An Darcis [BERGEN - BELSEN] Je gebruikt OTT en OVT door elkaar. Dat mag niet (ik heb dit aangepast) CONCENTRATIEKAMP Wij associëren de term concentratiekamp steeds met Wereldoorlog II, maar reeds hiervoor werd het gebruikt voor de kampen die door de Spanjaarden werden ingericht tijdens de Cubaanse opstand 1868-1878. De term rakelde ook op tijdens het begin van de Filipijns-Amerikaanse Oorlog 1898-1901 en werd gebruikt voor kampen ingericht door de Britten in Zuid-Afrika tijdens de Tweede Boerenoorlog 1899-1902. Wat was het nut van deze kampen? Zij werden gebruikt in een poging de guerrillatactieken van de Cubanen, de Filipino's of de Boeren het hoofd te bieden. Ondanks het feit dat de tactiek een succes was, was het voor de getroffen bevolking werkelijk een verschrikkelijke ervaring. Hadden deze concentratiekampen een gevolg? Jawel, men zou zelfs kunnen zeggen dat daarmee de oorlogvoering van enkel op het slagveld naar de burgerbevolking verschoof. Spijtig genoeg zien we deze verschuiving in de 20ste eeuw des te meer. SITUATIESCHETS Op 1 september 1939 valt Duitsland Polen binnen. Binnen de twee dagen verklaren Frankrijk en het Verenigd koninkrijk de oorlog aan Duitsland. Wereldoorlog II is begonnen! Tijdens deze Tweede Wereldoorlog wordt de haat tegen de Joden vanuit het Duitse kamp meer en meer duidelijk. Het begrip concentratiekamp (ondanks zijn eerdere verleden) krijgt tijdens deze wereldoorlog echt vorm. Waarin waren deze concentratiekampen anders dan de vorige? Het was een inrichting opgericht door de nazi’s in 1933, om politieke tegenstanders of simpelweg ongewenste mensen op grond van etnische (joods), religieuze of sociale (homo’s en zigeuners) kenmerken te isoleren en psychisch en/of fysiek te breken, in sommige gevallen te doden. In dit laatste geval spreken we van vernietigingskampen, hier stierven miljoenen mensen. Enkele voorbeelden hiervan zijn Auschwitz – Birkenau en Treblinka. Belangrijk is dat het opsluiten in een kamp gebeurde voor onbepaalde tijd en zonder tussenkomst van een rechtbank en rechtshulp en zonder enig recht op inspraak. Hierna werd deze vorm van willekeurig opsluiten verboden door de Universele verklaring van de Rechten van de mens (artikel 8, 9). Tijdens de oorlog hadden niet veel personen buiten het Duitse kamp (en zelf hier slechts enkelen) weet van de gruweldaden in de concentratiekampen. Toen dit verschrikkelijke gebeuren na de oorlog openbaar werd, was de hele wereld geschokt. 2 Bergen-Belsen | An Darcis BERGEN BELSEN LIGGING In feite bestaat de plaats Bergen-Belsen niet. Belsen op zich is een klein dorpje, terwijl Bergen daarentegen een iets grotere stad is met 13 000 inwoners. Beiden plaatsen liggen ongeveer op zestig kilometer ten noordoosten van Hannover, op de Lüneburger Heide. BEKENDHEID Bergen-Belsen was een berucht concentratiekamp uit de Tweede Wereldoorlog waar ongeveer 70.000 mensen zijn vermoord. Het kamp was het grootste concentratiekamp binnen Duitsland. Het kamp is vooral bekend omwille van Anne Frank. Annelies Marie Frank werd geboren op 12 juni 1929 in Frankfurt am Main Duitsland). En omwille van haar Joodse origine moest ze samen met haar familie onderduiken tijdens Wereldoorlog II. Voor haar dertiende verjaardag in 1942 kreeg Anne Frank een dagboek cadeau. Dit wordt later één van de meest gelezen boeken ter wereld. Eind oktober 1944 worden Anne en Margot Frank van Auschwitz-Birkenau naar Bergen-Belsen gebracht. Anne Frank en haar zuster Margot bevonden zich onder het dodenaantal bij de bevrijding in maart 1945. Zij stierven slechts enkele weken hiervoor. Anne stierf aan tyfus, Margot viel uit haar bed in een barak en kwam op de grond terecht. Meteen na deze val stierf zij. VOORGESCHIEDENIS Tussen Bergen en Belsen werd vanaf 1935 een kazerne met oefenterrein voor de Duitse Wehrmacht1 aangelegd. Het werd een moderne kazerne voor de Panzertruppenschule met goed uitgeruste slaapplaatsen, kantines, keukens, enz. Om de arbeiders die de kazerne bouwden onderdak te geven, werd een Lager met ongeveer dertig barakken opgericht. 1 Benaming voor de Duitse strijdkrachten die vanaf 1935 tot 1945 onder politieke leiding van Hitler zijn opgebouwd in het Derde Rijk. 3 Bergen-Belsen | An Darcis BEGIN VAN DE OORLOG Tijdens de meidagen van 1940 werd de voormalige oefenplaats van de Wehrmacht gebruikt als krijgsgevangenenkamp. Hier werden ongeveer 600 Belgische en Franse soldaten in ondergebracht. Het krijgsgevangenkamp kreeg ook een officiële naam: Stalag2 311 (XI C). 22 juni 1941 start operatie Barbarossa, de Duitse aanval op de Sovjetunie. Op deze manier kwamen de eerste gevangenentransporten van Rusland aan in Bergen-Belsen. Het aantal krijgsgevangen nam met de dag toe en tegen juli 1941 zaten er reeds zo'n 21 000 Russische krijgsgevangenen opgesloten. De gevangenen van Bergen-Belsen leefden buiten in erbarmelijke omstandigheden zonder enige sanitaire voorzieningen. In deze omstandigheden kon niemand overleven. Tegen februari 1942 waren meer dan 18000 gevangenen omgekomen. Velen werden ziek en overleden aan de gevolgen van dysenterie3 of aan de tyfusepidemie die sinds november 1941 zeer veel slachtoffers eiste. Executies van sovjetcommissarissen gebeurden niet in Bergen-Belsen. De gevangenen werden gedeporteerd en ten Noordoosten van Bergen-Belsen in Sachenhausen geëxecuteerd. Niettemin zijn er duizenden joden, homoseksuelen, Roma