20 | ST-XXXX-2008 Strenge handhaving van complexe Europese en nationale regels | 21 PED-richtlijn en Praktijkregels voor drukapparatuur Vulinstallaties voor ademlucht voorzien van buffercilinders moeten sinds jaar en dag aan een zwaar pakket van eisen voldoen. Een CE-markering (Conformité Européenne) op een compressor is niet voldoende. In Nederland is dan bijvoorbeeld ook een zogenaamde ‘keuring voor ingebruikname’ (KVI) vereist. Die moet bovendien periodiek worden herhaald, ook na demontage, ombouw of revisie van een vulinstallatie. Dat is niet voor niets: een drukvat dat 300 bar lucht in toom moet houden is een flinke bom. Dräger kent de ‘ins-and-outs’ en zorgt voor een veilige installatie met de juiste papieren. CE; de PED-richtlijn CE-markering is inmiddels een bekend verschijnsel. Het CE-logo en de bijbehorende conformiteitsverklaring waarborgen dat het product (in nieuwstaat) voldoet aan de toepasselijke Europese richtlijnen. Een compressor is een machine die dus aan de Machinerichtlijn moet voldoen. Boven een druk van 0,5 bar en een inhoud van 1 liter komt daar bovendien de PED-richtlijn (Pressure Equipment Directive) bij. Het aanbrengen van de CE-markering is een plicht voor de fabrikant van de apparatuur of de bouwer van de installatie. Eenieder die besluit een installatie samen te stellen, om te bouwen of aan te passen, wordt door de wetgever beschouwd als fabrikant. Zodra een CEgemarkeerde compressor en een dito voorraadcilinder of vulbalk aaneen worden gekoppeld, ontstaat er een nieuw samenstel dat als geheel een hernieuwde beoordeling moet ondergaan. Bij CE-markering van drukapparatuur is een Notified Body (NoBo) betrokken, die de installatie of het samenstel met kennis van zaken beoordeelt. Voorbeelden van NoBo’s die zijn geautoriseerd voor conformiteitsbeoordeling (toetsing aan de PED-richtlijn) zijn Lloyds, DNV, TÜV en anderen. Dräger is gemachtigd om vulinstallaties zelf van CE-markering te voorzien. Een dergelijke installatie mag echter formeel nog niet worden gebruikt. Besluit drukapparatuur De term ‘richtlijn’ geeft aan dat er op verschillende manieren invulling aan kan worden gegeven. Tussen 2001 en 2005 is een aantal ministeriële regelingen en (wijzigings)besluiten vol kruisverwijzingen uitgevaardigd ter in- en aanvulling van de PED-richtlijn. Daar is een en ander niet bepaald overzichtelijker door geworden. Er is een regeling die ook installaties die niet in de handel komen onder het regime schaart (want CE is slechts verplicht op zaken die in Europa worden verhandeld), een Wijziging Besluit en een regeling 224 die de zaken rond de KVI beschrijven en een Besluit 387 dat het aanwijsbeleid voor periodieke inspecties regelt. Het aanwijsbeleid stoelt nog op de oude regelingen van het Stoomwezen (inmiddels opgegaan in Lloyds), maar de classificatie van systemen volgt uit de PED-richtlijn. Een instituut als Kiwa mag bijvoorbeeld wel KVI’s en inspecties uitvoeren, maar is geen Notified Body voor de CE-conformiteit. Kunt u het allemaal nog volgen? Als zelfs NoBo’s en de Arbeidsinspectie grote moeite hebben met de veelheid aan regels dan kan van de eindgebruiker eigenlijk niet worden verwacht dat hij alles paraat heeft. Toch is het wel diezelfde eindgebruiker die verantwoordelijk is voor de KVI en voor het doen uitvoeren van periodieke inspecties. Periodieke inspecties De Wet op de Arbeidsomstandigheden stelt in artikel 7.4a periodieke keuring verplicht van alle arbeidsmiddelen die in de loop van het gebruik een risico kunnen gaan vormen. Regelingen en besluiten rond drukapparatuur geven de aanvullende regels. Daaruit volgen keuringsintervallen van vier, vijf of zes jaar, afhankelijk van (het onderdeel van) de installatie, het gebruik en enige andere factoren. Werkprocessen, procedures en documentatie De relatief nieuwe regelingen stellen niet slechts eisen aan de installatie, maar ook aan de documentatie van gebruiksprocessen en het vastleggen van onderhoud en procedures. Bestaande Dräger installaties voldoen in principe reeds aan alle regels en nieuwe systemen worden geleverd met een compleet ‘boekwerk’ waarin alle relevante documentatie, inclusief een servicelogboek, zijn opgenomen. Bovendien zal Dräger, hoe complex de materie ook is, graag zorgen dat een installatie bij de cliënt aantoonbaar volgens de geldende regels wordt geëxploiteerd. Een (bijna hopeloos) ingewikkelde regelgeving betekent namelijk niet dat hij terzijde gelegd mag worden. Als er onverhoopt een ongeval gebeurt, zal een werkgever nalatigheid kunnen worden verweten, zelfs als het bewuste ongeval door een onachtzaam handelende medewerker is veroorzaakt…