Indonesië brandt | Oekraïense cultuur? Sneeuwbalprotest | Zeven

advertisement
Indonesië brandt | Oekraïense cultuur?
Sneeuwbalprotest | Zeven reigers | Windturbines
Een gefrusteerde verliezer aan het woord
Inhoud
Bestuur aan het woord
3
Indonesië brandt voor palmolie
4
Dé Oekraïense cultuur bestaat niet
8
Sneeuwbalprotest in North Dakota
10
De zeven reigers
13
Als de wind maar waait
14
Commissie spotlight
16
Agenda
16
Terugblik: Pubquiz
17
Luchtvaart neemt een vlucht
18
Beste lezers,
Welkom bij weer een nieuwe editie van het
Wereldnieuws! Ook deze editie hebben we
weer ons best gedaan om leuke en interessante artikelen voor jullie te verzamelen. Deze
eerste editie van 2017 staat natuurlijk weer
boordevol inhoud.
Voor deze enorme hoeveelheid inhoud hebben we onder andere hulp gekregen van twee
studenten, Yalou te Slaa en Marieke Pijnappels. Deze twee studenten hebben hun
Factor Aarde artikel ter beschikking gesteld
aan ons. Ook heeft Irene Dankelman een
hoopvol stuk bijgedragen, met in de hoofdrol
de reiger. Graag wil ik dan ook deze personen
bedanken voor hun bijdrage. Persoonlijk vind
ik deze artikelen misschien wel het leukste in
deze editie. In de andere artikelen hebben we
het over Oekraïne, de toekomst van de luchtvaart en over windturbines en de plannen van
de provincie Flevoland hiermee.
Deze artikelen zijn ook wel oké.
Natuurlijk zult u zoals gebruikelijk ook een
commissie in de spotlight zien staan en is er
hiernaast weer een bestuurslid aan het woord.
En ook doet de achterkant van het Wereldnieuws nog steeds dienst als fotopagina. De
gebruikelijke terugblik is dit keer vervangen
door een ingezonden brief van een gefrustreerde verliezer. Deze persoon heeft het verliezen van de pubquiz nog niet helemaal verwerkt en laat dat merken. Zeker een aanrader
om te lezen.
Redactieadres Studievereniging Mundus
Thomas van Aquinostraat 5.0.04
6525 GD Nijmegen
Telefoon: 024-3612110
[email protected]
mundusnijmegen.nl
facebook.com/studieverenigingmundus
twitter.com/studieverening_mundus
Perscommissie 2016-2017:
Stijn Altena
Yara Bon
Jeroen Kerseboom
Wij hebben het erg naar ons zin gehad met
het maken van deze editie. Ik wens u dan ook
allemaal veel plezier met het lezen en het bewonderen van deze editie!
Voor vragen en opmerkingen:
[email protected]
Jeroen Kerseboom
Secretaris Perscommissie
Druk: Editoo
© Het Wereldnieuws is een uitgave van
Studievereniging Mundus. Alle rechten voorbehouden.
Niets uit deze uitgave mag worden verveelvoudigd,
opgeslagen, verspeid, of op enigerlei wijze worden
gereproduceerd zonder voorafgaande toestemming
van de vereniging en andere auteursrechthebbenden.
De uitspraken in deze uitgave zijn van de betreffende
auteurs en worden niet noodzakelijkerwijs gedeeld
door Studievereniging Mundus of de redactie.
2
Bestuur aan het woord
Een nieuw jaar brengt nieuwe kansen en nieuwe
dromen. Voor het eerst in jaren heb ik zowaar een
agenda die ik bijhoud, heb ik afstudeeraspiraties en
probeer ik wat minder bij de FEBO te komen. Ik ben
trots op mezelf, maar ik ben natuurlijk niet de enige met
een blik op de toekomst.
Wat nu precies ‘de toekomst’ is, verschilt voor iedereen
qua inhoud, maar ook qua tijd. De een weet niet welk
vak hij morgen heeft, de ander stuurt nu al een
datumprikker voor sinterkerst rond. Dan heb je ook nog
de mensen die Trump aankijken voor hun toekomst,
met daartegenover de mensen die wél een opleiding
hebben gevolgd of volgen. Hoewel we het niet allemaal
eens zijn over deze definitie, zijn we er toch
allemaal mee bezig en willen we het beste voor onszelf
en (meestal) de mensen om ons heen.
Als GPM’ers staan we natuurlijk niet heel bekend als
mensen die weten wat we willen. We kiezen namelijk
GPM. Het leeuwendeel wist niet wat ze moesten na de
middelbare school.
Dit geeft ons wel weer meer tijd om te genieten van
deze tijd als student! Het is namelijk de tijd dat alles
mag en niet moet. Nouja, bijna niets. Op kamers, zelfstandig worden en jezelf ontwikkelen tot volwassen
persoon. Die dingen staan als basis van hoe het leven
later ook zal zijn, maar dan zonder 9 tot 5 mentaliteit,
hond of kind. Wat hebben we het nu toch goed!
Laat een ding duidelijk zijn: Leef niet voorbij deze
periode alsof het een tussenfase is, lach, huil, geniet
en struikel ook nog een paar keer voordat de wereld
verwacht dat we normaal gaan doen!
Eva Rispens
3
Indonesië brandt voor palmolie
Marieke Pijnappels
De vraag naar palmolie groeit explosief. Om in de
behoefte te voorzien legt Indonesië enorme plantages aan. De palmolieproductie is echter verre
van duurzaam. Wat is er mis met deze sector en
hoe kan dat veranderen?
het ideaal voor de productie van margarine, frituurolie, sauzen, soepen, chips en koekjes. De olie wordt
ook gebruikt voor cosmetische producten, zoals zeep,
shampoo, tandenpasta en dagcrème. Palmolie wordt
daarnaast op grote schaal verwerkt in veevoer en biobrandstoffen.
Dankzij de talloze toepassingsmogelijkheden is de
populariteit en daarmee de productie van palmolie de
afgelopen decennia flink gestegen. Aan die groei lijkt
vooralsnog geen einde te komen.
De palmolieproductie groeit en hoewel dit goed is voor
de economie van Indonesië, komen er veel nadelen bij
kijken. De productie van deze natuurlijke olie steeg volgens de FAO in Indonesië vanaf 1965 van 156.700 ton
naar 32,6 miljoen ton palmolie in 2014 (figuur 1). Indonesië voorspelt als ‘s werelds grootste palmolieproducent een toename tot een productie van 40 miljoen ton
palmolie in 2020.
De palmolie zelf is niet het probleem. Het gaat vooral
om de manier waarop de olie wordt gewonnen. Om in
de groeiende vraag naar palmolie van de laatste decennia te kunnen voorzien, worden grote delen oerwoud
in Indonesië en Maleisië gekapt of platgebrand om er
vervolgens palmolieplantages aan te leggen. Daardoor
wordt de biodiversiteit bedreigd en komen er stoffen vrij,
zoals koolstofdioxide, die voor mens en milieu schadelijk
zijn en de opwarming van de aarde versnellen.
Herkomst
Palmolie is een tropisch product, dat wordt geteeld rond
de evenaar. Zoals te zien is in figuur 2 tekenen
Indonesië en Maleisië voor 86 procent van de wereldwijde palmolieproductie. De grootste importeurs zijn
India, China en Europa, die gezamenlijk de helft van de
productie afnemen.
Explosieve groei
Wat is palmolie?
Palmolie is goed voor zo’n 35 procent van de plantaardige oliën markt op de wereld. Vergeleken met de
andere drie grote olieproducerende gewassen,
sojabonen, zonnebloemen en koolzaad, kan palmolie
toe met tien keer zo weinig grond. Dat maakt het product relatief goedkoop.
Het totale areaal aan olieplantages bedroeg in 2010
ruim 13 miljoen ha. Dat is drie keer de oppervlakte van
Nederland. Tussen 1990 en 2010 is ongeveer 3,5 miljoen ha bos gekapt voor de aanleg van plantages.
Palmolie wordt gewonnen uit de vruchten van de oliepalm. Oorspronkelijk komt de oliepalm uit West-Afrika,
maar sinds het begin van de 20e eeuw wordt de palm
ook in Zuidoost-Azië geplant. Palmolievruchten zijn
goedkoop en kunnen het hele jaar worden geoogst.