en Sinti4 gemarteld en verhongerd in Bergen-Belsen. Tot hiertoe was Bergen-Belsen nog steeds niet in handen van de SS. In april 1943 kwam hier verandering in: Bergen-Belsen werd overgenomen door de SS5 TIJDEN VERANDEREN Met de overname van de SS, veranderde er heel wat in het kamp. Het hoofd van de SS, Heinrich Himmler nam het plan van het ministerie van Buitenlandse Zaken over. Hierin werd beoogd om de in het buitenland geïnterneerde Duitsers te ruilen tegen Joden wonend in het Duitse Rijk. In de richtlijnen van het Reichssicherheitshauptamt6 van 31 augustus 1943 werd duidelijk gemaakt wie in aanmerking kwam voor detentie in dit kamp: Joodse topfunctionarissen Joden met belangrijke connecties in het buitenland Joden met een Brits of Amerikaans paspoort Joden met een paspoort uit één van de neutrale landen (zoals Zweden, Spanje) Joden met een Palestinacertificaat (machtiging om naar Palestina te emigreren) 2 In Germany, Stalag was a term used for prisoner-of-war camps. Stalag is an abbreviation for "Stammlager", itself a short form of the full name "Mannschaftsstamm und -straflager". 3 Een hevige, besmettelijke darmontsteking met buikloop en bloedontlasting tot gevolg. 4 Sinti is de naam waarmee een nomadenstam uit noord-west Europa zichzelf aanduidt. Ze vormen samen met de Roma een nomadisch volk dat hoofdzakelijk in Oost-Europa leeft, en dat oorspronkelijk uit India komt. Bij de plaatselijke bevolking staan Roma doorgaans bekend onder de pejoratieve naam “zigeuners”. 5 De paramilitaire organisatie binnen de Duitse nazi-partij, de NSDAP. 6 De RSHA was het meest machtige en gevreesde hoofdbureau binnen de SS. Het RSHA hield zich bezig met veiligheidszaken en was het overkoepelende orgaan voor diverse (geheime) politie en inlichtingenorganisaties. 4 Bergen-Belsen | An Darcis Bergen-Belsen was voortaan een Zivilinternierungslager (kamp voor burgers). Toen echter bleek dat kampen met dergelijke benaming konden worden geïnspecteerd door het Rode Kruis of internationale comités, werd de officiële naam in juni 1943 veranderd in "Aufenthaltslager (‘tussensstopplaats’) Bergen-Belsen". Maar Bergen-Belsen was niet klaar voor een grote toestroom van Joden. Het kamp moest uitgebreid worden en de sanitaire voorzieningen moesten verbeteren. Hiervoor werden 500 gevangenen uit Natzweiler en Buchenwald naar Bergen-Belsen gevoerd die daar het Aufbaukommando vormden. Ook werd er een klein crematorium gebouwd. Bergen-Belsen werd als een "onproductief" kamp beschouwd (er bestond geen algemene arbeidsplicht), zodat het een goed idee leek om degenen die niet langer als "economisch nuttig" werden beschouwd erheen te sturen. In juli 1943 kwamen de eerste Joodse gevangenen aan in het kamp. Deze gevangenen werden echter niet zomaar bijeen gezet: er bestonden verschillende afdelingen. Deze afdelingen werden van elkaar gescheiden door hoge prikkeldraadomheiningen, die elk contact tussen de verschillende afdelingen onmogelijk moesten maken. De bouw van het kamp wordt verder in de tekst besproken. Één van de kampleiders was SS - Hauptsturmführer Adolf Haas, in 1943 en 1944. Hij had daarvoor de leiding gehad over het concentratiekamp Niederhagen/Wewelsburg, nabij Paderborn. Adolf Haas werd vervangen door Josef Kramer (zie foto) in december 1944. In 1940 werkte Kramer als adjudant va n Rudolf Höss in Auschwitz, waarna hij zelf commandant werd in Natzweiler. In mei 1944 keerde hij terug naar Auschwitz, maar na de evacuatie van het kamp werd hij tot kampcommandant van Bergen-Belsen aangesteld. De komst van Kramer betekende samen met de afschaffing van de 'privilegies' voor de Austauschjuden en de vloedgolf van nieuwe gevangenen, het begin van wat men later het "inferno van Bergen-Belsen" noemde. Met zijn aanstelling eind 1944 tot kampcommandant werd de overgang naar een ‘gewoon’ concentratiekamp (hoewel nooit officieel door een naamswijziging bevestigd) voltooid. Op dat moment zaten er ongeveer 15 000 gevangenen opgesloten. Hoe was de situatie in de oorlog ondertussen? Aan het westfront rukten de Amerikanen en Britten steeds verder op, terwijl ook de Russische opmars in het oosten niet te stuiten was. Duitsland kwam stilaan gevangen te zitten tussen de samenwerkende grootmachten. De bedreigde kampen werden geëvacueerd via de beruchte dodenmarsen. Tienduizenden mensen werden te voet op pad gestuurd. 5 Bergen-Belsen | An Darcis Bergen-Belsen bleek voor velen de eindbestemming. De kampbevolking steeg in abnormale aantallen zodat er een volkomen wanverhouding met de kampcapaciteit ontstond. Begin januari 1945 bevonden zich 15 000 gevangenen in Belsen; aan het einde van de maand waren er dat al 22 000; eind februari 41 000 en 60 000 bij de bevrijding. In dezelfde periode stierven meer dan 35 000 mensen omdat er veel ziektes uitbraken en het kamp ook niet de voorzieningen had voor zoveel mensen. Velen van ons kennen de gruweldaden van de bewakers van de kampen. Ze mishandelden, misbruikten en vernederden de gevangenen. In Bergen-Belsen daarentegen stierven slechts weinigen van hen door gewelddadigheden van de bewakers. Het was ook niet nodig om gevangenen te vergassen of te executeren, men liet ze gewoon omkomen. Door de komst van vele nieuwe gevangenen uit andere kampen, verslechterden de levensomstandigheden in Belsen drastisch met vele duizenden doden tot gevolg. “In Auschwitz werden