Gemeente: Bruid? Volk?

advertisement
Gemeente:
Bruid? Volk?
Lichaam?
2
Johannes 10 en 17,
De Heer bidt en dankt voor degenen
die de Vader Hem gegeven heeft.
De bruid wordt groter qua
aantal leden van het volk
Handelingen
De Heer was als Echtgenoot-Koning naar hen (Israël)
toegekomen. Zij verachtten hem echter in Zijn vernederde staat als Mens. Ze verwachtten iets anders.
Hoe reageren ze als Hij vanuit de hemel spreekt?
Handelingen:
waar is de bruid?
Hij heeft Zichzelf, nadat Hij geleden had, ook
levend aan hen vertoond, met veel onmiskenbare
bewijzen, veertig dagen lang, waarbij Hij door hen
gezien werd en over de dingen sprak die het
Koninkrijk van God betreffen. Handelingen 1:3
Handelingen:
De Heer gaf opdrachten aan Zijn
discipelen: kracht uit de hoogte ontvangen – in heilige geest gedoopt
Getuige zijn in:
1. Jeruzalem
2. Heel Judea
3. Samaria
4. Uiterste van het land
Uiterste van het land
Vervulling in Handelingentijd
Uiterste van de aarde
Vervulling in de 1000 jaren (Mt.28:18-20)
De twaalf min Judas Iskariot = 11
12 moesten compleet worden:
Matthias toegevoegd
Scheidslijn: de twaalf – Paulus
En zij wierpen hun loten en het lot viel op Matthias; hij werd met
instemming van allen aan de elf apostelen toegevoegd –
Handelingen 1:26
Petrus stond op, met de elf - Handelingen 2:14
En de twaalf riepen de menigte van de discipelen bij zich Handelingen 6:2
Hij werd gezien door de twaalf …. nadat Hij gezien was door al de
apostelen…..
En als laatste van allen werd Hij ook door mij gezien 1 Corinthiërs 15:5-8
Petrus verwijst naar Joël,
tekenen en wonderen die de komst van de
dag van Ieue inluidden (Joël 2:28-32);
en naar het verbond met David (Hand. 2:30)
Drie verbonden:
* Davidisch
- Jeremia 33:17-21
* Abrahamitisch - Genesis 17:8; 28:13
* Adamitisch
- Genesis 1:28
Worden in Christus vervuld!
Bruidegom doet aanzoek via Petrus aan de
in principe tot bruid bestemde menigte op
oogstfeest pinksteren:
Zouden de eerstelingen van de oogst
Hem accepteren en aanvaarden?
Bruid wordt geroepen: 3000 horen en
worden overtuigd dat Jezus hun Messias is
overtuigen – bekeren – dopen –
vergeving van zonden – heilige geest
Genezing van de lamme man:
Petrus verkondigt hun schuld aan de dood van de Messias, hun
geliefde Verloofde – de vorst van het leven (Handelingen 3:15)
Petrus en Johannes – Sanhedrin  Handelingen 2-4
Sanhedrin hoorde 3 keer de boodschap, twee keer voorafgegaan
door prediking aan het volk. Uit Mozes en de profeten.
Zij aanvaardden het niet; zij hadden meer oog voor de vreemden
dan voor hun ware Geliefde (vergelijk Psalm 2  Hand. 4:23-30)
Stefanus wordt gearresteerd en gestenigd
Handelingen 6-8:1; zij veroordeelden hem, en de heerlijkheid straalde van zijn gezicht (vergelijk Mattheüs 17:2)
De leiders van het volk bleken een groter zelfbewustzijn
dan Godsbewustzijn te hebben.
Zonen van Sem – Handelingen 2-7
Zoon van Cham – Handelingen 8
Zoon van Jafeth – Handelingen 10
Horen het evangelie van het
koninkrijk, van de Besnijdenis, en
vooral de Koning: Jezus Christus
Cornelius was een vereerder van God en deed
vele goede werken – hij was al gereinigd, voor
Petrus bij hem kwam!
