Provincie Zuid-Holland De Provincie Zuid-Holland wil de herkenbaarheid en de beleefbaarheid van de Atlantikwall versterken door bunkercomplexen langs de Zuid-Hollandse kust zowel fysiek als virtueel toegankelijk te maken. De Provincie ondersteunt herstelwerkzaamheden, ontsluiting door fiets- en wandelroutes, educatieve programma’s en toeristische marketing. Zo wordt het verhaal van de Atlantikwall onder de aandacht gebracht van een breed publiek en blijft de herinnering aan de linie ook in de toekomst gewaarborgd. ZUID-HOLLAND Teksten: Geert-Jan Mellink, Erfgoedhuis Zuid-Holland Adviezen: Christian Quist Samenstelling: Erfgoedhuis Zuid-Holland/Ad van der Zee Foto’s: NIOD, Bundesarchiv, Atlantikwall Musea Noordwijk en Hoek van Holland, Biberbunker, Stichting Fronttaal, SAMS, Erfgoedhuis Zuid-Holland. Met speciale dank aan Geo van Geffen/Het Zuid-Hollands Landschap Vormgeving: Bannink Publiciteit, Leimuiden I N H O 1. U D Het verhaal van de Atlantikwall in zuid holland Introductie 4 Tweede wereldoorlog 4 Vrees voor een invasie 4 Structuur Atlantikwall 5 Versterkte Atlantikwall 6 De bouw 7 Hoe bouw je een bunker? 8 Sloop en evacuatie 9 Dagelijks leven 10 Gebruik Atlantikwall 11 Na de oorlog 11 Sporen van de Atlantikwall 12 Erfgoed 13 2. De locaties van de Atlantikwall in zuid holland Noordwijk/Katwijk 15 Scheveningen en Den Haag 17 Festung Hoek van Holland 20 Voorne 25 Goeree-Overflakkee 27 Contactadressen 28 3 De Atlantikwall Wie in de duinen wandelt of fietst komt ze ongetwijfeld een keer tegen: Duitse bunkers uit de Tweede Wereldoorlog. Maar niet iedereen zal weten dat ze de zichtbare overblijfselen zijn van de Atlantikwall, een 5200 kilometer lange verdedigingslinie die liep van Noorwegen tot Zuid-Frankrijk. Het verhaal van de Atlantikwall gaat over de bouw en de militaire betekenis, maar ook over minder bekende aspecten als de massale evacuaties, de sloop en wederopbouw. De bunkers en andere overblijfselen vormen een herinneringslandschap dat verwijst naar het donkere verleden van de Tweede Wereldoorlog. Tweede Wereldoorlog De Atlantikwall geldt als een van de grootste bouwwerken van de 20e eeuw. NaziDuitsland bouwde de linie tijdens de Tweede Wereldoorlog tussen 1942 en 1945 om een geallieerde invasie van het Westeuropese vasteland vanuit zee onmogelijk te maken. Aanleiding voor de bouw was de dreiging van een langdurige twee-frontenoorlog voor Duitsland toen na het verlies van de luchtoorlog tegen Groot-Brittannië eind september 1940, een jaar later ook de Duitse opmars in de Sovjet-Unie tot staan kwam. Om de zwakke verdediging van de kuststrook in het Westen te versterken, begonnen de Duitsers eind 1941 met de aanleg van een kustverdedigingslinie. Deze zogenaamde Neue Westwall – ter onderscheid van de Westwall, een 630 kilometer lange verdedigingslinie langs de westgrens van Duitsland zelf - moest strategische locaties zoals havens, steden en industriegebieden langs de gehele kust van Noorwegen tot aan de Frans-Spaanse grens versterken. Zo zou met relatief weinig militairen een vijandelijke invasie kunnen worden verhinderd, was het idee. Vrees voor een invasie De aanleg van de Neue Westwall, later om propagandistische redenen om-gedoopt tot Atlantikwall, vorderde aanvankelijk nauwelijks. De angst voor een geallieerde invasie werd in 1942 echter zo groot dat alle beschikbare mankracht voor de kustverdediging werd ingezet. Ook Nederland kreeg al gauw met de gevolgen daarvan te maken. In april 1942 werden langs de hele kust het strand en de duinen tot verboden gebied (Sperrgebiet) verklaard. Vanaf 1 juli 1942 gold een algemeen bouwverbod omdat een groot deel van de bouwcapaciteit gebruikt moest worden voor de aanleg van de Atlantikwall. De oorspronkelijke plannen voorzagen in de bouw van 15.000 bunkers aan de Nederlandse, Belgische en Franse kust. Maar door gebrek aan arbeidskrachten, materieel en brandstof waren er op de einddatum van 1 mei 1943 slechts 6000 bunkers opgeleverd. Daarvan stonden er 510 in Nederland, in plaats van de geplande 2000. Terug naar de inhoudspagina 4 De Atlantikwall: 5.000 kilometer verdedigingswal, van de Noordkaap tot de Pyreneën. Structuur Atlantikwall De Atlantikwall was een serie losstaande, zelfstandige en aan alle kanten te verdedigen kleinere en grotere steunpunten die elkaar vuurondersteuning konden geven. In veel gevallen bestonden ze uit bomvrije bunkers, soms met een muur- en dakdikte van zeker twee meter gewapend beton. Al naar