mensen vermoord; in Bergen-Belsen liet men ze eenvoudigweg creperen." (Anita Lasker Walfisch, die na Auschwitz in BergenBelsen terechtkwam) De omstandigheden in het kamp waren gewoonweg verschrikkelijk. Het voedselgebrek en de epidemieën waren de voornaamste doodsoorzaak. De bewakers deden geen enkele moeite om de levensomstandigheden te verbeteren. Sanitaire voorzieningen ontbraken helemaal: geen verwarming, geen waterkranen, geen toiletten, … De gevangenen kregen slechts een minimum aan voedsel: twee sneden brood en halve liter watersoep per dag. Door de afwezigheid van de sanitaire voorzieningen en stromend water waren de al sterk verzwakte gevangenen in het overbevolkte kamp erg vatbaar voor ziekten. Het massaal aanwezige ongedierte en de vele lijken die het kleine crematorium niet kon verwerken, zorgden voor een ware broeihaard van ziekten als (vlek)tyfus, tuberculose, dysenterie en cholera. De meeste gevangenen leden aan spijsverteringsziekten en hadden hun stoelgang niet onder controle. De ergste epidemie brak uit in februari 1945. Tyfus maakte duizenden doden in de laatste maanden voor de bevrijding. Het kamp lag vol bergen lijken. De barakken en de vele stapelbedden waarin tientallen mensen moesten verblijven. Vele barakken waren nog niet voltooid. Degenen die wel volledig gebouwd waren, vielen gauw weer uit elkaar. 6 Bergen-Belsen | An Darcis Naarmate de oorlog vorderde, werd in vele delen van het kamp helemaal niets meer uitgedeeld. Er zou zelfs sprake geweest zijn van minstens tweehonderd gevallen van kannibalisme. Zo kon het niet meer verder, dus werden in april 1945 zo'n 7 000 Austauschjuden vanuit Bergen-Belsen naar Theresienstadt gebracht. Maar dit hielp niets, want hun plaats werd gauw ingenomen door duizenden gevangenen uit Nordhausen. Om het plaatsgebrek toch enigszins op te vangen, werd een deel van de nabijgelegen Wehrmachtkazerne ingenomen. DE BEVRIJDING NADERT In de laatste dagen voor de bevrijding trachtte de SS in extremis wat te doen aan de steeds groeiende berg lijken. Kramer beval tweeduizend gevangenen om de van het kamp naar massagraven, reusachtige open kuilen, te slepen. Uren aan één stuk, onder dwang van de zweepslagen van de SS en de Kapo's7, versleepten uitgeputte gevangenen (zie foto) duizenden lijken door een reep stof of leer om de ledematen te slaan. Naar schatting 17 000 lichamen werden op die manier in open of nauwelijks gedichte kuilen geworpen. Door de komst van vele nieuwe gevangenen uit andere kampen, verslechterden de levensomstandigheden in Belsen drastisch met vele duizenden doden tot gevolg. 7 Een Kapo was een gevangene in een concentratiekamp in de Tweede Wereldoorlog, die als taak had op de andere gevangenen toe te zien. Een Kapo moest voor de SS het werk van de gevangenen begeleiden en hij was verantwoordelijk voor hun resultaten. 7 Bergen-Belsen | An Darcis HET EINDE VAN BERGEN BELSEN Op 11 april 1945 gaf Himmler zijn toestemming om Bergen-Belsen over te dragen aan de Britten. Een dag later bereikten twee Duitse officieren, kolonel Hanns Schmidt en luitenant-kolonel Bohnekamp de geallieerde linies om de vreedzame overgave van het kamp mee te delen. Het vermijden van gevechten op het kampterrein was van vitaal belang om een verspreiding van de tyfusepidemie onder de strijdende partijen te voorkomen. Het gevolg van de gesprekken was dat er een plaatselijke wapenstilstand werd afgesloten. Een gebied van ongeveer 48 km² werd neutraal verklaard. De Britten beseften in eerste instantie niet goed wat ze ontdekt hadden. Aanvankelijk dachten ze dat het om een "gewoon" interneringskamp ging. In de namiddag van zondag 15 april betrad een groep Britse officieren, onder leiding van luitenant-kolonel Robert Daniell, commandant van het 13th Regiment Royal Horse Artillery, het kamp. Ze werden opgewacht door kampcommandant Kramer en een kleine groep SS'ers. Pas toen ze het kamp zelf bezochten, drong de ware aard van het kamp tot hen door. De Britten sloten Kramer op in een ondergrondse kelder onder de officiersverblijven, waar hij op de kale vloer moest slapen, zonder dekens. Verder werden ook 25 SS-kampbewaaksters en 28 mannelijke SS'ers gevangen genomen. Op 18 april werd Kramer overgebracht naar het krijgsgevangenenkamp bij Celle. "Er was geen geluid of teken van leven. De gevangenen glimlachten zelfs niet, ze lagen daar en staarden ons aan. En de meesten van ons staarden eenvoudigweg terug." (Kapitein William Roach) Vaak stellen we ons zich bij de bevrijding van een concentratiekamp vreugdevolle taferelen voor. Dit bewijst dat de waarheid echter duidelijk anders was. De gevangenen die nog enigszins bij krachten waren, begonnen wel langzaam te beseffen dat hun lijden voorbij was en zochten contact met de Britse bevrijders. Ze smeekten om water en eten. Russische en Poolse gevangenen namen zelf het initiatief en braken de SS-vertrekken open op zoek naar voedsel. Zo konden ze 's avonds sinds lange tijd weer warm eten, weliswaar tussen de duizenden niet-begraven lijken. 