Angst - Scholieren.com

advertisement
Angst
Marije Hofmeijer (H5E)
Piter Jelles Montessori
5 Havo
25-10-2012
1
Inhoud
Voorkant…………………………………………………………………………………………………………1
Inhoud…………………………………………………………………………………..………………………..2
Inleiding…………………………………………………………………………………………………………..3
Deelvragen:
1. Algemene informatie over het zenuwstelsel…………………………………………………4
1.1 Wat is het centrale zenuwstelsel? ……………………………………………………………...4
1.2 Wat is het perifere zenuwstelsel? ………………………………………………………………5
1.3 wat zijn zenuwcellen en wat doen ze?...........................................................5
2. Wat is angst……………………………………………………………………………………………......6
2.1 wat is angst en wat gebeurt er in je lichaam waardoor je je bang voelt?......6
3. Hoe ontstaat angst………………………………………………………………………………………7
3.1 Wat zijn de oorzaken van angst?...................................................................7
3.2 Wat gebeurt er in de hersenen waardoor je angstig wordt?........................8
4. Soorten angst……………………………………………………………………………………………..11
4.1 Welke soorten angst zijn er?........................................................................11
4.2 wat zijn de meest voorkomende fobieën?...................................................12
5. Wat kan je tegen angst doen………………………………………………………………………14
5.1 Welke therapieen zijn er tegen angst?.........................................................14
5.2 Welke medicijnen zijn er tegen angst?.........................................................16
Hoofdvraag:
6 Zijn vrouwen angstiger dan mannen?.............................................................17
Nawoord en discussie…………………………………………………………………………………….20
Bronnen………………………………………………………………………………………………………….21
Logboek………………………………………………………………………………………………………….23
2
Inleiding
Mijn pws gaat over angst,want ik had niet zoveel tijd om een onderwerp te bedenken,omdat
ik eerst als pws vak scheikunde had,maar ik was al weken bezig geweest met een leuk en
goed onderwerp te zoeken,maar uiteindelijk kon ik echt niks bedenken en kwam ik erachter
dat ik biologie onderwerpen veel interessanter vond. Toen heb ik dus pas laat het vak
biologie gekozen en moest dus vrij snel een onderwerp kiezen. Ik heb dus het onderwerp
angst gekozen,omdat ik 2 jaar geleden hier zelf veel mee te maken heb gehad en er
daardoor er al veel over had opgezocht en omdat het me interessant onderwerp leek. Ik
wilde er nog meer over weten en me er meer in verdiepen. Ook ken ik veel mensen die
hiermee te maken hebben(gehad).
Mijn Deelvragen:
1. Algemene informatie over het zenuwstelsel.
1.1 Wat is het centrale zenuwstelsel?
1.2 Wat is het perifere zenuwstelsel?
1.3 wat zijn zenuwcellen en wat doen ze?
2. Wat is angst.
2.1 wat is angst en wat gebeurt er in je lichaam waardoor je je bang voelt?
3. Hoe ontstaat angst.
3.1 Wat zijn de oorzaken van angst?
3.2 Wat gebeurt er in de hersenen waardoor je angstig wordt?
4. Soorten angst.
4.1 Welke soorten angst zijn er?
4.2 wat zijn de meest voorkomende fobieën?
5. Wat kan je tegen angst doen.
5.1 Welke therapieen zijn er tegen angst?
5.2 Welke medicijnen zijn er tegen angst?
Hoofdvraag:
6 Zijn vrouwen angstiger dan mannen?
3
1 .Algemene informatie over het zenuwstelsel.
1.1 Wat is het centrale zenuwstelsel
Het zenuwstelsel bestaat uit het centrale zenuwstelsel en het perifere zenuwstelsel.
De hersens en het ruggenmerg horen bij het centrale zenuwstelsel, dat is opgebouwd uit
zenuwcellen en glicacellen en vormt het grootste deel van het zenuwstelsel.
4
Het centrale zenuwstelsel kan worden ingedeeld in: het ruggenmerg, het verlengde merg, de pons,
het cerebellum, de middenhersenen, het diencephalon en de cerebrale hemisferen. Het ruggenmerg
ontvangt en verwerkt sensorische informatie die komt van de huid,gewrichten en spieren en het
zorgt voor de bewegingen daarvan.
Het verlengde merg ligt meteen boven het ruggenmerg. Er zitten verschillende centra in,die zorgen
voor de vitale autonome functies. De pons ligt boven het verlengde merg en stuurt de informatie
over bewegingen door van de cerebrale hemisferen naar het cerebellum. Het cerebellum ligt achter
de pons en moduleert de kracht en het bereik van bewegingen. Het is betrokken bij het leren van
motorische vaardigheden. De middenhersenen zitten vooraan aan de pons en en regelen veel
sensorische en motorische functies. Het diencephalon ligt vooraan aan de middenhersenen en
bestaat uit twee delen,namelijk: de thalamus,die verwerkt de meeste informatie die de cerebrale
hemisferen binnenkomt vanuit de rest van het zenuwstelsel,en de hypothalamus,die regelt
autonome,endocriene en viscerale functies. De cerebrale hemisferen bestaat uit een erg gerimpelde
buitenlaag,de cortex cerebri, en drie delen die dieper liggen: de basale ganglia, de hippocampus en
de amygdaloÏde kernen.
1.2 Wat is het perifere zenuwstelsel
Het perifere zenuwstelsel vormt de verbindingen van en naar de organen/weefsels en het centrale
zenuwstelsel. Het kan worden verdeeld,op basis van de functie, in het autonome en somatische
zenuwstelsel.