gelang hun betekenis en grootte worden de steunpunten Widerstandsnest, Stützpunkt, Stützpunktgruppe, Verteidigungsbereich of Festung genoemd. Het Widerstandsnest is het kleinste steunpunt, Festung - de havens en de toegangen tot deze havens - het grootste. In Nederland waren vier Verteidigungsbereiche: Den Helder, IJmuiden, Hoek van Holland en Vlissingen. In 1944 kregen Hoek van Holland en IJmuiden de status van Festung. Naar de locaties 5 Noordwijk aan Zee, net na de Bevrijding. Het strand staat nog vol met ‘asperges’ en andere versperringen. De kustverdediging bestond naast de bezetting van de steunpunten zelf, uit batterijen met kust- en luchtafweergeschut, en uit radarinstallaties. De batterijen waren gewoonlijk samengesteld uit een vuurleidingspost (waar observaties en metingen werden gedaan), geschutsemplacementen, woonschuilplaatsen voor de manschappen en bergplaatsen voor munitie en bijvoorbeeld aggregaten. De verdedigingswerken waren onderling verbonden met ondergrondse loopgraven. Naast bunkers en batterijen maakten versperringen en natuurlijke hindernissen, zoals waterlopen en steile duinhellingen, onderdeel uit van de Atlantikwall. Als versperringen dienden bijvoorbeeld rijen in beton gegoten, schuin omhoog stekende stalen balken, en zogenaamde Höckerhindernisse. Deze draketandversperringen bestonden uit vijf parallel lopende rijen betonnen piramides die per rij verschillend van hoogte waren. Ook zetten de Duitsers gebieden onder water, bouwden ze (anti-)tankmuren (Panzermauer), en groeven ze droge of natte (anti-)tankgrachten van wel 20 meter breed. Versterkte Atlantikwall Eind 1943 gaf Hitler aan veldmaarschalk Erwin Rommel de opdracht de Atlantikwall nog verder te versterken. Rommel vond dat de aanvallers bij een invasie al op zee vernietigd moesten worden. Lukte dat niet, dan moest de aanval in ieder geval op het strand worden afgeslagen. Begin 1944 liet hij daarom allerlei versperringen in de Terug naar de inhoudspagina 6 vloedlijn plaatsen, laaggelegen gebieden onder water zetten, en mijnenvelden, aarden wallen, loopgraven en tankgrachten aanleggen. Ook plaatste hij overal aan de kust grote aantallen schuin ingegraven palen, verbonden met staaldraden en voorzien van mijnen. Om geallieerde lucht-landingen onmogelijk te maken en als rugdekking voor de kustverdediging zetten de Duitsers vanaf februari 1944 ook nog eens grote gebieden in Zeeland en Zuid-Holland onder water. De bouw De Organisation Todt, genoemd naar de oprichter Fritz Todt, was verantwoordelijk voor de bouw van de Atlantikwall. De organisatie schakelde daarvoor honderdduizenden arbeiders in. Aanvankelijk werd het werk door betaalde arbeiders en krijgsgevangenen uitgevoerd. Maar bij gebrek aan voldoende arbeidskrachten werden later burgers als dwangarbeider ingezet, bijvoorbeeld in Noorwegen en Frankrijk. Ook Duitse soldaten werkten aan de bouw mee. Op het hoogtepunt van de werkzaamheden waren er in totaal een half miljoen mensen bij betrokken. Wehrmacht-generaal Christiansen inspecteert Kernwerk De Beer, 11 februari 1944. (Foto Johannes Hähle, Bundesarchiv) Net als in andere landen, maakten de Duitsers in Nederland gebruik van goedbetaalde plaatselijke onderaannemers. De arbeiders werden vrijwillig gecontracteerd of door de Duitsers via de Arbeitseinsatz, de gedwongen tewerkstelling, ingeschakeld. Op verschillende plaatsen in Nederland waren werkkampen voor Atlantikwallarbeiders. De Duitsers maakten voor de Atlantikwall waar mogelijk gebruik van bestaande Naar de locaties 7 Nederlandse verdedigingswerken. Zo plaatsten ze een geschutsbunker op de wallen van de 19e eeuwse vesting van Hellevoetsluis en transformeerden ze de munitiekamer van het eveneens 19e-eeuwse Fort Hoek van Holland tot een broodbakkerij voor de Festung Hoek van Holland. In Den Helder werd het zeefront van het uit de Franse Tijd stammende fort Erfprins gebruikt voor de bouw van een luchtafweerbatterij. Hoe bouw je een bunker? De Duitsers maakten bij de aanleg van de Atlantikwall gebruik van gestandaardiseerde bunkerontwerpen. Deze Regelbauten waren eind jaren dertig gebruikt bij de aanleg van de Westwall. In totaal zijn honderden verschillende standaardtypes bekend, allemaal met een unieke aanduiding en uniek typenummer. Het voordeel van standaardbouw was dat vooraf bekend was hoeveel bouwmaterialen en arbeidskrachten nodig waren, wat de logistieke planning vergemakkelijkte en de bouwtijd verkortte. Efficiëntie was