(zegen hing af van vestigen koninkrijk op aarde)
NB: wij zijn gered zonder
werken – Romeinen 11:6;
Efeziërs 2:8,9
(zegen ondanks falen van Israël)
Israël bleek afvallig van Ieue,
zij namen hun Messias Jezus niet aan –
blijkt zowel in de evangeliën als in Handelingen
Jakobus de apostel wordt gedood en Jakobus de (half)broer
van de Heer komt naar voren op grond van vleselijke lijn.
Petrus
Paulus
De brieven van de Besnijdenis:
Jakobus:
* tijd: Handelingen en voor de dag van Ieue
* aan de twaalf stammen in de verstrooiing (1:1)
* rechtvaardiging mede door werken (2:14-26)
* rijken aangesproken
* sociale rechtvaardigheid
* liever de wereld: overspeligen (4:4)
* in de synagoge (2:2)
* dreigend onbarmhartig gericht (2:13)
* redding van de ziel (1:21; 5:20)
* volharding tot redding nodig (5:11)
Jakobus noemt het lichaam van Christus niet,
spreekt wel over een aspect van de bruid en
schrijft aan de 12 stammen in de verstrooiing
De brieven van de Besnijdenis:
Petrus
* aan de vreemdelingen in de verstrooiing (1Pe.1:1)
* aan lijdende, gelovige rest, ongedeerd door grote verdrukking
* gericht op grond van werken (1 Pe.1:17 Matt.5:16)
* wedergeboorte (1 Pe.1:23  Joh.3:8; Matt.19:28)
* volk van koningen/priesters: was/is de bruid (1 Pe.2:5,9 
Ex.19:5,6), met vruchten (Matt.21:33-46; Ps.118:22,23)
* waren ongehoorzaam en vervreemd (gescheiden) en in
duisternis, nu in het licht te midden van de natiën als Zijn
volk – de bruid (1 Pe.2:8-12  Hosea 1:9-11; 2:22)
* verheerlijking op de berg: ‘eer en heerlijkheid’ (2 Pe.1:16)
* woorden van de profeten (2 Pe.3:2) – lichaam onbekend (Kol.1:26)
* belofte van Zijn aanwezigheid (2 Pe.3:4  Jes.64:1-3)
Petrus noemt het lichaam van Christus niet,
wel bruid-aspecten; schrijft aan de vreemdelingen in de verstrooiing en over hun wandel
te midden van de natiën.
De brieven van de Besnijdenis:
Johannes
* spreekt van het aardse leven van de Heer (1 Joh.1:1,3)
* vergeving van zonden (1 Joh.1:8,9; 2:12) wij gerechtvaardigd om niet
* bescherming/bedekking (1 Joh.2:2) wij verzoend door de dood vd Zoon
* zalving (1 Joh.2:20,27) ipv inwoning van de geest
* uit God geboren (wedergeboorte) (1 Joh.3:9; 5:4)
* de wereld niet liefhebben (1 Joh.2:15-17; 4:4,5  Jak.4:4!)
* de dag van het gericht (1 Johannes 4:17) – wij in een dag van redding
* 2 Johannes - persoonlijk als oudste : leer is voorwaarde (vers 10)
* 3 Johannes – voor de gelovige Jood: niets nemend vd heidenen (7)
* kinderen van God versus kinderen van de tegenwerker (1 Joh.3:10)
Johannes noemt het lichaam van Christus niet,
wel bruid-aspecten; kinderen van God versus
kinderen van de tegenwerker.
De brieven van de Besnijdenis:
Judas
* spreekt van komende gericht van God (vers 4-8,15)
* zelf geen apostel (vers 17)
* bruid trok woestijn in (vers 5), door ongeloof velen niet in het land.