1.3 wat zijn zenuwcellen en wat doen ze
In deze twee zenuwstelsels zitten veel zenuwcellen,ook wel neuronen genoemd. Een
zenuwcel is een soort lichaamscel. Een mens heeft ongeveer 100 miljard hiervan en het
grootste deel daarvan zit in het centraal zenuwstelsel. Zenuwcellen zijn de signaal en
informatie verwerkers van het lichaam. Een zenuw heeft een cellichaam en een paar lange
dunnen uitlopers. Er zijn twee grote uitlopers,de dendriet en de axon. Een axon geleiden van
de zenuwcel af en dendrieten naar de zenuwcel toe. Door die zenuwcel worden impulsen
doorgegeven. Dit gebeurt doordat de kalium en natrium ionen aan elke kant van het
celmembraan van de zenuwcel omdraaien. De kalium ionen die aan de binnekant zaten
draaien om met de natrium ionen die aan de buitenkant zaten,dit gebeurt in sprongen.
Nadat een natrium en kalium ion zich hebben omgedraaid begint het herstel van de
membraan weer op die plek en wordt ervoor gezorg dat de antrium en kalium ionen weer
worden zoals het voor de impuls was. Als de impuls aan het eind van de zenuwcel is
gekomen moet die verder door een andere cel,maar de cellen zitten niet aan elkaar vast.
De impuls wordt daarom doorgegeven naar de andere cel via een synaps. Een synaps zit
tussen twee neuronen in om impulsen door te geven. Meestal wordt de impuls door
chemische stoffen,de neurotransmitters. Deze neurotransmitters worden meestal gemaakt
aan het eind van een axon en dan overgedragen aan een dendriet van een ander neuron.
5
Wat is angst:
2.1 Wat is angst en wat gebeurt er in je lichaam als je bang bent
Angst is een natuurlijke reactie van je lichaam en heeft vaak een heel belangrijke functie. Het
is een signaal van je lichaam om jezelf in veiligheid te brengen door te vluchten of juist het
gevaar te bestrijden. Angst is dus een vlucht- of vechtreactie. Angst wordt beïnvloed door
het stresshormoon adrenaline. Adrenaline wordt afgegeven door de bijnieren in
stressvolle,bedreigende of spannende situaties. Het stroomt dan via het bloed door je hele
lichaam. Het is een soort boodschapper van het autonome zenuwstelsel,zodat je elk
moment klaar staat om te kunnen vechten of vluchten. Als de vlucht of vechtreactie
helemaal is geactiveerd gaat je hartslag omhoog,versnelt je ademhaling,ga je zweten,stopt
de spijsvertering tijdelijk en wordt je 'licht' in je hoofd. Het 'licht' in je hoofd worden voelt
vaak als duizeligheid of je creëert onwerkelijkheidsgevoelens,ook wel depersonalisatie of
derealisatie genoemd. Dit gebeurt allemaal om je fysiek en mentaal in een zo'n optimaal
mogelijke staat te brengen,zodat je uiteindelijk veilig en zo min mogelijk gewond uit de
situatie komt. Soms is er geen gevaar,maar is er wel adrenaline in je lichaam. Dit kan dan
komen door eerdere stress,zorgen of veel drukte. Maar 't kan ook komen door te weinig
slaap,je lichaam maakt dan extra adrenaline aan om wakker te kunnen blijven en alert te
kunnen zijn die dag. Adrenaline wordt ook aangemaakt door je lichaam om te helpen bij de
afbraak van sommige stoffen,zoals: cafeïne,nicotine,alcohol,drugs en geraffineerde suikers.
Daarom wordt je van die stoffen vaak ook druk of wakkerder,omdat dan je adrenaline stijgt.
Je overtollige adrenaline,die je niet hebt verbruikt bij de angstsituatie,wordt afgevoerd door
je lichaam. Dit kan door regelmatig te sporten of op een andere manier regelmatig te
bewegen.Als dat niet gebeurt,wil je lichaam die overtollige adrenaline op een andere manier
kwijt,dit gebeurt dan vaak door een paniekaanval. Dit is bedoeld om overtollige adrenaline
te ontladen. Door de spanning die je lichaam opbouwt door die paniek herkent je autonome
zenuwstelsel,zeker als het de eerste keer is,het snel als angst. Van nature wil iedereen een
gevoel van veiligheid,doordat datgene waarvoor je paniek voelt je bang maakt en je je dus
niet veilig voelt,ga je de paniek proberen te negeren,zodat het weg lijkt en alles dus veilig is.
Juist door het negeren zal het sterker worden doordat je tegen de autonome lichaamsreactie
ingaat,want de overtollige adrenaline zal weg moeten en kan dat niet als je de
paniek,waardoor het ontlaadt,gaat negeren. Door de paniek angst te accepteren leren je
hersenen dat er niet echt iets gevaarlijks is of zal gebeuren.Wanneer je bang wordt voor de
paniekaanval en voor de angst daarbij,zal je dingen die die paniek oproepen willen
vermijden. Juist door vermijden wordt iets enger,je angst ervoor wordt alleen maar
groter,omdat je niet de confrontatie aangaat en ziet dat er niks gebeurt. Als je te lang zo
blijft doorgaan en je door die verhoogde angst ook nog een paniekaanval krijgt,gaat je
lichaam op een gegeven moment die staat van veel angst als normaal zien en zal je sneller
voor andere dingen ook bang worden.
6
Hoe ontstaat angst
3.1 Oorzaken van angst
Angst kan veel oorzaken hebben. Een oorzaak kan zijn: biologisch kwetsbaarheid. Dit hebben
20% van de mensen,zij hebben een gevoeliger zenuwsysteem dat heftiger reageert op
prikkels van de omgeving. Dit wordt soms gezien als het karakter van mensen,dat ze gwoon
sneller bang zijn. Obsessieve-compulsieve stoornissen en paniekstoornissen kunnen zijn
geerfd.