De olie geldt als een van de belangrijkste grondstoffen
voor zowel food als non-food industrie. In ongeveer de
helft van de producten in de supermarkt is palmolie
verwerkt. Door de boterachtige smaak en structuur is
4
Gevolgen
Veen
De veel voorkomende veengronden in Indonesië
verergeren de situatie. Branden op veengronden zijn
vaak lastiger te blussen dan branden op andere
bodems. Bovendien stoten ze meer rook en broeikasgassen uit. De rookpluimen waren in het recente
verleden soms zo groot dat ze op weersatellieten te zien
waren. Bij branden op veengronden bestaat een verhoogd risico op ziekte van de luchtwegen en hartaanvallen. Grote delen van de bevolking in Indonesië
hebben er de afgelopen jaren onder te lijden gehad.
Biodiversiteit
De grootschalige productie van palmolie wordt door
verschillende milieuorganisaties scherp bekritiseerd.
Zij noemen de gevolgen van de aanleg van nieuwe
palmolieplantages en de uitbreiding van al bestaande
plantages desastreus. Het kappen en platbranden van
het regenwoud bedreigt de rijke biodiversiteit van Indonesië. Dieren zoals de orang-oetan raken hun leefgebied kwijt. In 1990 leefden zo’n 315.000 orang-oetans
in het wild. Vandaag de dag zijn dat er nog maar
ongeveer 50.000. Ook andere kwetsbare dieren zoals
de olifant, de neushoorn en de tijger nemen af in aantal
doordat hun leefgebied wordt vernietigd. Verder kan het
oprukken van de plantages ertoe leiden dat de
lokale bevolking haar middelen van bestaan verliest en
van haar geboortegrond moet vertrekken.
Gezondheid
Volgens onderzoek van de Amerikaanse universiteiten
van Harvard en Columbia zijn door de branden in
Indonesië in 2015 ruim 100.000 mensen voortijdig om
het leven gekomen. Kleine roetdeeltjes kunnen in de
bloedbaan terechtkomen en vervolgens astma,
beroertes, longziekten en hartziekten veroorzaken. Deze
schadelijke rook blijft niet alleen boven Indonesië
hangen, maar heeft gevolgen voor een veel breder
gebied. Het onderzoek van de Amerikaanse
universiteiten heeft de gegevens uitgesplitst naar de
verschillende landen in de regio. In Singapore gaat het
om naar schatting 2.200 doden, in Maleisië om 6.500
slachtoffers en in Indonesië om 91.600 sterfgevallen.
“De grootschalige productie van
palmolie wordt door verschillende milieuorganisaties scherp
bekritiseerd.”
Milieu
De grootschalige productie van palmolie gaat gepaard
met luchtvervuiling, watervervuiling en erosie. Op mondiaal niveau draagt de aanleg van palmolieplantages bij
aan klimaatverandering door het vrijkomen van broeikasgassen, veroorzaakt door het verbranden van oorspronkelijke vegetatie en de ontwatering en verdroging
van veengronden. Bij het verbranden van de bossen en
veengronden komt koolstofdioxide vrij waardoor de opwarming van de aarde wordt versneld. Volgens Guido
van der Werf, klimaatonderzoeker aan de Vrije Universiteit in Amsterdam, is sprake van dubbele schade.
“Bossen nemen normaal gesproken CO2 op. Nu is er
enorme CO2-uitstoot omdat de groei van duizenden jaren wordt verbrand, en er is minder opnamecapaciteit.”
Oplossingen
Duurzame palmolie wordt gezien als de oplossing tegen
ontbossing van het regenwoud, waarbij de economie
van Indonesië niet ten onder gaat. Duurzame palmolie
is palmolie waar geen regenwoud voor wordt gekapt.
De Roundtable on Sustainable Palm Oil (RSPO) is een
platform van bedrijven, investeerders en
maatschappelijke organisaties in de palmolieketen dat
zich inzet voor duurzame palmolieproductie door
middel van het tegengaan van ontbossing, milieuschade
en sociale conflicten. De deelnemers hebben acht principes en criteria opgesteld waarmee palmolieplantages
zich kunnen certificeren. Deze criteria hebben betrekking op sociale, ecologische en economische doeleinden. In figuur 3 zijn de acht criteria te zien.
Het RSPO-doel is dat in 2020 in Europa alleen nog
maar duurzame palmolie wordt gebruikt, in Indonesië
en Maleisië 50 procent, in India 30 procent en in China
10 procent. Dat geeft aan dat er nog een lange weg
te gaan is. Begin 2016 werd pas 21% van de palmolie
duurzaam geproduceerd.
5
Duurzaam?
leveranciers zijn grote ondernemingen als Coca-Cola,
Unilever, Procter & Gamble en Mars. De economische
impact aan het begin van de palmolieketen is ook erg
groot. Duizenden kleine boeren in met name Indonesië
en Maleisië zorgen samen voor meer dan 40 procent
van de palmolieproductie. De totale palmolie is goed
voor 11 procent van de Indonesische exportopbrengsten
van 5.5 miljard euro. Zo creëert de industrie kansen om
mensen uit de armoede te brengen en bevordert ze de
export en economie van Indonesië.
Kinderarbeid
Toch zitten er ook haken en ogen aan de duurzame
productie van palmolie. Volgens Greenpeace is sprake
van kinderarbeid en mensenrechtenschending binnen
de palmoliebranche. Ook is recent een rapport van de
mensenrechtenorganisatie uitgekomen over de
palmolieproductie, waaruit blijkt dat multinationals zoals Unilever en Kellogg’s gebruikmaken van palmolie
die door kinderen onder zware omstandigheden is geoogst. De bedrijven claimen duurzame palmolie te
gebruiken, maar hoe duurzaam is de olie nog als die
wordt geproduceerd door kinderen onder dwangarbeid?
Wat gebeurt er in Nederland?
Ook Nederland is een belangrijke factor in de
palmolie-industrie. Het is samen met andere Europese
landen een grote consument. Mede daarom doet
Nederland zijn best om niet-duurzame palmolie bij de
import te weren. Momenteel is circa 60 procent van de
palmolie in Nederland duurzaam gecertificeerd. Volgens
minister Ploumen van Buitenlandse Handel en Ontwikkelingssamenwerking loop Nederland voorop met duurzame palmolie. Zij vindt dat ook andere Europese
landen haast moeten maken met de verduurzaming van
de palmoliesector.
Toch is niet iedereen het eens over het vermeende
Nederlandse succes. Carina van der Laan, landbouwexpert aan de Universiteit van Utrecht, vindt dat Nederland een voorbeeld moet nemen aan Noorwegen. Dat
land heeft een verdrag gesloten met Indonesië waarin
hulp wordt geboden aan duurzame landbouw. Ook Paul
Wolvekamp, bestuurslid van RSPO, denkt dat er meer
gedaan kan worden. Hij vindt dat er een
palmolieverbod moet komen in de Rotterdamse haven,
net als dat ooit gebeurde voor walvissenvlees.
Of Europa de doelstelling 100% gaat halen, is echter
maar de vraag. Het streven om in 2020 alleen nog
gecertificeerde palmolie te importeren ligt vooralsnog
ver buiten bereik.
Weliswaar groeit het besef dat de wereld gebaat is bij
palmolie die 100 procent duurzaam is voor mens en milieu. Palmolie die de biodiversiteit niet aantast, de
opwarming van de aarde niet langer versnelt of mensen
dwingt tot dwangarbeid. De verbeteringen gaan langzaam en vragen nog veel tijd. Ook al groeit het gevoel
van urgentie, Indonesië blijft voorlopig branden.
“Biobrandstof blijkt zo extreem
slecht te zijn voor ons klimaat,
dat de productie ervan eigenlijk
al had moeten stoppen voordat
we er mee begonnen waren.”
Biobrandstof
Ook blijkt uit onderzoek van de Europese Commissie dat
palmolie gebruikt in biobrandstof helemaal niet zo goed
is voor het milieu als gedacht. De Volkskrant en Trouw
berichtten zelfs dat diesel beter zou zijn dan biobrandstof. Biobrandstof blijkt zo extreem slecht te zijn voor ons
klimaat, dat de productie ervan eigenlijk al had moeten stoppen voordat we er mee begonnen waren. Door
de koolstofdioxide die vrijkomt bij de ontbossing en het
transport van deze brandstof, komt er drie keer zoveel
koolstofdioxide vrij als bij de productie en verbranding
van gewone diesel.
Economisch belang
Niet alleen de milieueffecten van palmolie zijn groot.