* Kaïn – voorbeeld van religieuze mensen (vers 11)
* Israël had geest van Kaïn – oorzaak van scheiding in het verleden
* spreekt over niet liefhebben van de Heer (vers 8, 10-16)
* spreekt over wel Hem liefhebben (als bruid) (vers 17-23)
Onthulling van Jezus Christus
door Johannes
Geheel aan en op Israël gericht
* koningen en priesters (Openbaring 1:6; Exodus 19:4-6)
* Hij komt op/met de wolken (Openbaring 1:7; Daniël 7:13; Matt. 24:30)
* die Hem doorstoken hebben (Openbaring 1:7; Zacharia 12:10; Joh.19:37)
* de stammen van het land weeklagen (Lucas 23:48; Zacharia 12:10)
* een scherp zwaard (Openbaring 1:16; Jesaja 49:2; Hebreeën 4:12)
* Hij, die is, was en komt – Ieue/Jahweh (Openbaring 1:4,8)
De Heer wandelt te midden van de 7 kandelaren:
7 Joden-christengemeentes in Klein-Azië in de
komende tijd van verdrukking in 70e week van Daniël 9,
dat is de bruid in die tijd
Efeze:
Eerste liefde verlaten : Jeremia 2:2, de bruidstijd
Smyrna: sommigen die zeggen dat zij Joden zijn
zullen niet door 2e dood schade lijden
Pergamum: verwijzing naar het land waar de bruid
naartoe geleid zal worden, witte steen
verwijst naar toegeloot worden
De Heer wandelt te midden van de 7 kandelaren:
Thyatira en Sardis: 10 stammen in het land
Filadelfia en Laodicea: Juda en Benjamin
Thyatira
Izebel  goddeloze staatsreligie ipv theocratie
overwinnaars: regeren over de natiën (Psalm 2:8)
Sardis  boek van het leven, overwinnaars komen
in het nieuwe Jeruzalem
De Heer wandelt te midden van de 7 kandelaren:
Filadelfia en Laodicea: Juda en Benjamin
Fildelfia:
Zoals die er wonen, ook de 144000 worden bewaard
in de tempel door toegang (sleutel van David)
Bewaard: zegel op voorhoofd
Laodicea: het zetelen van de bruid op de troon (3:21)
Openbaring 12: de bruid/de vrouw
Onmiskenbaar Israël, zon, maan en 12 sterren.
De mannelijke zoon is mogelijk de 144000 en krijgt
een ijzeren roede om te regeren over de heidenen
(Psalm 2:8,9; Openb 2:27)
Tegenover de vrouw van Openbaring 12: de afvallige
vrouw Babylon in Openbaring 17 als uiteindelijke totaal
in afgoderij vervallen Joden, die het beest beheersen
Het woord bruid in: Openb.18:23; 19:7,8
Paulus
Paulus
Erven de heidenen die geloven de beloften van Israël?
Romeinen 2:28,29
Want niet híj is een Jood die het in het openbaar is, en
niet dát is besnijdenis die in het openbaar in het vlees
plaatsvindt, maar híj is Jood die het in het verborgene is,
en dát is besnijdenis, die van het hart is, naar de geest,
niet naar de letter. Zijn lof is niet uit mensen maar uit God.
Besnijdenis van hart maakt een Jood tot
een ware Jood
Paulus
Erven de heidenen die geloven de beloften van Israël?
Kolossenzen 2:11
In Hem ook werden jullie besneden met een besnijdenis,
niet met handen verricht, in het afstropen van het lichaam
van het vlees in de besnijdenis van Christus
Afstropen van het lichaam van het vlees
in de besnijdenis van Christus maakt je
niet tot Jood!
Paulus
Erven de heidenen die geloven de beloften van Israël?
Romeinen 9:6-8
Niet dat het woord van God uitgevallen is, want niet
allen, die uit Israël zijn, zijn Israël; ook niet omdat zij
Abrahams zaad zijn, zijn zij allen kinderen, maar in
Izaäk zal je zaad geroepen worden;
dat is: niet de kinderen van het vlees zijn kinderen van
God, maar de kinderen van de belofte rekent Hij tot zaad
Het lichaam van Christus
In Romeinen en 1 Korinte wordt over lichaam
gesproken, als lokale groep.
Een lichaam met handen, voeten, oren, ogen,
dus ook functies die in het hoofd zitten.
Zo stuurde het Hoofd de lokale gemeentes aan.