Angst kan ook komen door een traumatische gebeurtenis. Dit kan het geval zijn bij mensen
die iets ergs hebben zien gebeuren,bijvoorbeeld een militair die in een oorlogsgebied is
geweest en daar allemaal mensen heeft zien doodgaan.
Ook kan angst aangeleerd zijn,dit is aangetoond door dierproeven. Vaak kan deze soort
angst ook weer worden afgeleerd. Dit wordt vaak gedaan met behulp van de therapie:
systematische desensitisatie.
Een andere oorzaak kan cultuur en media zijn. Als je op tv vaak iets over een terroristische
aanslag hoort,zal je zelf ook daar sneller bang van worden,of als je horror films kijkt,zoals de
film It,kan je daarna bang worden van clowns.
Als laatste kan angst komen door tegen ervaringen ingaan. Tegen belevingen,zoals gevoelens
en gedachten die mensen als negatief ervaren gaan ze zich vaak verzetten,dit heet
experientiele vermijding. Het is aangetoond dat dit zorgt voor een verergering van het
probleem. Hierdoor kan normale angst erger worden,dit kan worden behandeld met
acceptance and commitment therapy.
7
3.2 Wat gebeurt er in de hersenen waardoor je angstig wordt?
Er zijn in de hersenen drie gebieden die bij angst betrokken zijn,dat zijn de amygdala 1,de
mediale prefrontale cortex2 en de hippocampus3. Vooral de amygdala heeft er veel mee te
maken,die zorgt voor het ontstaan en het verminderen van angsten. De amygdala bestaat
uit twee delen: de pars basolateralis amygdalae,deze ontvangt informatie over de
geconditioneerde en ongeconditioneerde stimulus4. En het andere deel waar de amygdala
uit bestaat is de nucleus centralis amygdalae5,dit deel krijgt de informatie die eerst door de
pars basolateralis amygdalae verwerkt is. Bij het ontstaan van de angst komt de informatie
van de geconditioneerde en de ongeconditioneerde stimulus samen in de angstneuronen in
de pars basolateralis amygdalae. Hierdoor wordt het geconditioneerde invoersignaal en de
activatie van neuronen in de nucleus cetralis amydalae versterkt. Vanuit de nuceleus
centralis amygdalae lopen zenuwen naar de hypothalamus6 en hersenstam,en ontstaat de
angst met de bijbehorende gedrags- en lichamelijke veranderingen.
Het afleren van angst gaat door input vanuit de mediale prefrontale cortex,die de neuronen
in de nucleus intercalactus amygdalae activeren. Dit kan direct,of via extinctieneuronen.
Het gevolg hiervan is dat de angst afneemt of verdwijnt door de remming van activiteit van
angstneuronen in de nucleus centralis amygdalae. Als een angst opnieuw ontstaat komt dat
door de hippocampus. Deze beoordeelt de situatie en activeert remmende interneuronen 7
in de pars basolateralis amygdalae. De activiteit van de extincieneuronen neem hierdoor af
en de angstreactie begint opnieuw.
1
De amygdala is een gebied in de hersenen ,en is een amandelvormige kern van neuronen.
De amygdala legt verbanden tussen informatie van verschillende zintuigen en zoekt er een
emotie bij. De reactie van de amygdala op prikkels die angst veroorzaken kan snel en
helemaal automatisch gaan. De amygdala bestaat uit verschillende,afzonderlijke
functionerende kernen. De belangrijkste zijn: het basolaterale complex,de mediale kern en
de centrale kern.
8
2
De mediale prefrontlae cortex is een onderdeel van de prefrontale cortex,die betrokken is
bij emotionele en cognitieve functies. Het is een gebied van de hersens en ligt in het voorste
gedeelte van de fronatle kwabben en voor de motorische schors.
9
3
De hippocampus is een deel van de hersnenen,waarvan er in beide hersenhelften een
aanwezig is. Het is betrokken bij veel gebeurtenissen in de hersenen,onder andere bij het
stresssysteem van je lichaam,want het verlaagt de cortisolspiegel na stressvolle ervaringen.
4 Een
stimulus is een prikkel, die wordt ontvangen door een bepaalde receptor die daarvoor
gevoelig is . Zodra die prikkel boven de prikkeldrempel zit sturen die receptoren een impuls.
5 De
nucleus centralis amydalae kan zorgen voor allemaal gedragsmatige en fysiologische
reacties.
6 De
hypothalamus controleert het autonome zenuwstelsel,het endocriene systeem en
speelt een belangrijke rol bij het gedrag dat zorgt voor overleving. Ook is de hypothalamus
belangrijk bij de temperatuurregeling van het lichaam. Het is betrokken bij
emoties,voortplanting,het autonoom zenuwstelsel en de hormoonhuishouding. De
hypothalamus reguleert de bloeddruk,hartslag,honger,dorst en slaap-waak ritme. En het
speelt een belagnrijke rol bij vecht- of vluchtgedrag.
7
Een interneuron,ook wel schakelcel genoemd,is een neuron die aan beide uiteinden vastzit
aan andere zenuwcellen. Deze schakelcellen zorgen voor informatieoverdracht naar andere
zenuwcellen.
10
Soorten angst
4.1 Welke soorten angst zijn er?
Er zijn verschillende soorten angst,een paar soorten zijn: gericht of niet
gericht,paniek,obsessieve-compulsieve stoornis,fobie,faalangst,chronische angst en
schrikken.
