Verrassend perspectief. Ideeën over mens en cultuur Johan Huzinga – Homo ludens Homo ludens. Proeve eener bepaling van het spelelement der cultuur In 1938 publiceert de befaamde Nederlandse cultuurhistoricus zijn essay Homo ludens. In dit essay – dat alleen in de vorm een essay is, het boek telt 220 bladzijden – ontvouwt hij zijn ideeën over de in zijn ogen onderliggende structuur van het menselijk handelen, van de menselijke cultuur, namelijk die van de mens als een spelend wezen. Hij brengt overigens nog wel een onderscheid aan tussen het spelelement in de cultuur en anderzijds het ‘gewone leven’, maar duidelijk is dat het spelelement een reusachtige plaats inneemt in de menselijke cultuur. Het boek wordt een klassieker. De Homo ludens is het meest invloedrijke Nederlandse boek uit de geesteswetenschappen, en moet alleen Het achterhuis van Anne Frank boven zich dulden in het aantal vertalingen dat ervan is gemaakt. De invloed van het boek is reusachtig, hoewel het natuurlijk niet alleen de Homo ludens is die zorgt voor een nieuwe manier van cultuurbeschouwing. Met een aantal andere cultuurhistorische, antropologische en sociologische boeken van diverse auteurs, laat Homo ludens zien dat de mens niet alleen een sociaal wezen is, en dat de sociale verbanden een wezenlijk element van zijn natuur uitmaken, maar ook dat de mens niet alleen een ‘bewuste’ (zijn verstand, de rede) en ‘onbewuste’ (Freud) component heeft, maar vooral ook een symbolische. In veel – zo niet alle – cultuuruitingen zit een symbolische laag die misschien wel de oergrond vormt van de ‘menselijke natuur’. In de filosofie, sociologie, antropologie, psychologie, taalkunde en al die andere mens-, cultuur-, en geesteswetenschappelijke disciplines is die aandacht voor de sociale verbanden en de symbolische kijk van de mens vandaag de dag niet meer weg te denken. En dat is mede te danken aan de Homo ludens van Johan Huizinga. Homo ludens 75 jaar later In 2013 was het 75 jaar geleden dat de Homo ludens werd gepubliceerd. Ter gelegenheid daarvan werd er op verschillende plekken aandacht besteed aan het boek. Onderstaand (door mij enigszins bewerkt en ingekort) interview door Coen van Beelen met Huizinga-kenner Léon Hanssen is afkomstig uit Trouw. Het geeft een mooi beeld van de invloed en actualiteit van de klassieker van Johan Huizinga. De mens blijft lekker spelen De klassieker 'Homo Ludens' (de spelende mens) van Johan Huizinga heeft na 75 jaar nog niet aan relevantie ingeboet, zegt kenner Léon Hanssen. Buiten Nederland kan niemand zijn naam uitspreken. Toch is historicus Johan Huizinga (1872-1945) naast Anne Frank onze meest vertaalde auteur van de twintigste eeuw. Naast de klassieker 'Herfsttij der Middeleeuwen' is ook zijn 'Homo Ludens' uit 1938 daar verantwoordelijk voor. Voor Huizinga stond het vast dat de mens een homo ludens is, een spelende mens. Uit die gedachte vloeide de basisstelling dat alles wat wij mensen 'cultuur' noemen voortkomt uit spel, en zich ook verder ontwikkelt als spel. Als de mogelijkheid tot spelen onder druk komt te staan, is dus de hele cultuur in het geding. Cultuurcriticus en Huizinga-kenner Léon Hanssen, hoogleraar aan de Universiteit van Tilburg, organiseert deze week in Tilburg het congres 'Games of Late Modernity', waarin Huizinga's boek naast de actualiteit wordt gelegd. Eerst even terug naar 1938. Waarom schreef Huizinga dit boek? "Huizinga schreef zijn beroemde studie in de donkere jaren dertig, vlak voor het uitbreken van de Tweede Wereldoorlog. Hij zag hoe in Rusland en Duitsland dictators in het zadel werden gehesen, hoe door Hitler de vrije wereld in haar kern werd geschonden. Zijn boek moest een tegenhanger worden, een ode aan de vrijheid; alleen in vrijheid kan spel zich ontplooien en cultuur zich ontwikkelen." Wat verstond hij precies onder 'spel'? "Spel is datgene wat zich voordoet als mensen hun primaire behoeften hebben bevredigd, en staat daardoor aan de basis van alle cultuur. Er zijn wel voorwaarden aan verbonden. Het spel moet een vrije handeling