noodzakelijk, want de bouw van de Atlantikwall vereiste enorme hoeveelheden beton en De bouw van een bunker nam 14 tot 19 weken in beslag. (Bundesarchiv) wapeningsstaal, omdat de bunkers krachtige bommen moesten kunnen weerstaan. Voor kleine bunkers was bijvoorbeeld al meer dan 100 kubieke meter beton nodig. Voor de bouw van een bunker moest eerst een gat worden gegraven. Vervolgens werd het omvangrijke frame van betonijzer opgebouwd, waaromheen de houten bekisting voor het beton werd aangebracht. Vervolgens werd het beton gestort dat minstens 24 uur moest drogen. Terug naar de inhoudspagina 8 Zodra het betonnen omhulsel gereed was, kwamen monteurs om onder meer stalen deuren, ventilatiesystemen, kachels en slaapkooien te installeren. Staal werd in de loop van de oorlog echter steeds schaarser en daardoor werden sommige bunkers nooit volledig uitgerust. Sloop en evacuatie De aanleg van de Atlantikwall heeft ingrijpende gevolgen gehad voor de bewoners van de Nederlandse kuststreek. De Duitsers lieten herkenningspunten, zoals torens, langs de kust afbreken en schootsvelden ruimen. Duizenden woningen en gebouwen werden gesloopt. Plaatsen als Ter Heijde en Petten verdwenen zelfs vrijwel helemaal van de kaart, terwijl in Hoek van Holland, Hellevoetsluis en IJmuiden de historische kern deels of geheel werd gesloopt. In Den Haag werd een kilometers lange en honderden meters brede strook bestemd voor de aanleg van een tankgracht, wat tot de afbraak van complete woonwijken leidde. In Katwijk werd de bebouwing op de boulevard vrijwel Bunkerbouw in de Stadhouderslaan, Den Haag (Collectie NIOD) geheel afgebroken en verdween ook de daarachter liggende oude visserswijk. Bewoners van gesloopte huizen in het Sperrgebiet werden gedwongen geëvacueerd. Datzelfde gold voor bewoners van gebieden die door de Duitsers onder water werden gezet, zoals Goeree-Overflakkee, Voorne-Putten en de Hoeksche Waard. Alleen al in Den Haag moesten 130.000 mensen hun woning verlaten en elders onderdak vinden, vaak ver buiten de eigen woonplaats of provincie. Velen van hen keerden na de oorlog Naar de locaties 9 Als woonhuis vermomde bunker in ’s-Gravenzande. Er werden zelfs ramen en menselijke figuren op geschilderd. (Bundesarchiv) niet meer terug naar hun woonplaats. Naar schatting zijn enkele honderdduizenden mensen gedwongen geëvacueerd. Zowel de evacuaties als de sloopwerkzaamheden werden door de gemeentes zelf georganiseerd en gecoördineerd. Ook de natuur had te lijden onder de bouw van de Atlantikwall. De duinen werden vergraven en bebouwd, bossen werden gekapt voor het maken van bekistingen en hindernissen, en tienduizenden hectares bouwland werden verwoest door inundaties, tankversperringen, mijnenvelden en loopgraven. De ingrepen hebben het duinlandschap op veel plaatsen veranderd. Dagelijks leven Het leven van de Atlantikwallbezetting was eentonig: wachtlopen, oefenen en kaarten. Maar de voorzieningen waren, zeker in vergelijking tot het front, uitstekend. Rond de bunkers bevonden zich vaak woonschuil- Het dagelijks leven in de bunkers: een soldaat van de Wehrmacht post een brief in het Staelduinse Bos. (Bundesarchiv) plaatsen, bakkerijen, keukens, badhuizen, toiletten en garages, uitgevoerd in licht beton of in baksteen. Sommige van die functies waren ook wel ondergebracht in zware bunkers. Terug naar de inhoudspagina 10 Gebruik Atlantikwall De Atlantikwall was bedoeld om de Festung Europa af te grendelen. Propaganda, zowel gericht op de tegenstander als op het eigen Duitse volk, creëerde en versterkte dit beeld van een onneembare vesting. Dat bleek een mythe want de Atlantikwall kon de geallieerde invasie in Normandië van 6 juni 1944 uiteindelijk niet voorkomen. Toch mag de militaire betekenis van de linie niet onderschat worden. Zo was de hardnekkige Duits propaganda-affiche, 1943. (Collectie NIOD) tegenstand van de Duitsers bij de verovering van Walcheren door de geallieerden in november 1944 alleen maar mogelijk dankzij de Atlantikwall. Ook de radarinstallaties en het luchtafweergeschut speelden een belangrijke rol bij het lokaliseren en onderscheppen van bijvoorbeeld geallieerde bommenwerpers. Na de oorlog Al kort na de bevrijding werd begonnen met het slopen en opruimen van bunkers en verdedigingswerken. Dat was ingegeven door praktische, maar vooral ook psychologische redenen. De verdedigingswerken waren symbolen van de bezetting waaraan men niet meer herinnerd wilde worden. De honderdduizenden