Bij gerichte angst is de angst gericht op een object of situatie,dit wordt ook wel vrees
genoemd,als dan de oorzaak van de angst weer weg is,is de angst ook weg. Bij een niet
gerichte angst ben je bang voor iets wat geen voorwerp of situatie is,dit wordt vrijzwevende
angst genoemd.
Paniek is een erge aanval van angst,dit gaat vaak samen met zweten,het even
stoppen van ademen,duizeligheid,een onregelmatige hartslag en een gevoel van
onwerkelijkheid. Als de paniek vaak terugkomt,is het een paniekstoornis.
Een obsessieve-compulsieve stoornis is een stoornis waarbij er obsessies(gedachten
die je niet kwijt raakt) en dwanggedachten(het gevoel dat je een bepaald iets steeds
opnieuw moet doen) zijn.
Een fobie is een specifieke en vaak erge vorm van vrees,het is vaak een ziekelijke en
onrealistische angst. Bij een fobie is de vrees meestal gericht op specifieke objecten,zoals
bepaalde dieren.
Faalangst is de angst om in andermans ogen te kort te schieten,dit kan ook worden
gezien als een sociale fobie/angst.
Chronische angst is een angst die niet weggaat,als deze angst heel hevig is,waardoor
je normale gedrag erg verstoord raakt,heet dit een gegeneraliseerde angsstoornis.
Ook schrikken is een angst. Het is een reflex van het lichaam op onverwachte en
intense prikkels. Als je als angstig bent,kan dit de schrikreactie verergeren.
11
4.2 wat zijn de meest voorkomende fobieën
Er zijn heel veel soorten angsten,ergens bang voor zijn is normaal,maar het kan ook een
fobie zijn. Voor alles wat er bestaat,bestaat er ook wel een angst,zoals angst voor
water,hydro- of aquafobie. Mensen die bang zijn voor water,zijn vaak niet bang voor water
op zich,meer voor gevaren waarbij water een rol speelt. Maar soms kan zelfs stromend
water,zoals een kraan die openstaat,mensen al angstig maken. Mensen die bang zijn voor
diep water hebben bathofobie en mensen die bang zijn voor hoogte´s,bijvoorbeeld om naast
een hoog gebouw te staan,hebben batofobie, Batofobie is weer iets anders dan
acrofobie,wat hoogtevrees is,dus dat je bang bent om op iets heel hoogs te staan. Wel
hebben batho- en acrofobie iets met elkaar te maken, mensen die dat hebben zijn vaak bang
om te vallen, de een heeft dieptevrees en de ander hoogtevrees. Xenoglossofobie is angst
voor vreemde talen. Er zijn ook mensen die bang zijn om te lopen of bang zijn voor
linkshandigheid,het lijkt misschien onrealistisch,maar ze bestaan echt.
Bij de top tien van meest voorkomende fobieen staat op een: arachnofobie, dit is angst voor
spinnen. Er zijn voor bijna alle dieren wel fobieën,zoals voor muizen of katten. Maar
arachnofobie is toch de meest voorkomende. In Nederalnd zijn geen gevaarlijke spinnen,
toch heeft de helft van alle vrouwen en 10 procent van alle mannen in Nederland
arachnofobie. Dit komt waarschijnlijk doordat er vroeger wel heel grote en gevaarlijke
spinnen waren. Om van deze angst af te komen kan je het beste er juist wel mee
geconfronteerd worden.
Op de tweede plaats staat sociale fobie. Sociale fobie is angst voor andere
mensen,maar dit kan op vele manieren. Sommige mensen zijn bang om verkeerd beoordeeld
te worden of bang voor wat anderen van ze denken. Anderen zijn bang om zomaar opgepakt
te worden door de politie. Veel mensen hebben wel een beetje een sociale fobie,want bijna
niemand vindt het leuk om voor een grote groep mensen iets te moeten presenteren of
vertellen,of vinden het eng om iemand iets te vragen. Toch kan sociale fobie zo erg zijn dat
mensen sociale contacten gaan vermijden,en zichzelf dus isoleren van de buitenwereld, als
de sociale fobie zo erg is kan je beter wel naar een psycholoog gaan.
Op nummer drie staat aerofobie. Aerofobie is vliegangst. Dit komt vaak doordat
mensen meerdere keren iets hebben gezien of gehoord over een neergestort vliegtuig,een
dierbare hebben verloren door een ongeluk met een vliegtuig of veel films gezien over
vliegtuigongelukken,zoals de film: final destiantion. Door zo'n film worden mensen aangezet
om na te gaan denken over wat er allemaal zou kunnen gebeuren met het vliegtuig. Als ze
dat dan ook nog eens bevestigd horen op het nieuws,durven ze helemaal niet meer.
Op plaats vier staat agorafobie,oftewel pleinvrees. Mensen met agorafobie zijn bang
voor grote,drukke plaatsen of omgevingen die ze niet kennen of waar ze geen controle op
hebben. Deze angst komt meer voor bij vrouwen dan bij mannen,maar waarschijnlijk geven
vrouwen sneller toe dat ze deze angst hebben en zullen mannen een manier vinden om het
te verbergen door bijvoorbeeld te gaan drinken,want door alcohol durf je meer en voel je je
minder bang, en dan als alcoholist worden gezien en niet als iemand met agorafobie.
Agorafobie kan voor een deel worden opgelost door cognitieve gedragstherapie.
Op de vijfde plaats staat claustrofobie. Dit is angst voor kleine ruimtes en om
opgesloten te worden in ruimtes. 5 tot 7% van alle mensen op de wereld lijdt hieraan. Vaak
durven mensen met deze angst niet in een lift,omdat het een kleine ruimte is waarin ze ook
nog eens vast kunnen komen te zitten.
