over ons dorp. In Friesland zijn elf steden en Drachten hoort daar niet bij. Om als Service Apotheek goede zorg te bieden, besteden we veel aandacht aan goede samenwerking met de verschillende artsen van een patiënt. Omdat ik alle huisartsen in Drachten ken en ook de meeste specialisten in ons ziekenhuis, kun je heel snel dingen afstemmen en regelen. Dat werkt heel plezierig voor ons én voor de patiënten. Sinds vijf jaar zit de Service Apotheek in een gezondheidscentrum met een aantal huisartsen; dat is natuurlijk helemaal goed voor de samenwerking! Inzage in elkaars gegevens Ieder z’n vak. Een huisarts heeft veel meer verstand van ziektebeelden, maar als apotheker weten we bijvoorbeeld goed of een bepaald middel beter als zalf, als crème of als lotion kan worden gebruikt. De medewerkers van onze Service Apotheek kunnen de gegevens erbij zoeken die de huisarts in de computer heeft staan over een patiënt, en omgekeerd. Dat is makkelijk voor een patiënt, want herhaalmedicatie kan vaak rechtstreeks bij de apotheek worden besteld; wij regelen dat dan verder met de huisarts. En die inzage in de gegevens van de huisarts komt veilig 18 leef! Samen met De Friesland Zorgverzekeraar bespreken we wat we met huisartsen en thuiszorginstellingen voor nieuwe zorg kunnen bieden. Als we zorg kunnen bieden waardoor een patiënt minder vaak naar het ziekenhuis hoeft, is dat makkelijk dicht bij huis voor de patiënt en voordeliger voor de zorgverzekeraar. En dus uiteindelijk ook voordeliger voor de patiënt. Je kunt bijvoorbeeld denken aan een medicatiebeoordeling; dat is het grondig doornemen van het totale geneesmiddelengebruik van een patiënt op basis van de medische, farmaceutische en gebruiksinformatie. Of een huisartsenhospitaal voor patiënten die meer zorg nodig hebben dan thuis geregeld kan worden, maar waarvoor een ziekenhuisopname niet nodig is. In dat huisartsenhospitaal kan een patiënt hooguit drie weken blijven. Thuiszorg biedt er 24 uur per dag verpleging onder toezicht van een huisarts en met geneesmiddelen van de apotheek. Hartpatiënten Service Apotheken zetten zich in voor wat we noemen de therapietrouw van onze patiënten: hoe kunnen we mensen ondersteunen bij het goed innemen van hun geneesmiddelen? Hartpatiënten zijn vaak heel therapietrouw. Iedereen schrikt er heel erg van als je een probleem aan je hart hebt. Daardoor ziet men het nut ervan in om één, twee of soms drie keer per dag hartmedicatie in te nemen. Pico® Om de therapietrouw te stimuleren doen we nu samen met De Friesland Zorgverzekeraar een proef, waarbij twintig patiënten van onze Service Apotheek de Pico® gebruiken. Na een jaar bekijken we of die Pico ervoor zorgt dat mensen trouwer hun geneesmiddelen gebruiken. En we kijken of het apparaat goed werkt. Een aantal gebruikers zijn in de eerste maand al heel tevreden. Maar de Pico® heeft nog een aantal kinderziektes, bijvoorbeeld de overgang naar wintertijd en zomertijd. Ik geloof wel dat de Pico® een uitkomst kan zijn voor mensen die zelfstandig wonen met hulp van de nodige thuiszorg. Pico® kan eraan bijdragen dat iemand langer zelfstandig kan blijven wonen. Proef met Pico® als hulpje bij goed geneesmiddelengebruik Veilig geneesmiddelgebruik is één van de speerpunten van Service Apotheek én van De Friesland Zorgverzekeraar. Daarom doen de Friese Service Apotheken samen met deze zorgverzekeraar een proef met de Pico®: 160 patiënten krijgen de Pico ®; een apparaat dat hen moet helpen om op tijd geneesmiddelen te gebruiken. De Pico® is er voor mensen die dagelijks vijf of meer geneesmiddelen gebruiken. Het kan voor hen moeilijk zijn om alle geneesmiddelen uit elkaar te houden en deze op het juiste moment in te nemen. Geneesmiddelen niet of te laat innemen of de verkeerde dosering nemen, kan leiden tot bijwerkingen en gezondheidsproblemen. Het zorgt jaarlijks voor duizenden ziekenhuisopnamen. In de Pico® wordt een medicatierol gestopt: een rol met zakjes met alle tabletten en capsules die iemand moet gebruiken op een bepaald innamemoment. De Pico ® geeft met geluid en licht een alarm als het tijd is om de medicatie in te nemen. Als iemand binnen een afgesproken tijd niet reageert, dan wordt een sms’je gestuurd naar de patiënt of als men wil ook naar een familielid of verzorgende. Na een jaar evalueren Service Apotheek en De Friesland Zorgverzekeraar