Ondertussen in Nederland Heimwee naar de JAREN 30 Minder volle agenda’s, minder ballen in de lucht, minder stress: we puzzelen en cursussen wat af om dat voor elkaar te krijgen. Maar volgens sommigen kun je ook gewoon leven zoals ze dat in de jaren dertig deden. Drie overtuigde ‘dertigers’ vertellen wat hen dat oplevert. Van plant tot tapijt en van schortje tot emaillen pan: alles is zoals toen in de huiskamer van Juffrouw Jo 46 _ Feel con nected _ 47 ‘Je maakte op zondag samen uitstapjes met de fiets, luisterde met de hele familie naar de radio en deed ’s avonds een spelletje’ Meer dan ooit lijkt het vintage verleden op te duiken in het heden. Je ziet het in mode, interieurs, tijdschriften, illustraties, design, muziek, films, televisieseries, auto’s… overal. De een valt vooral voor de esthetiek van toen, de ander verlangt terug naar de ouderwetsche gezelligheid en knusheid. Heel opvallend is dat jaren-30-huizen – origineel of nieuwbouw – al tijden de populairste op de markt zijn. En dat er zelfs een club mensen is die exact zo probeert te leven als in het interbellum. In Amerika, Engeland, Frankrijk en Japan, maar ook in Nederland. Waarom heeft dat decennium zo’n aantrekkingskracht? Rijksmuseum-medewerker Mark Davids, of Mijnheer Davids, zoals hij zichzelf het liefst noemt, is een van die mensen die 24/7 het dagelijks leven van de dertiger jaren leeft: “De economische teruggang, de globalisering waardoor alles inwisselbaar lijkt, het moordende tempo van onze maatschappij, 1 48 _ 2 Feel con nected het feit dat het leven onpersoonlijker en anoniemer is geworden, dat zijn allemaal dingen die ervoor zorgen dat mensen gaan terugkijken naar hun roots. Waar komen we vandaan en wie zijn we eigenlijk? De dingen van vroeger bieden herkenning en houvast. Wat ik zelf zo aantrekkelijk vind aan de jaren dertig, is in eerste instantie de stijl: de kleding, de architectuur, de auto’s, de muziek – dat vind ik allemaal veel mooier dan nu. Maar ik ben ook gecharmeerd van de omgangsvormen van toen en het feit dat het leven eenvoudiger, overzichtelijker, socialer en hechter was. Je maakte op zondag samen uitstapjes met de fiets, luisterde met de hele familie naar de radio en deed ’s avonds spelletjes met z’n allen.” EEN STOFZUIGER UIT 1924 Historisch adviseur Jo Hedwig Teeuwisse, oftewel Juffrouw Jo, leeft ook al jaren alsof de afgelopen tachtig jaar niet bestaan hebben. De argumenten waarmee ze haar levensstijl verdedigt, klinken verrassend modern: “In het verleden was het absoluut niet allemaal perfecter dan nu, maar het idee dat alles altijd alleen maar beter wordt, daar ben ik echt van teruggekomen. Neem onze consumptiemaatschappij, waarin individualisme het belangrijkste is. In de jaren dertig was iedereen zuinig, zelfs als je rijk was. Want verspillen, dat deed je gewoon niet. Daar hoefden ze geen excuses voor te hebben, zoals tegenwoordig het milieu. Elk jaar een nieuwe mobiele telefoon, dat is gewoon waanzin. En al die plastic wegwerptroep die we kopen... Begin vorige eeuw werden dingen gemaakt om een leven lang mee te gaan. Mijn stofzuiger uit 1924 is misschien niet de meest praktische en maakt lawaai, maar hij werkt nog fantastisch. En mijn fiets uit 1937 had nog de originele banden toen ik ’m kocht, die waren niet eens lek. Als er vroeger iets kapotging, hoefde je het niet weg te gooien, want het was makkelijk te repareren. En vaak kon je dat gewoon zelf doen.” De pas negentienjarige Jip Hartog staat er op dezelfde manier in. Ze heeft het ouderlijk huis nog niet verlaten, maar kleedt zich wel consequent volgens de mode van toen. “Soms denk ik dat ik in de verkeerde tijd geboren ben. Het gevoel dat ik krijg als ik naar een foto uit de jaren dertig kijk of een boek uit die tijd lees. Het is lastig te beschrijven. Hoe de straten en huizen eruitzagen, hoe de mensen met elkaar omgingen, de eenvoud: dat zijn allemaal dingen waar ik blij van word. Natuurlijk was er ook 1. M ijnheer Davids kiest een grammofoonplaat om te beluisteren. De lp is overigens bezig aan een heuse comeback. 2. Net filmster Ginger Rogers op een oude zwartwitfoto, maar het is de negentienjarige Jip Hartog. 3. C lub Interbellum organiseert uitjes in stijl. 4. O ok de persoonlijke verzorging doen de neotraditionalisten zo veel mogelijk met spullen van vroeger. 