Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit P. 350 Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit In Nederland ligt de ruimte er mooi aangeharkt bij. Een project als Mooi Nederland illustreert de ambitie van planologen om die aangeharkte ruimte nog mooier te maken. Om dergelijke ambities echt te behalen, is harken niet genoeg. De uitdaging is ploegen: door de ondergrondse ruimte veel meer in ruimtelijke afwegingen te betrekken is een duurzamere omgevingskwaliteit te bereiken en zijn maatschappelijk urgente vragen beter te beantwoorden. Henk Puylaert, Erik Schurink en Henk Werksma Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit P. 351 Figuur 1 Lagenbenadering (bron: Dauvellier Planadvies, 2003) Occupatielaag kent een hoge veranderingssnelheid; veranderingen voltrekken zich veelal binnen één generatie (10 tot 40 jaar). Netwerklaag kent hoge aanloopkosten en lange aanlooptijden; belangrijke veranderingen in deze laag duren circa 20 tot 80 jaar. Ondergrondlaag kent een lange ontstaansgeschiedenis en is kwetsbaar; veranderingen treden soms snel dan weer langzaam op, herstel of nieuwvorming kan tientallen jaren tot eeuwen duren. De ondergrond kan een belangrijke bijdrage leveren aan de oplossing van maatschappelijke problemen, zoals de klimaat- en energiecrisis en de verrommeling. Jaarlijks gaat door ondoordacht gebruik van de ondergrond drie miljard euro verloren (De Mulder e.a., 2003). Het is dan ook belangrijk om de vertegenwoordigers van de ondergrond uit te dagen, het speelveld van de gebiedsontwikkeling te laten zien en creativiteit te stimuleren. Dit kan door functiecombinaties en meervoudig ruimtegebruik boven en onder de grond uit te werken en toe te passen. Een slim doordacht driedimensionaal plan voorkomt dat problemen in de uitvoering met hoge kosten moeten worden opgelost. In de ruimtelijke ordening ligt de focus op het bovengrondse en het zichtbare. Er is weinig aandacht voor de ondergrond en de mogelijkheden die de ondergrond biedt voor ruimtelijke ontwikkeling. De ondergrond biedt veel kansen om de ruimtelijke kwaliteit van de bovengrondse ruimte te verbeteren. Dit kan bijdragen aan oplossingen van actuele maatschappelijke problemen zonder dat dit ten koste gaat van duurzaam gebruik en beheer van de ondergrond. Centraal staat hier de vraag naar de winst van een integrale benadering van de ondergrond en de bovengrond. Wat is verdiept ruimtelijk beleid? Hoe brengen we dit een stap dichterbij? Eerst wordt ingegaan op de ondergrondlaag van de lagenbenadering. De meerwaarde van de relatie tussen boven- en ondergrond wordt vervolgens geïllustreerd door maatschappelijk urgente kwesties op het gebied van klimaat en energie en omgevingskwaliteit. Tot slot wordt aangegeven hoe verdiept ruimtelijke beleid werkelijkheid kan worden. De lagenbenadering De essentie van de lagenbenadering (figuur 1) is de veranderingssnelheid van de lagen. De benadering stimuleert het bewustzijn over temporele veranderingen in de onderscheiden lagen. Naarmate dit tempo lager ligt, is meer oog voor effecten op langere termijn nodig in de afweging van ruimtelijke ingrepen. Veranderingen in de occupatielaag gaan over het algemeen sneller dan in de ondergrondlaag. Ingrepen in de ondergrond zijn niet of slechts op lange termijn omkeerbaar. De ondergrond is gezien de aard van de biotische en abiotische processen daarin een laagdynamisch systeem. Een regendruppel doet er honderden jaren over om een drinkwaterbron op een paar honderd meter diepte te bereiken. Dat maakt het logisch dat de gewenste invloed van de overheid, als hoeder van het langetermijnbelang, op de ondergrond groot is. Ook vraagt dit van de overheid oog voor de interactie tussen de lagen. Veranderingen in de ene laag kunnen effect hebben op andere lagen. Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 De ondergrondlaag is uitgewerkt in ondergrondkwaliteiten. Dit zijn de informatiekwaliteit, productiekwaliteit, draagkwaliteit en regulatiekwaliteit (figuur 2). Deze vierdeling maakt de functies van de ondergrond zichtbaar. De ondergrond is de basis van het landschap en het (natuur-) historisch archief. Deze laag is een schatkamer voor genetisch materiaal, cultureel erfgoed en drager van het landschap en daarmee bepalend voor de identiteit van gebieden. Bovendien is de ondergrond de basis voor natuur, landbouw, tuinbouw en bosbouw, producent van delfstoffen en van energie. De ondergrond is de drager voor constructies, funderingen, ondergrondse verblijfsruimten, kabels en leidingen. Bovendien is deze laag een buffer voor de opslag van hemelwater. In de ondergrond vinden tenslotte processen plaats als filtratie, buffering en chemische omzetting. Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit Figuur 2 Ondergrondkwaliteiten (bron: Dauvellier Planadvies, 2003) De ondergrond heeft een grote capaciteit tot (zelf-)regulatie en is in staat om zelf, of soms geholpen door de mens, verontreinigingen af te breken mits ze ruimte en tijd krijgt. De ruimtelijke ordening is vooral gericht op de eerste drie kwaliteiten. Het belangrijkste aandachtsgebied van milieubeheer is juist de vierde kwaliteit, de regulatiekwaliteit. Gebiedsontwikkeling De ondergrondkwaliteiten laten zien dat de ondergrond van invloed is op het gebruik van de ruimte bovengronds (figuur 3). De afstemming van toenemend gebruik en Dwarsdoorsnede ondergrondkwaliteiten (bron: Dauvellier Planadvies, 2007) P. 352 Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit toenemende claims op de ondergrond en het ontwikkelen en beschermen van de kwaliteiten van de ondergrond vereisen een zorgvuldige planning. Dat betekent een betere samenwerking tussen ruimtelijke planning en milieubeheer, waarbij beide disciplines zich moeten verdiepen in de kwaliteiten van de ander. Ruimtelijke ordening mag belangrijke regulatiemechanismen niet verstoren. Milieubeheer moet meer rekening houden met het benutten van productie-, draag- en informatiekwaliteiten. Per locatie moet worden bekeken welke kwaliteiten van de ondergrond belangrijk zijn en hoe deze te combineren vallen. De praktijk van ruimtelijke planvorming en gebiedsontwikkeling laat zien dat de wisselwerking tussen planologen en bodemdeskundigen niet optimaal is. De bodemwereld werkt al geruime tijd aan ver- P. 353 breding van het bodembeleid en probeert aansluiting te vinden bij ruimtelijk beleid en gebiedsontwikkelingen. De ruimtelijke planningswereld is zich nauwelijks bewust van het belang om de ondergrondlaag te beschouwen en als kans te zien. De meeste aandacht gaat uit naar belemmeringen van de ondergrond voor gewenste bovengrondse ontwikkelingen, zoals de extra kosten door verontreiniging van bodem of grondwater, een slechte draagkracht of vertraging door verplicht archeologisch onderzoek. Kansen van de ondergrond voor de oplossing van maatschappelijke kwesties staan in de ruimtelijke planningswereld niet scherp op het netvlies. Voor drie maatschappelijke kwesties volgen nu enkele voorbeelden van kansen die, als ze worden benut, laten zien dat een gebied er sterk op vooruit kan gaan door beter gebruik van de ondergrond. Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 Klimaat en energie De regulatiekwaliteit van de bodem kan worden aangesproken om hemelwater tijdelijk te bergen. Om wateroverlast in extreme situaties te voorkomen is tijdelijke berging van water op de grond en in de bodem nodig. Water in de bodem opslaan kan bijvoorbeeld in combinatie met andere functies die stedelijke kwaliteit toevoegen aan de openbare ruimte. De zonnevijver op de ondergrondse parkeergarage in het Paleiskwartier in Den Bosch is een goed voorbeeld (Werksma & Verhoeff, 2007). Water in de bodem opslaan kan ook. De bodem moet dan niet verhard zijn en het kan noodzakelijk zijn de doordringbaarheid van de bodem te verbeteren. De bergingspotentie verschilt namelijk van plaats tot plaats, waardoor