8 Bergen-Belsen | An Darcis Een dag na de ontdekking van het kamp arriveerden de eerste wagens met voedselrantsoenen en water. Een dag later kwamen nog eens 27 waterwagens aan. In de nabijgelegen Wehrmachtkazerne werd een veldhospitaal opgericht waar de ernstig zieken werden ondergebracht. Er werden zelfs Duitse artsen en verpleegsters ingezet om het massale aantal zieken te behandelen. Vanaf 24 april begon de evacuatie van de kampgevangenen die in betere conditie waren. Het was onmogelijk een precieze telling van het aantal slachtoffers bij te houden. Er wordt geschat dat er op deze manier 15 tot 20 000 doden in de laatste twee weken van april 1945 werden begraven. Elk van de massagraven kreeg een nummer (in totaal 11) . Ook staat er telkens een gedenksteen met het aantal doden bij. De gruwelijke taferelen van Bergen-Belsen die Britse legerfotografen vastlegden, gingen gauw de hele wereld rond en gaven een beeld van het wrede nazi-regime. Pas met deze beelden drong het werkelijke karakter van de concentratiekampen door tot wereld. Bergen-Belsen groeide uit hét voorbeeld van de nazi-kampen. Bij de bevrijding van Bergen-Belsen door de Britten op 15 april 1945, troffen zij duizenden onbegraven lichamen aan. Er waren toen ongeveer 60.000 overlevenden, waarvan er nog 13.000 overleden in de volgende dagen en weken. De tyfusepidemie bleef de meeste slachtoffers maken, maar er stierven ook mensen door teveel in eens te eten. De ingewanden van de uitgehongerde gevangenen konden geen grote hoeveelheden voedsel verteren. Bergen - Belsen werd op 24 april met de grond gelijkgemaakt, vanwege de besmetting met tyfus en luizen. Bergen-Belsen wordt in brand gestoken om verdere verspreiding van besmettelijke ziektes te voorkomen. 9 Bergen-Belsen | An Darcis DIT MAG NOOIT VERGETEN WORDEN Op 25 september 1945 werd een voorlopig houten herdenkingssteen opgericht tussen de massagraven. Op 15 april 1946 onthulde het Belsener Judische Komitee een stenen herdenkingsteken met Hebreeuwse en Engelse opschriften. Dit gedenkteken (een grote vierhoekige steen met Joodse symbolen op een driehoekig voetstuk) staat ieder jaar in het middelpunt van de Joodse herdenkingsvieringen. Een houten herdenkingssteen volstond natuurlijk niet om deze gruwelplaats waardig te blijven herdenken. Het Britse militaire bestuur beval daarom in oktober 1945 de oprichting van een groot, waardig gedenkteken. Begin 1947 startte de oprichting van een 24 meter hoge obelisk en een 50 meter lange muur met inschriften. Elk land dat slachtoffers in Bergen-Belsen had te betreuren, kreeg plaats om een tekst op de muur te zetten. Verspreid over het domein liggen nog verschillende alleenstaande graven en gedenkstenen, zoals bijvoorbeeld voor Anne Frank. Het laatste massagraf werd pas in 1964 aangelegd, nadat in het voormalige crematorium nog beender- en asresten werden teruggevonden. Sinds 1987 vormt ook de Kriegsgräberstätte Hörsten, waar een gedenkteken voor de duizenden Sovjet-Russische slachtoffers werd opgericht, een onderdeel van de Gedenkstätte Bergen-Belsen. In 1966 werd een eerste klein documentatiecentrum geopend, dat in 1990 werd vervangen door een grootser opgezet project. Het nieuwe documentatiecentrum met onder meer een bibliotheek en archief, informeert over de geschiedenis van BergenBelsen, terwijl een kleinere tentoonstelling aandacht besteedt aan het nationaalsocialistische vervolgsysteem. 10 Bergen-Belsen | An Darcis BOUW VAN HET KAMP Hieronder een plan van hoe het concentratie- en krijgsgevangenkamp Bergen-Belsen eruit zag in september 1944. 1) Het gewone gevangenenkamp (Häftlingslager) Dit deel van het kamp werd gebruikt voor de 500 gevangenen van het ‘Aufbaukommando’ in onder te brengen. Sinds maart 1944 werd dit deel van het kamp gebruik om gevangenen van andere concentratiekampen die ziek of niet bekwaam waren om te werken te voorzien van een onderkomen. Maar ondanks hun toestand, werden de gevangenen in dit deel toch onderworpen aan een arbeidsplicht. Misbruik door de SS en the Kapo’s, geen medische verzorging en een hoog sterfgehalte kenmerkte de situatie in Häftlingslager. 2) Ster Camp (Sternlager) Ongeveer 4 000 voor uitwisseling voorziene Joden (de Austauschjuden) werden in dit deel ongebracht. De grootste groep werd hier gevormd door de Nederlanders, afkomstig uit kamp Westerbork. Mannen en vrouwen werden gemengd ondergebracht en mochten hun burgerkleding aanhouden. Wel moesten ze zich wel voorzien van een Jodenster (vandaar ook de naam ‘Sternlager’). Werken in dit deel van het kamp was niet verplicht. 3) Neutralager Hier verbleven meerdere honderden Joden, afkomstig uit de neutrale landen. De omstandigheden waren ook hier draaglijk; de gevangenen werden niet ingedeeld bij de arbeidscommando's en er was meestal voldoende voedsel. De afdeling werd bestuurd door een Joodse raad onder leiding van een Joodse voorzitter. In het Neutralenlager waren ongeveer 350 joden opgesloten uit neutrale landen. 11 Bergen-Belsen | An Darcis 4) Sonderlager Poolse Joden met Latijns-Amerikaanse paspoorten of Palestinacertificaten werden hier geplaatst. Omdat zij over de SS-misdaden in het Oosten konden vertellen, werden ze zeker gescheiden gehouden van de andere gevangenen. De meeste mensen werden uiteindelijk naar Auschwitz gedeporteerd. Van de 2.400 gevangen uit het Sonderlager werden er 1.050 in Auschwitz vermoord. 5) Hongarenkamp (Ungarnlager) In juli 1944 werd het Hongarenkamp opgericht met 1 683 Hongaarse Joden. Himmler wilde deze Joden uitwisselen tegen geld en goederen. Deze groep had net als de Neutralager een eigen bestuur. Ze werden niet ingedeeld bij de arbeidscommando's en hoefde niet deel te nemen aan de appéls. 