4 3 veel armoede en kun je beter nu ziek zijn dan toen. Maar we leven tegenwoordig wel meer langs elkaar heen. En waar ik me echt aan kan ergeren is het materialisme, dat alles constant vervangen moet worden door weer iets nieuwers en ‘mooiers’. Mensen zouden wat meer tevreden kunnen zijn met wat ze hebben.” Jip heeft ook besloten om een echt vak te leren: ze doet nu een opleiding tot coupeuse. “Ik vind het heel bijzonder dat het systeem waarmee ik nu patronen teken tijdens de les al bestaat sinds 1909!” Op haar blog Oldfashionedatheart.blogspot.nl schrijft ze veel over haar liefde voor het maken van jaren-30-kleding. Ook Juffrouw Jo besteedt haar vrije tijd liever aan dingen maken dan aan tv-kijken: “Een van de dingen die ik heel mooi vind aan de jaren dertig is dat de mensen enorm creatief waren. Ze moesten wel, maar het was ook leuk dat gezinnen ’s avonds massaal aan het figuurzagen sloegen en dingetjes gingen knutselen, haken en breien. Terwijl nu bijna elke vrije minuut naar de computer of televisie gaat. Daar blijft niks bevredigends van over, het is tijd die vervliegt en verdwijnt. Ik vind het hartstikke gezellig en rustgevend, en het geeft me veel voldoening, als ’s avonds de radio speelt, de honden liggen te slapen voor de kachel en ik lekker aan het prutsen ben om een lamp in elkaar te zetten volgens een beschrijving uit het tijdschrift Huisvlijt uit 1938.” Door hun kleding zijn de drie opvallende verschijningen op straat. Je zou verwachten dat het op Jips leeftijd het moeilijkst is om zich staande te houden tussen leeftijdsgenoten met de hipste kleding en de nieuwste gadgets. “Eigenlijk valt het mee,” zegt ze. “Als ik op mijn kleding word aangesproken, zijn de reacties vaak positief: ‘Wat knap dat je dat zelf hebt gemaakt.’ De laatste keer dat ik werd ‘uitgescholden’ was door twee meisjes die ‘oma’ en ‘Anne Frank’ naar me riepen. Daar zat ik niet mee, want ik ben dol op oma’s en Anne Frank is mijn idool. Ik ben vooral blij dat mijn ouders erachter staan hoe ik leef en dat mijn vriend het ook leuk vindt. Wat wel grappig is: ik ben vrij klein, één meter zestig. Vroeger had ik daar moeite mee, maar nu prijs ik mezelf gelukkig, want door mijn lengte pas ik bijna alle vintage kleding uit die tijd.” Mijnheer Davids krijgt op straat weleens ‘Al Capone’ naar zijn hoofd geslingerd als hij met een lange jas en een hoed loopt, maar verder zijn de reacties vooral positief. “De herenkleding uit die tijd is qua stijl vrij tijdloos. Waar je het aan herkent zijn vooral de mooie, handgemaakte details, maar die zie ik eigenlijk alleen zelf. Maar weinig mensen hebben daar nog oog voor.” SPELBREKERS De ‘dertigers’ voelen zich niet geïsoleerd of buiten de maatschappij staan, hoewel Davids bij conversaties weleens moet afhaken omdat hij het nieuws van nu niet op de voet volgt – laat staan de televisie- programma’s. Alleen relaties en kinderen lijken een heikel punt te zijn. In de Britse documentaire Time warp wives (2008) worden drie vrouwen gefilmd die een picture perfect leven leiden in respectievelijk de jaren vijftig, veertig en dertig. Ze hebben ieder een bijpassende man gevonden met wie ze hun huis en leven volledig kunnen delen, maar kinderen zijn spelbrekers. Die passen niet in het plaatje, want zo’n kind wil natuurlijk een gameboy, Nikes, tv-kijken en ga zo maar door. Voor Teeuwisse en Davids blijkt dat inderdaad een obstakel te zijn. Mijnheer Davids: “Ik woon alleen en dat is een bewuste keuze – hoewel dat niet alleen met de jaren-30-gebruiken te maken heeft. Maar inderdaad: samenwonen, en zeker kinderen, zijn voor mij een lastig verhaal, omdat ik nou eenmaal geen concessies wil doen aan mijn levensstijl.” Jip denk er wat anders over: “Mijn vriend en ik dromen ervan om ooit te gaan samenwonen in een huis dat helemaal à la de jaren dertig is ingericht. Maar stel dat ik ooit kinderen zou hebben, wat ik graag wil, dan wil ik toch ook wel een wasmachine. Dan maar iets wat niet 100% klopt. Tot het zover is, was ik alles op de hand en gebruik ik schoonmaakmiddelen van toen, die zijn veel gezonder en milieuvriendelijker. Om dezelfde reden koop ik zo veel mogelijk onbewerkt eten, zoals toen normaal was.” Ook Juffrouw Jo doet haar huis­houden ­zoals het beschreven staat in handboeken als De schat der huisvrouw. “Natuurlijk, _ 