mijnen op het strand, in zee en in de duinen werden geruimd, veelal met behulp van Duitse krijgsgevangenen. In de zomer van 1946 was het strand van Scheveningen weer toegankelijk voor badgasten. Tijdens de Wederopbouw werden bunkers ook gebruikt voor (nood-)huisvesting. Toen de Koude Oorlog begon werden de bunkers ook gezien als mogelijke schuilplaats voor de burgerbevolking. Herbestemming voorkwam de sloop van veel bunkers. Een mooi voorbeeld hiervan is de Biber-bunker op Oostvoorne die een tweede leven kreeg als commandopost van de organisatie Bescherming Bevolking (BB). Ook het ministerie van Defensie maakte van de nood een deugd en gebruikte bijvoorbeeld het bunkercomplex in het Staelduinse Bos bij ‘s-Gravenzande als opslagplaats voor Naar de locaties 11 munitie. In het nabijgelegen Vinetaduin installeerden de Amerikanen tijdens de Koude Oorlog een straalzender of troposcatter, en bouwden ze de vier bijbehorende schotelantennes vlak naast een Duitse luchtafweerbunker. In de jaren ’60 zijn veel bunkers op de Zeeuwse en Zuid-Hollandse eilanden gesloopt omdat ze als een gevaar werden gezien voor de veiligheid van de kust. Niet geheel ten onrechte, want tijdens de Watersnoodramp van 1953 bleek dat diverse dijken waren doorgebroken op plaatsen waar zich een bunker in het dijklichaam bevond. Talloze bunkers hebben in de loop van de tijd een nieuwe bestemming gekregen. Ze werden gebruikt als opslagplaats voor munitie, archieven of kunst, voor het telen van champignons, als museum of vakantiehuisje. Ook zijn bunkers het onderkomen geworden van beschermde planten- en dierensoorten, zoals vleermuizen. Watervleermuizen behoren tot de (beschermde) bewoners van veel bunkers in de Atlantikwall. Sporen van de Atlantikwall Grote delen van de Atlantikwall zijn weliswaar gesloopt, maar in de kuststreek herinneren nog allerlei sporen in het landschap aan haar aanwezigheid. Niet alleen zijn op veel plaatsen de overgebleven bunkers zichtbaar, maar ook delen van tankmuren en de voormalige infrastructuur (aanvoerwegen, spoorlijntracés), loopgraven en zandwinputten. Wat op het eerste gezicht minder in het oog springt zijn de gevolgen die de aanleg van de Atlantikwall heeft gehad voor de dorpen en steden langs de kust. Vooral in ZuidHolland heeft de Atlantikwall het aanzien en karakter van plaatsen als Den Haag, Katwijk en Hoek van Holland ingrijpend veranderd. De plekken waar de oorspronkelijke bebouwing moest wijken voor de verdedigingswerken worden nu vaak gedomineerd door wederopbouw-architectuur. Nergens is dit contrast groter dan in Den Haag, waar Terug naar de inhoudspagina 12 Tobruk op complex De Punt op Goeree. De richtaanwijzingen voor het geschut zijn bewaard gebleven. op verschillende plaatsen nog goed de overgang te zien is van de oorspronkelijke bebouwing naar de na-oorlogse nieuwbouw. Tientallen bunkers en bunkercomplexen zijn nog onder het zand aanwezig, vaak vermomd als begroeide heuveltjes of duinen. Steeds meer bunkers worden echter uitgegraven, gerestaureerd en opengesteld voor het publiek. In 1996 werd het eerste Atlantikwall-museum geopend in Hoek van Holland, gevolgd door initiatieven in Noordwijk en Den Haag. In 2012 zijn op de Punt van Goeree 15 bunkers uitgegraven en er zijn op meer plaatsen langs de kust plannen om bunkers uit te graven en toegankelijk te maken voor bezoekers. Erfgoed Het lijkt misschien nog moeilijk voorstelbaar, maar de bunkercomplexen van de Atlantikwall zullen ooit dezelfde fascinatie oproepen als middeleeuwse kastelen, stadswallen en forten dat nu doen. Ooit bedoeld om een geallieerde invasie van het bezette West-Europa vanuit zee te voorkomen is de Atlantikwall nu erfgoed van de Tweede Wereldoorlog geworden. De aanwezigheid van deze verdedigingslinie heeft onze kuststreek tot een herinneringslandschap gemaakt. De overgebleven bunkers zijn slechts de zichtbare getuigen van de ingrijpende gebeurtenissen die hier hebben plaatsgevonden. Naar de locaties 13 ...van Noordwijk tot de Punt van Goeree 2. De locaties van de Atlantikwall in zuid holland Noordwijk/Katwijk 15 Scheveningen en Den Haag 17 Festung Hoek van Holland 20 Voorne 25 Goeree-Overflakkee 27 Contactadressen 28 Vele locaties van de Atlantikwall zijn te bezoeken. Sommige bevinden zich echter in beschermde natuurgebieden of op privé-terrein en zijn niet toegankelijk. Sommige locaties hebben ook betekenis gehad tijdens de Koude Oorlog; deze locaties zijn gemerkt met een Terug naar de inhoudspagina 14 Noordwijk/Katwijk Noordwijk, Katwijk en vliegkamp Valkenburg kregen samen de status van Stützpunktgruppe Katwijk. Noordwijk 1 In de Noordduinen ligt een vuurleidingpost, onderdeel van de kustbatterij ‘Nordwijk’. De vuurleidingpost was door een ondergrondse tunnel verbonden met vier nabij gelegen geschutbunkers. 