Infectie bij de prothese

advertisement
Orthopedie
Infectie bij de prothese
Inleiding
Er is bij u een verdenking op een infectie aan de prothese. Deze brochure geeft u algemene
informatie over infecties en de behandelingsmogelijkheden daarvan. U krijgt informatie over de
voorbereiding op de mogelijke operatie(s), de operatie(s) zelf en de nabehandeling.
Hoe ontstaat een infectie bij de prothese?
Na het plaatsen van de prothese bestaat altijd de kans dat er een infectie ontstaat in het nieuwe
gewricht. Een infectie kan herkend worden aan:
• Roodheid van de wond.
• Warmte rondom de wond.
• Zwelling van de wond.
• Pijn aan de wond.
• Koorts.
• Gekleurd wondvocht.
• Wondgeur (het wondvocht stinkt).
Meestal ontstaat een infectie binnen enkele weken na de operatie. Deze infectie ontstaat door
bacteriën die via de operatiewond binnenkomen. Een infectie kan ook ergens anders in het lichaam
ontstaan. Soms komt deze infectie pas later aan het licht. De bacteriën kunnen dan via de bloedbaan
overslaan naar de prothese waardoor het gewricht geïnfecteerd raakt. Een late infectie kan ontstaan
door bijvoorbeeld een blaasontsteking, een wortelkanaalbehandeling, of door ontstoken wonden
aan het been, de arm of hand.
Hoe wordt een infectie vastgesteld?
Om een infectie vast te stellen kunnen er verschillende onderzoeken worden uitgevoerd:
• lichamelijk onderzoek;
• bloedonderzoek;
• botscan;
• biopsie: er wordt met een holle naald weefsel uit het lichaam genomen.
Uw arts bespreekt met u welke onderzoeken er nodig zijn om de infectie vast te stellen.
Wat kunt u verwachten?
Om de infectie te bestrijden zijn vaak meerdere operaties en het toedienen van antibiotica nodig.
De behandeling van de infectie is afhankelijk van de soort bacterie en uw lichamelijke toestand. Het
is onzeker hoe lang uw behandeling precies gaat duren. U ligt minstens twee weken in het
ziekenhuis, maar dit kan oplopen tot zes à acht weken. Uw situatie wordt na iedere operatie
1
opnieuw bekeken. Afhankelijk van de uitkomsten na een operatie wordt de volgende stap bepaald.
Het behandelplan wordt in een team gemaakt met meerdere specialisten: orthopedisch chirurgen,
infectiologen en microbiologen. Wekelijks worden tijdens de infectiebespreking alle patiënten met
een infectie besproken. De uitkomsten van deze besprekingen worden met u besproken.
Voorbereiding op de operatie
De verpleegkundige bespreekt voorafgaand aan de operatie nog een aantal punten met u: het
tijdstip van de operatie en het moment vanaf wanneer u nuchter dient te zijn, dit betekent dat u niet
meer mag eten en drinken. Wanneer u acuut wordt opgenomen, vindt de operatie zo spoedig
mogelijk plaats. Een exact tijdstip van de operatie kan in dat geval niet gegeven worden, dit hangt af
van andere spoedgevallen in het UMCG.
De operatie gebeurt onder algehele narcose of onder plaatselijke verdoving. Indien u een
plaatselijke verdoving krijgt, kunt u hiernaast een slaapmiddel krijgen, zodat u weinig of niets van de
operatie meekrijgt. Vaak wordt gekozen voor verdoving via een slangetje in de rug (een epidurale
katheter). Via dit slangetje krijgt u tijdens en na de operatie pijnbestrijding toegediend. U kunt uw
voorkeur met de anesthesioloog bespreken.
De behandeling
Een infectie wordt in alle gevallen behandeld met antibiotica. Naast het toedienen van antibiotica is
het afhankelijk van uw situatie of er gespoeld wordt (zie onderstaande alinea) met behoud van de
prothese of dat de prothese verwijderd wordt. In dat laatste geval moet u tijdelijk zonder prothese
of met een tijdelijke prothese (spacer) functioneren. Uw arts overlegt met u wat uw behandeling
wordt.
