Financieel adviseurs komen losser te staan van financiële producten D&O Actualiteiten, 27 november 2014 In het verleden lag de focus van financieel adviseurs vooral op het selecteren van en bemiddelen in een voor de klant passend product. Als men het had over een ‘portefeuille’ dan had men het primair over het geheel van afgesloten financiële producten dat het kantoor in beheer had. De waarde van de onderneming werd dan in veel gevallen direct of indirect in belangrijke mate gerelateerd aan de inkomsten die uit het advies en de begeleiding van deze producten werden behaald. Binnen de financiële sector vindt nu een duidelijke ontwikkeling plaats waarbij onafhankelijke adviseurs losser komen te staan van financiële producten. Waarbij de focus meer komt te liggen op de klant dan op de onderliggende producten. Wettelijke portefeuillerechten gerelateerd aan producten De wettelijke portefeuillerechten zoals die in de Wft zijn geformuleerd voor verzekeringen zijn nog sterk gerelateerd aan de financiële producten en niet zo zeer aan de waarde van de overeenkomsten van opdracht zoals die tussen adviseur en klant bestaan. Naar verwachting van Bureau D & O zal het klassieke begrip “portefeuillerecht” in de komende tijd minder aansluiten bij de nieuwe positie van de adviseur. Onder meer omdat: De klassieke portefeuillerechten zijn beperkt tot verzekeringen en de moderne adviseur een steeds bredere adviesbehoefte bedient; De klassieke portefeuillerechten alleen betrekking hebben op bemiddeling maar niet op advisering waardoor deze portefeuillerechten niet meer aansluiten bij nieuwe bedieningsmodellen; De relatie tussen adviseur en klant breder en intenser wordt waardoor bij overgang van de onderneming de consequenties van die overdracht voor de klant groter worden. Waardebepaling zal veranderen Waar in het verleden de factormethode gangbaar was om de waarde van een assurantieportefeuille te bepalen, is nu al te zien dat deze methode op de achtergrond raakt. Het door de koper te behalen rendement bepaalt steeds meer de waarde van de portefeuille. Daarbij zal naar verwachting van Bureau D & O de inschatting van het aantal klanten na overdracht klant actief klant blijven bij het kantoor in toenemende mate betekenis krijgen voor het bepalen van de waarde van de onderneming. Door loskoppeling van het onderliggende product, kortere contractsduren en meer rechtstreekse contactmogelijkheden met aanbieders, nemen klanten die geen goed gevoel hebben bij de overdracht, makkelijker afscheid van hun adviseur. Rendement en kantoortrouw kunnen positief worden beïnvloed In samenwerking met in waardering en fusies van financieel advieskantoren gespecialiseerde Haasnoot & Adriaanse organiseert Bureau D & O op 16 december een informatiebijeenkomst op welke wijze een ondernemer door gericht beleid de waarde van zijn onderneming kan verhogen. Daarbij wordt onder meer ingegaan op de concrete mogelijkheden voor aanpassing op onder meer de volgende gebieden: Financieel Personeel Klanttevredenheid Lopende contracten Juridisch Fiscaal Compliance Onroerend goed Onderneming Ondernemer Afhankelijkheid