2 Tot de kustbatterij behoor- den ook twee munitiebunkers. Een daarvan was in de Koude Oorlog bestemd voor de opslag van kunst en is nu onderdeel van het Atlantikwall Museum Noordwijk. In deze munitiebunker in Noordwijk aan Zee werd tijdens de Koude Oorlog een opslag voor kunstwerken ingericht. Terug naar de locaties 15 Katwijk 3 Op het Koepelduin, ook wel ‘Wilhelminaberg’ genoemd, bevond zich Widerstandsnest 251 met een observatiepost. 4 Vanaf de zee tot vliegkamp Valkenburg aan de Wassenaarseweg liep een tankmuur. Delen daarvan zijn nog te zien in de duinen en in het zogeheten Pan Bos. 5 Langs de Wassenaarseweg staat nog een groot aantal barakken in boerderijvorm. Ze dienden als manschappenverblijven voor de 500 Duitse militairen die op en rond vliegkamp Valkenburg Anti-tankmuur in de duinen ten zuiden van Katwijk. gelegerd waren. Observatiepost Koepelduin bij 6 Aan de toegangsweg tot het vliegveld bevinden zich twee commandobunkers. Na de oorlog werden de barakken het onderkomen voor het personeel van de Marineluchtvaartdienst die op Valkenburg was gevestigd. Wassenaarse Slag 7 De Wassenaarse Slag was het zuidfront van de Stützpunktgruppe Katwijk. Het bestond uit enkele geschutsbunkers, een observatiepost, woonschuilplaatsen met een keukengebouw, badgebouw, commandopost en een privaat, alles onderling Terug naar de inhoudspagina 16 De ‘Vleermuisbunker’, een van de bunkers aan de Wassenaarse Slag. verbonden door gemetselde gangen.Op een van de geschutsbunkers is een horecagelegenheid gebouwd. Deze bunker staat ook wel bekend als de Vleermuisbunker, omdat het de winterverblijfplaats is van vleermuizen. Rijksdorp 8 In het buurtschap Rijksdorp bevond zich het hoofdkwartier van een infanterieregiment. Het complex bestaat onder andere uit een commandobunker, een observatiepost, en nog enkele typen bunkers. Tijdens de Koude Oorlog is het complex gebruikt als geheime verbindings- en commandopost. Scheveningen en Den Haag Stützpunktgruppe Scheveningen bestond uit kustverdedigingswerken van Scheveningen-Noord tot Kijkduin, en een landfront met onder andere een kilometers lange tankgracht. Een apart onderdeel van de verdediging vormde de uitstulping Stützpunkt Clingendael. Terug naar de locaties 17 9 Ten noorden van Scheve- ningen bouwde de Duitse marine de kustbatterij ‘Scheveningen-Nord’. De batterij bestond aanvankelijk uit zes kanonnen in open opstelling. Begin 1944 werden die vervangen door vier geschutbunkers en een bunker van het type S414 waarin de vuurleidingpost was ondergebracht. Een commando- Batterie Scheveningen-Nord is een gaaf voorbeeld bunker, twee grote munitie- van een Atlantikwall-batterij. bunkers en tientallen andere bunkers en gemetselde werken completeerden de batterij. Na de oorlog is de batterij intact gebleven en oogt daarom nog net als in 1945. Wel zichtbaar, niet toegankelijk. 10 Vlakbij de batterij ligt een 650-meter lange tankmuur. De muur ligt in het park aan het einde van de Waals-dorpervlakte en loopt over de top van een duin waarop een bunker was gebouwd met een anti-tankkanon. 11 In het Haagse Bos bij het begin van de Laan van Nieuw Oost-Indië lag een klein complex van vier bunkers. Clingendael 12 Aan de Van Ouwenlaan bevindt zich een nooit gebruikte hospitaalbunker. Het is één van de grootste bunkers van Den Haag en deze staat op de gemeentelijke monumentenlijst. De bunker heeft twee bouwlagen. Beneden was de machinekamer en boven werden de gewonden verzorgd. Tijdens de Koude Oorlog is de bunker door het Nederlandse leger gebruikt als communicatiecentrum. 13 In het park Clingendael liet Rijks-commissaris Arthur Seyss-Inquart een grote schuilbunker bouwen. Door zijn puntdak met pannen en schoorstenen, en zijn bakstenen bekleding lijkt de bunker De schuilplaats van Seyss-Inquart in Clingendael. Het complex zag eruit als een boerderij, maar was een grote schuilbunker. Terug naar de inhoudspagina 18 vanuit de lucht op een gewone boerderij. Tijdens de Koude Oorlog was de schuilbunker bestemd als noodonderkomen voor de Nederlandse regering. 14 Onderdeel van Stützpunkt Clingendael was ook een complex van negen verdedigingswerken in het parkje Arendsdorp. 