12
Op de zesde plaats staat acrofobie. Acrofobie is hoogtevrees. Hoogtevrees lijkt
ongevaarlijk,maar kan levensgevaarlijk zijn,dat komt doordat sommige mensen zo bang
worden als ze op een bepaalde hoogte staan,dat ze in paniek raken en zichzelf niet meer in
de hand kunnen houden en naar beneden springen. Iedereen heeft wel een beetje
hoogtevrees,wat ook best logisch is,want mensen kunnen niet vliegen,maar veel mensen
hebben extreme hoogtevrees. Toch vinden mensen hun hoogtevrees vaak niet erg genoeg
om in therapie te gaan.
Op plaats zeven staat Emetofobie. Emetofobie is angst om te moeten overgeven.
Veel mensen in Nederland hebben dit,of vinden het vervelend om te zien dat iemand anders
overgeeft. Meestal is de oorzaak van deze angst dat mensen als kind veel hebben
overgegeven. Er bestaat voor deze fobie geen speciale therapie,maar meestal is het te
behandelen met een combinatie van andere therapieën.
De fobie die op plaats acht staat is carcinofobie. Mensen die deze fobie hebben,zijn
bang om kanker te krijgen. Ze zijn zo bang ervoor,dat ze denken dat ze kanker hebben en
vaak ook dat het niet meer kan genezen. Deze mensen proberen om alles wat met kanker te
maken heeft zoveel mogelijk te vermijden. Zo willen ze bijvoorbeeld niet in de buurt komen
van mensen die kanker hebben,omdat ze bang zijn dat ze besmet kunnen worden. Een
klacht die veel mensen met deze fobie hebben is hoofdpijn,ze denken dan dat ze een
hersentumor hebben.
De oorzaak kan een traumatische gebeurtenis zijn.
Als een na laatste staat in de top tien brontofobie. Brontofobie is angst voor onweer.
Als mensen die lijden aan brontofobie onweer horen of weten dat er onweer komt,gaan ze
vaak de gordijnen dicht doen,alle apparaten met stekkers uit het stopcontact halen en doen
ze harde muziek aan. Typische karaktereigensachappen van mensen met brontofobie zijn bij
het tv-kijken de hele tijd zappen,maar zodra ze het weerbericht horen of zien stoppen ze
menteen. Ook nemen ze meer voorzorgsmaatregelen dan nodig is voor het onweer en ze
maken zich heel erg druk over wie er door de bliksem geraakt wordt. Deze fobie is te
behandelen met therapie.
Op plaats tien staat necrofobie. Dit is angst voor de dood. Er zijn twee soorten
necrofobie,Je kan bang worden bij het zien van dode dingen of je bent bang om zelf dood te
gaan. Necrofobie geeft vaak een zenuwachtiggevoel en de symptomen zijn verhoogde
hartslag,niet goed kunnen ademen en zweten. Deze angst heeft verschillende oorzaken,zoals
het zien van iets dood,dat kan een familielid zijn,maar ook een vogeltje dat half opgegeten is
door een kat. Ook deze angst is te genezen door therapie.
Dit is de top tien fobieen,maar er zijn ook nog veel andere soorten angst,zoals een
angststoornis.
13
Wat kan je tegen angst doen:
5.1 welke therapieen zijn er voor angst
Er zijn twee therapieën die het vaakst worden gebruikt,namelijk: cognitieve therapie en
gedragstherapie. Soms wordt en combinatie van deze therapieën gebruikt.
Cognitieve therapie is gericht op de invloed van je gedachten op je gevoelens. Bij deze
therapie leer je dan om je bewust te worden van je denkpatroon en het te veranderen.
Gedragstherapie is erop gericht om je gedrag te veranderen in bepaalde situaties. Dit
gebeurt door stap voor stap de situatie steeds meer aan te gaan.
Specifieke fobie.
Bij een specifieke fobie wordt cognitieve gedragstherapie gebruikt. De bedoeling is om stap
voor stap meer blootgesteld te worden aan de “enge” situatie. Dit gebeurt dor een
angstladder,deze wordt aan het begin gemaakt en is een overzicht van alles waar je bang
voor bent op volgorde van het meest tot het minst. Je begint dan onderaan,bij de minst enge
situatie en moet daar net zo lang mee in aanraking komen tot de angst weg is. Daarna ga je
naar de volgende stap/tree. Ook worden bij deze therapie ontspanningsoefeningen
aangeleerd. Dit is zodat je je kan ontspannen in een angstsituatie waardoor je alles beter kan
overzien en er beter mee kan omgaan. Dit geldt niet voor een fobie waarbij je flauw valt,dan
wordt juist geleerd niet te ontspannen,maar juist om de spieren aan te spannen,waardoor
de bloeddruk stijgt en je minder snel flauwvalt. Als laatste wordt ook je denkwijze
verandert,door middel van cognitieve therapie.
Paniekstoornis.
Er zijn twee soorten paniekstoornis,namelijk: paniekstoornis met agorafobie(pleinvrees) en
paniekstoornis zonder agorafobie. Bij de paniekstoornis met agorafobie wordt altijd eerst
begonnen met een behandeling tegen de paniekstoornis en later pas tegen agorafobie.
Ook hierbij wordt vaak gebruikt gemaakt van cognitieve gedragstherapie. De bedoeling
hierbij is om te beginnen met het bijhouden van wanneer je paniekaanvallen hebt,de
gedachten die je dan hebt en de lichamelijke klachten. Hierdoor kan worden gezien
waardoor de angst steeds terugkomt. De lichamelijke klachten bij een paniekstoornis,zoals
het gevoel hebben een hartstilstand te krijgen of flauwvallen,zijn niet gevaarlijk,ook al is dat
moeilijk te zien in zo’n situatie. Daarom is er bij een paniekstoornis vaak ook behandeling die
zich richt op het minder bang worden van de lichamelijke reacties bij angst. Dit gebeurt door
gecontroleerde blootstelling. Er wordt dan stap voor stap een lichamelijke reactie in een
paniekaanval “nagedaan”en dan geleerd dat er niks gebeurt. Als je ook agorafobie
hebt,wordt die ook behandelt door een angstladder,net als bij een sociale fobie.