Begrip lichaam in latere brieven van Paulus:
Efeziërs 1:23; 4:4, 12, 16; 5:23,30
Kolossenzen 1:18,24; 2:19; 3:15
Eén lichaam Efeziërs 4:4
…geeft Hem als Hoofd boven alles aan de
uitgeroepen gemeente, die Zijn lichaam is Efeziërs
1:22,23
bruid komt niet voor in de brieven van Paulus,
maar als woord ook niet eens in de brieven van de
andere apostelen!
verloofde komt voor in
2 Korintiërs 11:2,3
Want ik beijver mij voor jullie met een ijver van God.
Ik heb jullie immers verloofd met één Man, om een
reine maagd aan Christus voor te stellen.
Maar ik vrees dat, zoals de slang met zijn sluwheid
Eva verleid heeft, zo misschien jullie gedachten
bedorven worden, weg van de eenvoud die in
Christus is.
Want de gehuwde (lett: onder-man) vrouw is door de wet gebonden
aan de levende man. Als de man echter gestorven is, is zij ontslagen
van de wet van de man.
Daarom dan, als zij van een andere man wordt terwijl haar man leeft,
zal zij een overspelige genoemd worden.
Als haar man echter gestorven is, is zij vrij van de wet, zodat zij geen
overspelige is als zij van een andere man wordt.
Romeinen 7:2,3
Ziet op Israël en Ieue
NB: Deuteronomium 24:1-4
Efeziërs 5:22-33 - bruid?
De vrouwen, laten zij zich aan hun eigen man
onderschikken als aan de Heer - vers 22
Situatie in het huwelijk
Mannen, hebt je vrouw lief, zoals ook Christus de
uitgeroepen gemeente liefheeft en Zichzelf overgeeft
ter wille van haar
(vers 25)
Situatie in het huwelijk
Efeziërs 5:29,30a
Want niemand haat ooit zijn eigen vlees, maar voedt en
koestert het, zoals ook Christus de uitgeroepen
gemeente, 30. omdat wij leden zijn van Zijn lichaam
Dit beantwoordt aan: ‘Een man zal zijn vader en moeder
verlaten en zich aan zijn vrouw hechten en de twee zullen
tot één vlees zijn.
Dit geheimenis is groot. Ík echter zeg het met het oog op
Christus en met het oog op de uitgeroepen gemeente.
Paulus wijst terug naar de schepping:
De vrouw werd genomen uit de man 
Evan was nooit de bruid!
Het nieuwe Jeruzalem : de bruid
Openbaring 21 en 22
Het nieuwe Jeruzalem,
Openbaring 21 en 22
En ik, Johannes, zag de heilige stad, het nieuwe Jeruzalem,
neerdalen van God uit de hemel, gereedgemaakt als een
bruid die voor haar man sierlijk gemaakt is. 21:2
En een van de zeven engelen die de zeven schalen hadden, vol van
de zeven laatste plagen, kwam naar mij toe en hij sprak met mij en
zei: Kom, ik zal u de bruid, de vrouw van het Lam, laten zien.
En hij voerde mij weg in de geest op een grote en hoge berg en liet
mij de grote stad zien, het heilige Jeruzalem, dat neerdaalde uit de
hemel, bij God vandaan.
21:9,10
Wat is gebleken?
* Tenach zegt: Israël is de bruid, de vrouw van Ieue.
* Zij blijkt ontrouw, zowel de twee als de tien stammen
* Daarom gaan zij in ballingschap na een scheidbrief van Ieue
* In Griekse Schrift opnieuw het aanzoek aan Israël de bruid te worden
* De Heer komt daarvoor zelf naar de aarde om hen te winnen
* Zij wijst echter af, tot twee keer toe (Evangeliën en Handelingen)
* Zij zou lange tijd zonder Man zitten, 2 dagen van Hosea 6
* Brieven apostelen Besnijdenis aan gelovigen (de bruid) van Israël
* Openbaring: de vorming van de Bruid, koningen en priesters
* Vervulling: nieuw Jeruzalem, centrum van koninkrijk en de bruid
 Israël is als gelovig volk de bruid
Wat is gebleken?
* Paulus spreekt nooit over de bruid
* Brieven: gaat om lichaam van Christus
Het volk Israël is de bruid,
de gemeente die nu geroepen wordt,
is het lichaam van Christus
Download