Ook de economische belangen zijn gigantisch. De olie is
voor velen een belangrijke bron van inkomsten. Supermarktketens, waaronder Wal-Mart, Ahold en Carrefour,
verdienen hun geld met palmolieproducten. Onder hun
6
7
Dé Oekraïense cultuur bestaat niet
Jeroen Kerseboom
Oekraïne, een land dat de afgelopen jaren veel
in het nieuws is geweest. Van de demonstraties
op het Euromaidan plein, de Russische annexatie
van de Krim en het conflict in Oost-Oekraïne. Tot
het Nederlandse Oekraïne referendum vorig jaar
april. Al deze gebeurtenissen hebben met elkaar
te maken. Sterker nog, ze zijn allemaal met elkaar
verbonden. Dit heeft alles te maken met de ingewikkelde geschiedenis van Oekraïne.
om samen verder te gaan als een verenigd Oekraïne.
Dit ondanks de grote verschillen tussen beide delen. Dit
was de eerste keer in de geschiedenis dat Oekraïne niet
alleen doelde op het gebied, maar ook op een
onafhankelijk land.
Helaas bleek deze samenvoeging als snel geen goed
idee. Er ontstonden conflicten tussen Oost en West en
er was een continue spanning en dreiging in het nieuwe
land. Als gevolg hiervan ontsprong er een communistische revolutie in het Oosten van het land. Uiteindelijk
wonnen de communisten en ontstond de Oekraïense
Socialistische Sovjetrepubliek. Deze Republiek sloot zich,
zoals de naam al doet vermoeden, aan bij de
De geschiedenis
Oekraïne als echt compleet onafhankelijk land bestaat
nog maar relatief kort. Na de eerste Wereldoorlog dook
Oekraïne voor het eerst op als echt onafhankelijk land.
Enkele jaren later werd het land echter onderdeel van
de Sovjet-Unie. Pas na de val van de Sovjet-Unie in
1991 werd Oekraïne weer een onafhankelijk land. Tot
deze tijd was de regio Oekraïne altijd onderdeel van
andere rijken. Een belangrijke splitsing van de regio
werd bewerkstelligd in 1667. Polen en Rusland spraken
af om het gebied te verdelen onder elkaar. De rivier
Dnjepr werd hierbij gebruikt als grens tussen de twee
landen. Rond 1790 veranderde deze deling pas weer.
Rusland controleerde vanaf dit moment het overgrote
deel van de regio. rond 1900 woonde 86% van de 26
miljoen Oekraïners in Rusland, de overige 14% woonde
in Oostenrijk-Hongarije.
“De constante opdeling heeft
ervoor gezorgd dat de Oekraiense cultuur eigenlijk niet
bestaat.”
Deze constante opdeling heeft ervoor gezorgd dat de
Oekraïense cultuur eigenlijk niet bestaat. Net zoals dé
Nederlandse identiteit niet bestaat, bestaat dé Oekraïense cultuur ook niet. Er was, en is nog steeds, een
scherp contrast te zien tussen oost en west in Oekraïne.
Waarbij West-Oekraïne zich vooral richt op het Westen
en Oost-Oekraïne vooral op Rusland. Na het einde van
de Eerste Wereldoorlog ontstonden er in eerste
instantie ook twee Oekraïense staten. Maar dat vonden
beide staten niet zo’n goed idee en besloten vrij snel
8
Het huidige Oekraïne
Sovjet-Unie. Na amper drie jaar betekende dit het einde
van een onafhankelijk Oekraïne.
Als onderdeel van de Sovjet-Unie hadden de Oekraïners
het niet altijd makkelijk. Het beleid van Stalin was met
name erg dramatisch voor de Oekraïners. De gedwongen collectivisatie van Stalin viel niet erg goed onder de
Oekraïners. Er werd dan ook veel geprotesteerd tegen
de plannen en tegen Stalin. Dit bleek niet zo’n goed
idee te zijn. Miljoenen Oekraïners werden naar kampen
in Siberië gevoerd. En er brak een grote hongersnood
uit in Oekraïne. Dit is te vooral te danken aan het beleid
dat gevoerd werd door Stalin. Tijdens de Tweede
Wereldoorlog had Oekraïne het ook niet goed. Vrijwel
heel Oekraïne werd bezet door de Duitsers, met alle
gevolgen van dien. Een klein deel van West-Oekraïne
collaboreerde met de Duitsers. Vooral omdat men zich
tegen de Russen wilde keren. Dit zorgde voor zware
straffen na de Tweede Wereldoorlog. Ook vond er na de
Tweede Wereldoorlog grootschalige etnische zuivering
plaats in Oekraïne. Ongeveer 800.000 Polen moesten
vertrekken uit Oekraïne en werden naar Polen gestuurd.
Ook werden ongeveer 500.000 Oekraïners uit Polen
gedwongen te verhuizen naar Oekraïne.
De huidige crisis in Oekraïne is begonnen met de
massademonstraties in 2014. Vooral in Kiev vonden
deze demonstraties plaats. Deze demonstraties leidden tot het afzetten en de vlucht van de toenmalige
(pro-Russische) president Janoekovitsj. Aanleiding van
de protesten was dat Janoekovitsj weigerde een verdrag
met de EU te tekenen wat zou leiden tot meer Europese
integratie. De huidige president, Porosjenko, is
pro-Europese samenwerking. Kort hierop ontstonden er
opstanden in het Oosten van Oekraïne. Veel mensen
daar zijn pro-Russisch en waren dus absoluut niet blij met
deze machtsoverdrag. In het midden van al deze chaos
en opstanden besloot de Russische president Poetin tot
annexatie van de Krim. De opstandelingen op de Krim
hadden aangegeven aansluiting tot Rusland te zoeken
en Poetin stemde in. In mei 2014 verklaarden twee gebieden zich onafhankelijk, Donetsk en Loehansk. Deze
twee republieken zoeken onafhankelijkheid en uiteindelijk ook aansluiting tot Rusland. De gebieden vragen
Poetin ook om troepen te sturen. Poetin wil dit niet, hij
zegt alleen troepen te willen sturen als dit gebeurd als
VN-missie.
Tot de dag van vandaag is er nog steeds geen oplossing in Oost-Oekraïne. De strijdende partijen hebben
meerdere malen een staakt het vuren afgekondigd.
Maar steeds worden deze bestanden weer geschonden. Zo ook vrij recent weer, op 28 januari laaien de
gevechten weer op rond de plaats Avdiivka. Over en
weer zijn er zware beschietingen aan de gang. Een duidelijk, en vooral slecht, teken voor de toekomst van dit
conflict. Helemaal omdat er juist in het Tweede Verdrag
van Minsk in 2015 was afgesproken dat er geen zwaar
geschut en tanks gebruikt zal worden. Het is overigens
voor zover nog niet duidelijk welke partij weer is begonnen met de beschietingen. Tot zover zijn er volgens de
VN al meer dan 9.000 doden gevallen. En het lijkt erop
dat dit er alleen maar meer zullen worden. Al heeft de
Russische president Poetin naar aanleiding van deze recente gevechten wel opgeroepen tot gesprekken tussen
de VS en Rusland. Misschien komt er nu dan eindelijk
een einde aan dit lange conflict.
“Ook vond er na de Tweede
Wereldoorlog grootschalige
etnische zuivering plaats in
Oekraïne.”
Misschien wel het meest bijzondere stukje Oekraïne is
de Krim. Op cultureel gebied was het gebied niet te
scharen onder een van de eerder beschreven culturele
delen van Oekraïne. De Krim en de omliggende gebieden zijn namelijk eeuwenlang onderdeel geweest van
het Ottomaanse Rijk. Er was dan ook sprake van een
duidelijke Turkse invloed. Dit veranderde echter toen de
Sovjet-Unie de Krim terug veroverde van Duitsland. De
plaatselijke bevolking, de Krim-Tataren, had namelijk intensief samengewerkt met de Duitsers tegen de Russen.
Een groot deel van de Krim-Tataren was al gevlucht naar
andere landen. Na de Tweede Wereldoorlog werden de
overige 180.000 Krim-Tataren gedeporteerd naar Siberië. Vrijwel alle moskeeën werden afgebroken en het
gebied werd bevolkt met Russische kolonisten.
In 1954 gaf Rusland de Krim als een cadeautje aan
Oekraïne. Dit werd gedaan om te herdenken dat
Oekraïne 300 jaar eerder onder Russisch gezag was
komen te vallen. Natuurlijk stelde dit feitelijk niets voor,
aangezien beide landen onderdeel waren van de
Sovjet-Unie. En niemand had toen kunnen vermoeden
dat de Sovjet-Unie ooit uit elkaar zou kunnen vallen.
En toch viel de Sovjet-Unie uit elkaar in 1991. Dit
betekende ook dat Oekraïne weer onafhankelijk werd.