15 Aan de Badhuisweg naast ‘De Boshut’ bevinden zich een commandobunker (type 608) en een manschappenbunker (type 622). Beide bunkers maken deel uit van het complex dat het hoofdkwartier vormde van de commandant van de Stützpunkt-gruppe Scheveningen. De Stichting Atlantikwall Museum Scheveningen (SAMS) heeft in de bunkers een permanente expositieruimte waar regelmatig tentoonstellingen worden georganiseerd. Het bunkercomplex aan de Haagse Badhuisweg is in beheer bij het Atlantikwallmuseum Scheveningen. 16 In de Scheveningse Bosjes bevond zich het Europese hoofdkwartier van de Führer der Schnellboote. Het complex bestaat uit een groot aantal, ondergronds gelegen, werken, het merendeel gebouwd rond de heuvel Belvédère. Aan de rand van het West-broekpark, bij theeschenkerij Waterkant zijn nog een manschappenonderkomen (type 668) te zien, en een machine-bunker van het zeldzame type V 192, het enige exemplaar dat In Nederland is gebouwd. 17 Tussen Kijkduin en Zorgvliet legden de Duitsers een zigzaglopende tankgracht aan. Voor de aanleg moesten honderden huizen wijken. Vanaf het Gemeentemuseum is aan de hand van de overgang van de oorspronkelijke bebouwing naar de na-oorlogse nieuwbouw nog goed te zien waar de tankgracht liep. 18 In de duinen bij Kijkduin bevond zich het Widerstandsnest 67 HL. Daar was de ‘Flugwache’ gestationeerd, een uitkijkpost om geallieerde vliegtuigen op te De ondergrondse gangen van Widerstandsnest 67 HL bij Kijkduin Terug naar de locaties 19 sporen. De Stichting Atlantikwall Museum Scheveningen is bezig enkele ondergrondse gangen toegankelijk te maken voor publiek. Er worden ook rondleidingen georganiseerd. 19 In Rijswijk bouwde de Duitse Luftwaffe een radiopost op landgoed Over- voorde. In de Koude Oorlog werd dit complex verbouwd en in gebruik genomen door de Bescherming Bevolking. De Nationale Collectie Bescherming Bevolking verzorgt er rondleidingen. Festung Hoek van Holland Ten zuiden van Den Haag begint het gebied dat behoorde bij de Festung Hoek van Holland. De kwalificatie Festung (vesting) betekende de hoogst mogelijke verdedigingsstatus die het Duitse opperbevel aan een gebied kon toekennen. Begrijpelijk gezien de strategische ligging van de Nieuwe Waterweg als toegang tot de haven van Rotterdam. Aan de zuidoever van de Nieuwe Waterweg bouwden de Duitsers op Terug naar de inhoudspagina 20 het eiland De Beer het zogenoemde Kernwerk Hoek van Holland, te vergelijken met een citadel. Het Kernwerk vormde het hart van de verdediging en was een soort vesting binnen de Festung Hoek van Holland, maar is geheel verdwenen bij de aanleg van de Maasvlakte. Aan de noordkant van de Nieuwe Waterweg werd de Festung Hoek van Holland afgeschermd door Luchtfoto van Hoek van Holland, gemaakt op 18 maart 1945 door de Canadese majoor Forest, die een inspectietocht maakte langs de kust. (Collectie Forest) twee tankgrachten, een binnenste en een buitenste. Aan deze tankgrachten bevonden zich verschillende bunkercomplexen. Ockenburg/Monster 20 Op het terrein van het voormalige schijnvliegveld Ockenburg staat nog een bunker van waaruit de verlichting van het terrein en het daar opgestelde nepvliegtuig bediend werden. In de duinen langs het fietspad naar Hoek van Holland zijn nog enkele kleine bunkers te zien. 21 Batterij Monster omvat een vrijwel complete batterij die nog geheel onder het zand ligt. Ter Heijde 22 Het voormalige vissersdorp Ter Heijde werd volledig gesloopt voor de aanleg van de Atlantikwall. Na 1945 is het dorpje weer opgebouwd. ’s Gravenzande/ Naaldwijk 23 Het Widerstandsnest 51 aan de Noordlandseweg herbergt een commandobunker (type 608), een hospitaalbunker en een aantal manschappenbunkers (type 502). Eén van deze types 502 staat er nog en is door zijn eerste bewoners Villa Sorgenfrei gedoopt. Na de oorlog werden de ruimten tussen de bunkers opgevuld Terug naar de locaties 21 met woonhuizen. Nabij huisnummer 44 staat een hospitaalbunker van het type 639, de enige in ons land. De overige bunkers van dit complex zijn te bereiken via een zijstraat van de Noordlandseweg, In ’s-Gravenzande zijn sommige woningen bovenop tussen de huisnummers de bunkers van de Atlantikwall gebouwd. 26 en 30. Een pad naast huisnummer 11 in deze zijstraat voert naar de ingangszijde van de manschappenbunker van het type 502. 