6) Tentenkamp Begin augustus 1944 werd er op het open terrein achter het Sternlager een tentenkamp opgericht, waar duizenden vrouwen moesten verblijven. Deze vrouwen waren overwegend afkomstig uit Warschau in Polen. Later vervoegden vrouwen vanuit andere concentratiekampen als Auschwitz en Birkenau hen (onder hen Anne Frank). Door slechte weeromstandigheden in november 1944 werden de vrouwen ondergebracht in nieuw opgerichte barakken. Een lang verblijf in Bergen-Belsen hadden ze meestal niet. De SS stuurde hen naar andere werkplaatsen (zoals de satellietkampen Buchenwald en Flossenburg) Toen was er nog voedsel: vrouwen zijn aardappelen aan het schillen in hun barak 7) Kriegsgefangenenlazarett Vanaf het begin was er een ziekenhuis in Stalag Bergen-Belsen opgericht in de barakken van het voormalig werkdeel van het kamp. Met zijn 1.200 bedden, diende het al centraal ziekenhuis/verzorgingsplaats van Sovjet krijgsgevangenen. De meest ‘gewone’ ziektes waren tuberculose, tyfus, hongeroedeem en kwetsuren. Toen het ziekenhuis in januari 1945 werd gesloten werd hier het ‘Vrouwenkamp’ (Frauenlager) opgericht. 12 Bergen-Belsen | An Darcis 8) SS-winkel voor kleren Deze winkel bestond tot oktober 1944. Hierna werd ook dit deel (net als het Kriegsgefangenenlazarett) een klein ‘vrouwenkamp’. Omdat de nadruk steeds meer kwam te liggen op het opvangen van arbeidsongeschikte gevangenen van andere concentratiekampen, werd Bergen-Belsen vanaf half 1944 door de SS beschouwd als een Erholungslager, een herstellingskamp. Maar de kans op herstel was echter zeer klein, want de SS vond het niet nodig het kamp te voorzien van voldoende voedsel en medische verzorging. Van de 4000 mensen die in 1944 naar Bergen-Belsen waren gestuurd was bijna de helft gestorven was voor het jaar om was. Zonder enige geneeskundige verzorging bedroeg de levensverwachting van de gevangenen, onder wie veel vrouwen, vaak maar enkele dagen of weken. DOEL VAN HET KAMP De bedoeling van Aufenthaltslager Bergen-Belsen was dus Joden te verzamelen en hen uit te wisselen met in buitenland geïnterneerde Duitsers. Toch hebben amper zes groepen ooit de vrije wereld bereikt, waarvan slechts twee echt onderdeel van een uitwisselingsactie vormden: In juni 1944 werden meer dan tweehonderd Joden per trein naar Istanboel gebracht, waar ze werden ingeruild tegen in Israël geïnterneerde Duitsers. In januari 1945, werden 136 Amerikaanse Joden aan Zwitserland overgedragen. EEN DAG IN HET KAMP Om te beschrijven hoe een dag of het leven in Bergen-Belsen was als gevangene heb ik gebruikt gemaakt van het dagboek van Loden Vogel. In april 1944 wordt Loden Vogel, student medicijnen, met zijn ouders naar Bergen-Belsen vervoerd, waar hij tot het einde van de oorlog blijft. De aankomst in Bergen-Belsen: een grijze motregen maakte de aanblik van de grijsgroene barakken met hun kleine raamopeningen, waarvoor met stokken open of dicht gehouden luiken, en omringd met prikkeldraad en van overal zichtbare watertorens, zeer angstwekkend. Toen de slagboom achter ons dichtging dacht iedereen, ook mijn moeder en ik, e elkaar erop aankeken: we zitten in de val en komen er nooit meer uit. Walgelijke koolraapgeur vervulde de lucht. De weinige joden die wij zagen, leken al door de dood getekend, hoewel ze een maand voor ons vertrokken waren. Schuw werd ons toegefluisterd dat het wel mééviel. Donderdag de quarantaine uit, waar we tot nog toe rust hadden. Het is een rotkamp. Men loopt grote kans hier te sterven. Paps en Mams, vooral Mams lopen veel gevaar, zien er nu al slecht uit. Ook ikzelf kan pech hebben. Dagindeling voor wie werken: 6 uur appèl, werk tot 12u15, 12u30 weer appèl (intussen koolraapsoep) en werken tot 18 uur 30. Om 20 uur gaat het hek tussen mannen- en vrouwenkamp dicht. Paps en ik ruilden met mensen die in het mannenkamp eten willen, en kunnen zo met Mams samen eten. 13 Bergen-Belsen | An Darcis Gekke lood-, geel- of groenkleurige gezichten. Skeletten of juist hongeroedemen. Het eten bevat namelijk vrijwel geen eiwit, en ook verder voornamelijk water. Er zijn per dag 2 à 6 sterfgevallen, op 3000 mensen is dat 20% per halfjaar, als de mortaliteit niet verder stijgt. Ik vraag me af of ik, als de tijden beter zijn en de ‘verdringingen’ minder worden, een beter verslag dan nu zou kunnen geven van wat ik voel en denk. Had ik voortdurend dit schrift bij de hand, dan zou men versteld staan - maar ik ben de eerste niet die op dit idee komt! In de tijd, dat we in quarantaine waren, ca. 5 weken, heb ik niet veel geschreven. Kon ik maar bekijken hoe lang de oorlog nog duurt. Ik vrees nog heel lang, en dan is menigeen opgeschreven. Gelukkig is het in Theresienstadt beter en Jenny kan de ramp overleven als ze boft en niet naar Auschwitz doorgaat. Men kan leven op 300 gr brood, 1 l soep, 10 gr margarine per dag en het is alleen de vraag: hoe lang. Mams begint nu zo veel honger te krijgen dat we binnenkort niet meer bang zullen behoeven te zijn dat ze zich tekortdoet: het middageten eet ze nu op. Alleen geeft ze nog drie kwart van haar 350 gr brood aan ons, en de bijbehorende ‘belegging’. Mocht dit zo blijven (en we missen de kracht ons te verzetten) dan wordt ze nog ziek, en het is geen pretje hier, waar je onder de 38,5 niet in bed mag blijven, en kort na een operatie uit het ziekenhuis gegooid wordt. Ook in de dagboekbrieven van Mirjam Bolle vinden we een indrukwekkende alinea over haar verblijf in Bergen-Belsen. Op reis of in de doorvoerkampen is er al het besef dat het waarschijnlijk niet goed af zal lopen, al kan nog niemand zich een voorstelling maken van de gaskamers aan het einde van de rit. Wel is er het besef dat het beter is níet op transport ‘naar Polen’ te hoeven dan wel. In Westerbork worden om vier uur ‘s nachts de mensen voor de transportlijsten verzameld. ‘Dan roept de barakleider: ‘Dames, wilt u luisteren.’ En dan begint het. Iedereen die opgeroepen wordt, moet met ‘ja’ antwoorden. Sommigen, de meesten, roepen flink ‘ja’. Anderen huilen. Maar al weet je dat je er niet bij bent, het zweet breekt je aan alle kanten uit, je hart bonst als een razende.’ In Bergen-Belsen, dat geen vernietigingskamp was en onder meer als doorvoerkamp gebruikt werd voor joden die voor uitwisseling in aanmerking kwamen, wordt de grens tussen wat men kon weten en wat men vermoedde het scherpst duidelijk. ‘Gisteren heeft op een van de bedden plotseling gestaan, niemand weet door wie geschreven: ‘Die letzten Juden gingen nach Auschwitz zur Vergassung (Tod)’. Een luguber geval, wat er precies mee bedoeld wordt, weet niemand. Misschien (G. geve van niet) zullen we het later weten.’ 14 Bergen-Belsen | An Darcis Om toch een voorbeeld te geven over het leven in een concentratiekamp, geef ik hieronder wat meer uitleg over het dagelijkse leven in het concentratiekamp Dachau. Het is zeer belangrijk om erop te duiden hoe verschrikkelijk het was voor de gevangenen in een concentratiekamp. De SS-ers waren onvermoeibaar in de weer met hun sadistische kwellingen. Geen moment werden de gevangenen met rust gelaten. Het hield nooit op. Enkele ongeloofwaardige kwellingen zijn door iedereen gekend. Zo konden bijvoorbeeld de toch al volstrekt uitgeputte gevangenen midden in de nacht uit hun bed worden gehaald om loodzware en overvolle vaten met uitwerpselen weg te brengen en buiten te ledigen. Doodmoe en ernstig vervuild konden zij na afloop weer gaan liggen, om er korte tijd later weer te worden uitgehaald om te worden bestraft voor het feit dat zij niet schoon waren. Voor de minste overtredingen werden immers zware onmenselijke straffen uitgedeeld. ALGEMEEN De dagen in een concentratiekamp begonnen vroeg; het was soms wel om een uur of vier opstaan, en dat ging meestal gepaard met groot geweld. De gevangenen waren nog niet goed uitgerust (vaak ook van de nachtelijke pesterijen en martelingen) en velen hadden moeite met wakker worden. Langslapers konden rekenen op een onbarmhartig pak slaag. Zo goed en zo kwaad als het ging was het dan wassen; en daarbij werd het dan een enorm gedrang bij de paar kraantjes in de wasruimte. Maar nog veel drukker was het op de toiletten. Daar stonden een stuk of acht bruinstenen potten zonder bril op een rij. Nochtans was er geen of niet voldoende toiletpapier, en dat was een groot probleem, vooral omdat vrijwel iedere gevangene constant leed aan diarree. Na een haastig opgeslobberde plens namaakkoffie of -thee was het al: "Los, Los!! op een holletje naar het appèl. APPÈLS Na het ontbijt moest het hele kamp aantreden voor het appèl. Hier werd dan geteld, en nog eens geteld. Eindeloos ging het tellen door, totdat het allemaal klopte. Alles moest worden meegeteld, ook degenen die nachtdienst hadden gehad en de zieken in het Krankenrevier. Zelfs de doden van de afgelopen nacht mochten niet worden vergeten. De appèls verliepen niet vlekkeloos. Niet iedere gevangene had gevoel voor de militaire regelmaat dat van hem geëist werd. En bovendien waren de meesten zo uitgeput dat zij dit militaire vertoon simpelweg niet konden opbrengen. In het kamp gold vooral het adagium niet op te vallen: doe als iedereen in de massa. Bijzonder moeilijk was dat uiteraard voor mensen met opvallende uiterlijke kenmerken als de Jodenneus of de grote Hollander. 15 Bergen-Belsen | An Darcis HET WERK Was in het begin het motto van Berlijn “Vernichtung Durch Arbeit”, later kwam de opdracht uit Berlijn wat voorzichtiger met de gevangenen om te springen. Het waren immers werkkrachten die men in de kampen nodig had. Omdat veel van het werk moest worden verricht op een grote afstand van het kamp werden er in de nabijheid van sommige fabrieken bijkampen gebouwd. Zo moesten de gevangenen immers geen grote afstanden overbruggen elke tijd: dit was immers tijd verlies. De dag begon vroeg, zeer vroeg. In het algemeen was er een 12-urige werkdag, van zes tot zes. Daar moest dan nog de reistijd bij worden opgeteld indien er geen mogelijkheid was tot het bouwen van bijkampen. Met gevolg waren het lange tochten te voet. Vergeet bij deze werkuren en de tijd om de afstand af te leggen ook niet de eindeloze duur voor de appels op te tellen. Het is wel duidelijk dat de gevangen nauwelijks rust gegund werd. In veel gevallen moesten gevangenen zwaar werk doen dat zij niet gewend waren en waartegen zij, in hun ondervoede staat gewoon niet waren opgewassen. ZONDAG VRIJ Er werd zes dagen per week gewerkt, de zondag was in principe vrij. Toch was dit afhankelijk van de leidinggevende kampcommandant. Er waren toch vaak zaken die op zondag gedaan moesten worden zoals sneeuwruimen of verstelwerkzaamheden aan de kampkleding. De zondag was ook de dag om de hygiëne van de gevangenen te verzorgen. Er werden schone hemden uitgereikt en de kappers kwamen in actie. Zo werd iedere gevangene ontdaan van baard-, hoofd- en