vroegtijdige afstemming van gebruik van boven- en ondergrond noodzakelijk is. Bij ruimtelijke ontwikkelingen met een groot verhard oppervlak is de tijdelijke berging van hemelwater een lastige opgave. Dit is op te lossen door de bodem als ruimtereservoir te beschouwen en de inrichting van de bouwlocatie zo af te stemmen op de bodemopbouw dat infiltratie vanuit vijvers en wadi’s mogelijk is. Waterberging in de bodem gaat verdroging in de zomer tegen. Dat is noodzakelijk om monumentale bomen en ander groen te behouden. Ook voorkomt dit dat eeuwenoude funderingspalen droog komen te staan, hun draagkracht verliezen en schade aan panden wordt veroorzaakt. De productiekwaliteit van de bodem levert een belangrijke bijdrage aan een duurzame energiehuishouding, door bijvoorbeeld warmte- en koudeopslag, Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit geothermie en opslag van (wind-) energie in de bodem. Vooral warmte- en koudeopslag vraagt om ruimtelijke ordening van de ondergrond, omdat open systemen gebruik maken van grondwaterstromen. Het is niet mogelijk om onbeperkt systemen naast elkaar te ontwikkelen, omdat het ene systeem de warmte of koude van het andere systeem kan inpikken. Dit heeft juridische gevolgen voor eigendom en aansprakelijkheid, waarvan onduidelijk is of en hoe een bestemmingsplan dit kan regelen. Dit jaar verschijnt een beleidsvisie op de ondergrond van het Ministerie van VROM die hierop ingaat. De relatie tussen ondergrond en broeikasgassen is voor gebiedsontwikkeling een actueel thema. Het landbouwkundig gebruik van veenweidegebieden leidt door waterpeilverlaging tot blootstelling van veen aan de lucht en daarmee tot een aanzienlijke CO2-uitstoot (regulatiekwaliteit). Andersom kan het gebruik van de ondergrond voor opslag in lege aardgasvelden (draagkwaliteit) de bodemdaling tegengaan en een oplossing zijn voor het CO2probleem. Discussies over een experiment met CO2-opslag in Barendrecht illustreren de verbinding tussen ondergrondse en bovengrondse ordening. Leefomgevingskwaliteit Intensivering van het ruimtegebruik door verdichting en verdieping draagt bij aan de kwaliteitsverbetering van de stad en voorkomt aantasting van kwaliteiten van groene gebieden. Minder aantrekkelijke functies, zoals opslag van afval en goederen, parkeren, archiefruimte, kabels en leidingen, kunnen naar de ondergrond verplaatst worden. Ondergrondse auto-infrastructuur verbetert vooral in steden de milieu- en P. 354 Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit omgevingskwaliteit. Een voorbeeld is de Markt in Maastricht waar de aanleg van een ondergrondse parkeergarage de bovengrondse kwaliteit sterk heeft verbeterd. Bij grote ruimtenood is het omvangrijke ruimtereservoir van de ondergrond in stedelijk gebied actief te benutten voor winkelen en amusement. De Rotterdamse koopgoot en de Haagse tramtunnel tonen dat een hoge kwaliteit van de ondergrondse ruimte de aantrekkelijkheid van gebieden ondergronds en bovengronds versterkt. De drukte in de ondergrond kan bij onvoldoende oog voor de samenhang tussen ondergrond en bovengrond beperkend werken. Zo was het niet mogelijk om bomen te planten in een Utrechts centrumgebied omdat er geen ruimte voor de wortels was. De culturele identiteit van steden en dorpen is te versterken door archeologische waarden in de bodem te tonen en aardkundige waarden in het landschap te accentueren (informatiekwaliteit). De regionale economie kan hier de vruchten van plukken door inkomsten uit toerisme en recreatie, bijvoorbeeld waar wandelroutes de toerist kennis laten nemen van de bodem. In Maastricht leidt de route langs bewaard gebleven resten van Romeinse bouwwerken en in Woerden toont een parkeergarage archeologische vondsten. Kosten en baten Problemen met de uitvoering van grote plannen, zoals de Noord-zuidlijn in Amsterdam en de Haagse tramtunnel halen het landelijke nieuws. Ook in de regio is groot leed zoals bij de Koepoortgarage in