49 2 ‘Alles werd gemaakt om een leven lang mee te gaan. De banden van mijn fiets uit 1937 waren niet eens lek’ het kost wat meer tijd op deze manier, maar als ik aan vriendinnen vraag wat ze doen met de uurtjes die ze zogenaamd ­besparen, dan is het meestal tv-kijken, achter de computer zitten of rommelen met hun telefoon. Of ze gaan naar de sportschool, waar ze betalen om dezelfde lichaamsbeweging te krijgen die ik heb doordat ik de vloer schrob.” ZOALS HET HOORT Op het blog dat Mark Davids bijhoudt, Thetruegentleman.nl, neemt etiquette een prominente plaats in: “Ik probeer me ook innerlijk te gedragen zoals men toen leefde en dat gaat prima. De gedragscodes van de jaren dertig zijn heel mooi beschreven in Hoe hoort het eigenlijk van Amy GroskampTen Have. Er wordt nu veel geklaagd dat mensen hufterig zijn. Als iedereen zich volgens de etiquette van toen zou gedragen, zou de wereld een stuk mooier zijn. Ik ben positief gestemd wat dat betreft. Het gaat in golfbewegingen: de jaren twintig van de vorige eeuw waren wild en losbandig, daarna was er behoefte aan wat meer ordelijkheid en zo zal het nu ook wel gaan.” Niet alle normen van toen zullen nu trouwens even enthousiast ontvangen worden. “Ik vond vandaag op het Waterlooplein toe­ vallig een mooi rooksetje,” vertelt Juffrouw Jo. “In de jaren dertig deden we nog niet zo hysterisch over roken, dus dat doe ik zelf nu ook niet, hoewel ik geen echte roker ben, alleen een sociale roker. Maar ik vind het altijd wel erg leuk om een bakje sigaretten naast de koffie te presenteren als ik bezoek krijg. Qua veranderde waarden geven tijdschriften fascinerende inzichten. Als je bijvoorbeeld Libelles uit de jaren dertig naast die van nu legt, zie je dat het toen ging over dingen als zelf maken, je kreeg schoonmaaktips en adviezen hoe je netjes en beschaafd kunt overkomen. Nu gaat het over hoe je zo lang mogelijk kunt doen alsof je jong bent en wat je allemaal moet kopen en hebben. Dan spreekt de oude Libelle mij meer aan.” 1. D e fiets is het favoriete vervoermiddel van mijnheer Davids en de zijnen. Groeten doen de heren door even de hoed (of pet) af te nemen. 2. Jip Hartog maakt haar kleding zelf op basis van originele patronen. TERUG NAAR DE TOEKOMST Hoever iedereen wil gaan om in een andere tijd te leven, varieert. Juffrouw Jo: “Mijn jarendertighuis heeft een douche, maar ik zou er ook geen probleem mee hebben als ik in een tobbe had moeten stappen. Dan 50 _ Feel con nected ✻ Hab3045.nl ✻ T hetruegentleman.nl ✻ Oldfashionedatheart.blogspot.nl TEKST CHRIS MUYRES FOTOGRAFIE JUFFROUW JO RENE MESMAN STYLING JESKE WEEL 1 zou ik ’m lekker bij de kachel in de woon­ kamer zetten, terwijl de radio speelt op de achtergrond.” Toch is er één modern ­apparaat waarvan ze allemaal gebruik ­maken: de computer. Maar die gebruiken ze dan vooral als teletijdmachine. “Voor ­research naar de jaren dertig, om oude films en muziek van toen te downloaden, om contact te houden met geestverwanten wereldwijd en om uitjes te organiseren met onze Club Interbellum,” vertelt Mijnheer Davids. Jip Hartog en Juffrouw Jo zijn ook lid. Ze struinen regelmatig met andere clubleden een dag langs vintage winkels in Amsterdam of bezoeken een museum. Jip gebruikt de computer vooral ook om vintage kleding te vinden op eBay. Maar daad­ werkelijk teruggaan naar die tijd als er een échte teletijdmachine zou bestaan? Jip twijfelt nog: “Hooguit als ik vrienden en ­familie zou kunnen meenemen, zeker niet in mijn eentje.” Juffrouw Jo: “Ik heb nooit een echte connectie met het heden gehad, zelfs in mijn puberteit had ik nooit het idee: de muziek van nu is mijn soort muziek en dit is mijn soort mode. Maar permanent in een andere tijd leven hoeft voor mij toch niet. Ik voel wel een soort heimwee naar de jaren dertig als het land waar ik geboren ben, waar ik een keer naar terug zou willen reizen. Maar dan absoluut met een retourticket. Voor mijn Historisch Adviesbureau ’30-’45, waarmee ik werk voor onder meer film en televisie, doe ik veel onderzoek naar die periode en ik weet dat het toen bepaald niet alleen hosanna was. Ik noem mezelf ook geen nostalgist, maar liever neo-traditionalist: ik probeer het beste van vroeger te combineren met het beste van het heden, voor een nieuw morgen, om het een beetje idealistisch te formuleren.”