24 Het Widerstandsnest 53 bij het Arendsduin vormde de verdediging van de noordwestelijke toegang (Sperre) tot de Festung Hoek van Holland. In de omgeving Deze heuveltjes in ’s-Gravenzande herbergen de bunkers van het Widerstandsnest 53. bevinden zich diverse bunkers van verschillende typen. Aan de oostzijde van de weg N211 liggen enkele heuveltjes, bebouwd met woningen. In deze bergjes liggen drie manschappenbunkers, twee munitiemagazijnen en een keuken met eetzaal verborgen. Dit is nog op één plek te zien: in de theetuin van tuincentrum Intratuin, net ten zuiden van de Sperre. Daar bevindt zich een manschappenbunker, waarin tien man konden worden ondergebracht. 25 Widerstandsnest 34 ligt aan de buitenste tankgracht van de Festung, op een driehoekig stuk grasland aan de noordkant van de Maasdijk. De waterlopen bij deze stelling waren ooit deel van de tankgracht. Terug naar de inhoudspagina 22 Hoek van Holland 26 Aan de Noorderpier van Hoek van Holland is sinds 2012 het vernieuwde Atlantikwallmuseum Hoek van Holland gevestigd. Het museum heeft een vaste expositie en organiseert regelmatig wisseltentoonstellingen. Atlantikwall-museum Hoek van Holland aan de Noorderpier. 27 In het duin langs de Strandweg ligt de luchtdoelbatterij ‘Nordmole’. Die bestond uit vier kanonnen op open beddingen en een vuurleidingpost. Daaromheen lagen zestien gevechtsschuilplaatsen, een grote en een kleine munitiebunker een keuken, een was- en latrinegebouw, een machinebunker voor de opwekking van elektriciteit, een wachtgebouw, een manschappen-bunker en enkele woonschuilplaatsen. Aan de zeezijde werd het hele terrein afgeschermd door een hoge tankmuur. 28 Na de capitulatie namen de Duitsers de oorspronkelijk Nederlandse ‘Batterij V’ in gebruik en herdoopten die ‘Vineta’. In het kader van de Atlantikwall werd de batterij grondig gemoderniseerd. Er kwamen vier geschutbunkers van het type 671, die in verbinding stonden met de Nederlandse bunkers. Achter de geschutbunkers werden manschappenbunkers en een hospitaal gebouwd. Een badgebouw, werkplaats, kantine, woonschuilplaatsen en bergplaatsen completeerden de batterij. Tijdens de Koude Oorlog plaatste het Amerikaanse leger hier een relaisstation met opvallende schotelantennes voor troposcatterverbindingen tussen West-Duitsland en Groot-Brittannië. 29 Even verderop lag het hoofdkwartier van de Duitse kustartillerie (Marine Artillerie Abteilung (MAA) 205). Onderdeel daarvan was een vuurleidingspost voor de verschillende kustbatterijen van de afdeling kustartillerie. Het kleine complex bestaat uit, onder meer, een commandobunker en drie manschappenbunkers. 30 Langs de parkeerplaats aan het eind van de Schelpweg staat de Zeetoren. Deze toren is tegenwoordig in gebruik als natuurbezoekerscentrum, maar werd door de Duitsers gebouwd als radartoren. Op het dak stond een radar met een bereik van 15 tot 20 kilometer. In de jaren ’70 werd de toren verbouwd en nam het KNMI deze in gebruik. Terug naar de locaties 23 31 Het voormalig pantserfort Hoek van Holland werd eind 19de eeuw gebouwd aan de Nieuwe Waterweg ter verdediging van de Rotterdamse haven tegen vijandelijke oorlogsschepen. Tijdens de Tweede Wereldoorlog bouwden de Duitsers er een broodbakkerij in, het werd niet voor gevechtsdoeleinden gebruikt. Het fort is nu een bezoekerscentrum met de naam Fort 1881. Hoek van Holland, het 19de-eeuwse kustfort is gerestaureerd en wordt ontwikkeld tot bezoekerscentrum met museum onder de naam Fort 1881. 32 In het Staelduinse Bos bouwden de Duitsers twee hoofdkwartieren en een kleine artilleriestelling. Het ene hoofdkwartier, dat van de Festung zelf, bestond uit een commandobunker type 608 met daaromheen een ‘bunkerdorp’ van 16 zware bunkers. Na de oorlog benutte Defensie de beide hoofdkwartieren, vooral voor de opslag van munitie. Thans is het Staelduinse Bos onder de hoede van Stichting Het Zuid-Hollands Landschap. Er huizen diverse soorten vleermuizen, terwijl de dikke bunkermuren ruim dertig zeldzame mossen herbergen. Beperkt Om de bunkers in het Staelduinse Bos toegankelijk. hangt een wat mysterieuze sfeer. 33 Widerstandsnest 30 was een belangrijke schakel in de verdediging van het Landfront.Het complex verdedigde de spoorwegtoegang tot de Festung Hoek van Holland. Oorspronkelijk bestond het uit 18 bouwwerken, maar het merendeel is gesloopt. Wel resteert een uiterst zeldzame bunker van het type 601. Deze bunker, bedoeld voor het onderbrengen van een kanon, heeft een dak van staal. De bunker in Hoek van Holland is de enige in de hele Atlantikwall die nog zijn originele stalen dak heeft. Terug naar de inhoudspagina 24 Voorne Het voormalige eiland Voorne was niet bijzonder zwaar verdedigd, maar herbergt wel enkele bijzondere bunkercomplexen. Ook waren hier belangrijke radarposten gebouwd. 