Delft en de bij Schouwburg in Middelburg. Klein leed, dat vooral de draagkwaliteit P. 355 van de ondergrond betreft, komt frequent voor, zoals paalrot door verlagingen van de grondwaterstand, wateroverlast door opstuwing door parkeergarages, vocht in kruipruimtes, aantrekken van grondwaterverontreiniging en beschadiging van kabels en leidingen tijdens de bouw. Tijdens de bouw of kort na oplevering zorgt dit voor hoge kosten en maatschappelijk onrust. Dat geldt ook voor onverwachte kosten in het beheer, bijvoorbeeld door verzakkingen van opritten en andere infrastructuur. Een passende afstemming van functies op en in de ondergrond bespaart veel geld zowel in de realisatie als in het beheer. Bodemverontreiniging, een bedreiging voor de regulatiekwaliteit van de ondergrond, vormt voor veel braakliggende terreinen een obstakel voor herontwikkeling. De kosten van sanering zijn vaak te hoog. Door de sanering te combineren met andere functies zijn kosten te besparen. Bijvoorbeeld door aanleg van een warmte- en koudeopslagsysteem dat door het rondpompen van grondwater het verontreinigde grondwater zuivert. Dit voorkomt een ingrijpende en tijdrovende sanering. Voor de ontwikkeling van woningbouw is verontreinigde grond een belemmering, zeker in bestaand stedelijk gebied. Kansrijke oplossingen zijn te realiseren op aantrekkelijke locaties, zoals oude havengebieden, door functiecombinaties, innovatieve inrichtingsconcepten en een slimme keuze van de saneringstechniek. Voor de herstructurering van een wijk in Hoogvliet is bodemsanering gecombineerd met ruimte voor waterberging. De vervuilde grond is hergebruikt voor een geluidswal langs de A 15 door de grond in folie te pakken en er een leeflaag op te brengen. Op die laag is groen gerealiseerd, wat fijnstof afvangt. Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit Tabel 1 De werelden van gebiedsontwikkeling en milieu milieu gebiedsontwikkeling denkwijze defensief / vasthouden dan wel verbeteren offensief / overvragen werkwijze monodisciplinair/sectoraal/uitsluiten onzekerheid multidisciplinair/integraal/omgaan met onzekerheid kwaliteitsdoel maximalisatie van een specifieke kwaliteit optimalisatie totaal niveau besluitvorming centraal decentraal methode doelbereiking formulering toetsbare normen ontwerpen, inpassen en afwegen ruimtegebruik multifunctioneel en intensief functiescheiding en zonering Tabel 2 Checklist ondergrond geschikt voor… beschermen van… zichtbaar maken van... bouwen schone bodem cultuurhistorie rekening houden met… bodemvervuiling ondergronds bouwen levende bodem landschap kabels en leidingen CO2 opslag stabiele bodem geomorfologie niet gesprongen explosieven warmte- en koudeopslag waterfilterende bodem ecologie bodemdaling geothermie waterbergende bodem aardkundige waarden gewasproductie voorraden drinkwater archeologie De uitdaging Gebruik maken van de ondergrond verbetert dus de (bovengrondse) ruimtelijke kwaliteit en draagt bij aan de oplossing van maatschappelijke kwesties. Verdiept ruimtelijk beleid biedt kansen. De vraag resteert hoe die kansen kunnen worden benut. Het antwoord is simpel. Organiseer interactie tussen de betrokken disciplines en laat resultaten zien. De praktijk is echter weerbarstig. Cultuur- en organisatieverschillen maken dat onderling contact niet vanzelfsprekend is. Tabel 1 illustreert de verschillende werelden. Juist vanuit deze verschillen is een uitdagende inbreng te leveren aan de maatschappelijke kwesties, die gebiedsontwikkeling en ondergrond met elkaar gemeen hebben. Vanuit de ondergrond vraagt dit de juiste bijdrage op het juiste moment in de juiste vorm. De juiste bijdrage betreft het brede spectrum van de ondergrond, wordt gecoördineerd aangeleverd met inbreng vanuit verschillende bodemdisciplines, zoals geotechniek, archeologie, bodemkunde, hydrologie. Hierbij dienen tevens verbindingen gelegd te worden naar andere thema’s, zoals natuur, water en economie, en dient aansluiting