DE WROK VAN JUNO Op zijn tocht naar het "beloofde land" wordt Aeneas achtervolgd door de haat en de tegenwerking van Juno, echtgenote van de oppergod Juppiter. De redenen van die haat zijn van verschillende aard; 1. Om te beginnen wil Juno niet dat de stad Rome er ooit komt. Ze wil de wereldheerschappij voor haar eigen stad Carthago, kort tevoren gesticht door Fenicische migranten uit Tyrus, onder leiding van een vrouw, koningin Dido. 2. Verder was er de geschiedenis met de "twistappel". Bij een betwisting tussen haarzelf, Venus en Minerva wie van hen de mooiste was, had de tot scheidsrechter uitgekozen Paris de gouden appel waarop stond "voor de mooiste" niet aan haar maar aan Venus toegekend. 3. Vervolgens had Jupiter de Trojaanse prins Ganymedes tot wijnschenker op de Olympus verkozen boven haar dochter Hebe. 4. Tenslotte was Dardanus, voorouder van de Trojanen, een zoon van Jupiter en de halfgodin Electra, en daarom haatte Juno hem en zijn nageslacht, die immers het levende bewijs waren van de huwelijksontrouw van haar gemaal. Aeneas kan echter rekenen op de steun, van zijn moeder Venus. En achter en boven alles staat de onwrikbare beschikking van het Fatum, dat alle tegenkanting van goden en mensen en goden ten spijt, Aeneas uiteindelijk Italië doet bereiken. Daar wordt hij met zijn volk opgenomen door Latinus, koning van Laurentum en krijgt diens dochter Lavinia tot vrouw. De stad die hij daarna bouwt, noemt hij haar ter ere Lavinium. Zijn zoon Ascanius (ook Iulus genaamd) zal Alba Longa stichten, en zijn 12de afstammeling zal Romulus zijn, de stichter van Rome, de definitieve vaderstad van de Penaten van Troje