Een gegeneraliseerde angsstoornis wordt ook behandeld door middel van cognitieve
gedragstherapie. Eerst wordt je geleerd realistisch te zijn, want mensen met deze stoornis
overschatten vaak de kans dat er iets heel ergs gebeurt. Als tweede krijg je antipiekertraining. Je leert hierbij gedachten waarover je piekert los te later door aan een
situatie te denken waarbij je wel de gedachte los kon laten. Hierdoor wordt een
piekergedachte gekoppeld aan iets goeds.
Als derde wordt gewerkt met denkbeeldige blootstelling. Hierbij moet je aan de angstige
situatie denken en het zo echt mogelijk inbeelden,waardoor je aan de situatie went en ziet
dat er niks ergs gebeurt.
Ook wordt geleerd om opvattingen over het piekeren te veranderen. Mensen denken vaak
dat piekeren nuttig is,al dan niet bewust,omdat het helpt nare gebeurtenissen te voorkomen
of erop voorbereid te zijn. Dit klopt niet,want door te piekeren wordt je juist meer
14
gespannen en kan je de situatie nog moeilijker overzien en een oplossing vinden. Sowieso is
het zo dat de werkelijkheid in zo’n gedachte nooit compleet is en dingen toch anders lopen
dan wat je dacht. Daarom wordt in de therapie geleerd iets aan te gaan zonder erover na te
denken hoe eht zou kunnen lopen. Als laatste wordt blootstelling aan de realiteit gebruikt als
behandeling. Bij deze behandeling wordt ervoor gezorg dat je de “gevaarlijke”situaties niet
steeds uit de weg gaat,maar ze juist aangaat,waardoor je ermee vertrouwd raakt.
Sociale fobie.
Ook deze angst wordt behandeld met cognitieve gedragstherapie en de angstladder,maar
ook door veiligheidsgedragingen. Dit is gedrag dat je jezelf hebt aangeleerd om je zo min
mogelijk bang te voelen in “enge”situaties,door bijvoorbeeld mensen niet aan te kijken. Er
wordt geleerd hoe je deze veiligheidsgedragingen achterwege kunt laten en zo stap voor
stap sociale situaties kunt proberen aan te gaan. Bij sociale fobie wordt ook sociale
vaardigheidstraining gegeven. Hierin leer je hoe je je kan opstellen in een sociale situatie,dit
is vaak moeilijk voor iemand met deze fobie,omdat zulke situaties vaak lange tijd vermeden
zijn. In deze training wordt het gemakkelijker gemaakt om een sociale situatie aan te gaan.
Dit wordt meestal geleerd door een rollenspel. Hiering worden dan dagelijkse dingen
behandelt waarbij je de geleerde vaardigheden moet toepassen. Als laatste wordt vaak
gewerkt aan ‘remmende’gedachten,gedachten waardoor je geen sociaal contact
zoekt,doordat je bijvoorbeeld denkt: ze vinden me toch niet leuk. Je leert bij deze
behandeling deze gedachten los te laten en te denken: ik kan van te voren niet weten wat ze
van me vinden.
Hypochondrie.
Bij hypochondrie(ziektevrees), wordt ook cognitieve gedragstherapie gebruikt. Er wordt
geleerd om je niet over elke verandering van je lichaam zorgen te maken en je lichaam te
vertrouwen. Je leert ermee om te gaan dat je nooit helemaal zeker weet of je gezond bent.
Je moet een dagboek bijhouden over hoe lichamelijke gewaarwordingen aanleiding geven
tot gedachten die weer leiden tot ziekte en dus tot angst en het constant controleren of er
niks mis is. Er wordt bij de therapie gekeken waarom die ziektegedachtes steeds er zijn en of
daar een verklaring voor is. Ook wordt geprobeert je gedrag te veranderen,door niet alles
waarvoor je bang bent te vermijden en niet als er iets is meteen het te laten controleren.
Hierdoor moet je leren dat er niks ergs gebeurt als je iets wel of juist niet doet.
Faalangst.
Bij faalangst kunnen verschillende soorten therapieen worden gebruikt. Rationeel Emotieve
Therapie (RET) maar je bewust van je gedachten en overtuigingen en heeft als doel om je te
leren overtuigingen te ontwikkelen die je juist stimuleren in plaats van tegenhouden.
Hypnotherapie wordt gebruikt om de diepere oorzaak te vinden door middel van een soort
hypnose,zodat je kan communiceren met je onderbewuste.
Als laatste therapie kan er EMDR(Eye Movement Desensitization and reprocessing) therapie
worden gebruikt. Dit richt zich op het de aandacht ergens op richten. Bijvoorbeeld door een
geluid links en dan weer rechts,dan weer links,dan weer rechts,enzovoort.
Deze therapie wordt vooral gebruikt bij faalangst met als oorzaak een vervelende of
traumatische gebeurtenis.
Acceptance and Commitment Therapy (ACT). Dit is een therapie waarbij je wordt geleerd je
te richten op dingen die je nu kunt veranderen en niet op dingen die niet te controleren of te
veranderen zijn. Waardoor je datgene dan moet accepteren.