Niet alleen het Westen, maar ook het Oosten van
Oekraïne en de Krim kozen ervoor om onafhankelijk te
worden. In Rusland wordt het uiteenvallen van de
Sovjet-Unie nog altijd als een groot drama gezien. Zeker
het verlies van Oekraïne was groot. Oekraïne vervulde
lange tijd de rol als “graanschuur” voor Rusland. Ook
bevond een groot deel van de industrie zich in
Oost-Oekraïne en was de haven van Sebastopol van
groot belang voor de Russische marine.
9
Sneeuwbalprotest in North Dakota
Yalou te Slaa
Heeft u wel eens gehoord van de ‘Bakken Formation’ op de grens van het noorden van de Verenigde Staten en Canada? En heeft u in de afgelopen
maanden wel eens de woorden ‘Rezpect our
Water’ of ‘Dakota Access Pipeline’ gehoord? De
olievelden en gasbellen die samen de Bakken
Formatie vormen zijn voor velen onbekend. Het is
echter dé bron van de vrij bekende protesten die
sinds april 2016 plaatsvinden net onder
Bismarck, North Dakota. De formatie bezorgt de
VS onafhankelijkheid op het gebied van energie,
maar hoe gunstig dat ook klinkt, de recente aanleg van een pijpleiding stuitte veel mensen tegen
de borst.
is vanuit winstmaximalisatie gekeken naar de mogelijkheden. Als gevolg van verschillende ontsporingen van
treinen die de ruwe olie vanuit Bakken vervoerden leek
onderzoek uit te wijzen dat de olie vanuit Bakken brandbaarder is dan de meeste ruwe olie. De ‘safety to the
public’, gecombineerd met meer betrouwbaarheid én
het vast willen houden van de energie onafhankelijke
positie van de VS, zorgde uiteindelijk voor het doorzetten van de plannen. Waar spoorlijnen flexibeler zijn en
zich makkelijker aanpassen, is de capaciteit echter stukken lager dan met een pijpleiding en zijn de kosten veel
hoger. De Energy Transfer Partners die in de Verenigde
Staten een van de hoofdspelers rondom energie zijn,
organiseerde de LLC: een dochterbedrijf met als taak de
Dakota Access Pipeline aan te leggen.
De Bakken Formatie
Zoals gezegd is deze formatie van olievelden en ondergrondse gasbellen een belangrijke bron van energie voor de Verenigde Staten. De belangen op kleinere schaal liggen bij de winstgevendheid voor de staat
North Dakota. Met een tweede plek op de lijst van
meest olieproducerende staten in de VS wordt duidelijk
dat North Dakota financiële belangen heeft bij de oliewinning. Om de winning en verwerking te optimaliseren
is het project de ‘Dakota Access Pipeline’ (DAPL) ontstaan. Juli 2014 werden de plannen openbaar gemaakt,
26 november 2016 is het project al voor 87% afgerond.
Met een financiële grootte van 3,7 miljard Dollar zal
een 1.885 kilometer lange pijpleiding van 75centimeter
breed worden aangelegd door 4 verschillende staten.
Wanneer het project is afgerond zal er dagelijks vanuit North Dakota, via South Dakota en Iowa, voor ruim
470.000 ‘vaten’ aan ruwe olie aankomen bij de raffinaderij bij Patoka, Illinois.
Motivatie tot de aanleg
Ondanks dat de pijpleiding het verwerkingsproces versnelt, en zo voor winstmaximalisatie zorgt, is er voor ruim
440.000 mensen een probleem. De motivatie achter het
aanleggen van de pijpleiding is meervoudig. Allereerst
10
‘en Route’
De route die destijds werd uitgestippeld is voornamelijk parallel komen te liggen aan de Northern Border
Pipeline. Deze pijpleiding vervoert sinds 1983 natuurlijke gassen met vrijwel hetzelfde start- en eindpunt als
die voor de DAPL gepland staat. In eerste instantie was
het plan zo opgesteld dat de pijpleiding in het noorden
van de stad Bismarck onder de Missouri River zal doorschieten voor de reis vervolgd werd. Wegens verschillende redenen is de route aangepast. De hoofdreden?
Milieukundige onderzoekers ontdekten dat de pijpleiding een risico zal vormen voor de watervoorzieningen
voor de stad Bismarck (Environmental Assessment, door
U.S. Army Corps of Engineers, 2016). Het probleem in
het geval van Bismarck was dat de pijpleiding daar niet
aan de juiste wet-regelgeving voldeed met betrekking
tot beschermde wetlands en water voorzieningen voor
de stad. In de Environmental Assessment van juli 2016,
opgesteld door het U.S. Army Corps of Engineers, is een
uitgebreid hoofdstuk gewijd aan alternatieven. Hierin
worden ook trein, truck en droge rivier oversteekplaatsen bekeken. Na verschillende alternatieven uitgewerkt
en afgekeurd te hebben is destijds gekozen de route te
laten verlopen zoals op de kaart is weergegeven. Ongeveer 0,5 mijl boven het Native American reservaat van
de Standing Rock Sioux Tribe zal nu de pijpleiding onder de rivier door lopen. Op deze manier wordt geen
beschermd wetland doorkruist en voldoet de pijpleiding
aan de juiste wet en regelgevingen.
Wat stuit de activisten tegen de
borst?
De eerder genoemde quote van een Sioux Tribe member raakte een breder publiek. De harde feiten verklaren uit zichzelf niet direct waarom het protest in de afgelopen maanden zo groot is geworden. Allereerst is er
uiteraard de aanpassing van het oorspronkelijke plan,
waarin de DAPL boven Bismarck onder de rivier zal lopen. Mogelijke watervervuiling door lekkages is één van
de redenen geweest om de route te veranderen. Na de
verandering van de route lijkt nalatigheid van het US
Corps of Engineers één van de eerste problemen te zijn
die Standing Rock Sioux Tribe members hebben ervaren.
Niet alleen is de verandering van de route onvoldoende
gerechtvaardigd, ook is de door het U.S. Army Corps
getrokken conclusie dat er geen significante impact op
het milieu zou zijn onvoldoende toegelicht en bewezen.
Toen eerder dit jaar de Sioux Tribe van Standing Rock
haar zorgen uitsprak over mogelijke vervuiling van hun
watervoorziening, werd hier geen gehoor aan gegeven.
Zo ontstond de activisten groep genaamd ‘water protectors’. Nu de activisten protesteren en eerdere onderzoeken van de oorspronkelijke route gebruiken als versterking, wordt aan de klacht van de Sioux Tribe amper
aandacht geschonken.
Schade aan het milieu
Dit alles brengt ons bij het bericht dat eerder dit jaar door
woordvoerders van de Sioux Tribe werd gedeeld en wat
gezien kan worden als de echte aanzet tot protest. ‘The
digging has already disrupted sacred burial grounds and
if the project goes under the river and gets any closer to
the reservation, there could be irreversible damage to
the land and cultural heritage’. Naast de milieuorganisatie Greenpeace hebben meer dan 150 verschillende
wetenschappers (op het terrein van natuurlijke bronnen
en beschermde diersoorten) dit bericht bevestigd en
aangegeven dat het project een sterk negatieve impact
zal hebben op de omgeving. ‘Het is geen kwestie ‘of’ de
leiding breekt, maar ‘wanneer’’, volgens de activisten.
Want ondanks dat een pijpleiding meer capaciteit heeft,
betrouwbaarder is in vervoer, stukken minder geld kost
en 40 permanente banen creëert, is het lekken van ruwe
olie een groot risico en dus het grote probleem. Hoewel
in de Environmental Assessment uitgebreid gekeken is
naar alternatieven die mogelijk minder schadelijk zullen
zijn voor het milieu, is in juli 2016 geen beter alternatief
naar voren gekomen. De methode die gepland was te
worden gebruikt voor kruising met de rivier, wordt de
HDD methode genoemd. Hierbij wordt de leiding uiterst
voorzichtig aangelegd en zal deze uiteindelijk zo diep
lopen dat zelfs tijdens of na een zware storm de wrijving als gevolg van verschoven sedimentatie minimale
gevolgen hebben op de pijpleiding (EA, US Army Corps
of Engineers). Uit de Environmental Impact Assessment
van juli 2016 komt naar voren dat, áls er al schade is,
dit slechts tijdelijk effect op de bodem zal hebben. Het
gebrek aan bewijs dat er permanente schade en dus
permanente bodemdegradatie zal optreden zorgt in
juli daarom voor de voortzetting van de aanleg van de
pijpleiding.