lichaamshaar. Ook werden de gevangenen op luizen gecontroleerd. Deze controle op zondag was nog eens een vernedering voor de gevangenen. Zo moesten ze allemaal (weer of geen weer) naakt aantreden en werd dan door een kampfunctionaris, vooral in de genitale regio nauwkeurig op luizen of neten onderzocht. KLEDING In eerste instantie droegen de gevangenen gestreepte boevenpakken. Maar omdat hun aantal voortdurend bleef stijgen moest men zijn toevlucht nemen tot (Joodse) burgerkleding. Degenen die te grote kleren kregen waren goed af; een mouw of een broekrand kon altijd worden omgeslagen. Maar degene die te kleine kleren hadden gekregen, waren niet altijd beschermd tegen de koude. Door deze verkeerde maat van kleren en hun afgeschoren hoofden zagen de gevangenen er ietwat potsierlijk uit. Maar dat was de bedoeling ook; de gevangenen moesten hun persoonlijkheid kwijtraken. Het moesten schooiers worden, die ver beneden de SS-ers stonden, met hun smetteloze uniformen en hun glimmend gepoetste laarzen. In plaats van sokken werden voetlappen uitgereikt; allerlei soorten klompen en klompschoenen dienden als schoeisel. Goede schoenen waren er alleen voor degenen die 16 Bergen-Belsen | An Darcis daarvoor betalen konden. Klinkende munt kwam daar niet aan te pas. Geld was er immers (bijna) niet in het kamp. Er werd dus over het algemeen betaald in eten of tabak. Dat waren natuurlijk net de dingen die de gevangenen niet ten over of gewoon niet hadden. De meesten strompelden met wonden aan hun voeten. Die gingen etteren en wilden moeilijk of niet genezen. Het hebben van schoenen werd gezien als een luxe-artikel, net als een trui. De kampkleding was gemaakt van een soort dunne kunststof die nauwelijks bescherming bood tegen de koude. Slechts weinigen konden zich in het bezit van een trui verheugen. Wie kon het zich wel permitteren? Vaak de blokoudsten, de voorlieden (kapo’s), simpelweg de elite die het in het kamp voor het zeggen had. Het ironische is dat zij net degene waren die de warme kledij net het minst nodig hadden. Tijdens het werk vonden die wel een plekje waar ze tegen de barre weersomstandigheden konden schuilen en in de barak eisten ze de beste plaats op, vlak bij de kachel (indien die er was). De gevangenen waren kenbaar aan twee lappen die op hun kleding waren genaaid, een horizontale witte lap, met daarop het gevangennummer en daaronder een driehoek, waaraan de nationaliteit kon worden herkend. F voor Frankrijk, B voor België, I voor Italië, H voor de Nederlanders (Holland), … Aan de kleur van de driehoek kon de categorie van de gevangene worden afgelezen. De meeste gevangenen hadden de rode driehoek (politiek), de beroepsmisdadigers groen, homoseksuelen roze, asocialen zwart en Jehova's getuigen paars. ETEN Het rantsoen bestond aanvankelijk uit een hap stamppot maar naarmate de oorlog vorderde en de gevangenen toestroomden werd deze hap vervangen door minder rijk voedsel. Tenslotte bestond de maaltijd uit een liter soep, bestaande uit water met een daarin wat stukjes knolraap en wortel. Ook kregen ze bij de soep een stuk brood dat tevens voor het ontbijt moest dienen. Het is maar weinigen gelukt het tot de volgende morgen te bewaren; vooral ook omdat het gevaar dreigde dat het je in de nacht zou worden ontstolen. Wel was er 's ochtends voor iedereen een halve liter namaakkoffie of thee, maar dat vulde uiteraard de maag niet. Op bepaalde ‘hoogtijdagen’ kon er wel iets steviger op tafel komen, zoals macaronisoep. In principe was het mogelijk brieven en voedselpakketten van thuis te ontvangen. Maar voor de thuishaven werd dit ook steeds moeilijker, men kon dus niet steeds iets opzij houden voor het voedselpakket. Bovendien werd er, zowel door de bewakers als de medegevangenen, veel uit de pakketten gestolen. Sommige nationaliteiten ontvingen Rode Kruispakketten vanuit hun land. Maar niet elk land had een hiervoor een goede organisatie van het Rode Kruis. In het algemeen kan van de voedselsituatie worden gezegd dat iedereen jaren lang honger heeft geleden. 17 Bergen-Belsen | An Darcis STRAFFEN Het was Theodor Eicke, een van de eerste commandanten van Dachau die uitdacht niet alleen hoe de gevangenen het leven zo zuur mogelijk kon worden gemaakt, maar ook op welke manier dat moest gebeuren. Zijn richtlijnen werden later in alle kampen doorgevoerd. Voor de minste vergrijpen als: bed niet goed opmaken of te laat komen voor het appèl kon men worden veroordeeld tot 25 stokslagen "Fünfundzwanzig am Arsch". De gevangene werd dan op een houten bok vastgebonden en nadat zijn broek omlaag was getrokken kreeg hij 25 zware slagen met een twee meter lange knoet of een bezemsteel. Het was de bedoeling dat hij iedere slag hardop meetelde, maar dikwijls was het slachtoffer daartoe al na de vijfde of zesde slag niet meer in staat. Dat was in veel gevallen aanleiding om de straf nog met een aantal slagen te verhogen. Ook was de pijn afhankelijk van waar de stok de man raakte. Soms werd er te hoog geslagen en werden hierdoor de nieren ernstig beschadigd. Hierdoor konden de nieren hun zuiveringsfunctie niet meer vervullen en dit had vaak fatale gevolgen voor de gevangenen tijdens en zelfs na de oorlog. “Fünfundzwanzig am Arsch” was een publieke aangelegenheid. Indien iemand werd opgehangen dan moest ook iedereen daar bij zijn om de schrik erin te houden. De reden van dergelijke