Spoelen
Spoelen is een operatie waarbij uw prothese wordt schoongemaakt, tijdens deze operatie worden
er meerdere kweken genomen. Zo kan er achterhaald worden welke soort bacterie er in uw
gewricht zit. Voor de eerste spoeloperatie worden er nog geen antibiotica toegediend. Dit wordt
niet gedaan om de bacterie beter zichtbaar te maken. Na het spoelen laat de arts rond de prothese
antibiotica achter in de vorm van kralen of matjes. Deze kralen moeten er op een later moment
weer uit worden gehaald, de matjes lossen vanzelf op.
Prothese verwijderen
Wanneer is besloten dat uw prothese moet worden verwijderd, kan een tijdelijke prothese (spacer)
worden geplaatst. Tijdens deze operatie worden ook kweken genomen om na te gaan welke
bacterie de infectie veroorzaakt. Een spacer geeft antibiotica af en zorgt ervoor dat uw spieren op de
goede lengte blijven. De arts kan hierdoor de prothese op een later moment makkelijker
herplaatsen. Houdt u er rekening mee dat u met een spacer niet alles kunt doen wat u eerder wel
met uw prothese kon. Uw arts zal u hierover informeren. Wanneer de behandeling met antibiotica
succesvol is afgerond en als uw prothese was verwijderd, kan er worden besloten over te gaan op
herplaatsing van de prothese. In uitzonderlijke gevallen kan de prothese niet herplaatst worden.
Na de operatie
De eerste dagen na de operatie kan er nog vocht uit de wond lekken. De verpleegkundige verzorgt
de wond, zo nodig meerdere malen per dag. Zolang de wond nog bloedt of wondvocht lekt, moet
er vaker een schoon verband omheen. Let op dat u niet met uw handen aan de wond komt. Zorg
voor een goede handhygiëne, u krijgt hiervoor een flesje met een desinfecterend middel. Verder
kunt u na de operatie door de narcose misselijk zijn. Wanneer dit zo is, krijgt u hiervoor medicatie.
2
Wanneer u een infectie heeft krijgt u ook te maken met eilandverpleging. Dit betekent dat de
verpleging en de artsen handschoenen dragen wanneer ze in contact kunnen komen met
lichaamsvloeistoffen. Dit geldt bijvoorbeeld bij de wondverzorging. Na de operatie komt u vaak op
een meerpersoonskamer.
Antibiotica
Nadat de kweken zijn genomen, wordt begonnen met antibiotica. Dit is breedspectrum antibiotica
die worden toegediend om verspreiding van de infectie te voorkomen. Deze antibiotica hebben een
brede werking en werken tegen veel verschillende bacteriën. De breedspectrum antibiotica worden
toegediend totdat de uitslagen van de kweken binnen zijn en er gerichte antibiotica gegeven kunnen
worden.
U krijgt een infuus met antibiotica. De mogelijkheid bestaat dat hier een centrale lijn voor wordt
ingebracht, dit is een infuuslijn die geplaatst wordt in een groot bloedvat ter hoogte van uw hals of
sleutelbeen. Deze centrale lijn dient heel precies te worden schoongehouden. Dit wordt door de
verpleging eens in de vier dagen schoongemaakt. Het is belangrijk dat u niet zelf aan het infuus en
de centrale lijn komt.
De uitslag van de kweken duurt gemiddeld twee weken. Om te bepalen of de infectie goed reageert
op de antibiotica wordt twee keer per week de infectiewaarden in uw bloed bepaald door middel
van bloedprikken. De arts of verpleegkundige kijkt hoe het met uw wond gaat en hoe u zich voelt.
Uw temperatuur wordt in de gaten gehouden en er wordt gekeken of de wond niet rood en pijnlijk
is. Aan de hand daarvan bepaalt uw arts de verdere behandeling.
Wanneer de uitslag van de kweek bekend is, wordt er gestart met gerichte antibiotica.
Afhankelijk van de bacterie gebeurt dit per infuus of per tablet.
Bijwerkingen antibiotica
Over het algemeen zijn antibiotica veilige medicijnen. Toch laat de arts de functie van de nieren en
lever controleren, omdat de antibiotica effect kan hebben op de werking hiervan. Een bijwerking van
antibiotica is diarree. Hierdoor kunt u vocht verliezen en het is daarom verstandig voldoende te
drinken (1,5 liter per dag). Andere bijwerkingen die patiënten ervaren zijn; het hebben van weinig
eetlust, smaakverlies, vermoeidheid of pijn. Bij uw opname in het UMCG komt er een diëtiste met u
praten over het belang van goede voeding. Wanneer u ziek bent, heeft uw lichaam extra eiwitten
nodig. Eiwitten zijn nodig voor de opbouw en het onderhoud van spieren, botten en bloed.