15
5.2 Welke medicijnen zijn er tegen angst en wat doen ze?
Neurotransmitters zijn stofjes in de hersens die in de hersenen boodschappen kunnen
doorgeven door zich te binden aan een receptor. Er zijn drie neurotransmittersystemen,
namelijk: gamma-aminoboterzuur(GABA),serotonine(5-HT) en Glutamaat(Glu), deze spelen
een belangrijke rol bij het reguleren van angst. Deze systemen zijn ingewikkeld,want ze
hebben een direct effect en beinvloeden elkaar en andere neurotransmittersystemen.
Er zijn twee soorten medicijnen die worden gebruikt bij angst:benzodiapines en
antidepressiva’s.
Benzodiazepines(zoals: oxazepam en lormetazepam) zijn de meest gebruikte medicijnen om
angst te verminderen of te kalmeren,ze versterken de werking van het van nature aanwezige
GABA,doordat zij zich binden aan de GABA-A receptor. GABA-A receptoren komen heel veel
voor in de hersenen,ook in de amygdala. Uit verschillende onderzoeken blijkt dat activatie
van GABA-B receptor ook een angstdempend effect heeft. De 5-HT-1A receptor,een
bepaalde serotoninereceptor, speelt ook een rol bij het verminderen van angsten,dat blijkt
uit een reactie tussen het middel buspiron en deze receptor. Het nadeel van dit medicijn is
dat je eraan verslaafd kunt raken.
Ook alcohol blijkt in lage doseringen via hetzelfde type receptoren een angstverminderend
effect te hebben.
Antidepressiva’s worden ook vaak gebruikt als medicijn tegen verschillende soorten angsten paniekstoornissen,met name de SSRI’s,dit is een engelse afkorting voor selectieve
serotonine-heropnameremmers. Deze SSRI’s zorgen ervoor dat de serotonine, nadat het is
afgegeven, niet meteen weer wordt opgenomen. Want angst en depressie komen door te
weinig serotonine en dat weinige serotonine komt doordat het te snel weer wordt
opgenomen na afgifte.
16
Hoofdvraag
Titel
Angsten bij mannen en vrouwen.
Inleiding:
Angsten komen bij iedereen voor,maar ze zijn niet bij iedereen hetzelfde. Daarom wou ik het
onderzoeken of er verschil zit op het gebied van angst tussen mannen en vrouwen.
Onderzoeksvraag
Zijn vrouwen angstiger dan mannen?
Hypothese
Vrouwen zijn angstiger dan mannen. Dit denk ik,omdat mannen niet snel bang zijn van
nature doordat ze heel vroeger niet bang konden zijn,want ze moesten andere mensen
beschermen. Ook laten mannen het minder snel zien als ze bang zijn,omdat mannen ‘stoer
horen te zijn’.
Materiaal en Methode
Mensen
Enquete ( pen en papier of computer)
Ik heb een enquête gemaakt op de computer met vragen naar aanleiding van wat ik wou
onderzoeken, in dit geval heb ik een top 10 angsten genomen en gekeken hoe erg mannen
een bepaalde angst hebben en hoe erg vrouwen die angst hebben. Die enquête heb ik toen
naar een aantal mensen gemaild en gevraagd of ze die wouden invullen en een aantal
enquêtes uitgeprint en die aan mensen gegeven om in te vullen. Ik heb 15 mannen gevraagd
om het in te vullen en 15 vrouwen. Om te resultaten te verwerken heb ik de gemiddeldes
genomen wat de mannen aan een angst geven en dat ook bij de vrouwen gedaan.
Dit was de enquête:
O Man
O Vrouw
Welke van deze angsten heb je? ( nummer ze van 1-10 , 10 is het minst,1 is het meest).
O Arachnofobie(angst voor spinnen).
O Sociale fobie (angst voor andere mensen,om wat ze van je denken en dat ze je verkeerd
beoordelen of bang dat je wordt opgepakt dor de politie).
O Aerofobie(vliegangst).
O Agorafobie(pleinvrees,bang voor grote,drukke plaatsen of omgevingen die je niet kent of
waar je geen controle op hebt).
O Claustrofobie( angst voor kleine ruimtes en om opgesloten te zitten in een ruimte).
O Acrofobie(hoogtevrees).
O Emetofobie( angst om te moeten overgeven).
O Carcinofobie( extreme angst voor kanker,zo erg dat je denkt dat je het zelf hebt).
O Brontofobie( extreme angst voor onweer).
O Necrofobie( angst voor de dood,bang zijn om dode dingejn te zien of om zelf dood te
gaan).
17
Resultaten
De gemiddeldes van de cijfers die de mannen en vrouwen aan een angst hebben gegeven.
1 was erg bang,10 was niet bang. Dus hoe lager het cijfer,hoe meer ze die angst hebben.
Arachnofobie
Sociale fobie
Aerofobie
Agorafobie
Claustrofobie
Acrofobie
Emetofobie
Carcinofobie
Brontofobie
Necrofobie
Mannen Vrouwen
5,8
8,4
6
7,8
9
8,8
8
7,8
7,5
8,8
7,3
5,4
9,3
9,6
8,8
10
9,5
9,8
8,5
9
12
10
8
6
Mannen
4
Vrouwen
2
0
Hoe lager het cijfer,hoe banger!
18
Conclusie
Vrouwen zijn volgens mijn onderzoek niet angstiger dan mannen,alleen bij acrofobie en
arachnofobie is er een groot verschil. Bij acrofobie zijn vrouwen banger en bij arachnofobie
mannen. Mijn hypothese is volgens mijn onderzoek niet juist.