Sneeuwbalprotest
Het gebrek aan response van de projectontwikkelaars
en uiteindelijk ook het gebrek aan response vanuit het
Witte Huis heeft de protesten versterkt. Pak de milieuvervuiling. Voeg daaraan toe dat een minderheidsgroep
benadeeld wordt en dat hun grond zonder toestemming wordt gebruikt. Voeg daaraan nog eens toe dat
de plannen eerder wel zijn gewijzigd voor een overwegend ‘blanke’ Amerikaanse stad. En om de mix af te
sluiten voegen we onvrede toe over de politieke situatie.
Al deze aspecten samen vormen aan de basis van het
protest in North Dakota. Wat begon met een Natives
stam die haar zorgen uitsprak over hun watervoorzieningen, liep uit op een protest waarbij ongelijkheid aan
het licht komt en waar het politieke klimaat wordt afgekeurd. Hoofdschuddend liepen ruim 10.000 activisten eind november rond in de verschillende kampen in
11
North Dakota. Ondanks dat op dat moment de temperaturen tot beneden het vriespunt vielen, was er geen
reden tot vertrek. Binnen de groep ‘on site’ bevonden
zich eind november ruim 2.000 veteranen die aangaven
deze strijd te willen winnen (Sioux Tribe woordvoerder
Chase Iron Eyes, 2016,). Daarnaast gelooft de Sioux
gemeenschap dat hun standvastigheid en doorzettingsvermogen de komende eeuwen voor een mooie overlevering zal zorgen.
Alternatieven en NIMBY?
Begin november kwam er na lang wachten eindelijk een
reactie vanuit het Witte Huis. President Obama gaf aan
dat er verschillende U.S. Army Corps Engineers opnieuw
hun hoofden zouden gaan buigen over mogelijke alternatieve routes. Het aanpassen van de route, waarbij
het gevoelige punt bij de Sioux stam wordt vermeden,
is moeilijker dan men denkt. Zoals uit het Environmental Impact Assessment uit juli 2016 al bleek, vallen veel
alternatieven af. Wanneer de kruising met de rivier verder naar het zuiden verplaatst zal worden, wordt er opnieuw heilig gebied van Natives vervuild; de Cheyenne
River en Crow Creek reservaten. Wordt de leiding verder
westelijk verplaatst om vervolgens af te buigen naar het
zuiden, geeft dat problemen in de vorm van de wetlands
die beschermd gebied vormen. In alle ‘route-veranderende’ alternatieven lijkt het ‘Not In My Backyard’ concept op te spelen. Dat deze manier van het vervoeren
van ruwe olie in heel North Dakota wordt afgekeurd of
onmogelijk is, is duidelijk. Hoe moet het dan wel? In
het EA rapport van juli 2016 wordt het alternatief met
vervoer per treinen afgeschreven, omdat dit beperkte
capaciteit kan dragen. Hetzelfde geldt voor het vervoer
per trucks. Berekeningen uitgevoerd door het U.S. Army
Corps of Engineers laat zien dat er per uur 85 trucks met
een capaciteit van 220 vaten ruwe olie gevuld zullen
moeten worden. Dit betekent dat er dan per dag 2.045
truck, volgeladen met ruwe olie, de weg op gaan om
meer dan 2.000 kilometer af te reizen naar de raffinaderij.
Overwinning?
Zondag 4 december kwam opnieuw bericht vanuit Obama Administration. De US Army Corps of Engineers, die
in eerste instantie de pijpleiding groen licht gaf, heeft
aangegeven opnieuw op zoek te gaan naar alternatieven om de leiding via een andere route te laten lopen.
Waar dit een overwinning is voor de meeste activisten,
is daarmee niet direct alles koek en ei. Slechts enkele
uren na dit statement gaf de corporatie ‘Energy Transfer Partners’ (die als moederbedrijf achter de pijpleiding
staat) aan deze besluiten niet zomaar te accepteren. De
berichtgeving tot noch toe is echter zo duidelijk, dat ze
volgens de wet niet mogen doorgaan met het leggen
van de pijpleiding. Met meneer Trump als president, die
overigens veel belangen heeft in verschillende bedrijven die achter de DAPL staan en de felle reactie van
de pijpleiding corporatie, zijn de activisten niet zomaar
tevreden.
Eerder werd al kort benoemd dat de pijpleiding een route volgt die nagenoeg hetzelfde is als die van de in 1983
aangelegde pijpleiding die natuurlijke gassen vervoert.
Cynici geven aan dat het nutteloos is, aangezien de protesten gevoerd worden op grond die al een pijpleiding
bevat en veel activisten hier geen weet van hebben.
Wellicht moeten we het anders bekijken. De oprechte
betrokkenheid en interesse van burgers lijkt hierin key te
zijn. Ondanks dat een staat als North Dakota ontzettend
veel financiële belangen heeft bij de aanleg van deze
pijpleiding, wordt het niet meer zondermeer geaccepteerd. De energie-onafhankelijkheid van Amerika kan
niet tippen aan de milieuschade die het bezorgt. Het
besef dat de aarde kwetsbaar is, lijkt bij meer mensen
op te spelen. Uiteraard is dit protest gegroeid door onder andere de combinatie met wellicht wat cliché Amerikaanse onderwerpen als ongelijkheid. Maar toch laat
het een nieuwe tijd zien. Ondanks dat er Trump-tijden
aan zitten te komen en het feit dat deze man klimaatverandering ontkent, is er een tegenstroming van mensen die het wel serieus nemen. De onverschilligheid van
burgers als het gaat over het milieu, lijkt hiermee een
stukje verder in het verleden te liggen.
12
De zeven reigers
Irene Dankelman
Toen ik vanmorgen het gordijn van mijn slaapkamer
opende stonden ze daar in het weiland voor ons huis:
zeven bewegingsloze reigers, ineengedoken tegen de
kou. Als in vergadering bijeen vormden ze een fraaie
cirkel. Wat zouden ze te bespreken hebben? En wat was
hun betekenis?
Al in de oudheid en onder de oorspronkelijke bewoners
van Amerika werd een reiger als gunstig voorteken gezien en de voorbode van goede tijding. En in China staat
de reiger symbool voor geduld, zuiverheid en lange levensduur. Ook nu nog representeert de vogel diversiteit,
verbinding, onderzoekend vermogen, zelfvertrouwen en
balans. Eigenschappen die we in onze bijzondere tijd
zeker goed kunnen gebruiken, om hoop uit te putten en
om een duurzame, diverse en vrederijke samenleving
mogelijk te maken.
Als kind uit de naoorlogse babyboom ben ik opgegroeid
met hoop en vertrouwen in de toekomst. Ondanks de
onrustige jaren zestig en zeventig, waarin we demonstreerden tegen kruisraketten, voor meer zeggenschap
en we ons organiseerden tegen milieuvervuiling, overheerste het gevoel van vooruitgang en groeipotentieel
tot ver in de hemel. Echter, zoals in de vorige Mundus
Next (november 2016) al uitgebreid werd beschreven,
de 45 jaar oude ‘Grenzen aan de Groei’ manifesteren
zich nu volop in onze werkelijkheid. En waar Paul Crutzen en John MacNeill in 2000 elk op eigen wijze het
begrip Antropoceen introduceerden voor de periode van
de recente geschiedenis waarin de mensheid een onuitwisbare invloed op de planeet Aarde uitoefent, waarschuwen anderen, zoals John Rockström (2009) voor de
planetaire begrensdheid. De grenzen op het gebied van
verlies van biodiversiteit, stikstof- en fosfaathuishouding
zijn al ver overschreden, terwijl ondermeer klimaatverandering en verandering van landareaal zorgwekkend
verlopen (Steffen et al., 2015).
Dat daarbij ‘environmental justice’ wereldwijd in het
geding is, werd me duidelijk tijdens mijn werkzaamheden op vele plekken van deze aardbol: degenen die het
minst verantwoordelijk zijn, dragen de zwaarste lasten
van de miserabele staat van natuur en milieu. Ongelijkheid in economische status, in ras en etniciteit, in gender
en leeftijd, vertaalt zich in minder schone lucht en water,
minder gezonde werkplekken, en minder veilige woonplaatsen. ‘Environmental health’ is steeds meer voorbehouden aan rijken en bevoorrechten. Zo laat ons ook
het Living Planet Report (WWF, 2016, p.75) zien dat we
al in 2012 de biocapaciteit van 1.6 aarde opgebruikten
en dat onze ecologische voetafdruk heel ongelijk verdeeld is tussen landen en mensen.