het gebruik van de Pico®. apotheker en klant aan het woord Pietje Dijkstra (74) Ik slik elke dag een pil voor m’n hart schoongehouden. Ik wil niet hele dagen naar buiten zitten staren. Dan heeft het leven weinig zin. Ik kan nog maar korte stukjes fietsen, want zes jaar geleden kreeg ik een fietsongeluk. Sindsdien kan ik mijn arm niet meer omhoog bewegen en heb ik een kunstschouder. Daarom ben ik dichtbij het centrum gaan wonen, zodat ik zelf naar de supermarkt, dokter en apotheek en zo kan. landschappen. Als je deze drie plaatjes van een boerderij op elkaar plakt, wordt het een 3D kaart; daar kun je diepte in zien. En dit wordt een vogel op een schommel. Hart Ik had het nogal eens benauwd. Bij de dokter bleek dat mijn hart niet regelmatig slaat. Daar slik ik nu elke dag een pil voor. En ik had een verdikking van de aorta naar de hartklep. Ze maken elk jaar een hartfilmpje. Ik hoef me geen zorgen over m’n hart te maken zei de dokter. Nieuwe keuken Snooker Dochters Mijn ene dochter woont ver weg, dus ik zie haar weinig. De andere woont in de buurt. Ik heb veel steun aan haar. Ze komt elke week langs om in huis te helpen of om samen boodschappen te doen of te winkelen. Je wordt steeds afhankelijker van anderen. Ik was eerst kwaad als ik iets niet meer kon, maar nu ben ik zover dat ik durf toe te geven: dat kan ik niet meer. Ik kon eerst mijn steunkousen nog zelf aan- en uittrekken met een apparaat, maar nu komt elke ochtend en avond een verpleegkundige. Ik kijk graag televisie, vooral naar snooker op de sportzender. Ik weet er steeds meer van. Echt spannend hoor. Dan denk je die bal haalt het nooit, maar dan gaat het toch goed. Spelletjes Ik heb geen internet, maar ik doe wel veel spelletjes op de computer. Ik ben nu bezig met het spel ‘In tachtig dagen de wereld rond’ naar het boek van van Jules Verne. Je reist van land tot land, maar ik ben nog niet tot de tachtig landen gekomen. Mijn record is 74. Fietsen In de winter kan het glad zijn en dan loop ik liever niet buiten. De stoep is vaak glad en ik ben doodsbenauwd om te vallen. Dan fiets ik liever, want de straten worden wel Kaarten maken Met verjaardagen en feestdagen maak ik zelf kaarten. Kijk, dit zijn allemaal plakplaatjes van vlinders, hartjes, bloemen, Andere pillen Naast die hartpil slik ik elke dag calciumtabletten, vitamine D en pijnstillers tegen de rugpijn. En sinds kort heb ik een nieuw medicijn voor m’n reuma. Ik geloof dat dat wel goed helpt. M’n gewrichten in mijn arm en handen zijn door de reuma ontstoken. Soms heb ik al pijn als ik een kopje koffie pak. Pico® Ik heb sinds kort de Pico® op proef om te kijken of-ie goed werkt. De Pico® gaat piepen als het tijd is om mijn geneesmiddelen in te nemen. De apotheker komt elke week zelf even langs om de medicijnrol te brengen, om uitleg te geven en om te horen wat er nog niet goed werkt. ’s Avonds moet ik er twee zakjes uithalen, maar dat gaat nog niet goed. Er kunnen alleen pillen in de Pico®, maar ik gebruik ook een poeder dat ik in water moet oplossen en ik spuit insuline voor mijn diabetes. Die spuit moet ik voor het eten nemen, maar die vergeet ik nog weleens. Daarom ligt-ie hier op tafel. Ik ben heel tevreden over de apotheek, want je kunt ze alles vragen en je krijgt steeds duidelijke uitleg. leef! 19 tekst: Fred Verdult. fotografie: Marjolein Annegarn De hulpen van thuiszorg zeggen dat ik nog veel zelf doe. Ik houd er de moed maar in. Sinds ik dertig jaar geleden ben gescheiden woon ik alleen. Dan leer je wel om zelfstandig te zijn. Ik wil op de been blijven. Ik heb thuis een speciale stoel met wieltjes, maar ik loop van de keuken naar de huiskamer, want ik wil in beweging blijven. Eerst woonden er veel ouderen in dit complex. Daar had ik veel contact mee. Er komen nu steeds meer jongeren; dat is wel jammer. Ik kreeg laatst een nieuwe keuken. Alles moest uit de keuken, dus de hele kamer stond vol. Ik dacht: had ik dat maar nooit gedaan. Maar het is wel mooi geworden hè? Ik kan makkelijk bij de koelkast, maar ik moet wel bukken voor dat kastje. Ik red me wel. hart- en vaatziekten Thema Toeters en bellen en emoties op de intensive care Elk jaar worden 72.000 mensen opgenomen op de ongeveer tachtig intensive care-afdelingen in Nederland. Voor veel patiënten en naasten is die periode aangrijpend. Er komt een heleboel op u af als u wordt geconfronteerd met een onzekere gezondheidssituatie en met alle toeters en bellen op een intensive care. Sinds kort is er op elke IC het gratis voorlichtingsblad ‘Intensief’. ‘Hebt u mijn moeder geopereerd?’ De Feiter: ‘Dagelijks wordt mij gevraagd: ‘U bent intensivist. Hebt u mijn moeder geopereerd?’ Ik leg dan altijd rustig uit dat de chirurg de patiënt heeft geopereerd en dat ik verantwoordelijk ben voor de behandeling van moeder op de intensive care. Er leven veel vragen bij patiënten, ex-patiënten en familieleden: met wie krijg ik allemaal te maken op een IC? Waarom wordt iemand in slaap gehouden? Hoe krijgt iemand te eten? Wat voor apparaten en zo staan er allemaal om het bed heen? Wat krijgt iemand mee van de periode op de IC? Hoe kan ik communiceren met een patiënt? Waarom is iemand zo in de war?’ Begrijpelijke taal De Feiter: ‘Dit soort vragen kunt u beslist stellen aan de intensivist of IC-verpleegkundige. We denken dat het fijn is dat u alles ook rustig na kunt lezen in het nieuwe voorlichtingsblad ‘Intensief’. Dit blad staat boordevol uitleg in begrijpelijke taal over hoe het er op een IC aan toe gaat en wat er allemaal op u af kan komen.’ 20 leef! Niet om slecht nieuws heen draaien Ilse van Stijn is intensivist in het Onze Lieve Vrouwe Gasthuis in Amsterdam en voorzitter van de redactieraad van ‘Intensief’: ‘Het blad behandelt ook belangrijke onderwerpen als omgaan met onzekerheid en de medische beslissing om door te gaan of te stoppen met de behandeling. Open en eerlijke communicatie is altijd het beste. Als er slecht nieuws is, draai ik daar niet omheen. Als we denken dat de kans groot is dat een patiënt komt te overlijden, dan zeggen we dat tegen de familie en tegen de patiënt. Daar kunnen mensen op vertrouwen. Dat vind ik belangrijk.’ Overlijden De Feiter: ‘Natuurlijk zetten we alles op alles om ervoor te zorgen dat de patiënt de IC zo gezond mogelijk verlaat. Maar we moeten eerlijk zijn: dat lukt niet altijd. Als een patiënt komt te overlijden, vinden we het heel belangrijk dat we onze bijdrage leveren om het voor familieleden goed af te ronden. We leven mee en nemen goed de tijd om uit te leggen wat er aan de hand is.’ Ik ben heel gerustgesteld De man van Coby Fenijn was wekenlang op de IC opgenomen: ‘Het is fijn om in ‘Intensief’ alles rustig na te kunnen lezen. Er komt zoveel op je af. Ik heb weleens gedacht: als partner ben ik ook patiënt. De eerste maanden kon ik het goed aan, maar nu gaat het me aanvliegen. De kinderen zeiden: “Mama, je moet iemand hebben om mee te praten.” Het is wel door me heen gegaan: er hoeft maar één iemand een fout te maken op de IC en dat kan fataal zijn voor mijn man. Maar ik heb nu meegemaakt hoe ze hier werken en ik ben heel gerustgesteld. Ze doen er alles aan om geen fouten te maken. De arts van mijn man heeft zelf tegen ons gezegd: “Misschien duurt het nog lang voor uw man voldoende is opgeknapt, maar: zo gauw uw man kan, kom dan terug naar de IC voor een bezoekje.’’’ Revalidatie: voor een patiënt begint het dan pas Van Stijn: ‘Voor een patiënt houdt het vaak niet op als hij of zij van de IC af komt. Ook over de periode na de IC valt veel te lezen in ‘Intensief’. ‘Ik merk nogal eens dat de familie opgelucht is als het beter gaat met een patiënt en hij kan gaan revalideren. Maar voor een patiënt begint dan vaak pas de moeilijkste tijd. De patiënt heeft zich vaak niet gerealiseerd dat hij ernstig ziek geweest is. Hij begrijpt de emoties van de ‘Intensief’ is gratis verkrijgbaar via IC-afdelingen van ziekenhuizen in Nederland. Intensief is een uitgave van Pfizer in samenwerking met de Nederlandse Vereniging voor Intensive Care. tekst: Fred Verdult. fotografie: Marjolein Annegarn Peter de Feiter is intensivist (IC-specialist) in het Sint Franciscus Gasthuis Rotterdam en voorzitter van de Nederlandse Vereniging Intensive Care: ‘Vier op de tien patiënten komen op de IC na een geplande operatie en zes op de tien komen dus onverwacht op de IC. Op de intensive care staat de behandeling van de patiënt natuurlijk centraal. Maar we besteden ook heel veel aandacht aan het goed begeleiden van familieleden.’ familie vaak niet zo goed. Een patiënt heeft later vaak een heel eigen beleving: iemand herinnert zich flarden uit die periode, hij kan allerlei waanbeelden hebben en er zijn verhalen van familieleden.’