doodvonnissen bleef over het algemeen duister. In veel gevallen kreeg de veroordeelde alvorens te worden opgehangen nog eens een pak slaag. Vaak waren deze straffen een verlengstuk van het appèl. Binnen wachtte het brood voor de uitgehongerde gevangenen. Let op: niet alle straffen werden in het openbaar voltrokken. Indien een gevangene werd gefusilleerd dan gebeurde dat in het algemeen bij de bunker of bij het crematorium (als dat er was). Op deze plaatsen vond ook het “boomhangen" plaats. De slachtoffers werd de handen op de rug geboeid en werden vervolgens aan hun handen aan een boom of een paal opgehangen. Zo bleven zij uren, gepaard met een ondragelijke pijn, hangen. In de meeste gevallen hield men er blijvend letsel aan de schoudergewrichten aan over. Het kamp was omringd met een betonnen muur, een prikkeldraadversperring, een loopgraaf en een grasstrook, geheten de Neutrale Zone. Als men die betrad schoot de SS vanuit een wachttoren onmiddellijk. Tot het SS-vermaak behoorde het pet-gooien: Een wachtsman nam een gevangene zijn muts af en gooide die in de verboden zone. "Ga je pet halen!" klonk dan het bevel. De gevangene had dus een keuze. Of hij weigerde het bevel en dan werd hij doodgeschoten of hij volgde het bevel op en dan werd hij vanaf één van de wachttorens doodgeschoten. Andere gevangenen werden dan weer als straf in de "Stehbunker" gestoken. Deze strafcel was zó klein was dat de gevangene er niet kon zitten of liggen. De “minste 18 Bergen-Belsen | An Darcis straffen” waren het uren of dagen buiten staan of hurken in de vrieskou of het inhouden van eten. Vaak vragen wij ons af hoe de SS-ers of de kapo’s tot dergelijke brutaliteiten in staat waren. Er was bij hen ook geen medelijden of tegenzin te bespeuren tijdens de pesterijen. Integendeel, het waren primitieve beesten en dit was hun opvatting van amusement. OVERBEVOLKING Naarmate de geallieerden en de Russen verder optrokken werden steeds meer kampen bevrijd. De gevangenen van veel van die kampen werden reeds op voorhand op transport gesteld. Velen van hen werden richting Dachau gestuurd. Maar hier was simpelweg geen plaats meer voor de grote toestroom, met als gevolg dat er grote noodtoestanden ontstonden. Van enige privacy was in het kamp geen sprake; steeds was je omringd door honderden medegevangenen en nergens was er een plekje waar je even alleen kon zijn. Niets alleen de verschouding SS – gevangenen was gekenmerkt door de wet van de sterken en zwakken, ook tussen de gevangenen overheerst Darwins ‘survival of the fittest’. Ook bij de gevangenen onderling heerste het recht van de sterkste; de zwakke broeders werden dikwijls naar de achtergrond gedrongen door de sterkeren. Het laat zich begrijpen dat het onder deze extreme (overbevolkte) omstandigheden niet mogelijk was zelfs de minimale hygiëne te behouden. Kleerluizen rukten massaal op en teisterden de uitgeteerde gevangenen. Het ergste was dat de luizen de dragers waren van de tyfusbacil. Veel gevangenen kregen vlektyfus8, een ziekte die normaal gesproken al zeer veel slachtoffers maakt. In de kampen was dit niet anders, duizenden slachtoffers De verzwakte en uitgehongerde gevangenen hadden er nauwelijks weerstand tegen. Ook longtuberculose was geen vreemde in de kampen. Zo leden veel gevangenen aan beide ziektes gelijktijdig. Met de komst van onze bevrijders is dan misschien wel iedereen bevrijd maar niet verlost van de verschrikkelijke ziekten. Zo zijn er nog duizenden gevangenen na de oorlog bezweken aan de ziektes die ze hadden opgelopen. Je moet ook wat vertellen over leven in het kamp: barakken, kledij, eten en drinken, hygiëne, appèls, medische verzorging, … Je hebt het er al wat over gehad, maar maak er een apart onderdeel van: hoe zag een dag van een gevangene eruit? Ik vind het heel behoorlijk 8 Tyfus of vlektyfus is de naam voor een besmettelijke ziekte die door het micro-organisme Rickettsia worden veroorzaakt. De symptomen zijn onder meer hoge koorts, hoofdpijnen, huiduitslag, misselijkheid en overgeven. 19 Bergen-Belsen | An Darcis BRONNEN INTERNET ALGEMEEN http://nl.wikipedia.org/wiki/Concentratiekamp http://nl.wikipedia.org/wiki/Operatie_Barbarossa (enkel datum gebruikt) BERGEN-BELSEN http://www.bergenbelsen.de/en/ http://josschmitz.nl/Noord-Duitsland/bergen_belsen.htm http://www.scrapbookpages.com/BergenBelsen/BergenBelsen00.html http://www.oorlogsmusea.nl/artikel/458 http://www.go2war2.nl/artikel/1341/2 http://www.ushmm.org/wlc/article.php?lang=en&ModuleId=10005224 http://www.ushmm.org/wlc/article.php?lang=en&ModuleId=10007510 http://www.historischhuis.nl/recensies/recensie191.html http://www.dachau.nl/het_kamp/leven/content.html ANNE FRANK http://www.annefrank.org/content.asp?pid=160&lid=1 http://www.beleven.org/verhalen/anne_frank/ AFBEELDINGEN http://www.sintermeerten.nl/projecten/geschiedenis/projecten/anne_frank/images/annefrank.jpg http://www.annefrankguide.com/fr-FR/content/dodenmars.jpg http://www.go2war2.nl VIDEO’S http://www.youtube.com/watch?v=m90R26UQRD4&feature=PlayList&p=849743F1441EF3 03&playnext=1&index=5 http://www.youtube.com/watch?v=uMT0NwsAx2A BOEKEN J. Martens, J. Neutelaers, S. Nuyten, J. Ulens, H. Van Dycke en J. Van Dooren, Fundamenten 6 De twintigste eeuw, Wolters Leuven Ludo van Eck, Het boek der kampen, Kritak Loden Vogel, Dagboek uit een kamp, Prometheus Amsterdam 20 Bergen-Belsen | An Darcis