Maar… de talloze initiatieven en mogelijkheden die
zich aandienen om ecologische en sociale veerkracht en
duurzaamheid te versterken zijn momenteel ook gigantisch, te beginnen binnen onze eigen studies, universiteit (zie: www.ru.nl/duurzaamheid ) en stad. Nijmegen
mag zich in 2018 European Green Capital noemen. En
in aanloop van dat duurzame jaar zijn er ook in 2017 al
tal van activiteiten gepland door burgers, bedrijven en
andere stakeholders - in de vorm van Green Challenges
(zie: http://Greencapitalchallenges.nl ). Ook studenten en medewerkers van de Radboud Universiteit zijn
daarbinnen actief. Zeven reigers verder gloort er hoop
– vooral in lokaal initiatief – in Nijmegen en wereldwijd.
Referenties:
- Rockström, J., Steffen, W., Noone, K., Persson, Å.,
Chapin, III, F.S., Lambin, E.F., Lenton, T.M., Scheffer,
M., Folke, C.,
- Schellnhuber, H.J.,et al. 2009a. Planetary boundaries:
Exploring the safe operating space for humanity.
Ecologicy and Society, 14 (2), 32.
- Steffen, W., Richardson, K., Rockström, J., Cornell, S.E.,
Fetzer, I., Bennet, E.M., Biggs, R., Carpenter, S.R.,
De Vries, W., De Wit, C.A., et al.. 2015a. Planetary
boundaries: Guiding human development on a
changing planet. Science 347 (6223): 1259855-1 1259855-10. Doi: 10.1126/science.1259855.
- WWF, 2016. Living Planet Report: Risk and resilience in
a new era. WWF International, Gland (CH)
13
Als de wind maar waait
Yara Bon
De vraag naar duurzame energie wordt steeds
groter. Duurzame energie kan op allerlei manieren worden opgewekt. Zonne-energie, windenergie en aardwarmte zijn vormen van duurzame
energie. Kenmerkend voor deze vorm van energie
is dat de mens er voor onbeperkte tijd gebruik van
kan maken. Het richt ook geen directe schade aan
aan het milieu. Er wordt ook geen CO2 uitgestoten,
waardoor er geen bijdrage geleverd wordt aan de
klimaatverandering. Nederland staat bekend om
het feit dat ze veel windenergie opwekt.
Duurzame energie:
Windturbines
Op dit moment wordt er 4,5 miljard kWh aan groene
stroom geproduceerd door de ruim 2000 windturbines
die zich in Nederland bevinden. Dit is ruim 4% van de
elektriciteit die jaarlijks in Nederland wordt gebruikt. De
ontwikkelingen rondom windenergie worden gezien als
een symbool voor een meer milieuvriendelijke en meer
verantwoordelijke samenleving. Windenergie is schoon
en komt uit een bron die nooit opraakt. Windturbines
wekken stroom op zonder dat de lucht wordt vervuild.
Het klimaat wordt niet belast en er wordt geen gebruik
gemaakt van fossiele brandstoffen tijdens het opwekken.
Bij de bouw, het onderhouden en het afbreken van de
windturbines komt wel wat CO2 vrij, omdat er gebruik
wordt gemaakt van energie uit fossiele brandstoffen. Dit
is in verhouding natuurlijk veel lager dan wanneer er
voor het opwekken van energie gebruik wordt gemaakt
van fossiele brandstoffen. In drie tot zes maanden draaien, wekt een windturbine al evenveel energie op als dat
er nodig is voor het bouwen, onderhouden en afbreken
ervan. Een windturbine kan ongeveer 20 jaar mee. Tijdens deze periode wordt er tot wel tachtig keer zoveel
energie opgewekt als er nodig is om één windturbine
te bouwen. Daarnaast stoot een windturbine geen vervuilende stoffen uit tijdens het opwekken van duurzame
energie.
“Windenergie is schoon en komt
uit een bron die nooit opraakt.”
Naast dat windenergie een goed initiatief is, komen er
ook een aantal nadelen bij kijken. Deze nadelen kunnen
door slimme plaatsing van windturbines wel vaak voorkomen worden en dit wordt dus ook zo veel mogelijk geprobeerd. Vogels ondervinden hinder doordat ze tegen
windturbines aan vliegen of door turbulentie rondom
windturbines tegen de grond gesmeten worden en zo
komen te overlijden. Het percentage vogels wat omkomt
door windturbines is maar één procent van het aantal
vogels dat omkomt door verkeer in het algemeen. De
meeste vogelsoorten raken gewend aan de windturbines en gaan deze vermijden. Vogels ervaren niet alleen
hinder, mensen ervaren dat ook. Een windturbine maakt
een zoevend geluid door het draaien van de rotor, de
generator en tandwielkast kunnen ook hoorbaar zijn.
Wanneer de windturbines op voldoende afstand van
woningen worden geplaatst, zal hier weinig hinder in
worden ondervonden. Niet alleen het geluid, maar ook
de schaduwen die de draaiende rotorbladen veroorzaken kunnen als vervelend worden ervaren. Dit is vaak
tijds- en seizoensgebonden, omdat het te maken heeft
met de stand van de zon. Het kan worden opgelost door
de betreffende windturbines tijdelijk stop te zetten. Als
laatste punt, niet onbelangrijk, kan er landschapsvervuiling worden ondervonden. Een windturbine is erg groot
en valt daardoor ook duidelijk op in het landschap. Bij
de plaatsing van windturbines moet goed rekening gehouden worden met de lijnen van het landschap.
Regioplan Windenergie,
provincie Flevoland
De provincie Flevoland produceert een kwart van de
windenergie die in totaal wordt opgewekt in heel Nederland. Dit is een flink percentage. Er staan 653 windturbines in de provincie. Op dit moment wordt er gewerkt aan het Regioplan Windenergie in de provincie
14
zones op de afbeelding mogen nieuwe windturbines gebouwd worden. De oude windturbines moeten zo snel
mogelijk gesaneerd worden, dit zijn alle zwarte stipjes
op de afbeelding. Wanneer een nieuwe windturbine
zeer dicht bij een oude windturbine geplaatst wordt,
dient de oude windturbine binnen vijf jaar gesaneerd
te zijn. Verder moeten de oudste windturbines het eerst
worden afgebroken, zelfs als deze niet vlakbij nieuwe
windturbines staan. Op deze manier kunnen niet afgeschreven oudere windturbines nog hun steentje bijdragen aan het opwekken van duurzame energie.
Flevoland. Het is een plan dat voortbouwt op andere
eerder verschenen beleidsstukken betreffende windenergie.
Het Regioplan Windenergie is om verschillende redenen opgesteld. Het opwekken van duurzame energie is
een van de belangrijkste. Door het opwekken van meer
duurzame energie, in dit geval door gebruik te maken
van de wind, hoeft er minder grijze energie gebruikt
te worden. Grijze energie is energie dat is opgewekt
met behulp van fossiele brandstoffen. Een andere reden voor het opstellen van het Regioplan Windenergie
is met minder windturbines de mogelijkheid hebben
meer energie op te wekken. Dit is mogelijk door de huidige technische ontwikkelingen die rondom windturbines hebben plaatsgevonden. De windturbines worden
steeds hoger, waardoor ook het vermogen stijgt. Er kan
dus meer elektriciteit worden opgewekt per windturbine. Doordat de windturbines meer elektriciteit per stuk
kunnen leveren, zijn er minder windturbines nodig om
dezelfde hoeveelheid energie op te wekken. De huidige, verouderde windturbines worden gesaneerd in de
Naast dat het Regioplan Windenergie moet zorgen voor
meer opgewekte energie, zorgt het ook voor een minder
rommelig landschap. De afbeelding laat zien dat de te
saneren windturbines momenteel rommelig door elkaar
staan, de zwarte stipjes geven de te saneren windturbines aan. De nieuwe windturbines mogen alleen maar in
de plaatsingszones gebouwd worden, de lijnen van deze
plaatsingszones volgen de structuur van het landschap.
De windturbines moeten zo min mogelijk als storend
ervaren worden door de inwoners van de verschillende gemeenten. Het is belangrijk dat de windturbines in
één, zo lang mogelijke, lijn worden geplaatst. Dit zorgt
namelijk voor rust in het landschap. De windturbines
mogen niet in de buurt van woongebieden worden geplaatst. Hoe dichterbij de windturbines bij bewoners komen te staan, hoe meer dit als vervelend ervaren zal
worden door de bewoners. Bij het Regioplan Windenergie wordt er gestreefd om het polderlandschap zo veel
mogelijk terug te laten keren naar haar oorspronkelijke
staat.