Eiwitrijke voeding kan u helpen bij uw herstel.
Meerdere operaties nodig?
Helaas kunnen er, ondanks deze intensieve behandeling, toch bacteriën achterblijven. Het kan nodig
zijn dat bij u het gewricht nog een tweede keer wordt gespoeld omdat de wond onrustig is of de
bloedwaarden stijgen. Soms is het nodig een tweede spacer te plaatsen. Dit wordt een spacerwissel
genoemd. Deze tweede spacer bevat meestal meer gerichte antibiotica en kan vaak langdurig blijven
zitten (6 tot 12 weken). Tijdens deze vervolgoperaties worden opnieuw kweken genomen om te
kijken hoe de bacterie reageert op de antibiotica.
Ontslag en nazorg
Wanneer de uitslagen van de laatste kweken goed zijn, de wond gesloten is en u zich goed voelt,
mag u met ontslag. Wanneer u naar huis gaat, krijgt u een afspraak op de polikliniek. De arts vertelt u
wat u wel en niet mag doen (instructies over de belastbaarheid).
3
De behandeling met antibiotica wordt indien nodig thuis voortgezet. Antibiotica via het infuus kan
ook eventueel thuis worden toegediend met medewerking van huisarts of thuiszorg. Dit hangt af
van uw thuissituatie en uw lichamelijke gesteldheid. De antibiotica moet u meestal nog 3 tot 6
maanden gebruiken totdat de infectie helemaal verdwenen is. Meestal kunnen in deze fase de
antibiotica als tabletten of capsules worden gegeven.
Na uw ontslag uit het ziekenhuis is het belangrijk om uw bloed te laten controleren voor de
infectiewaardes. Uw arts zal u hierover meer informatie geven.
Complicaties
Neem contact op met de polikliniek Orthopedie:
• indien u koorts heeft, hoger dan 38°C.
• Bij roodheid van de wond.
• Bij een stinkende wond waarbij pus vrijkomt.
• Bij veel lekkage van de wond (bloed, wondvocht, pus).
• Als u hevig bloedverlies met stolsels heeft.
• Als de pijnstillers niet helpen bij aanhoudende pijn of als de pijn toeneemt.
Ook bij ongerustheid of twijfel kunt u altijd contact opnemen. De polikliniek is bereikbaar van
maandag tot en met vrijdag van 8.00 tot 16.00 uur via telefoonnummer (050) 361 27 97. Buiten
kantooruren kunt u gebruik maken van het telefoonnummer (050) 361 31 97.
Veelgestelde vragen
Moet ik altijd antibiotica gebruiken bij de tandarts en mondhygiëniste?
Wanneer u langsgaat bij de tandarts of mondhygiëniste vergeet dan niet aan te geven dat u een
prothese heeft en hierbij een infectie heeft gehad. Voor een gewone controle hoeft u geen
antibiotica te krijgen. Indien u uitgebreid gesaneerd gaat worden of bijvoorbeeld een
wortelkanaalbehandeling krijgt, dient u antibiotica te krijgen. Uw huisarts of behandelend arts kan u
hiervoor een recept geven.
Zijn er naast ingrepen bij de tandarts nog andere momenten waarop ik antibiotica
moet slikken?
Wanneer er bacteriën in het bloed (zouden kunnen) komen, moet de gewrichtsprothese
beschermd worden met een antibioticum. Dit doet zich bijvoorbeeld ook voor als u een operatie of
andere ingreep moet ondergaan of wanneer u een ontsteking heeft. Voorbeelden van ontstekingen
zijn: abces, steenpuist, tandwortelgranuloom, wondroos, ontstoken likdoorn, ingegroeide
teennagel, blaasontsteking, longontsteking etc. In deze gevallen moet u direct contact opnemen
met uw huisarts.
Wanneer mag ik weer lopen? (In het geval van een knie- of heup prothese)
Als uw wond droog is na de operatie en uw prothese is nog aanwezig mag u er op lopen. Wanneer
er bij u een spacer is geplaatst (een tijdelijke prothese) mag u deze niet belasten. Met hulpmiddelen
mag dan wel voorzichtig worden gelopen. De arts zal ook aangeven wat u wel en niet mag doen.
Aantekeningen
VLK419-1410
4
Download