zijn, er mag geen direct nut of materieel belang aan zijn verbonden en het moet ordelijk verlopen." Hoe zou Huizinga anno 2014 aankijken tegen onze cultuur? Spelen wij genoeg? "De sturende rol van de cultuurindustrie is sinds Huizinga's tijd natuurlijk alleen maar groter geworden, om van materiële belangen nog maar te zwijgen. Neem de muziekindustrie, waarin maatschappijen en producers volgens een formule popmuziek produceren waarvan al vaststaat dat die de hitlijsten zal domineren. We weten maar al te goed dat veel in onze hedendaagse wereld gemanipuleerd is. "In zijn boek onderzocht Huizinga de rol van de valsspeler, die nooit de overhand mag krijgen omdat anders het spel uit elkaar valt. Als we vandaag de dag kijken naar de sportwereld, een spelwereld bij uitstek, zien we dat men geneigd is de rol van de valsspeler heel groot te laten worden. Lance Armstrong heeft door zijn dopinggebruik jarenlang vals gespeeld in het wielrennen, net als veel van zijn collega's. Eigenlijk weten we in de sportwereld helemaal niet meer wat echt spel en wat vals spel is. Hetzelfde merk je in het bankwezen en in de politiek. Daarin gebeurt zoveel dat we ons moeten afvragen: is de valsspeler langzamerhand niet de hoofdrolspeler geworden?" Dat klinkt niet echt optimistisch. Maar op andere terreinen, zoals internet, lijkt het spel springlevend. Zou Huizinga dat niet een mooie ontwikkeling vinden? "Inderdaad is er de afgelopen decennia een nieuw terrein bijgekomen waarop het spel dominanter lijkt dan waar dan ook: de digitale wereld. Een omgeving die in steeds grotere mate de echtheid van de reële wereld overneemt, waardoor schijn en werkelijkheid nogal eens door elkaar dreigen te lopen en de grenzen van het spel vervagen. Maar in beide werelden gaat de speler zichzelf te buiten. De moderne ludieke mens heeft de neiging tot het gaatje te gaan, om grenzen op te zoeken en daaroverheen te stappen. Neem bijvoorbeeld voetbalhooligans. Ook in dat supportersgeweld zit een soort spelelement dat de neiging heeft regels te overtreden en gewelddadig te worden. Er zit een tendens in ons spelgedrag om in chaos uit te monden. De truc is om dat gedrag te begrijpen en daardoor misschien zelfs te controleren." Hoe kan Huizinga daarbij helpen? "Het spelconcept van Huizinga is zeer vruchtbaar en productief om het culturele gedrag van de moderne wereld te begrijpen. Denk bijvoorbeeld aan Project X in Haren. Wat daar gebeurde kun je goed vangen in spelelementen: de verspreiding van het facebookbericht, mensen die ernaartoe willen gaan, de zaak op scherp willen stellen en naar een hoogtepunt toewerken, waarna alles ook weer snel wegebt. Op dat moment doet het natuurlijk heel angstaanjagend aan, maar een antropoloog met een adequate, moderne kijk op ritueel gedrag zou in zo'n geval de-escalerend kunnen optreden. Hetzelfde kan gebeuren bij voetbalsupportersgeweld. Huizinga zou ons aan het denken zetten: heeft het eigenlijk wel zin dat de politie er hard tegenin gaat; is er niet een efficiëntere reactie denkbaar?" Als ik u zo hoor, lijkt het erop dat Huizinga onze jaren al even donker zou vinden als de jaren dertig van de vorige eeuw, toen hij zijn boek schreef. "Ik ben toch ook hoopvol gestemd. Ik zie ook aanwijzingen dat het met de cultuur de goede kant opgaat. Er ontstaan nieuwe, ongestuurde manieren om cultuur te produceren. In de popmuziek is Spinvis daar een ultiem voorbeeld van, iemand die voordat hij succes had jarenlang in zijn eentje bezig was liedjes in elkaar te knutselen. Een echte homo ludens, een culturele veelvraat die op een creatieve en speelse wijze muziek maakt en onafhankelijk is waardoor hij zich vrij kan ontwikkelen. Of kijk naar de fotografie. Vroeger moest je een lange opleiding tot fotograaf volgen, tegenwoordig staan de kranten vol met foto's die amateurs met hun telefoontje hebben gemaakt. Er zijn dus veranderingen gaande. Huizinga, de godfather van het spel, kan ons helpen die veranderingen zichtbaar te maken en in goede banen te leiden, om zo de cultuur weer naar grote hoogte te brengen."