Discussie
Mijn hypothese was onjuist,maar dat komt waarschijnlijk,omdat ik te weinig mensen heb
gevraagd. Er is dus geen verklaring voor mijn resultaten,want volgense internet zou het wel
moeten kloppen dat vrouwen angstiger zijn dan mannen. Volgende keer kan ik beter eerst
meer informatie opzoeken over mijn onderzoek,voordat ik begin. Ook had ik beter een vraag
in de enquête kunnen doen,waardoor je beter ziet of vrouwen angstiger zijn dan
mannen,bijvoorbeeld vragen hoevaak ze elke angst hebben.
19
Nawoord en discussie
Ik vond het erg leuk om dit pws te maken,het was wel veel werk en soms wat saai,maar ik
heb er ook veel van geleerd. Er is veel meer informatie over angst dan ik dacht. Het is een
uitgebreid onderwerp en dat was erg interessant,want ik kende maar een deel ervan.
Het maken van het pws ging best goed,alleen had ik het onderzoek wat anders moeten
doen,maar dat heb ik daar al bij gezet en had ik wat beter moeten zoeken naar informatie en
beter kijken naar wat wel belangrijk is om in het pws te zetten en wat niet.
20
Bronnen
http://www.psycholoog.net/zijn-vrouwen-angstiger-dan-mannen
http://nl.wikipedia.org/wiki/Angst
http://neurokids.nl/verken/hersenen/
http://www.google.nl/imgres?imgurl=http://www.natuurinformatie.nl/sites/nnm.dossier
s/contents/i003307/omvangruggenmerg_klein.jpg&imgrefurl=http://www.natuurinformatie.nl/nnm.dossiers/natuurd
atabase.nl/i003307.html&h=396&w=193&sz=14&tbnid=JtdXZ3yMQ8xP8M:&tbnh=90&tbn
w=44&prev=/search%3Fq%3Dhet%2Bcentrale%2Bzenuwstelsel%26tbm%3Disch%26tbo%3
Du&zoom=1&q=het+centrale+zenuwstelsel&usg=__0Qq747-BRAUf3WPgVKkZ0xjfYM=&docid=f5rVu2hIa3lLM&sa=X&ei=KEh9UJGbNKqu0QWaz4DwDg&ved=0CCgQ9QEwAQ&dur=263
http://nl.wikipedia.org/wiki/Zenuwcel
http://nl.wikipedia.org/wiki/Perifeer_zenuwstelsel
http://nl.wikipedia.org/wiki/Centraal_zenuwstelsel
http://www.leren.nl/cursus/persoonlijke-effectiviteit/angst/wat-is-angst.html
http://mens-en-samenleving.infonu.nl/psychologie/9861-wat-is-angst-precies.html
http://www.kenniscentrum-kjp.nl/nl/Professionals/Themas/angst/Wat_is_angst
http://www.wegmetangst.nl/wat-is-angst/
http://www.angststoornis.com/phpbb2/viewtopic.php?f=8&t=2964
http://www.google.nl/imgres?q=hypothalamus&um=1&hl=nl&client=safari&sa=N&rls=en
&biw=1024&bih=658&tbm=isch&tbnid=covLXIk7xSz0wM:&imgrefurl=http://www.davidd
arling.info/encyclopedia/H/hypothalamus.html&docid=mvJF5D2JNiXVuM&imgurl=http://
www.daviddarling.info/images/hypothalamus.gif&w=225&h=204&ei=_iFUNTnH6a_0QXRvYGQBQ&zoom=1&iact=rc&dur=358&sig=103410751287050903040&pag
e=1&tbnh=145&tbnw=160&start=0&ndsp=15&ved=1t:429,r:6,s:0,i:101&tx=112&ty=71
http://nl.wikipedia.org/wiki/Hypothalamus
http://nl.wikipedia.org/wiki/Interneuron
http://nl.wikipedia.org/wiki/Zintuigstelsel
http://nl.wikipedia.org/wiki/Vreesconditionering
21
http://nl.wikipedia.org/wiki/Hippocampus_(hersenen)
http://www.google.nl/imgres?q=hippocampus&um=1&hl=nl&client=safari&rls=en&biw=1
024&bih=658&tbm=isch&tbnid=_E1IQBtnj9YhvM:&imgrefurl=http://morphonix.com/soft
ware/education/science/brain/game/specimens/hippocampus.html&docid=QUd6LK0Tnqs
J0M&imgurl=http://morphonix.com/software/education/science/brain/game/specimens/
images/hippocampus.gif&w=281&h=275&ei=pSN8UPTnJsi0QWU9oGIBw&zoom=1&iact=rc&dur=192&sig=103410751287050903040&page=1&tbnh=
146&tbnw=150&start=0&ndsp=15&ved=1t:429,r:2,s:0,i:75&tx=50&ty=60
http://nl.wikipedia.org/wiki/Amygdala
http://nl.wikipedia.org/wiki/Prefrontale_cortex
http://nl.wikipedia.org/wiki/Watervrees
http://www.therapiehulp.nl/klacht/angst/fobie/fobie-lijst
http://www.scientias.nl/top-10-meest-voorkomende-fobieen/1778
http://www.ggzfriesland.nl/sjablonen/4/infotype/webpage/view.asp?objectID=940
http://www.ggzfriesland.nl/sjablonen/4/infotype/webpage/view.asp?objectID=2542
http://www.ggzfriesland.nl/sjablonen/4/infotype/webpage/view.asp?objectID=2537
http://www.ggzfriesland.nl/sjablonen/4/infotype/webpage/view.asp?objectID=2540
http://www.ggzfriesland.nl/sjablonen/4/infotype/webpage/view.asp?objectID=2538
http://www.morpheus-emotionele-bevrijding.com/faalangst-therapie.html
http://nl.wikipedia.org/wiki/SSRI
Het boek: boeddha’s brein van Rick Hanson.
22
Logboek
23
24
25
Download