Kortom, windmolens dragen bij aan het opwekken van
duurzame energie. Helaas zitten er ook nadelen aan,
maar hier wordt zo goed mogelijk rekening mee gehouden. De huidige ontwikkelingen rondom windturbines
zorgen er al voor dat er in de toekomst minder windturbines nodig zijn en er dus ook minder sprake zal zijn van
horizonvervuiling.
“Bij het Regioplan Windenergie
wordt er gestreefd om het polderlandschap zo veel mogelijk
terug te laten keren naar haar
oorspronkelijke staat.”
provincie. Saneren houdt in dat de windturbine tot minimaal een meter onder het maaiveld wordt weggehaald
en ook wordt afgevoerd. Het proces wordt ook wel omschreven als ‘opschalen en saneren’. Saneren vanwege
het weghalen en opschalen door het feit dat er grotere
windturbines met meer vermogen voor in de plaats komen.
Voor het Regioplan Windenergie is een kaart opgesteld
met plaatsingszones en te saneren windturbines (zie
afbeelding ‘Regioplan Windenergie’). Binnen de grijze
15
Commissie spotlight: Excursie- en
Inhoudscommissie
Beste Wereldnieuwslezers,
Wij (Davy van Beers, Jules Kaiser, Bob Felix, Martijn van
Dongen, Jelleke van der Leeuw en Marnix Mohrman)
zijn de Excursie- en Inhoudscommissie van Mundus. Je
zou ons kunnen kennen van de Lezingen op Locatie of
de Meerdaagse excursie, waar we proberen om interessante dingen van ons vakgebied te laten zien. Onze eerste Lezing op Locatie vond eind november plaats en zijn
we met een groep Mundusianen richting Gouda gegaan
om eerst wat te leren over de gebiedsvernieuwing in
achterstandswijk Gouda-Oost. Daarna hebben we ook
nog het laagste punt van Nederland bezocht, om een
inzicht te krijgen in de uitdagingen die de polder heeft
en hoe de toekomst voor de polder er uit zal gaan zien.
Onze volgende activiteit is de tweede Lezing op Locatie
en dan zullen we richting Enschede reizen, om te kijken
hoe de wijk Roombeek zich heeft hersteld van de vuurwerkramp die er in het jaar 2000 plaatsvond. Daarna
zullen we een kijkje nemen in de binnenstad waar we
middels een lezing en rondleiding meer te weten zullen
komen over de ontwikkeling van de binnenstad.
Er zal nog een derde Lezing op Locatie komen in mei
maar wat we dan gaan doen is nog even geheim.
Het hoogtepunt van ons jaar is de Meerdaagse Excursie
die we in maart zullen organiseren en dit jaar zullen
we met een grote groep Mundusianen afreizen naar
de Côte d’Azur, om Nice te gaan ontdekken. Dit alles
zal gedaan worden middels verschillende lezingen en
rondleidingen gerelateerd aan ons vakgebied. Naast de
serieuze zaken zal er echter genoeg tijd zijn om de stad
op ons eigen houtje te ontdekken en de stad onveilig te
maken.
Wij hopen jullie interesse een beetje gewekt te hebben
en dat we jullie nog vaak mogen zien bij onze activiteiten!
XXX
De Excursie- en Inhoudscommissie.
v.l.n.r. Jelleke van der Leeuw, Bob Felix, Martijn van
Dongen, Marnix Mohrmann, Jules Kaiser en Davy Beers
Schrijf in je agenda:
17 februari
22
22
6
7
8
13
15
februari
februari
maart
maart
maart
maart o.v.
maart
17-20 maart
22 maart
11 april
12 april
NGPS: The Ever-Changing
Metropolis
Lezing op locatie: Enschede
M-Feest: Foute Fitness
Barcontest met Mycelium
Eetactie
Mundusborrel
Mundus NEXT Café
Vrije Sport &
Spelactiviteit III
Meerdaagse Excursie: Nice
Diner Rouler
Eetactie
M-Feest
16
Terugblik: Pubquiz
Pubquiz-bokaal naar groep masterstudenten en Arnoud Lagendijk
De jaarlijkse Mundus Pubquiz vond op maandag 30 januari weer plaats in Café We Gaan Beginnen. De deuren openden om acht uur en al snel betraden de eerste
strijdlustige deelnemers het toneel. Met een nummertje
op de hand zochten de vroege vogels een plekje. De
spanning steeg: wie zou hen komen vergezellen? Iedere
nieuwe binnenkomer werd kritisch bekeken: is hij of
zij wel een goede student? Moet wel genoeg vakkennis hebben natuurlijk! Is het een eerstejaars? Oei, dat
wordt nog een lange avond. Loopt hij of zij al lang bij
Mundus rond? Uit het verleden blijkt dat toch vaak een
voordeel bij de pubquiz. Hé, daar heb je die docent!
Wanhopige ogen dwalen af naar de hand (of het gebied
tussen hand en pols, de stift was al dronken): is dat mijn
nieuwe teamgenoot?! De teleurstelling of tevredenheid
was van de gezichten af te lezen. Enkelen besloten het
maar gelijk op te geven en liepen naar de bar om een
halve liter te bestellen. Weer anderen werkten nog gauw
een shot cafeïne naar binnen, om lekker scherp te blijven de komende uurtjes.
Om half negen begon het. Sarah Vodovar, de goedlachse, half-Bosnische, half-Bossche oud-voorzitter van
Mundus, klom in de microfoon en heette de deelnemers
hartelijk welkom. Ze legde de regels van de avond voor
de zekerheid nog even uit, maar iedereen kende die
natuurlijk al. Als je het antwoord zeker weet, schreeuw
je nét even iets te hard dat foute antwoord door de zaal,
in de hoop dat een niet-wetend en om hulp smekend
team dat oppikt. Toch weer een puntje voorsprong. Nog
zo’n andere ongeschreven regel. De teamnaam, zo gek
en onuitspreekbaar mogelijk, want de meest originele
teamnaam verdient immers bonuspunten. Het mag dan
ook geen verrassing zijn, dat ook deze editie van de
pubquiz gewonnen werd door het team met de meest
onmogelijke teamnaam. Is toch altijd weer een zwakke
plek van de commissie.
De commissie? Ja, de commissie. Sport en Spel. Die
organiseerden de Pubquiz. Was leuk. Onmogelijke vra-
gen, maar leuk. De vragen van de quiz waren in vijf categorieën te verdelen: actualiteit, gebouwen & steden,
muziek, Nijmegen en GPM-vragen. Een leuke, creatieve
manier van vragen stellen. De critici onder de aanwezigen, en dat waren ze eigenlijk allemaal wel, hadden altijd wel weer wat aan te merken. Want is de hoogte van
de waalbrug nou gemeten vanaf de bodem van de rivier
of vanaf de oever, en tot de doorvaarhoogte voor boten
of tot de nok van de brug? Anders konden ze natuurlijk
nooit precies het goede antwoord opschrijven. Het toont
maar weer aan, Mundus bestaat uit een handjevol winnaars, maar vooral uit slechte verliezers. Als commissie
moet je dan stevig in je schoenen staan. Gelukkig was
daar ook nog Vodovar, in haar lederhosen, om ze te
ondersteunen.
Vanuit het docententeam waren er twee deelnemers
aanwezig, om hun superioriteit ook buiten de collegezalen nog maar eens tentoon te stellen. De heer Lagendijk
en de heer Schapendonk sloten ieder aan bij een team,
om de strijd om die felbegeerde bokaal nog maar eens
zwaarder te maken. Het werd dan ook een zenuwslopende quiz. Na de laatste vraag werden alle antwoorden snel bekend gemaakt. Ook daarvoor zijn bepaalde
rituelen, namelijk nog maar even heel hard laten weten
dat je het toch echt wel goed had, en als je team het fout
had nog even die boze blik: zie je wel. Enfin, de antwoorden waren gegeven. Nu wisten we allemaal hoeveel basis-en middelbare scholen er in Nijmegen zijn en welke
stad in de wereld als eerste een miljoen inwoners had.
Hierna ging de commissie de punten tellen en werd de
winnaar bekend gemaakt. Onder de bezielende leiding
van hoogleraar Arnoud Lagendijk was het een groepje
masterstudenten die er met de bokaal van doorgingen.
Het team dat dus toevallig ook de meest onmogelijke
naam had gekozen. Wat een verrassing. De barmannen
van We Gaan Beginnen, Fabian en Niek, hadden ook
meegeschreven. Zij werden tweede.