op de politieke agenda gezocht te worden. Van gebiedsontwikkelaars vraagt dit een integrale verkenning van de ondergrond in een gebiedsanalyse. De lagenbenadering en daarop gebaseerde analyse-instrumenten, zoals de checklist ondergrondkwaliteiten (tabel 2), zijn hulpmiddelen. Deze checklist verschaft een agenda van relevante onderwerpen en helpt om samenhang tussen onderwerpen in de ondergrond aan te brengen via de vier onderscheiden kwaliteiten. De lagenbenadering positioneert de ondergrond ten opzichte van de andere lagen in de gebiedsanalyse en stimuleert inzicht in de samenhang tussen de lagen. Belangrijk is ook de communicatie over de geleverde bijdragen. Zijn de bijdragen bruikbaar, welke vragen leven nog en P. 356 Rooilijn Jg. 42 / Nr. 5 / 2009 Een bodem voor duurzame omgevingskwaliteit welke informatiebehoefte bestaat nog? Dit lijkt vanzelfsprekend, maar de praktijk laat zien dat er vaak een kloof blijft tussen vraag en aanbod van informatie. De juiste vorm van informatie en informatieoverdracht is van grote betekenis. Gebiedsontwikkelaars willen informatie die zicht biedt op kansen. Informatie moet eenvoudig zijn, visueel aantrekkelijk en in de taal van de ontvanger. Geschiktheids- en kansenkaarten voor ruimtelijke functies is wat gebiedsontwikkelaars willen, evenals inzicht in de grote belemmeringen in tijd en kosten van de ondergrond voor gebiedsontwikkeling. Dus biedt geen bodemkwaliteitskaart met technische legenda-eenheden aan, maar een kaart die duidelijk maakt waar in het gebied hoeveel onderzoekstijd nodig is naar de kwaliteit van de bodem. Basis voor duurzame kwaliteit De ondergrond biedt kansen voor de oplossing van de ruimtelijke ordeningskwesties van vandaag, zoals duurzaamheid, leefbaarheid en kosten. Een duurzame ontwikkeling is gebaat bij schone energiebronnen. De ondergrond kan met geothermie en warmte-koudeopslag een wezenlijke bijdrage leveren. Door veenoxidatie af te remmen via waterpeilbeheer kan CO2-uitstoot verminderen. Gebruik van de ruimte in de ondergrond draagt bij aan een intensivering van het stedelijk ruimtegebruik en kan dit bovengronds de leefomgevingskwaliteit verbeteren. Tevens kan het een rem zijn op stedelijke uitleg waardoor groene gebieden gevrijwaard blijven van verstedelijking en de kans op verrommeling van het landelijk gebied vermindert. Met een slim gebruik van de ondergrond is geld te besparen en zelfs te verdienen. De directe bespaar- en verdiencapaciteit zit P. 357 vooral bij de draagkwaliteiten (het domein van de civiele techniek) en de wijze van omgang met verontreiniging van bodem en grondwater. Een indirecte verdiencapaciteit zit in de informatiekwaliteiten via een leesbare geschiedenis van stad en land. Dit is een kans voor de regionale economie. Archeologische en aardkundige waarden kunnen gedurende lange tijd voor een toeristisch-recreatieve impuls zorgen, mits goed beschermd. Ook de regulatiekwaliteiten vragen bescherming tegen ongewenste ingrepen. Ongewenst gebruik kan tot jarenlange negatieve effecten leiden waardoor opties in de toekomst zoals schoon en goedkoop drinkwater niet zijn te verzilveren. Verdiept ruimtelijk beleid hoort afwegingen te maken tussen korte en langetermijnbelangen en waarden van de boven- en de ondergrond. Nodig is dat vroeg in het planvormingsproces verdieping ontstaat in de interactie tussen ondergronddeskundigen en gebiedsontwikkelaars. Als dat lukt dan vormt de ondergrond echt de basis voor een duurzame omgevingskwaliteit. Henk Puylaert en Henk Werksma ([email protected]) zijn planoloog en partner van H2Ruimte. Erik Schurink ([email protected]) is senior adviseur bij CSO Adviesbureau in multidisciplinaire projecten over de ondergrond. Literatuur Mulder, E.F.J. de, M.C. Geluk, I. Ritsema, W.E. Westerhoff & T.E. Wong (2003) De ondergrond van Nederland, Noordhoff, Utrecht Werksma, H. & B. Verhoeff (2007) De bodem is voor mij…; een stevige basis voor ruimtelijke ontwikkeling, SKB, Gouda.