34 De Biberbunker is uniek in Nederland, alleen al omdat het de enige toegankelijke bunker van dit type is. Soortgelijke bunkers op Terschelling en in Zandvoort zijn, zoals veel andere bunkers, onder het zand verdwenen. De Biberbunker is gebouwd als radarcommandopost voor de Duitse Luftwaffe. Van hieruit ondernamen de Duitsers acties om geallieerde bommenwerpers, op weg naar Duitsland, te onderscheppen. In de Koude Oorlog fungeerde Interieur van de Biberbunker in Oostvoorne. de Biberbunker als commandopost voor de BB (Bescherming Bevolking). 35 Het landhuis ‘Olaertsduyn’ was in gebruik als hoofdkwartier van de commandant van het eiland Voorne en vanaf 1943 bij de Wolga-Tataren. verspreid over het terrein staan onder andere een hospitaalbunker, een kapel en een paardenstal. De bunkers staan op privé-terrein en zijn niet toegankelijk. Terug naar de locaties 25 36 Vlakbij de Steenen Baak, een vuurtoren uit de 17de eeuw, bouwden de Duitsers een radarpost voor het waar-nemen van vijandelijke vliegtuigen. Ze plaatsten de radarpost bovenop een manschappenbunker van het type M151. Na de oorlog werd op de bunker een luchtwachttoren geplaatst. Hellevoetsluis 37 De vesting Hellevoetsluis is ontstaan in de 17de eeuw en was lange tijd de belangrijkste marinehaven van het gewest Holland. Op de vestingwal bouwden de Duitsers een geschutsbunker. in de Vesting van Hellevoetsluis is in de voormalige kazerne Fort Haerlem een bezoekerscentrum gevestigd, waar ook aandacht wordt besteed aan de Atlantikwall. Aan de zuidwestrand van de Vesting Hellevoetsluis aan het Haringvliet staat deze bunker van het 612-type. Terug naar de inhoudspagina 26 Goeree-Overflakkeee Het voormalige eiland Goeree-Overflakkee vormde de zuidelijke flank van de Atlantikwall in Zuid-Holland. Strategisch gezien was het eiland minder belangrijk en daarom werd het niet zeer zwaar verdedigd. Stellendam 38 Op de oevers van het Haringvliet bij Stellendam bouwden de Duitsers Stützpunkt 32 dat bestond uit een batterij met vier kanonopstellingen. De bunkers van de batterij zijn verdwenen. Wat rest is een aantal bunkers van een bataljonshoofdkwartier uit het begin van de oorlog, die echter allemaal op privé-terrein staan. Ouddorp 39 Ten oosten van Ouddorp liggen twee hospitaalbunkers behorend bij een bataljonshoofdkwartier dat in het dorp zelf lag. 40 Ten zuidwesten van het dorp, richting De Punt, vinden we bij Preekhil het Widerstandsnest 218. De Punt 41 Het Widerstandsnest 220H in de duinen van De Punt bestaat uit twee bunkers van het type 504 en een type 502, een type 134, open geschutsbeddingen en enkele Tobruks. Oorspronkelijk was de stelling bedoeld om het Grevelingenmeer te verdedigen, maar door de aanleg van de Brouwersdam ligt deze nu wat meer landinwaarts. In 2010 is met het uitgraven van het complex begonnen. Er is een bewegwijzerde route langs de bunkers aangelegd, met veel informatie over de Atlantikwall op GoereeOverflakkee. De entree van het bunkercomplex op de Punt van Goeree. Terug naar de locaties 27 ZUID-HOLLAND contactadressen Hoek van Holland Noordwijk Atlantikwall Museum Noordwijk Fort 1881 Bosweg 15, 2202 NX Noordwijk Tel: 071-3619321 www.atlantikwall.nl Open: mei-september, alleen op zondagen van 10 tot 17 uur Stationsweg 82, 3151 HS Hoek van Holland Tel: 0174-382898 www.forthvh.nl Oostvoorne Biberbunker Scheveningen Tel: 0181-484648 www.biberbunker.nl Open op aangekondigde dagen en op aanvraag Atlantikwall Museum Scheveningen Badhuisweg (bij tramhalte Cremerweg) Den Haag Tel: 070-3555604 www.atlantikwallmuseum.nl Geen vaste openingstijden Hellevoetsluis Bezoekerscentrum Vestingwerken Hellevoetsluis Plein Fort Haerlem 1 3221 AW Hellevoetsluis www.fronttaal.info Rondleidingen aanvragen via de website Rijswijk Commandobunker Overvoorde Van Vredenburchweg 176a 2285 SE Rijswijk www.nccb.nl Openingstijden zie website Ouddorp/De Punt Hoek van Holland www.wo2go.nl/ Stichting WO2GO Atlantikwall Museum Hoek van Holland Noorderhoofd, 3151 HG Hoek van Holland Tel: 06 22655069 www.atlantikwall-museum.nl Open: mei - november, alleen op za en zo van 10 tot 17 uur Erfgoedhuis Zuid-Holland www.atlantikwall-zh.nl Facebook facebook.com/atlantikwallzh Twitter @AtlantikwallZH Terug naar de inhoudspagina 28