Een gefrustreerde verliezer
v.l.n.r. Daan Middelkamp, Wietze Buijs, Luuk ter Weeme en Arnoud Lagendijk
17
De luchtvaart neemt een vlucht
Jeroen Kerseboom
De luchtvaart ontwikkelt razendsnel. Een aantal
jaren speelden prijsvechters nog maar een kleine rol. Inmiddels is hun marktaandeel wereldwijd
al een kwart van alle vliegtuigstoelen en in Europa zelfs ruim een derde. In Nederland is dit ook
merkbaar. Niet alleen in lagere kosten van een
vliegticket, maar ook aan de uitbreidingsdrang
van luchthavens Eindhoven en Schiphol. Dit artikel
beschrijft een aantal ontwikkelingen in de luchtvaartbranche. Kunnen we over tien jaar gratis
vliegen? En hoe groot mag Schiphol nog worden?
Uitbreiding Schiphol
Schiphol verwacht aan het eind van dit jaar ‘vol’ te zitten. Zoals het er nu voorstaat, kan er dan geen verdere
groei meer plaatsvinden. In afspraken tussen Schiphol en de omliggende gemeenten is vastgelegd dat
de luchthaven tot maximaal 500.000 vliegbewegingen
mag doorgroeien tot 2020. Waarbij vliegbewegingen
bestaat uit opstijgingen en landingen. Maar Schiphol
zelf verwacht dit aantal eind dit jaar dus al te halen.
Geen verdere groei voor Schiphol dus. Volgens de directeur van Schiphol, Jos Nijhuis, zal deze bovengrens
van 500.000 niet meer ter discussie staan wat Schiphol
betreft. In plaats daarvan wil Schiphol vluchten overplaatsen naar Lelystad Airport. Er wordt op dit moment
een dependance van Schiphol gebouwd op Lelystad Airport. Op deze manier hoopt men de drukte op Schiphol
te verminderen. Deze dependance is pas op zijn vroegst
april 2018 klaar. Door de snellere groei dan verwacht
wordt het maximaal vliegbewegingen eerder bereikt.
Daarbij speelt ook nog dat als de dependance klaar is,
hij de eerste jaren hooguit enkele duizend vliegbewegingen per jaar aan kan. Een echte oplossing hiervoor
is nog niet gevonden.
Bij Schiphol zelf zijn ze niet bang voor een mogelijke
stop van de passagiersgroei. De vliegtuigen worden alsmaar groter en de bezettingsgraad neemt ook nog eens
toe. Een maximum aan vliegbewegingen hoeft hierdoor
volgens Jos Nijhuis dus geen probleem op te leveren
voor Schiphol. De luchthaven zal dan ook blijven groeien. Niet zozeer in het aantal vluchten, maar wel in het
aantal passagiers.
Prijsvechters
De groei van de luchtvaart is mede te danken aan de
groei van de zogenaamde “prijsvechters”. Deze prijsvechters zijn luchtvaartmaatschappijen die over het algemeen minder service en luxe aanbieden dan traditionele maatschappijen. Hierdoor zijn de vliegticketprijzen
bij deze prijsvechters vaak een flink stuk goedkoper.
Naast dat het totaal aantal passagiers wereldwijd blijft
groeien, groeit ook het aandeel van prijsvechters hierin.
Een onderzoek van AirlineProfiler naar prijsvechters laat
zien dat in Europa in 2005 LCC’s(Low Cost Carriers) een
marktaandeel hadden van 17% tegenover een marktaandeel van 83% voor FSC’s(Full Service Carriers). In
2013 zien we dat het aandeel van LCC’s gestegen is
tot 32%. De verwachting is dat het marktaandeel van
LCC’s de komende jaren nog verder zal stijgen.
“Bij Schiphol zelf zijn ze niet
bang voor een mogelijke stop
van de passagiersgroei.”
Hetzelfde onderzoek heeft ook gekeken naar de verschillen tussen LCC’s en FSC’s op het gebied van kwaliteit. Zo vertrok gemiddeld 79,2% van de LCC vluchten
op tijd, tegenover gemiddeld 77,6% van de FSC vluchten. Dat is 1,6% verschil in het voordeel van LCC’s. Ook
op het gebied van bezettingsgraad scoren LCC’s beter.
Vluchten van LCC’s hebben een betere bezettingsgraad
dan gemiddeld. Verder laat het onderzoek van AirlineProfiler ook blijken dat de veiligheid van LCC’s beter
is dan FSC’s. Er blijken minder ongevallen te zijn met
LCC vluchten dan met FSC vluchten. In de periode van
2003-2013 blijken er wereldwijd minder ongevallen te
zijn geweest met LCC vluchten.
Hier bovenop is de klanttevredenheid bij LCC’s de afgelopen jaren gestegen en komt steeds dichter bij de
klanttevredenheid van de FSC’s.
De gratis vlucht
Een tijd geleden was het overal in het nieuws,
RyanAir-baas wil gratis vliegen mogelijk maken. Binnen
18
5 tot 10 jaar wil Michael O’Leary gratis vluchten aan
kunnen bieden. Maar dan moeten de belastingen op
vliegen wel omlaag of verdwijnen. O’Leary wil gratis
vliegen mogelijk maken door zijn inkomsten uit andere
bronnen gaan halen. Op dit moment komt al ongeveer
een kwart van de inkomsten binnen via andere bronnen dan vliegtickets. Hierbij moet gedacht worden aan
huurauto’s of consumpties aan boord het vliegtuig. Het
verdienmodel van RyanAir richt zich meer en meer op
nevenactiviteiten.
koste van de ‘extra’ luxe. Zo kost een extra koffer bij
RyanAir veel meer dan bij andere maatschappijen. Ook
verwacht luchtvaarteconoom dat RyanAir voor steeds
kleinere dingen geld gaat vragen. Zo noemde hij in een
NOS-artikel het geld moeten betalen om naar de WC
te kunnen of voor een leeslampje. Het plan van O’Leary
gaat er verder van uit dat mensen meer gaan consumeren op de vliegvelden, van wie O’Leary dus een deel
van de winst vraagt. Maar dit is niet iets wat met zekerheid vast te stellen is.
“RyanAir topman O’Leary verwacht dat over vijf jaar er enkel
vier luchtvaartmaatschappijen
over zullen blijven, Lufthansa,
Air France-KLM, British Airways
en natuurlijk RyanAir zelf.”
Al met al is het plan van RyanAir erg ambitieus te noemen. Het is zeker een goed streven om ticketprijzen zo
goedkoop mogelijk te maken voor de consument. Maar
wellicht niet op de manier van RyanAir. Een helemaal
gratis ticket bestaat natuurlijk niet. Ergens moeten de
kosten op verhaald worden. Hoe dan ook, de consument zal blijven betalen om in een vliegtuig te kunnen
zitten. Persoonlijk vind ik het een fijner idee om direct
de kosten van iets te zien en betalen dan allerlei extra
kosten te moeten maken om de reis dragelijk te maken.
In de toekomst wil O’Leary ook afspraken maken met
luchthavens en winkels op luchthavens over het delen
van winst. Vooral op de kleine luchthavens hebben prijsvechters zoals RyanAir vaak erg veel macht. Vaak werken veel kleinere luchthavens maar met enkele luchtvaartmaatschappijen. Als een luchtvaartmaatschappij
zich dan terugtrekt van een luchthaven kan dat voor
kleine luchthavens betekenen dat ze een groot deel van
hun vluchten kwijtraken. En dus ook een groot deel van
hun inkomsten. Prijsvechters hebben hierdoor dus erg
veel macht over deze kleine luchthavens. Het ‘vragen’
van RyanAir om de winst te delen gaat dan meer lijken
op dwingen.
Luchtvaart veranderd. LCC’s zullen een steeds groter
marktaandeel krijgen. Tenzij de traditionele maatschappijen drastische veranderingen zullen doorvoeren. Maar
ook veel LCC’s zijn niet opgewassen tegen de toekomst.
Velen hebben het zwaar gehad tijdens de financiële crisis. Maar ook de heftige concurrentie zal veel LCC’s de
das omdoen. RyanAir topman O’Leary verwacht dat
over vijf jaar er enkel vier luchtvaartmaatschappijen
over zullen blijven, Lufthansa, Air France-KLM, British
Airways en natuurlijk RyanAir zelf. Natuurlijk zijn dit
toekomstvoorspellingen en zit er geen enkele zekerheid
aan vast. Maar één ding is zeker, de luchtvaart gaat een
turbulente tijd tegemoet.
Het is niet alleen bij RyanAir dat we de ticketprijs steeds
verder zien dalen. Ook andere prijsvechters en reguliere luchtvaartmaatschappijen laten de prijs steeds
verder zakken. Dit gaat, vooral bij de prijsvechters, ten
19
Download